Contactbrief nummer 61 - Diaken

24 mei 2009
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 1
“Contactbrief”
Diaconaal contactblad van het bisdom Brugge
Gemeenschap
emeenschap vormen is een diepchristelijk gegeven.
Jezus bracht mensen samen. Hij ging niet alleen rond,
maar riep leerlingen. Hij riep ze twee aan twee en
zond hen daarna twee aan twee om het rijk van God
aan mensen te laten weten. Op het laatste avondmaal
riep Hij zijn leerlingen op om Hem te gedenken in het breken van het
brood en het delen van de wijn. Gaandeweg zijn christenen
gemeenschap meer en meer gaan beleven. Als diaken zijn wij voor
een gemeenschap geroepen, gewijd en gezonden. We mogen de
dienstbaarheid van God elke dag in vele kleine tekenen beleven en
uitdragen.
Straks worden enkele nieuwe collega’s gewijd. Op 6 juni wordt Stijn
Hantson als negenennegentigste diaken en op 7 juni wordt Jean‐Yves
Verhaeghe als honderdste diaken gewijd. Als één gemeenschap
kunnen wij rond hen staan om mee te bidden om voor hun
engagement en om roepingen in onze kerk. Op pinkstermaandag 1
juni komt de diakengemeenschap samen in Roeselare in het
parochiaal centrum “De Kiem”. De uitnodigingen heeft iedereen
ondertussen digitaal of per post ontvangen. Je komt toch ook?
Ook dit nummer van de contactbrief is weerom een teken van een
verbonden gemeenschap van de diakens van ons bisdom. Veel
leesgenot.

24 mei 2009
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 2
Diaconaal diagonaal
Gemeenschap ....................................................................................... 1
Diaconaal diagonaal ............................................................................. 2
Diaken in het onderwijs ........................................................................ 3
Efrem vzw één jaar na de prijs “Armoede uitsluiten”. ......................... 9
Waar situeert zich de grootste toename in hulpvragen? ........... 11
Oproep tot medewerking ........................................................... 12
Er zit meer in een liedje 5 ................................................................... 14
1 Intredelied: eigenschappen ..................................................... 16
2 De structuur of de literaire vorm ............................................ 17
Geboorte ............................................................................................ 25
Huwelijk .............................................................................................. 27
Geroepen en gezonden door onze bisschop ...................................... 28
Het woord “diaken” in Nederlandstalige Bijbels. ............................... 29
Diaconale reis ..................................................................................... 36
Diakens wereldwijd ............................................................................ 37
Adreswijziging ..................................................................................... 38
Wijdingen in 2009 ............................................................................... 39
Diaconale databank ............................................................................ 40

24 mei 2009
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 3
Marc Vangheluwe, gehuwd met Nicole Truant werd gewijd op 3 december
1995. Hij is door de bisschop benoemd als medeverantwoordelijke voor de
pastoraal in de federatie Ieper Sint‐Elooi. Hij is parochiaal contactpersoon voor
de parochie Sint‐Vedastus in Vlamertinge. Beroepshalve werkt Marc in het
BUSO, buitengewoon secundair onderwijs, van het GO!,
gemeenschapsonderwijs. Zo is Marc een stille bruggenbouwer. Op de jaarlijkse
ontmoeting van gewijde bedienaren en religieuzen werkzaam in het onderwijs
sprak hij onderstaand getuigenis uit.
Diaken in het onderwijs
Marc Vangheluwe
oen ik in 1989 begon aan de opleiding van het
permanent diaconaat, had ik echt niet het minste
vermoeden van hoe mijn leven zou veranderen in het
kader van mijn schoolse loopbaan.
Ik was toen en ben nog steeds leraar
algemene sociale vorming aan de
school “ Ter bruyninge”, een school
van het gemeenschapsonderwijs
voor buitengewoon onderwijs in
Marke. Ik was pas een tweetal jaar
in het BUSO, toen ik de opleiding
startte. Als regent Nederlands‐Engels‐geschiedenis had men mij
gevraagd om een beetje taal te geven aan wat zwakke leerlingen.
Maar groot was mijn verbazing toen ik in opleidingsvorm 1
terechtkwam in een klasje met 5 leerlingen tussen 15 en 25 jaar, die
meervoudig gehandicapt waren, en waarvan de voornaamste
diagnose luidde : autisme.
In die eerste jaren werd ik dagelijks geconfronteerd met veel
tegenstrijdige gevoelens en vragen. Enerzijds was het vaak plezierig

24 mei 2009
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 4
om met deze kinderen te werken, en anderzijds was de mogelijkheid
tot menselijk contact zo klein omwille van hun handicap. Enerzijds
was ik gewend om theorie en oefeningen, dus de cognitieve leerstof,
door te geven, en nu werd mijn taak eerder opvoedend, werd ik
vooral op affectie aangesproken en werd ik ook sterk geconfronteerd
met de zinsvraag die leefde bij sommige ouders.
Gelukkig was ik in de periode bij een gebedsgroep van de
Charismatische Vernieuwing, en was ik ook sterk betrokken op de
Kerk en het geloof. Ik las veel in de periode en kon mijn werk met die
kinderen plaatsen in een brede context van christelijke naastenliefde.
Zoals Levinas het zo passend verwoord heeft, was hun zijn een levend
appel om liefde in de wereld te brengen. Ik kon voor mezelf vrij vlug
tot aanvaarding komen om de taak die me werd toegewezen met
gedrevenheid en vreugde te beleven.
Tijdens de opleiding werden wij vaak erop gewezen dat onze roeping
er vooral in lag om het diaconaat te beleven, in de eerste plaats in
ons gezin en onze werkkring, en pas dan in de geloofsgemeenschap.
In het begin kun je dat moeilijk plaatsen, omdat je gedreven als
echtpaar de opleiding volgt, en het diaken zijn vooral ziet in functie
van een mogelijke inschakeling in het kerkwerk. Diaconie thuis en bij
de mensen is toch een evidentie, waarvoor je niet onmiddellijk een
opleiding nodig hebt, enkel een groot hart dat door Jezus
geïnspireerd wordt. Maar naderhand blijkt dat toch belangrijk
geweest te zijn, want eenmaal gewijd en benoemd gaat er zoveel
energie naar dat deelaspect van je diaken zijn, dat, vooral het belang
van het gezin, en de relatie, daaronder af en toe onder druk komen
te staan.
Wat mijn beroep betreft, ik naderde de wijdingsdatum en eigenlijk
wist ik niet goed hoe ik dat op school kon of moest bekendmaken. Er
werd bij ons op school praktisch nooit over godsdienst of religieuze
bewogenheid gesproken en slechts enkele collega’s waren op de
hoogte van de weg die ik aan het bewandelen was. Dat was uiteraard

