You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
HUISBESCHERMING EN HUISZEGEN<br />
Uit een interessante brief over het interieur van een Brabantse boerderij in<br />
1840 1 ) blijkt, dat naast allerlei voorwerpen voor onmiddellijk praktisch gebruik<br />
in zulk een boerderij niet veel huisversiering aanwezig was: „Schilderijen<br />
zelden; hier en daar, waar nog plaats was, een prent met een heiligenbeeldtegen<br />
den muur gespijkerd. Op de linnenkast een O.L. Vrouwe-beeld<br />
en een Christusbeeld. Tegen de kelderdeur was gewoonlijk een prent geplakt,<br />
DE GODZALIGE HUISZEGEN, voorstellende een Christusbeeld,<br />
waaronder een gebed tegen alle onheilen. Op stal- en schuurdeur een kruis<br />
geverfd met kalk". Ook in de beschrijving, die Bernard van Dam gaf van een<br />
boerderij rond 1880 komt naast het „Lievenheerke" op de schouw en O.L.<br />
Vrouw op het lakastje, de Kruis-Lievenheer boven de deur en beeltenissen<br />
van de H. Familie en andere heiligen, eveneens DE HUISZEGEN voor, die<br />
op de binnenkant van een van de openslaande deuren van het „kammenet"<br />
was geplakt 2 ). Tot voor kort werden dergelijke Huiszegens o.a. in Geffen,<br />
Vorstenbosch, Berlicum, Heeswijk, Dinter, Geldrop, Beek en Donk, Aarle-<br />
Rixtel, Schijndel, Best, Oirschot, Den Dungen, St. Michielsgestel en Boekei<br />
nog vaak in oude kasten ingeplakt aangetroffen; ze werden ook soms gewoon<br />
opgevouwen in de kast bewaard. Maar met de verkoop van de oude<br />
kabinetten zijn langzamerhand ook de meeste oude Huiszegens uit de boerderijen<br />
verdwenen; een collega kocht onlangs in Zevenbergen zulk een kast<br />
mét ingeplakte Huiszegen.<br />
Alle eeuwen door hebben de mensen naar middelen gezocht om het eigen<br />
gezin en het woonhuis te beschermen tegen gevaren van ziekten, brand,<br />
noodweer of roof. Onder de middelen, die aan de godsdienst werden ontleend,<br />
noemt K.C. Peeters: het kruisteken, gewijd water of gewijde palm,<br />
het St. Jansevangelie, maar vooral het gebed van keizer Karel en de „Godvruchtige<br />
Huiszegen" 3 ). Het op de muur gekalkte afweerkruis komt nog<br />
hier en daar voor, o.a. te Grazen, gem. Nieuw-Ginneken, en Eindhoven 4 ).<br />
Somtijds werden vroeger ook kruisen van stro of hout ofwel munten met<br />
kruisafbeeldingen e.d. onder de huisdorpel verborgen 5 ). Vooral de gevreesde<br />
beheksing werd bestreden met een kruis, dat met krijt, kalk of teer op de<br />
drempel of ook wel op andere plekjes in het huis werd aangebracht 6 ).<br />
1) Gepubliceerd door H.Mandos in Brab. Heem VI, 1954, p.51-56.<br />
2) Brab. Heem VI, 1954, p.101-106.<br />
3) K.C.Peeters,\Eigen aard, Antwerpen 1947, p.258.<br />
4) Brab. Heem I, p.135 afb. 4 en p.141. Cf. Hanewinkel, Reize door de Majorij van<br />
's-Hertogenbosch in den jaare 1798, Amsterdam 1799, p.122: „Op de muuren der<br />
tmeeste huizen ziet men groote <strong>witte</strong> <strong>Kruisen</strong> met kalk gewit".<br />
5) J.R.W.Sinninghe, Tovenarij in Brabant, Brab. Heem I, p.111-112.<br />
6) W.Giraldo, Betovering en onttovering rondom de drempel, Volkskunde 58, 1957,<br />
p.57-76. "<br />
34
G. Beex publiceerde een merkwaardige vondst in een huisbalk te Steensel,<br />
waar een bezweringsformule uit ca 1600 in het gebint was verborgen 7 ). Tot<br />
