02.08.2013 Views

HUMORISTISCH WEEKBLAD van VOORUIT

HUMORISTISCH WEEKBLAD van VOORUIT

HUMORISTISCH WEEKBLAD van VOORUIT

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

KOEKOEK<br />

De wandelende idioot<br />

EERSTE HOOFDSTUK.<br />

HOE DE BEOEFENING VAN<br />

DE FILOZOFIE IEMAND<br />

VAN DE FILOZOFIE KAN<br />

AFBRENGEN<br />

Paneel had met zijn dertigste jaar<br />

een groot verlangen in zijn hart voelen<br />

ontwaken om de waarheid te kennen.<br />

De waarheid over alles, over de<br />

wereld en over God, over de menschen<br />

in 't algemeen en over zich zelf in het<br />

bijzonder. Waar kon hij beter deze<br />

wijsheden ontdekken dan bij de fllozofen,<br />

en Paneel had dan ook in goedkóope<br />

uitgaven de werken der filozofie<br />

verzameld, <strong>van</strong> Anaxerxes tot<br />

Hitier, over den Bijbel en Freud, zoowel<br />

als <strong>van</strong> de Indische heilige boeken<br />

tot aan Het Leven <strong>van</strong> Ford. Zoo<br />

meende hij met den tijd alle eeuwen<br />

en alle werelddeelen te kunnen overspannen<br />

met zijn geest.<br />

Met zulken ijver had hij zieh aan<br />

het werk gezet, dat alle andere geneuchten<br />

ln het niet verzwonden, en<br />

hij Zelfs zijn minnares vergat, die hem<br />

ten slotte op een avond kwam opzoeken<br />

en met de handen ln de heupen<br />

toesnauwde:<br />

— Wil ik u wat zeggen? Gij draagt<br />

horens! Dat hebt ge nu gewonnen met<br />

uw schandelijk gedrag tegenover mij.<br />

Paneel scheen de zaak niet tragisch<br />

op te vatten en daar hij juist het vlijmende<br />

hoofdstuk <strong>van</strong> Schopenhauer<br />

over de vrouwen had gelezen, zas hij<br />

Allentje scherp aan en maakte halfluid<br />

de bemerking:<br />

— Inderdaad, uw schouders zijn<br />

nogal smal.<br />

Allentje, die Schopenhauer niet ge- {<br />

lezen had, begreep toch al de verachting<br />

die in deze woorden besloten lag,<br />

en beet hem terug:<br />

— En gij? Met uw breede schouders,<br />

ge meent zeker een stier te zijn, os!<br />

Paneel glimlachte, want hij was<br />

sedert lang genezen <strong>van</strong> allen mannelljken<br />

trots.<br />

— Ge gelooft het misschien niet?<br />

sarde Allentje die zijn glimlach verkeerd<br />

opvatte als een teeken <strong>van</strong> zelfgenoegzaamheid.<br />

Ik zal u wat zeggen<br />

dat u zal doen begrijpen! Ge waart<br />

al een horendrager <strong>van</strong> den derden<br />

dag dat ik u kende!<br />

Paneel zag Allentje verteederd aan.<br />

Hij kon best begrijpen dat ook nog een<br />

andere man haar begeerd had, want<br />

zij was met haar smaüe schouders en<br />

haar fijne lendenen een niet te versmaden<br />

brokske. Maar nu was hij<br />

daar niet meer om begaan, en hij zei<br />

alleen:<br />

— Ik wensch u, dat ge <strong>van</strong> mijn<br />

medeminnaar meer plezier zult beleven<br />

dan <strong>van</strong> mij.<br />

Allentje's woede brak voor zooveel<br />

teederheid en zij wierp zich om den<br />

hals <strong>van</strong> Paneel.<br />

— Paneelke, snikte ze, Paneelke, ik<br />

wist wei dat ge <strong>van</strong> mij hield.<br />

Het kostte Paneel heel wat moeite<br />

aan een totale wurging te ontsnappen,<br />

waarna hij stotterde:<br />

— Maar ik laat u aan den ander,<br />

ik wil u niet ongelukkig maken<br />

— Bij u alleen is mijn geluk, snotterde<br />

Allentje.<br />

— Alleen, alleen, herhaalde Paneel<br />

werktuigelijk, alleen, Ik kan niet anders<br />

dan alleen<br />

Het was een pijnlijk tooneel. Paneelke<br />

zou ten slotte bezweken zijn voor<br />

Allentje, hadden de tranen niet zoo<br />

overvloedig uit haar oogen gedobberd.<br />

— Snuit uw neus, zei hrj.<br />

En dat brak eenigszlns zijn ingehouden<br />

woede, want als er. iets was ter<br />

wereld, dat Paneel in woede kon doen<br />

ontsteken, dan waren het vrouwentranen.<br />

Ten slotte, en al was het maar om<br />

<strong>van</strong> Allentje af te geraken, moest Paneel<br />

een deel <strong>van</strong> zijn avond de filosofie<br />

laten rusten om vleeschelljker genoegens<br />

te smaken, waarna het melske<br />

vertrok met een bevend:<br />

— Tot morgen<br />

De rest <strong>van</strong> zijn avond gebruikte<br />