24 mei 2009
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 5
de lerares Rooms‐katholieke godsdienst, een tweetal collega’s
paramedici, waarvan er één een zeer gelovig evangelisch mens is, en
vreemd genoeg de leraar niet‐confessionele zedenleer. Met deze
laatste had ik regelmatig zinnige en diepe gesprekken en hij kon dit
plaatsen, want zelf kwam hij uit een gelovig katholiek verleden. Maar
om een of andere reden had hij geloof en kerk de rug toegekeerd en
was fervent humanist geworden. Hij was echter niet antiklerikaal,
zoals sommigen wel zijn.
Dus in die periode gebeurde het dat er een betrekking zedenleer vrij
kwam en men niet onmiddellijk een leerkracht vond, en toen vroeg
de directeur me of ik die taak niet op me wou nemen. Ja, toen was ik
wel verplicht om open kaart te spelen en het duurde niet lang of
nogal wat collega’s wisten dat ik in de kerk “ iets” ging doen. Vanaf
dat moment werd er openlijk over gesproken en tot mijn verbazing
was dat eerder positief dan negatief. Maar meteen bracht dat ook
met zich mee, dat ik precies meer collega’s zomaar eens “toevallig”
ontmoette, en dat die mensen dan met een of ander probleem, of
vraag i.v.m. kerk of geloof op de proppen kwamen.
Op een winterse dag, het was het feest van Franciscus Xaverius,
missionaris, werd ik gewijd. En naast de godsdienstleerkrachten
waren er toch een tiental andere collega’s naar Reningelst
afgezakt om er de plechtigheid bij te wonen. Kort na de
wijding heb ik een jaar “verlof zonder wedde” genomen
om me in te zetten als animator voor wereldmissiehulp,
maar dat beviel me niet zo, en ik verlangde terug naar
school.
En zo ben ik nu al weer elf jaar terug in mijn vertrouwde BUSO.
Intussen heb ik veel meer dan enkel maar autistische kinderen gehad
in mijn klasje, en ik ervaar dat ik inderdaad, zonder uitgesproken
“diaken” te zijn, toch de diaconale figuur van de school ben
geworden, en dit op vele vlakken.

24 mei 2009
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 6
Ten eerste op het vlak van de leerlingen.
Met mijn 54 jaar – in het onderwijs al een
oudgediende‐ b en ik zowat een
vaderfiguur
in onze afdeling OV1 geworden. Ik ka n van
die kinderen heel veel verdragen – en wees
gerust, dat is niet altijd gemakkelijk, zowel
psychisch als fysisch. Maar als je kunt
relativeren, als je de oorsprong van de conflicten kunt ontdekken, als
je de leerling als een evenwaardige mens kunt benaderen en als je af
en toe ook het kind kunt laten aanvoelen dat het er mag zijn – in al
zijn gebrokenheid en onmacht‐ , en dat jij er wilt zijn voor die
leerling‐ los ook van je opdracht als leraar, dan ervaar je toch in de
eerste plaats voor jezelf dat het leven zinvol is, en dit alles toch
gebeurt in het licht van Christus. Het moet allemaal niet, maar als je
zelf door zo te leven en te werken gestalte kunt en mag geven aan de
Liefde, dan maakt dat je ergens diep gelukkig. En meer en meer,
ervaar ik dat die kinderen voor mij het gelaat van de gekruisigde zijn.
Sommige kinderen komen uit zo’n schrijnende en erbarmelijke
situaties, sommigen zijn echt verstoten door hun ouders en zien ze
ook nooit meer, sommige kinderen komen
uit sociale milieus waar nooit een
vriendelijk woord gezegd wordt, waar
incest en porno en drank nooit ver weg zijn,
waar de “struggle for life” in volle hevigheid
gevoerd wordt. Een wereld waar je als
mens en als leerkracht machteloos
tegenover staat. En als er dan op een goede
dag een leerling zegt :” Meester, zou jij mijn
papa niet willen zijn ?”, dan weent mijn
hart, en ik besef dat het meteen ook het
grote hart van God is, dat weent. En ik ben dankbaar
dat ik in al mijn
onmacht en kleinheid, daar mag zijn, woordeloos, sprakeloos.

24 mei 2009
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 7
Ten tweede mag ik ook ervaren dat op het vlak van de collega’s, er
een grote openheid is gegroeid ten opzichte van mijn extrascolaire
functie en van het geloof in het algemeen. Wat vroeger praktisch
nooit gebeurde, kan nu in alle vrijheid en verdraagzaamheid plaats
grijpen. In onze vergaderingen, in de leraarskamer, tijdens
gesprekken vertelt regelmatig iemand iets over het geloof, hetzij een
gebeurtenis die men meemaakte, hetzij dat hun kinderen naar de
vormselcatechese gaan, of ze zijn naar een doop of een huwelijk
geweest, of ze hebben een of andere uitzending op tv gezien en daar
kwam de kerk , het geloof of de paus ter sprake. Alleen moet ik
eerlijkheidshalve toegeven dat de figuur van de paus voor veel
mensen controversieel is. En wat ik erg apprecieer, is dat gelovige
collega’s zich precies gesterkt voelen om als gelovige naar buiten te
treden. Zo was er een lerares die zei dat ze met haar man elke
zondag naar de mis ging, en dat ze daar deugd aan beleefde. En
iedereen vond dat normaal.
Ook heb ik al jaren een zeer hechte band met de leerkrachten
godsdienst, zowel katholiek als protestant. Vooral met de leerkracht
protestantse godsdienst heb ik diepzinnige gesprekken en ik kijk
eigenlijk een beetje op naar zijn Bijbelse kennis. Soms kan ik wel
eens, als ik van preek ben, met hem daarover van gedachten wisselen
en krijg ik soms nieuwe inzichten. Van hem krijg ik zo vooral impulsen
om enerzijds mens van God te zijn en anderzijds een mens die in de
realiteit van elke dag staat, en dat harmonisch met elkaar te kunnen
waarmaken.
Een derde vlak waarop mijn diaconaat zich manifesteert in mijn
onderwijsloopbaan, is de inzet in het geheel van de schoolstructuur.
Misschien heeft dat ook wel iets te maken met het feit dat ik zelden “
nee” zeg. Zo ben ik coördinator – klassenraadvoorzitter van onze
afdeling, ik vertegenwoordig onze afdeling in de vriendenkring, en ik
ben onuitgesproken mentor van de jonge collega’s die hun eerste
stappen zetten in het BUSO. En als er dan nog in het kader van de