de huiszegens, in ruime zin genomen, behoren ook de bizarre bezweringsformulieren,<br />
die in dit tijdschrift 1961-1962 uitvoerig zijn beschreven. Op de<br />
tentoonstelling „1400 Jaren Beierse Vroomheid" in 1960 te München gehouden,<br />
waren ook diverse soortgelijke „huiszegens" in de vorm van<br />
kruisjes, Benedictusmedailles en bezweringsformulieren met amuletten tentoongesteld<br />
"); ook het Bisschoppelijk Museum te Bieda bezit minstens<br />
twee volledige exemplaren van zulke zegenformulieren.<br />
Dat bijgelovige praktijken soms eeuwen lang kunnen blijven voortbestaan,<br />
blijkt o.a. ook uit de „Waarschuwing van 20 juli 1592 van het Hof te Brussel<br />
aan de bisschop van 's-Hertogenbosch, om samen met zijn geestelijken te<br />
waken en op te treden tegen de toenemende toverij". Met name worden in<br />
dit merkwaardig stuk genoemd: het betoveren van mensen d.m.v. draadjes<br />
(„filetz"; aanwezig in de amuletten van de bezweringsformulieren), naalden<br />
(„esquilles"), lapjes („drapeaulx"; cf. koortsafbinden) e.d.; het mengen van<br />
wij water of doopwater in andere dranken; het opnemen van namen van God<br />
of van heiligen in betoveringsformulieren; het genezen van wonden of<br />
koortsen d.m.v. bepaalde bijbelteksten, waartussen men vreemde letters of<br />
kruisjes heeft gezet; het bij zich dragen van bepaalde formulieren, om zich<br />
daardoor te beveiligen tegen alle gevaren en ongelukken 9 ). Uit dit geschrift<br />
mag men afleiden, dat de vroeger reeds beschreven 18de-eeüwse Duitse zegenformulieren'<br />
°) in Noord-Brabant veel oudere voorgangers hebben gehad.<br />
Somtijds nam men zijn toevlucht tot zuiver magische beschermingsmiddelen;<br />
de teruggevonden voorwerpen zijn echter meestal slechts vervormde<br />
restanten van de oude geestenbannerij. H. Essink maakte in dit tijdschrift<br />
melding van een aarden kan, die zich te Baardwij k onder de vloer bij de<br />
drempel van een oude boerderij bevond, en van een bruingeglazuurde aarden<br />
kan, die ongeveer l m. onder de deurdrempel van een boerenhuis te Loon<br />
op Zand werd gevonden; in Engeland was dit gebruik nog in de laatste helft<br />
van de 17de eeuw bekend "). In 1959 registreerde A. van der Lee nog vier<br />
soortgelijke vondsten: een aarden kruik te Loon op Zand bij afbraak van een<br />
boerderij opgegraven, een kruik met loden muntafgietsels (talisman?) te<br />
Raamsdonk, een baardmankruikje onder een drempel te Dorst en een kruik<br />
met haver (lokaas voor de'geesten?) onder een drempel te Waalwijk 12 ).<br />
7) Brab. Heem I, p.51-54; cf. I, p.108-110,120,160-161; II, p.38.<br />
8) Catalogus, München 1960, nr.1275-1298,1328-1329.<br />
9) C.R.Hermans, Verzameling van Kronijken, Charters en Oorkonden betrekkelijk de<br />
Stad en Meijerij van 's-Hertogenbosch, 's-Hertogenbosch 1848, p.695-700. -<br />
10) Cf. Brab. Heem XV, 1963, p.21.<br />
11) Brab. Heem V, 1953, p.109-110,141; VI, p.22.<br />
12) A.N.v.d.Lee, Bouwoffers en daaraan verwante gebruiken in Nederland en Engeland<br />
Brab. Heem XI, 1959, p.54-57.<br />
35
Kort daarna beschreef P. Dagobert Gooren de vondst van een 17de -eeuwse<br />
aarden pot „met een hoop vuiligheid erin", gevonden onder de schouw op<br />
de haardplaats van een oude boerderij te Bavel 13 ). De volkskundig zo belangrijke<br />