Paneel om te verhuizen. Hij betrok<br />

een zolderkamerke dat bestond uit<br />

een gewezen witten plankenvloer, een<br />

versch gekalkte zoldering en vier dito<br />

muren. Op een kruiwagen had hij er<br />

zijn tafel, een stoel, en zijn boeken<br />

heen gebracht.<br />

Zoo wijdde hij zich daar veertien<br />

dagen lang aan de filozofie, wat hem<br />

tot zoete en bittere overwegingen leidde.<br />

Die overwegingen waren zoo veelvuldig<br />

<strong>van</strong> aard, dat wij er hier geen<br />

flauw denkbeeld kunnen <strong>van</strong> geven.<br />

HU vernam uit Kant, dat de mensch<br />

niet bestaat, maar alleen denkt dat<br />

hij bestaat; en dus bestaat. Van de<br />

Grieksche filozofen verham hij, dat<br />

het water de oorsprong ls <strong>van</strong> alles;<br />

alsook dat alles <strong>van</strong> het vuur voortkomt.<br />

Hoe dieper hij doordrong in de wijsheid,<br />

hoe duisterder hem alles werd.<br />

En een zekere onrust ontwaakte in<br />

hem. Leef ik nog? En bestaat de wereld?<br />

Hoe zou het met Allentje zijn?<br />

En andere vragen kwelden hem. Ik<br />

weet niet veel, dacht hij, maar mag<br />

lk aan de" wereld onthouden wat ik<br />

weet.<br />

Hij had door zijn melkboer en bakker<br />

vage geruchten vernomen over<br />

krisis en dreigenden oorlog, over de<br />

mislukking <strong>van</strong> den aardappelkweek,<br />

over de weersgesteltenis die sombere<br />

afwijkingen begon te vertoonen en den<br />

loop der seizoenen in gevaar bracht.<br />

— Kan ik daar niet wat helpen?<br />

vroeg hij zich af.<br />

En hij vond honderden redenen om<br />

45<br />

zich met het bestel <strong>van</strong> de wereld te<br />

gaan bemoeien. In waarheid wilde<br />

hij een luchtje scheppen, maar dat<br />

wilde hij zich niet toegeven, want dan<br />

zou al zijn filozofie tot niets gebaat<br />

hebben.<br />

HOE HET LAND<br />

TE REDDEN?<br />

Zoo kwam Paneel weer op de straat,<br />

na een vrijwillige opsluiting die maanden<br />

geduurd had. Hij merkte al dadelijk<br />

een groote verandering in het<br />

openbare leven. Vele mannen, ontelbare<br />

mannen liepen blootshoofds. Paneel<br />

ondervond dit als iets onzedelijks.<br />

Was dan de moraal zoo diep gezonken,<br />

dat niemand er nog aanstoot<br />

scheen aan te nemen dat men met<br />

ontblooten schedel sliep?<br />

Nu begreep hij Ineens waarom zijn<br />

vaderland ten onder ging.<br />

— Ik moet handelen! dacht hij.<br />

Den eerste die blootshoofds voorbij<br />

komt, sla ik den hoed <strong>van</strong> den kop.<br />

Toen hij het volgend oogenblik zijn<br />

voornemen ten uitvoer wilde brengen,<br />

stelde hij vast dat het juist het kenmerk<br />

ls <strong>van</strong> bloote hoofden, dat er<br />

geen hoed op staat.<br />

— 'k Zal toch wel een middel vinden!<br />

sidderde hij.<br />

En regelrecht trok hij naar het ministerie<br />

<strong>van</strong> oorlog, waar hij een dringend<br />

onderhoud met den minister<br />

aanvroeg.<br />

— Waarom? zei de deurwaarder<br />

barsch.<br />

— Om 't land te redden! wedervoer<br />

Paneel.<br />

De deurwaarder verbleekte, boog<br />

diep, en ging den bezoeker aanmelden.<br />

Paneel trad het volgend oogenblik<br />

het kabinet <strong>van</strong> den minister binnen.<br />

— Een nieuw kanon? Een gasmasker?<br />

Jen nieuw gas? Wat ls het?<br />

vroeg minister Devèze.<br />

Paneel zag hem medelijdend aan.<br />

— Het een, noch het ander, sprak<br />

hij dan traag. Het land gaat ten onder<br />

aan de onzedelijkheid<br />

— Het land gaat niet ten onder,<br />

ik ben er nog! beet Devèze hem toe.<br />

— Zeker, zeker, gaf Paneel hem<br />

toe. Maar loopt gij zonder hoed op<br />

straat?<br />

— Neen lk, zei Devèze verbaasd.<br />

— Daar hebt ge 't bewijs dat gij<br />

een goed patriot zijt!<br />

— Zet u, zei de minister en reikte<br />

Paneel de hand over zijn schrijftafel.<br />

Wat ts er ten uwen beliefte.<br />

Wel, zei Paneel, het ls mij opgevallen,<br />

dat honderden mannen tegenwoordig<br />

hoedeloos op straat loópeo.<br />

— En dan?<br />

— 't Vaderland moet gewroken wol"<br />

den!<br />

— Ik begrijp niet goed Welk<br />

verband?<br />

(Vervolgt).

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!