24 mei 2009
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 8
leerlingenbegeleiding eens speciale stappen dienen te worden gezet
naar gerechtelijke of sociale instellingen, dan vindt men mij ook. En in
die optiek heb ik soms contact met moslimgezinnen, wat op zichzelf
verrijkend is als je het cordon van de argwaan kunt doorbreken. En
tenslotte ben je de aan te spreken persoon als er zich een overlijden
voordoet op school of als men eens – zij het dan pluralistisch – een
herdenkingsdienst organiseert. Maar als je een beetje inventief bent,
kun je daar zeker God even ter sprake brengen.
Diaken zijn in het Gemeenschapsonderwijs is voor mij
geen officiële functie, geen liturgie, geen pastoraal, geen
grote woorden, en geen must. Maar het is mogen
beseffen dat ik mag zijn wie ik ben, en zoals ik ben,
levend teken van Gods liefde voor de mensen, bewust en
onbewust. Ik kan dan ook alleen maar voor Hem komen,
dankbaar om het geroepen zijn, en bidden :” Vader, hier ben ik, doe
met mij wat Gij wilt, als Uw liefde maar gebeurt in mij.”
Vraag je elke dag als je wakker wordt af:
wat kan ik vandaag doen
om de degenen waar ik van houd
gelukkig te maken?
Dr. Phil McGraw

24 mei 2009
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 9
Efrem vzw één jaar na de prijs
“Armoede uitsluiten”.
Dirk Verschoore
14
februari 2008 was voor Efrem vzw min of meer
Valentijnsdag. Het was Welzijnszorg vzw die haar oog
had laten vallen op onze organisatie om haar in de
aandacht te brengen met de nationale Prijs “Armoede Uitsluiten
2008”. Vorig jaar werd daarover al uitvoerig bericht.
Maar wat zijn de gevolgen nu, ruim een jaar later? Was de bekomen
Prijs een start voor herkenning en erkenning of een vergiftigd
geschenk? Gedurende de jaren 2003‐2004‐2005 werden we al
gesteund door Cera(foundation) als pilootproject. Ook toen ging Cera
van de veronderstelling uit dat na drie jaar er wel een structurele
ondersteuning uit de bus zou komen in de vorm van erkenning en
subsidiëring door één of ander ministerie. Dit bleek niet het geval.
Ook gedurende 2008 werden alle ministeries (Vlaams en federaal)
bevraagd naar de mogelijkheden op het vlak van erkenning en
subsidiëring. Alleen binnen het Vlaams
Ministerie voor Welzijn en Gezin bleek
er een mogelijkheid te bestaan om
gedurende 1 jaar een toelage te
ontvangen in het kader van de
aanvullende, experimentele en
vernieuwende projecten in de
armoedebestrijding. Per Vlaamse
provincie hebben we daar dan ook een
aanvraag ingediend. Geen enkel van
deze aanvragen had resultaat. Binnen
het Ministerie heeft men immers
prioriteiten gesteld inzake

24 mei 2009
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 10
armoedebestrijding en de zelfstandige ondernemers vallen daar niet
onder.
Binnen de beperkte middelen die aan armoedebestrijding besteed
worden, kan je met een groep die niet automatisch gelinkt wordt aan
armoede niet terecht. Zelfstandige ondernemers zijn duidelijk zo’n
groep die meer armoede en meer verborgen armoede kent dan
werknemers en bedienden, maar die helemaal niet genoemd worden
in het federaal plan voor armoedebestrijding of in enig ander
beleidsdocument inzake sociaal beleid. Natuurlijk is het daarom net
nodig om regelmatig in de aandacht te komen. Een
mentaliteitsverandering in het denken rond zelfstandig
ondernemerschap is meer dan ooit nodig. Maar publiciteit werkt als
een tweesnijdend zwaard.
Uit het werkingsverslag blijkt dat het aantal begeleidingen
toegenomen is van 126 in 2007 naar 233 in 2008. Als we kijken naar
het aantal begeleidingen die nieuw opgestart werden tijdens het
werkjaar, zien we het cijfer meer dan verdubbelen in deze jaren; van
82 naar 176!

24 mei 2009
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 11
Waar situeert zich de grootste toename in hulpvragen?
In Menen/Lauwe (van 1 naar 14), in de Westhoekgemeenten (van 31
naar 70) met Groot‐Ieper op kop (van 14 naar 20), gevolgd door
Groot‐Poperinge (van 6 naar 14) en met een zeer opvallend cijfer
voor Houthulst (+Merkem) dat stijgt van 2 naar 8. Ook de regio
Torhout/Zedelgem/Zwevezele scoort opvallend hoger (van 3 naar
11), alsook Oostende (van 3 naar 9) en de Oostkust (van 4 naar 9). De
regio Roeselare‐Tielt en de Westkust stagneren en de regio Kortrijk‐
Waregem volgt het stijgingspercentage (van 24 naar 47 voor het
Kortrijkse en van 3 naar 7 voor Deerlijk/Waregem).
In tegenstelling tot wat de lezer waarschijnlijk verwacht, moeten wij
stellen dat dit geen gevolg is van de slabbakkende economie. Het
overgrote deel van de hulpvragers kampen al jaren met ernstige
problemen en vonden nu pas de mogelijkheid om op onze organisatie
een beroep te doen. Natuurlijk zitten er wel een aantal tussen die
door economische berichtgeving de hoop ontnomen worden dat het
nog zal beter gaan. Maar de echte slachtoffers van de recessie

24 mei 2009
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 12
verwachten we maar na het verlof en in de loop van 2010. Het ligt in
de aard van onze ondernemers dat zij eerst alle mogelijkheden en
middelen zullen uitputten voor zij om hulp willen roepen.
Oproep tot medewerking
Het baart ons zorgen hoe wij ons op de
verwachtte, aanhoudende stijging van
hulpvragen kunnen voorbereiden. Efrem vzw
blijft in belangrijke mate een
vrijwilligersorganisatie. Maar de toenemende
problematiek vergt al een personeelskader
van meer dan drie voltijdse equivalenten. Bij afwezigheid van
structurele middelen, blijkt dat wij sterk de kaart van de sponsoring
zullen moeten trekken. Nu al gaat 20 tot 30 % van onze tijd naar het
zoeken van financiële middelen. Wie ons hierbij behulpzaam kan en
wil zijn, wordt verzocht zich te melden.
We denken hierbij vooral aan mensen die ons kunnen in contact
brengen met begoede ondernemers of met verantwoordelijken van
organisaties die sociaal hulpbetoon in het vaandel voeren. Wil eens
nagaan of u in uw kennissenkring of parochie niet iemand kent die
daarvoor in aanmerking komt. Het kan nooit kwaad om eens te
polsen bij bekenden naar mogelijkheden voor ondersteuning. Wij zijn
steeds bereid om alle mogelijke informatie te bezorgen en om
persoonlijk de doelstelling en werking van Efrem vzw toe te lichten.
Het gaat werkelijk om het voortbestaan en de verdere uitbouw van de
hulpverlening aan zelfstandigen in moeilijkheden en gefailleerden. Dit
in afwachting van het wonder van structurele ondersteuning. Zoals u
weet, vragen wonderen in deze dagen veel geduld.