inhoud van de kruiken is bijna nergens bewaard gebleven. Toen<br />
in het voorjaar .van 1960 te Valkenswaard het oude café De Zwaan werd afgebroken,<br />
werd bij het uitbreken van de kelder van de brouwerij een bruinrood<br />
aarden schaaltje in de muur gevonden; of er oorspronkelijk iets in dit<br />
schaaltje had gelegen, was achteraf niet meer na te gaan. Het schaaltje of<br />
dekseltje vertoont heel spaarzame resten van glazuur. De ietwat holle voet<br />
is uitgeknepen, met tien vingertoppen, en heeft een geheel geglazuurde onderzijde,<br />
die een of andere geometrische figuur of decoratie van lijnen en<br />
vlakken vertoont. Het schaaltje of dekseltje, dat 4| cm hoog is en een doorsnede<br />
van 121 cm heeft, is in het bezit van Kees Luibregts te Valkenswaard' 3 a ).<br />
Een laatste overblijfsel van dergelijke pseudo-bouwoffers kan het aarden<br />
halveliterskruikje voor jenever zijn, dat ca 1850 bij de bouw van het Stoomgemaal<br />
Engelen eerst werd leeggedronken en daarna in een aparte nis van<br />
de schoorsteen werd ingebouwd; bij het opblazen van het gemaal door geniesoldaten<br />
in 1962 werd het aldaar gaaf teruggevonden en aan de toenmalige<br />
Burgemeester van Empel, A.G. Meijs, geschonken.<br />
Tegenover de meer of minder magische huisbescherming d.m.v. kruiken of<br />
formulieren staan de echte kerkelijke zegeningen. De mens heeft nu eenmaal<br />
behoefte aan een zichtbaar beschermingsteken tegen de dreigingen van<br />
noodweer, brand of ziekten. Toen de Joden uit Egypte gingen trekken en de<br />
verderfengel de gezinnen met de dood bedreigde, moesten de Joden met een<br />
bosje hysop de bovendorpel en de zijposten van hun huisdeuren bestrijken<br />
met het bloed van het paaslam; als een „eeuwige wet" zouden zij ook later<br />
dit gebruik onderhouden (Exodus 12,21-27). Eeuwen lang zijn ook de huizen<br />
van de christenen bij de huisinzegening besprenkeld met gewijd water<br />
en gezegend met de evangelische gebedsgroet: Vrede zij dit huis en allen, die<br />
er wonen (c'f. Matth. 10,12). Als bijzonder geschikte dagen voor de huiszegening<br />
golden vroeger vooral Paaszaterdag en de Paastijd, waarin het<br />
nieuwe doopvontwater voor de zegening werd gebruikt (Rituale romanum<br />
t.VIII,c.4-8), of Driekoningen, waarop de huizen ook werden bewierookt<br />
(Rit.rom. app.4 en 6); op de vigilie van Driekoningen vindt eveneens een<br />
aparte wijding van water plaats (Rit. rom., app.Bén.Res.l). Ook bij de wijding<br />
van het water vóór iedere zondagse hoogmis bidt de kerk voor de<br />
geestelijke én lichamelijke gezondheid van allen, die dit wij water in geloof<br />
13) Brab. Heem XI, 1959, p.98.<br />
13a) Cf. A.Dorgelo, Middeleeuwse versierde aardewerkdeksels, in Berichten v.d. Rijksdienst<br />
v.h. oudheidk. bodemonderzoek, IX, 1959, p.119-138. Deze haarddeksels, die<br />
ook vaak een geometrische versiering hebben, zijn bijna (!) alle aan de onderzijde ge-<br />
• heel vlak.<br />
36
gebruiken. De huiszegening, die o.a. in Italië nog steeds op Paaszaterdag<br />
plaats vindt, is in ons land minder aan bepaalde dagen gebonden. Vaak worden<br />
dan tevens de kruisbeelden gewijd, die in het nieuwe woonhuis worden<br />
opgehangen. Als zichtbaar beschermingsteken geldt ook de op Palmzondag<br />
