Programmaboekje : Koor en Orkest Collegium Vocale - deSingel
Programmaboekje : Koor en Orkest Collegium Vocale - deSingel
Programmaboekje : Koor en Orkest Collegium Vocale - deSingel
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Johann Sebastian Bach<br />
Johannes Passion, BWV245<br />
Johann Sebastian Bach (1685-1750) werd gebor<strong>en</strong> in Eis<strong>en</strong>ach<br />
in e<strong>en</strong> familie met e<strong>en</strong> zeer lange muzikale traditie. Na zijn<br />
opleiding aan het gymnasium van Lüneburg werkte de jonge<br />
componist achtere<strong>en</strong>volg<strong>en</strong>s in Weimar (1703), Arnstadt (1703-<br />
1707) <strong>en</strong> Mühlhaus<strong>en</strong> (1707-1708). Vervolg<strong>en</strong>s keerde hij van 1708<br />
tot 1717 terug naar het hof in Weimar, waar hij zijn reputatie van<br />
voornaam orgelk<strong>en</strong>ner <strong>en</strong> -componist vestigde. Aan het hof van<br />
Köth<strong>en</strong> beschikte Bach over e<strong>en</strong> uitstek<strong>en</strong>d achtti<strong>en</strong>koppig orkest<br />
waarvoor hij tal van concerti (ondermeer de zes Brand<strong>en</strong>burgse<br />
Concerti) <strong>en</strong> de orkestsuites schreef. Voor solistische bezetting<br />
componeerde hij sonates, suites, de twee- <strong>en</strong> driestemmige<br />
inv<strong>en</strong>ties <strong>en</strong> het eerste deel van het Wohltemperiertes Klavier.<br />
In 1723 volgde Bach Johann Kuhnau op als cantor aan de<br />
Thomaskirche in Leipzig, e<strong>en</strong> ambt dat hij zou uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong> tot<br />
zijn overlijd<strong>en</strong> in 1750. Aan de functie van Thomascantor war<strong>en</strong><br />
op dat mom<strong>en</strong>t tal van bijkom<strong>en</strong>de tak<strong>en</strong> verbond<strong>en</strong>. Bach was<br />
tev<strong>en</strong>s Director Musices, muziekdirecteur van de stad Leipzig:<br />
hij moest daarvoor niet <strong>en</strong>kel de eredi<strong>en</strong>st in de Thomaskirche<br />
in goede ban<strong>en</strong> leid<strong>en</strong>, ook het muzieklev<strong>en</strong> aan de andere vijf<br />
kerk<strong>en</strong> in Leipzig viel onder zijn verantwoordelijkheid. Daarnaast<br />
was hij als pedagoog verbond<strong>en</strong> aan de Thomasschule <strong>en</strong> vanaf<br />
1729 leidde hij ook het <strong>Collegium</strong> Musicum, het stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>orkest<br />
dat Telemann in 1704 hervormde. Met het <strong>Collegium</strong> Musicum<br />
zette Bach de traditie van wekelijkse concert<strong>en</strong> in het koffiehuis<br />
van Gottfried Zimmermann verder.<br />
De Johannes Passion is, na het Magnificat (1723), het eerste<br />
grootschalige werk dat Bach schreef voor Leipzig. Het werk werd<br />
gecreëerd in 1724 in de Nikolaikirche, tijd<strong>en</strong>s de vesperdi<strong>en</strong>st op<br />
Goede Vrijdag. E<strong>en</strong> legaat van e<strong>en</strong> vooraanstaande Leipzigse<br />
weduwe maakte immers dat m<strong>en</strong> voortaan Goede Vrijdag<br />
afwissel<strong>en</strong>d in de Thomas- <strong>en</strong> in de Nikolaikirche vierde. De<br />
eig<strong>en</strong>lijke vesperdi<strong>en</strong>st werd weliswaar gevoelig ingekort t<strong>en</strong><br />
voordele van de passiemuziek (m<strong>en</strong> schrapte voor de geleg<strong>en</strong>heid<br />
de sam<strong>en</strong>zang, de psalmlezing<strong>en</strong>, de voor- <strong>en</strong> tuss<strong>en</strong>gebed<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> het Magnificat), maar de preek bleef behoud<strong>en</strong>: tuss<strong>en</strong> het<br />
eerste <strong>en</strong> tweede deel predikte m<strong>en</strong> ofwel over de graflegging,<br />
ofwel over de ste<strong>en</strong>legging <strong>en</strong> de bewaking aan Christus’ graf.<br />
Weliswaar past de preek daarmee allerminst in de chronologische<br />
evolutie van het verhaal, maar gezi<strong>en</strong> de parate k<strong>en</strong>nis van de<br />
kerkgangers, moet m<strong>en</strong> hem eerder beschouw<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> mom<strong>en</strong>t<br />
van reflectie.<br />
De Thomasschule in Leipzig telde gemiddeld 55 leerling<strong>en</strong> die,<br />
volg<strong>en</strong>s hun capaciteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> ervaring, verdeeld werd<strong>en</strong> over<br />
vier kor<strong>en</strong>. De beste twee <strong>en</strong>sembles war<strong>en</strong> verbond<strong>en</strong> aan<br />
respectievelijk de Thomas- <strong>en</strong> de Nikolaikirche, waar zij zowel<br />
instond<strong>en</strong> voor de vocale als voor de instrum<strong>en</strong>tale invulling van<br />
de wekelijkse cantatedi<strong>en</strong>st<strong>en</strong>. Op 9 maart 1724 kon Bach zich<br />
voor de creatie van zijn Johannes Passion beroep<strong>en</strong> op beide<br />
<strong>en</strong>sembles. Het onderzoek dat Joshua Rifkin <strong>en</strong> Andrew Parrott<br />
in de jar<strong>en</strong> neg<strong>en</strong>tig afrondd<strong>en</strong> wijst uit dat de bezetting van<br />
koor <strong>en</strong> orkest voor zowel de passies als voor de wekelijkse<br />
cantatedi<strong>en</strong>st<strong>en</strong> veel kleiner was dan wij doorgaans vermoed<strong>en</strong>:<br />
waarschijnlijk werd de Johannespassie (<strong>en</strong> in 1729 ook de<br />
Matthaeuspassie) gecreëerd door slechts acht zangers, waarvan<br />
er vier zowel de koor- als de solopassages vertolkt<strong>en</strong>.<br />
De eerste spor<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> gezong<strong>en</strong> passieverhaal dater<strong>en</strong> uit<br />
de vierde eeuw. In de vijfti<strong>en</strong>de eeuw verschijn<strong>en</strong> de eerste<br />
meerstemmige passies, volledig gebaseerd op de bijbelse tekst<br />
van één van de vier evangelies. In de responsoriale passie wordt<br />
de partij van de evangelist vertolkt door e<strong>en</strong> solist die de tekst<br />
voordraagt op e<strong>en</strong> reciteertoon. In de motetpassie daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> niet <strong>en</strong>kel de woord<strong>en</strong> van Christus <strong>en</strong> de andere<br />
personages, maar ook die van de evangelist meerstemmig<br />
gezong<strong>en</strong>. Vanaf de zev<strong>en</strong>ti<strong>en</strong>de eeuw lijkt het componer<strong>en</strong><br />
van passies welhaast het alle<strong>en</strong>recht van de lutheran<strong>en</strong>: vooral<br />
in Duitsland stell<strong>en</strong> we immers e<strong>en</strong> to<strong>en</strong>ame aan passies vast,<br />
terwijl de katholieke toondichters nog amper interesse voor