24 meii
2009
Wee
lezen inn
de brie even van Paulus ddat
de diakens
niett
alleen werden aangestteld
voorr
de zorg g voor
de weduween,
maar r dat zij daartoe ook collectes
dienden
te houden n en oppgedrageen
werde en de
finaanciën
gooed
te be eheren. VVan
daarruit
mog gen we
afleeiden
daat
ook het h zoekken
van middele en en
spoonsoring
voor goede
o doelen
behhoren
to ot het
echhte
diacconale
werk. Vaak liijkt
het t ons
gemakkelijker
te geven
dan te vragen. Misschieen
moeten
we bi ij deze
gelegeenheid
oook
eens die laatsste
weg uitprober u ren.
Ook ddiakens
kunnen
een
drupppel
op de e hete plaaat
zijn……
Een ggewone
gift kann
op reekeningnummer
91952231‐17
mmet
vermelding
"ggift".
[CONTACTBRIEF
NUUMMER
61] ]
13
van Efrrem
vzw 462‐
Maar wie eenn
belastingsattesst
wil (omdat
hijj/zij
minstens
30 0 euro
stort of omdaat
hij/zij regelmaatig
klein nere bedragen
sttort)
moe et zijn
betaling
verrichten
nnaar
rekkening
nummer n 467‐50001701‐80
0 van
Caritaas
Hulpbetoon
vzzw
met vermeld ding "vooorkeurproject
nu ummer
15".

24 mei 2009
Er zit meer in een liedje 5
Rudy Weyne
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 14
e vorige bijdrage bracht ons op het spoor van het
intredelied doorheen de christelijke liturgie, dit vanaf
de eerste tekenen van organisatie en structurering van
de eucharistieviering tot aan het Tweede Vaticaans
Concilie. De ontwikkeling van de liturgische muziek die
daarop volgde, bracht heel wat nieuw materiaal op de markt. Muziek
en teksten kwamen dichter bij de concrete leefwereld van de
gelovigen te staan en leenden zich beter tot participatie van de
verzamelde gemeenschap.
Om deze deelname te helpen realiseren volstaat het niet om gewoon
wat liederen in de volkstaal te presenteren. Er moet meer gebeuren!
Inzichten vanuit verschillende disciplines kunnen de keuze van het
intredelied mee helpen bepalen. Daarom doen we voor een goede
keuze beroep op liturgische, muziekwetenschappelijke,
pedagogische, artistieke en literaire inzichten. Deze gebieden kunnen
ons verder op weg zetten om een interessant en verantwoord

24 mei 2009
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 15
intredelied te vinden dat zijn plaats en functie ten volle kan
waarmaken. Ook dat is een van de geheimen van een aansprekende
en uitnodigende liturgie.
Het spreekt voor zich dat een aantal criteria ook zullen opgaan voor
andere liederen tijdens het vieren van de eucharistie. Tevens kunnen
andere vormen van vieren hun voordeel halen uit de opgedane
inzichten.
We bekijken het (intrede)lied even zoals het zich bij een eerste
kennismaking aan ons voordoet.
We staan er niet altijd bij stil dat een lied is samengesteld uit muziek
en woorden. We horen een melodie samen met een tekst. Waar we
vaak helemaal niet op letten is dat het ook een structuur heeft, een
welbepaalde vorm. Deze vorm is belangrijk. Ook de inhoud van de
tekst is ons niet altijd meteen duidelijk. Redenen genoeg om even uit
te zoeken waarom een intredelied niet zomaar gelijk welk lied kan
zijn.

24 mei 2009
1 Intredelied: eigenschappen
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 16
Met het intredelied begint de participatie van de gelovigen aan de
viering. Omdat mensen mentaal en fysiek nog in de
voorbereidingsfase zitten, kunnen we best wat voorzichtig zijn met
de belasting van het participatievermogen van de verzamelde
gemeenschap.
Het intredelied moet vooral een uitnodiging zijn om mee te doen en
niet om af te haken.
Daaruit volgen deze inzichten:
• Een duidelijke, aansprekende melodie samengesteld uit een
eenvoudig ritme, een diatonisch melos met een zekere logica in
de gebruikte toonafstanden en een beperkte tessituur.
• Een duidelijke tekst zowel inhoudelijk als naar literaire vorm.
• Een syllabische tekstplaatsing.
• Een overzichtelijke en goed gestructureerde muzikale vorm.
• Een duidelijke en op de hoofdfuncties gebaseerde harmonische
ondersteuning.
Het klinkt misschien wat overweldigend (en dat is het ook) maar veel
zal duidelijk worden aan de hand van een voorbeeld uit onze bundel.
Een goed voorbeeld dat onze gedachtegang kan ondersteunen is het
lied op blz. 85: Wij zoeken U.

24 mei 2009
2 De structuur of de literaire vorm
Wij zoeken U als wij samenkomen
Wij zoeken U als wij samenkomen,
hopen dat Gij aanwezig zijt,
hopen dat het er eens van zal komen:
mensen in vrede vandaag en altijd.
Wij horen U in oude woorden,
hopen dat wij uw stem verstaan,
hopen dat zij voor ons gaan verwoorden
waarheid en leven, de bron van bestaan.
Wij breken brood en delen het samen,
hopen dat het wonder geschiedt,
hopen dat wij op hem gaan gelijken,
die ons dit teken als spijs achterliet.
Wij vragen U om behoud en zegen,
hopen dat Gij ons bidden hoort,
hopen dat Gij ons adem zult geven:
geestkracht die mensen tot vrede bekoort.
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 17
a
b
a
b
a
b
a
b
a
b
a
b
a
b
a
b
Kwatrijn
Gekruist rijm
met eindrijm
Vrouwelijk of slepend rijm
Mannelijk of staand rijm
Dit lied verscheen in de bundel 24 Kerkliederen, een uitgave van Gooi
en Sticht BV‐Hilversum. Het is een reeks liederen rond woord en
sacrament op teksten van Henk Jongerius o.p.(1). Deze bundel wil
tegemoet komen aan de vraag naar gezangen die minder aan het
kerkelijk jaar gebonden zijn en daardoor een grotere inzetbaarheid
hebben.