gewijde palm-of buxustak, die meestal bij het kruis wordt gehangen en waarmede<br />
bij noodweer het huis wordt besprenkeld. De gewijde kaars van .het<br />
feest van Maria Lichtmis plaatst men bij ziekte brandend voor een beeld van<br />
Christus, Maria of een andere heilige. Hier en daar hing men de „kruidwis",<br />
die op 15 augustus door een bijzondere zegening was gewijd (Rit. rom.,<br />
app.ll), aan de huisdeur als bescherming tegen ziekten en tegenslagen 14 ).<br />
Van de vroeger in huis aanwezige beelden en prenten moet men zich niet<br />
al te veel voorstellen. Na de eenvoudige pijpaarden beeldjes van Maria en<br />
enige populaire heiligen ' 5 ) volgden de prentjes van bezochte bedevaartsplaatsen.<br />
Eerst later kwamen de grotere prenten en platen, o.a. van de<br />
H.Donatus, „Beschermer tegen den Donderj Blixem, Onweder en Tempeesten"<br />
16 ). In het Bisschoppelijk Museum van 's-Hertogenbosch bevindt<br />
zich een op zijde gedrukte Latijnse „Zegen van den H. Vader Franciscus",<br />
waarin bescherming wordt gevraagd' tegen „beproevingen, pest, bliksem en<br />
koorts".<br />
Tot de prenten, die men van de bedevaartsplaatsen mede naar huis nam, behoorde<br />
vooral de Huiszegen. In de bovengenoemde beschrijvingen van<br />
19de-eeuwse boerderijen komt deze Huiszegen voor, opgespijkerd of opgeplakt.<br />
Hoeveel typen van deze Huiszegen in de vorige eeuw in gebruik<br />
waren, is moeilijk aan te geven, daar de openbare verzamelingen slechts<br />
Weinig van dit materiaal bezitten. Hopelijk kunnen belangstellende lezers<br />
aanvullende gegevens verstrekken, die uiteraard zeer welkom zijn.<br />
De typische 19de-eeuwse Huiszegen bestaat uit een grote dubbele papieren<br />
prent, ongeveer 34 x 42 cm, waarvan een helft een gekleurde voorstelling<br />
bevat van Christus aan het kruis, terwijl de andere eveneens bontgekleurde<br />
helft bijna geheel in beslag wordt genomen door een voorstelling van een<br />
wonderbeeld van O.L. Vrouw van Scherpenheuvel, Halle, Kevelaar of<br />
Uden. De Kruis-helft, die ook los werd verkocht, bevat het grote zegen-<br />
• gebed, dat hardop werd gebeden in ogenblikken van gevaar, bij geboorte en<br />
sterven, bij ziekte en onweer. In „Den Godzaligen Huissegen van den<br />
Zoeten Naam Jesus" van Kevelaar 1854 wordt de zegen van God afgesmeekt<br />
voor het huis en „alles wat daar in en uijt is, Menschen en Vee, alle Eeten,<br />
Spijs en Drank". Na de aanroeping van de H. Vier Evangelisten, de H.Aarts-<br />
14) Cf. Brab. Heem XIII, 1961, p.136.<br />
15) Brab. Heem XIV, 1962, p.54-57; XV, p.35-36.<br />
16) M.de Meijer, De volks- en kinderprent in de Nederlanden van de 15de tot de 20ste<br />
eeuw, Antwerpen-Amsterdam 1962, p.80, 88, 126, 229, 363, 368. E.H.van Heurck en<br />
G.J.Boekenoogen, Histoire de l'imagerie populaire flamande, Brussel 1910, p.49,671.<br />
37
k<br />
Huisyegen met O.IL. Vr.: van München (coll. Donatianus)<br />
en van O.L. Vr. van Kevelaar (coll. St. Oedenrode)<br />
38
engel Michaël, de H. Twaalf Apostelen, de H. Maagd Maria en de H. doorluchtige<br />
Driekoningen, Gaspar, Melchior en Balthazar sluit het gebed<br />
meestal aldus: Dat geen ongeluk oijt daar in kome, met Tooverije, duivels<br />
gespuijs, ook voor alle quaade ziektens onder Menschen en Vee, behoed dit<br />