24 mei 2009
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 18
2.1 Vorm
Naar vorm merken we dat er vier strofen zijn die telkens vier regels
bevatten. In literaire termen(2) spreken we van kwatrijnen. Het
gedicht bevat dus 4 kwatrijnen. De regels zijn zo geschreven dat ze
als 1 en 3, en 2 en 4 rijmen op het laatste woord, de laatste
lettergreep of meerdere lettergrepen. Bij mannelijk of staand rijm
bestaat de rijmuitgang uit één lettergreep, bv. zijt en tijd. Bij
vrouwelijk of slepend rijm twee lettergrepen, bv. zegen en geven. Bij
onzijdig of glijdend rijm bestaat de uitgang uit drie gelijkluidende
lettergrepen, bv. kinderen en hinderen (niet van toepassing in dit
gedicht).
Komen en komen
Zijt en altijd
Woorden en verwoorden
Verstaan en bestaan
Samen en gelijken
Geschiedt en achterliet
Zegen en geven
Hoort en bekoort
Deze manier van rijmen noemen we gekruist rijm met eindrijm. Door
zijn klankrijkdom is het zeer geschikt voor liederen of liedachtige
gedichten.(3)
Het rijmschema stellen we voor als a b a b.
De structuur van het gedicht is dus 4 x abab.
Het grote voordeel van een rijmschema is dat het geheugen extra
impulsen krijgt door de gelijke klanken op het einde van de pare of
onpare regels. Vermits ons geheugen werkt met associaties, zijn deze

24 mei 2009
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 19
klanken en het gebruik van een logische vorm (4x4) goede
hulpmiddelen bij het aanleren, verwerken en onthouden van deze
tekst. Dat heeft dan weer tot gevolg dat men het gevoel heeft dat het
‘doenbaar’ is. De cognitieve processen die het ‘onthouden’
veroorzaken, mogen dus gerust mee in kaart worden gebracht bij het
kiezen van een (intrede)lied.(4)
Laten we nu even kijken hoe de versregels zijn opgebouwd.
Door het feit dat het hier om poëzie gaat en niet om proza, merken
we dat de verschillende regels over een sterk en regelmatig zinsritme
beschikken. Ritme is dan ook van groot belang in poëzie, zeker als het
gedicht ook bedoeld is om zich met melodie te verbinden.
Het ritme zorgt voor een regelmaat die wij als natuurlijk aanvoelen.
Regelmaat ontstaat door de opeenvolging van versregels die op hun
beurt samengesteld zijn uit versvoeten. Dichtregels waarin
versvoeten te onderscheiden zijn noemen we metrisch: ze hebben
een metrum.
Om het metrische patroon van een gedicht te ontdekken, moet je
zoeken naar de beklemtoonde en onbeklemtoonde lettergrepen. We
noemen ze heffingen en dalingen. Het gaat dus over de afwisseling
van sterke en zwakke lettergrepen.
Versvoeten kunnen bestaan uit:
• een heffing en een daling = de troche;
• een daling en een heffing= de jambe;
• twee heffingen =de spondee;
• een heffing en twee dalingen: dactylus, amfibrachys of de
anapest.

24 mei 2009
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 20
Een versregel kan bestaan uit één tot acht versvoeten: van
monometer tot octometer.
Deze ritmische en metrische onderverdeling heeft tot gevolg dat er
een soort wiskundige verhouding bestaat in de totale structuur van
het gedicht.
Even in detail: alle versregels – met uitzondering van de eerste regel
van de tweede strofe – zijn deelbaar door het getal 4.
Het woord HOPEN komt als belangrijkste woord 8 maal voor en is dus
ook deelbaar door 4.
Even op een rijtje:
4 strofen
4 versregels per strofe (kwatrijnen)
15 van de 16 regels zijn deelbaar door 4 (aantal lettergrepen)
8 maal het woord HOPEN
8 maal het gebruik van gekruist rijm
Het getal 4 speelt dus een duidelijke rol in de structurering van het
gedicht.

24 mei 2009
2.2 Het getal 4 in de Bijbel en in dit
gedicht
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 21
Vier is in de Bijbel het volkomen getal: vier
evangelies, vier windstreken, vier letters
voor God (JHWH), vierkant en kubus: gelijkheid en evenwicht enz.(5)
Het is dus niet verwonderlijk dat het getal vier en zijn veelvouden een
krachtige invloed uitoefenen op de cognitieve processen die
meespelen in het onthouden en bezitten van deze tekst.(6)
Niet alleen naar vorm, maar ook naar inhoud speelt het getal 4 mee.
Zo merken we een duidelijke verdeling van de inhoud over de vier
strofen waarbij het woord HOPEN werkt als een soort katalysator.
Strofe 1 Wij komen samen omwille van de heer Jezus en
Strofe 2
Strofe 3
HOPEN op zijn aanwezigheid.
Wij luisteren naar het woord en HOPEN op het
verstaan van de boodschap.
Wij breken brood en HOPEN dat wij op Hem gaan
gelijken.
Strofe 4 Wij HOPEN op zegen en kracht om de boodschap
naar de wereld te brengen.

24 mei 2009
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 22
2.3 Inhoud
We zien heel duidelijk dat de opbouw van de strofen parallel loopt
met de opbouw van de eucharistieviering:
• wij komen samen: openingsriten
• wij luisteren naar het woord: dienst van het woord
• wij breken brood: dienst van de eucharistie
• wij vragen om kracht naar de wereld toe: zending
2.3.1. VAN IK NAAR WIJ
De tekst verwoordt wat we doen: samenkomen, luisteren, breken en
delen en gesterkt de boodschap brengen aan de wereld. Het is een
echt WIJ‐lied. Wij komen samen om gemeenschap te vormen. Onze
individualiteit wordt doorbroken door het samen zingen en beleven
van de tekst. Het is dus een interessante tekst om de delen en de
inhoud
van de eucharistie aan te brengen.
2.3.2. HOOP
Het woord HOOP biedt ons de gelegenheid om een van de
fundamenten van ons christenzijn even naar voren te schuiven. Hoop
is dan ook het leidmotief in dit gedicht.(7) Christenen zijn positief
ingestelde mensen die altijd blijven HOPEN dat alles goed komt. De
eigen inzet is hierbij zeer belangrijk. Het Rijk Gods moet immers tot
stand worden gebracht in een wereld die andere prioriteiten heeft.
Maar een christen die zich niet voedt aan de eucharistie, dreigt zijn
kracht en overtuiging te verliezen. De wereldse krachten zijn zo sterk
dat men zonder het regelmatige voedsel van de eucharistie de kans
loopt opgeslorpt te worden door wat de wereld opdringt. Dat proces
van secularisatie kan een verlies aan identiteit veroorzaken.(8) We
moeten dus bijzonder waakzaam zijn en alle kansen grijpen om over
de eucharistie te blijven spreken en er naar te verwijzen. Het verlies
aan eucharistie waar we nu mee te maken hebben, kan nauwelijks

24 mei 2009
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 23
onderschat worden. Het verminderen van de mogelijkheden om
eucharistie te vieren en het weren van de communie bij niet‐
eucharistische vieringen (zelfs in noodgevallen op zondag) zal de
band met het breken van het brood langzaam maar zeker losser
maken. De behoefte aan eucharistie kan op termijn zelfs verdwijnen.
Dat lijkt mij een gevaarlijke evolutie. Men kan zich zelfs de vraag
stellen in hoeverre men nog ten volle kerk kan zijn zonder
eucharistie…
2.3.3. Het taalidioom van de dichter
In het boek: De kerk bloost(9) merkt J. Mettepenningen terecht op:
’de essentie van de liturgiehervorming ligt volgens mij in een
taalhervorming… Men kan pas echt danken als men er de gepaste
taal voor heeft, een taal waarin men zich thuis kan weten.’
De taal die in de liturgie gebruikt wordt is inderdaad een belangrijk
gegeven. Veel van onze kerkliederen zijn ‐ zeker wat de tekst betreft‐
gedateerd. Ze gebruiken een beeldtaal die niet altijd meer
verstaanbaar is voor de eigentijdse gelovigen. Daardoor ontstaan
misverstanden en verkeerde interpretaties van de teksten. Er is dus
grote nood aan teksten die aansluiten op de leefwereld van de
moderne mens.
De taal die Jongerius gebruikt is tegelijk lyrisch, poëtisch én duidelijk.
De tekst van het gedicht vertelt gewoon wat er gebeurt als wij
samenkomen vanuit de hoop dat het wonder geschiedt. Geen
theologische of academische hoogstandjes, maar een alledaags
taalgebruik dat door zijn poëtische kracht toch boven het directe
uitstijgt. De dichter slaagt erin om in de opeenvolging van de
kwatrijnen een dynamiek te ontwikkelen, die de kern van ons gelovig
samenzijn rond woord en brood eenvoudig verwoordt. Dat
taalidioom is dan ook bijzonder geschikt als tekst voor een
intredelied.

24 mei 2009
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 24
Verwijzingen
(1) JONGERIUS, Henk. Geb. 1941 te Utrecht. Dominicaan.
Schrijver van liturgische teksten en liederen.
(2) H. van Gorp e.a. Lexicon van literaire termen, Mechelen
2007
(3) J. BAKKER, Rijmhandboek, 8 woorden op muziek,
Amsterdam 2005
(4) J. RITGER, Psychologie voor de praktijk, 3.3. cognitieve
leerprocessen, Bussum 2004
(5) Dr. C.J. den Heyer, Dr. P. Schelling, Symbolen in de Bijbel,
Zoetermeer 2000
(6) J.RITGER ,Psychologie voor de praktijk, 3.3.3 Het geheugen,
Bussum 2004
(7) Rom. 15: 1‐6
(8) C.A.M. HERMANS, Participerend organiseren van identiteit,
Budel 2003
(9) J. METTEPENNINGEN, De kerk bloost, Leuven 2008

24 mei 2009
Geboorte
Noor Van den Bussche
Geboren op 19 september 2008
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 25
Dochter van Matthias en Katrien Van den Bussche – Dejonghe
Kleindochter van Philippe en Tine Van den Bussche – Pecceu
Janne Debusschere
Geboren op 8 december 2008
Dochter van Harold en Nele Debusschere ‐ Devos
Axl Demuynck
Tille Ghyssaert
Geboren op 28 januari 2009
Zoon van Sigrid Deceuninck en Steve Demuynck
Kleinzoon van Dirk en Ann Deceuninck ‐ Toye
Geboren op 18 februari 2009
Dochter van Pieter en Veerle Ghyssaert ‐ Ranson
Kleindochter van Paul en Chris Ghyssaert ‐ Mahy
Aylin Thais Heirbaut
Geboren op 26 februari 2009
dochter van Piet en Rois Heirbaut
Kleindochter van Guy en Magda Heirbaut ‐ Fryns.

24 mei 2009
Brent Descamps
Geboren op 23 maart 2009
Zoon van Joris en Heidi Vangheluwe.
Kleinzoon van Marc en Nicole Vangheluwe ‐ Truant
Leon Rigole
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 26
Geboren op 22 april 2009
zoon van Dieter en Elisabet Rigole‐Vergaerde
Opa Achiel Vergaerde en oma Claudette Duyck zijn grootouders.
Renaat Deschamps
Tot kind Gods geboren op vrijdag 24 april 2009.
Kind van Tobias en Lizzy Deschamps‐Deceuninck
Kleinzoon van Dirk Deceuninck – Ann Toye.
Proficiat aan alle ouders en grootouders

24 mei 2009
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 28
Geroepen en gezonden door onze bisschop
Bron: Ministrando
Filip Carpentier, permanent diaken, mede‐verantwoordelijke voor de
pastoraal van de Sint‐Amandusparochie te Hooglede, is benoemd tot
medeverantwoordelijke voor de pastoraal in de federatie Hooglede‐
Gits, met behoud van zijn functies van proost van het ACW‐verbond
Brugge en interdiocesaan pastor van de KAJ.
Kan. Antoon Wullepit is, met behoud van zijn andere functies, tevens
benoemd tot verantwoordelijk priester in het diocesaan team
gezinspastoraal, in opvolging van Geert Dedecker.
Harold Debusschere, nieuw gewijd permanent diaken, is benoemd
tot diocesaan proost van de K.A.J. en tot medeverantwoordelijke
voor de pastoraal in de federatie Noorder‐Licht Diksmuide.
Dominiek Gheysen is benoemd tot halftijds pastoraal werker aan het
PZ Heilige Familie te Kortrijk en halftijds pastoraal werker aan het
WZC Rustenhove te Ledegem.
Dominiek Lodewijckx, permanent diaken, is benoemd tot voltijds
medeverantwoordelijke voor de pastoraal in het decanaat Kortrijk.
Ksaf Hennion, permanent diaken, voltijds medeverantwoordelijke
voor de pastoraal in de federatie Waregem, is benoemd tot voltijds
medeverantwoordelijke voor de pastoraal in de federatie Kuurne,
met ingang van 1 april 2009.
Steven Knockaert, permanent diaken, verbonden aan de Sint‐
Michielsbeweging Kortrijk en medeverantwoordelijke voor de
pastoraal in het decanaat Menen, is tevens benoemd tot
medewerker aan IJD‐Brugge (jeugddienst bisdom Brugge)

24 mei 2009
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 29
Het woord “diaken” in Nederlandstalige Bijbels.
Wilfried Pauwels
Op de derde centrale avond kwam een dominee over het thema
“dienstwerk in de Bijbel” spreken. Hoewel het thema maar beperkt
werd belicht, ging onze collega Wilfried dan toch op zoek in zijn
verzameling bijbels.
Wilfried zocht naar het woord diaken. Hiervoor komen vier
bijbelfragmenten in aanmerking:
Romeinen 16,1
Filippenzen. 1,1 1
1 Timoteus 3,8
1 Timoteus 3,12
Vergelijk nu zelf maar. Lees hier dan het verrassende resultaat.
k heb gekeken in welke vertalingen er letterlijk “diaken” staat.
Ik weet ook wel dat we al van in het oude testament en zeker in
het evangelie verwijzingen hebben naar de dienaar, en dat we
zeker uitkomen bij Jezus, maar hier zoek ik enkel naar het
letterlijke woord “diaken”.