huij s voor vuur, hagel, donder en groote Waatervloed; en bewaart ook onze<br />
landen voor oorlogen en duure tijden".<br />
Reeds de oudste godsdienstige prenten van de 15de eeuw hadden niet alleen<br />
tot doel het volk te stichten, maar ze dienden ook om de bezitters te beschermen<br />
tegen alle kwaad en om have en goed te beveiligen. De prent zelf was<br />
een beschermingsmiddel en het bezit ervan werd op hoge prijs gesteld. Men<br />
vindt ze al heel vroeg aan de binnenzijde van koffers en kisten, aan de wanden<br />
van binnenkamers en zelfs aan de binnenkant van stenen graftomben 17 ).<br />
De 19de-eeuwse Huiszegen zet dus een oude volkstraditie voort, maar is in<br />
de vorm, waarin wij haar kennen, niet veel ouder dan 1800. Wat de geografische<br />
verspreiding betreft is deze vorm ongeveer beperkt tot de Kempen!<br />
De oudste en de meeste exemplaren zijn te Turnhout gedrukt. Over de oorsprong<br />
van de tekst bestaat geen zekerheid. Te Zug in Zwitserland was een<br />
Huiszegen van de H. Apostel Jacobus bekend met ongeveer hetzelfde gebed<br />
als de Belgische Huiszegens. Volgens Van Heurck is vermoedelijk de Nederlandse<br />
tekst van Brepols te Turnhout vertaald uit dezelfde originele<br />
(Latijnse?) tekst als de Zwitserse Zegen. De oudste Belgische teksten zijn in<br />
het Nederlands gesteld en later vanuit het Nederlands in het Frans vertaald 18 )<br />
Het Bisschoppelijk Museum te 's-Hertogenbosch bezit zulk een „Geistlicher<br />
Haus-Segen des H.Jacobi" met uitsluitend Duitse tekst; de prent was „Zu<br />
haben in der Fabrik und Handlung der Gebrüder Verbeeck im Goldenen<br />
Engel zu Kevelaer". De linkerhelft bevat een gekleurde afbeelding van alle<br />
heiligdommen te Kevelaer en de rechterhelft het kruis met Maria en Joannes.<br />
Het grote zegengebed bevat alle bovengenoemde aanroepingen, zonder het<br />
bekende rijmgebed, dat op veel andere huiszegens voorkomt. Op de linkerhelft<br />
staan enige aflaatgebeden van Pius VI 1793 en Pius IX 1852, zodat de<br />
prent uit de tweede helft van de l9de eeuw dateert.<br />
De Huiszegen, die de oorspronkelijke functie van de oudste godsdienstige<br />
volksprenten het best en het langst heeft bewaard, ontbrak in „weinig boerderijen<br />
en werkmanswoningen in de Kempen". In zijn „Reize door de<br />
Majorij van 's-Hertogenbosch in den jaare 1799" schrijft ook dominee<br />
Hanewinkel dat men reeds toen „in elke wooning van de Roomschen eenen<br />
zoogenoemden Huiszegen ziet, zijnde een afbeeldsel van eenen gekruisten<br />
Christus, waarnevens een gebed te leezen is"; in een herberg te Haaren trof<br />
hij een halve Huiszegen uit Kevelaer ' 9 ). De prent werd meestal geplakt of<br />
17) De Meijer, p.26. Zie ook de Waarschuwing van 1592, aangehaald in voetnoot 9.<br />
18) Heurck-Boekenoogen,,p.73-74, 631. De Meijer, p.364.<br />
19) De Meijer, p.363-364. Hanewinkel, p.9-10,14.<br />
39
gespijkerd op de stal- of de kelder deur of aan de binnenzijde van het kabinet;<br />
soms hing ze ingelijst in woon- of slaapkamer.<br />
In 1958 .heeft de Koninklijke Commissie voor Volkskunde te Brussel een<br />
enquête gehouden over gebruiken vóór of tijdens een onweer. Uit Wuustwezel,<br />
Heist-op-den-Berg, Ramsel, Meeswijk en drie andere plaatsen werd<br />
geantwoord: het gezin leest de Huiszegen 2 °).<br />
W. KNIPPENBERG