24 mei 2009
1. In de katholieke traditie:
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 30
Bijbeluitgave Rom. 16,1 Fil. 1,1 1 Tim. 3,8 1 Tim. 3,12
Moerentorf
(1599)
Editie 1846
Die in dienst is
van
Beelen (1866) Die in dienst is
der
Van Tichelen Die diakones
is
Bisschoppen
en diakens
Bisschoppen
en diakenen
Episcopen en
diakenen
(1926)
C. Smits Diakones van Bisschoppen
(1938)
Keulers
(1938)
en diakens
Petrus Canisius Diakones van Bisschoppen
(1939)
en diakens
Pouckens diakones Episcopen
(1948)
Willibrord
((1961)
en diakens
Vertaling v/d ‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐ Bisschoppen
Regensburger
NT (1963)
en diakens
Willibrord Diaken van Leiders en
(1995)
diakens
Diakones van Opzieners en
diakenen
Diakones van Opzieners en
diakens
diakens diakens
diakenen Diakenen
diakenen Diakenen
diakens Diakens
Diakens Diakens
diakens Diakens
diakens Diakens
diakenen Diakenen
De diakens diakens
Diakens diakens

24 mei 2009
2. In de protestantse tradities:
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 31
Bijbeluitgave Rom. 16,1 Fil. 1,1 1 Tim. 3,8 1 Tim. 3,12
Statenve
rtaling
(1637)
editie1928
Van der Palm
(1830)
Alg. Synode
der Nederl.
Hervormde
Kerk (1868)
Een dienares
in van
Zijnde eene
diakonesse
der
Welke
diakones is
van
Opzieners en
diakenen
Opzieners en
diakenen
Opzieners en
diakenen
Bakels (1908) diakones Opzieners en
diakenen
Leidse Diakones is Opzieners en
Vertaling van
(1912)
verzorgers
Tekst en uitleg Dienares der Opzieners en
(1916)
diakenen
Obbinck Die dienares Opzieners en
Brouwer (1927) was van diakenen
Korte Dienares is van Opzieners en
verklaring
(1932)
diakenen
Lutherbijbel Die in de Opzieners en
(1935)
Herziening van
Visscher (1648)
dienst der diakenen
NBG Dienares der Opzieners en
(1951)
diakenen
Parafrase-Bijbel
(50’er jaren)
Trouwe
dienares
Met de
ouderlingen
en de
diakenen
diakenen diakenen
diakenen Diakenen
Diakenen Diakenen
diakenen diakenen
diakenen Diakenen
diakenen Diakenen
diakenen Diakenen
diakenen Diakenen
diakenen Diakenen
diakens Diakens
Het
diakenambt
Diakenen

24 mei 2009
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 32
Bijbeluitgave Rom. 16,1 Fil. 1,1 1 Tim. 3,8 1 Tim. 3,12
Een
gevangene
schrijft
(1960)
NT voor
mensen van
deze tijd
(’68)
NT in de taal
va n onze tijd
(’68)
NT Ogilvie
(1968)
‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐ Haar leiders ‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐ ‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐
‐‐‐‐ en verzor gers ‐‐‐‐‐‐ ‐‐‐‐
Die op het De leiders en diakens Diakens
ogenblik in … de helpers
werkt
Die haar Leiders en diakens Diaken
ambt vervuld
helpers
Helpster van Alle leiders Gemeente‐ Gemeente‐
en hun helpers helpers
helpers
Dienares Opzieners en diakenen Diakenen
diakenen
Staten
Vertaling
( 1977)
SV Jongbloed dienares Opzieners en
dienaars
diakenen Diakenen
Bijbeluitgave Rom. 16,1 Fil. 1,1 1 Tim. 3,8 1 Tim. 3,12
Voorhoeve
vertaling
(1982)
Het Boek
(
1988)
dienares Opzieners en dienaars Dienaars
dienaars
(nota:
letterlijk:
diakenen)
Die veel goed Voorgangers helpers Helper
werk doet e n diakenen

24 mei 2009
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 33
3. Interconfessionele Bijbels:
Bijbeluitgave Rom. 16,1 Fil. 1,1 1 Tim. 3,8 1 Tim. 3,12
Groot Nieuws
bijbel (1972)
Die dienst
doet bij
Leiders en
helpers
helpers Een helper
Bijbeluitgave Rom. 16,1 Fil. 1,1 1 Tim. 3,8 1 Tim. 3,12
GNB (1995) Die dienst
doet in
Hen die leiding
geven van de
gemeente en
die haar
dienen
Naardense Diaken Opzieners en
Bijbel (2004) diakenen
NBV (2004) Die in dienst Opzieners en
staat van dienaren
4. Bij de oudkatholieken:
Nieuwe
testament
(1953)
Dienares der Bisschoppen
en diakenen
5. Bij de getuigen van Jehova:
Nieuwe-
Wereld-
vertaling
(1963)
Die een
dienares is van
Opzieners en
dienaren in de
bediening
Die een
dienende taak
kregen …
Die een
dienende taak
vervullen…
diakenen Diakenen
diaken Diaken
diakenen Diakenen
Dienaren in de
bediening
Dienaren in de
bediening

24 mei 2009
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 34
Opmerking:
• De lijst is n iet volledig; vooral oudere werken heb ik niet
kunnen
terugvinden.
• Het Boek, de parafrase‐B ijbel en de GNB, Groot nieuws Bijbels
schrijven niet zo letterlijk de vertaling, ze omschrijven wel eens.
Conclusies:
Je merkt
meer “protestantse” werken. Die waren bedoeld om
de mensen de Bijbel te laten lezen.
Oudere katholieke werken waren er om de pries ter beter de
Bijbel te kunnen brengen
bij de parochianen.
Die Bijbel stond
immers lang op de
index voor de gewone
mensen.
Je merkt een
duidelijk verschil tussen de vertalingen: Bij de Romeinenbrief: • Enkele oudere
protestantse werken
spreken van diakones. Daarna wordt
het zoals in de Statenvertaling
opnieuw dienares.
• Bij de katholieke werken is het:
“diakones”.
• 2 maal spreekt
men over diaken en 1
maal over het ambt.
Bij de Filippenzenbrief
• Er wordt algemeen diaken geschreven,
zeker bij de katholieke werken.
• Zelfs als staat
er letterlijk ‘diaken’
in
de grondtekst volgens de
Voorhoevevertaling
toch kiezen
verschillende voor het woord
dienaars.
• Dienaren in de
bediening ( de vertaling

24 mei 2009
Bij de brief aan
Timotheüs:
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 35
van de getuigen van Jehova) vind ik
ook wel mooi.
• Pas vanaf 1960 verandert het woord
diaken in andere omschrijvingen bij de
protestantse Bijbels. Waarom?
• Zie ook hoe moeilijk het wordt om in
de interconfessionele werken ( de
werken waarin getracht wordt om tot
één tekst te komen over de
verschillende overtuigingen heen) het
woord diaken te gebruiken.
• Bijna overal tref je het woord ‘diaken’.
Diakens worden ook genoemd:
Verzorgers, helpers, gemeentehelpers, dienaars, die een
dienende taak…, dienaren in de bediening
Merk op: Bij de protestanten spreekt men van een gemeente in plaats
van een parochie.
Bisschoppen (en priesters) worden dan als volgt genoemd:
Bisschoppen, op zieners, leiders, ouderlingen, herders, die
leiding geven.
Beste gemeentehelpers,
ik ben
op weg gezet na de laatste centrale
avond
waarop Marie‐Claire Vandoornen een
stuk toelichtte wat het diaconale werk in de
protestantse kerk was. Mochten wij ooit ook
allemaal eens per twee of drie in onze
gemeente
staan…

24 mei 2009
Diaconale reis
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 36
amen op reis gaan om de roots van het christendom,
grote christenen te ontdekken en biddend op weg
gaan
is steeds een doel geweest van de diaconale reizen. De
diakengemeenschap heeft een traditie van samen op
reis gaan. In de voorbije jaren gingen we ooit naar
Israël, Jordanië, Turkije, Rusland en vorig jaar nog naar Rome.
Met
een ritme van 4 jaar wordt
deze reis georganiseerd. Normaal zou dus
in 2012 de volgende reis gepland worden.
2012 lijkt misschien
nog ver weg, maar een organisatie start best
tijdig. Omdat
we deze reizen betaalbaar willen houden, starten we
nog
in 2009 een spaaractie. Elke maand legt men een klein bedrag
aan de kant zodat op het moment
van de reis geen grote bedragen
meer betaald moeten worden.
De werkgroep
heeft twee vragen aan de diakengezinnen:
• Waar gaan we de
volgende reis naar toe? Heb je een droom van
een voorstel? Waar had je altijd al eens willen naar toe gaan
met een groep gemotiveerde christenen? Dan verwachten we
je voorstel zo spoedig
mogelijk.
• De
werkgroep is op zoek naar “jonge krachten” om de toekomst
van dit initiatief te verzekeren. Je moet geen reisleider zijn maar
een gedreven iemand
die samen met anderen voor de
reisgenoten wat tijd en energie wil steken om een goed en
evenwichtig programma
samen te stellen.
De werkgroep komt een eerste keer samen o p woensdag 17 juni
2009 om 16.30u bij Lut Vanbelle, Koning Albertstraat 16, 8210
Veldegem. Je kan Lut o ok mailen: Lut.Vanbelle@telenet.be .

24 mei 2009
Diakens wereldwijd
Bron: kerknet
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 37
Foto‐impressie
aanstelling Ksaf Hennion
Wie een foto‐ impressie wil van de aanstelling van Ksaf Hennion kan
op kerknet een mooie reeks vinden.
http://www.kerknet.be/federatie/6131/nieuws_detail.php?nieuwsID=85537&ID=376
Gezonden om te dienen
Maandag, 17 november 2008 : Nieuw diakenmagazine voorgesteld
Wat is een diaken? Niet iedereen kan daar zomaar een antwoord op
verzinnen… hij is geen priester, vaak gehuwd en toch gewijd. Wat kan
en mag hij dan doen? Of nog beter: waarom heeft de kerk het
diaconaat ingesteld?
Vrijdag 14 november stelde de Interdiocesane Commissie Permanent
Diaconaat het diakenmagazine “Gezonden om te dienen. Diakens in
de Kerk” voor in de Sint‐Jan‐Baptist kerk in Gent. Het diakenmagazine
geeft aan de lezer de mogelijkheid om het diaconaat beter te leren
kennen, te begrijpen en waarderen.
In het mooi vormgegeven magazine vinden we onder andere een
voorstelling van het diakenambt, een interview met Monseigneur
Van Looy over het permanent diaconaat, het dagboek van een
diaken, reacties en impressies van de echtgenotes van diakens en een
handige rubriek “veel gestelde vragen”.
Deze brochure is geschikt als kennismaking met het diakenambt maar
kan evenzeer dienst doen als verduidelijking en verheldering voor
geloofsgemeenschappen waar een diaken actief is.

24 mei 2009
Adreswijziging
Jean‐Yves en Sofie Verhaeghe‐Maillard
Klaverstraat 3 8570 Vichte
056 42 37 10
0476 304 677
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 38
Ksaf en Riet Hennion ‐ Goemaes
St.‐Pietersstraat 22
8520 Kuurne
privé: 056 61 53 04
parochiaal secretariaat (op hetzelfde adres) 056 37 41 35.
Depoorter ‐ Vandewalle Denise
Avondrust
de Manlaan 50 C
8490 Varsenare
Ignace Marie Putman
Stationsstraat 10 (i.p.v. Diksmuidestraat 23)
8650 Houthulst.

24 mei 2009
Wijdingen in 2009
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 39
99 Stijn Hantson
Zaterdag 6 juni 2009
&
17 uur
Veronique Bekaert
Sint‐Martinuskerk
Moorslede
100 Jean‐Yves Verhaeghe Zondag 7 juni 2009
& 15 uur
Sofie Maillard
Sint‐Stefanuskerk
Vichte
101 Frank Van Renterghem Zondag 30 augustus 2009
&
15 uur
Lieve Blomme Sint‐Katharinakerk
Assebroek
Brugge
102 Ronny Vanpraet Zaterdag 12 september 2009
&
17 uur
Linda Deschrevel Sint‐Jozefskerk
103 Danny Vandenbroucke
&
Els Vandaele
Oostende
Zondag 8 november 2009
14.30 uur
Sint‐Amandus
Wingene

24 mei 2009
Diaconale databank
2009 - 2010
[CONTACTBRIEF NUMMER 61] 40
Woensdag 3 juni Diocesane commissie
Zaterdag 6 juni Zomerrecollectie (Inge Cordemans)
Woensdag 16 september Eerste centrale avond
**
Zaterdag 28 november Najaa rsrecollectie (Lionel Cardon)
Donderdag 21 januari Tweede centrale
avond **
18 tot 21 februari Diaco nale retraite (René Stockman)
Dinsdag 20 april Derde centrale
avond **
Zaterdag 29 mei Zomerrecollectie Zaterd ag 27 november Najaarsrecollectie
Retraites 2011 tot 2015
10 tot 1 3 maart 2011
23 tot 26 februari 2012
14 tot 17 februari 2013
6 tot 9 maart 2014
19 tot 22 februari 2015
Heb je alle data in je agenda genoteerd? Bedankt
** = data onder voorbehoud, maar misschien
voorlopig vrijhouden?.
kan je die data
Deze contactbrief nr. 61 is een uitgave van de diocesane commissie voor het permanent
diaconaat van het bisdom Brugge.
De contactbrief verschijnt op 1 februari, 1 mei, 1 augustus en 1 november
Redactieadres: Georges De Smet, Grote Moerstraat 90, 8200 Brugge
Georges.de.smet@telenet.be