Handleiding - ELEKTRON Bremen GmbH
Handleiding - ELEKTRON Bremen GmbH
Handleiding - ELEKTRON Bremen GmbH
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>Handleiding</strong><br />
<strong>ELEKTRON</strong>-BREMEN Elektrotechnik <strong>GmbH</strong> Am Hohentorshafen 17-19 D-28197 <strong>Bremen</strong><br />
Fon +49/(0)421/54906-906 Fax +49/(0)421/5490619 vertrieb@elektron-bremen.de www.elektron-bremen.de<br />
- 1 -
Inhoud Bladzijde<br />
1.0 Waarschuwingen – Symboolverklaring 3<br />
2.0 Beschrijving van het apparaat en overzicht 5<br />
3.0 In bedrijf stellen 6<br />
3.1 Persluchtaansluiting 6<br />
3.2 Netaansluiting 6<br />
3.3 Controle netspanningsval tijdens het lassen 6<br />
4.0 Toepasingsgebieden 7<br />
5.0 Technische gegevens 7<br />
6.0 Werken met het puntlaspistool 9<br />
6.1 Uitdeuken met de ringen 11<br />
6.2 Uitdeuken met de sneluitdeukhamer SAH (toebehoren) 13<br />
6.3 Het stuiken van deuken 15<br />
6.4 Plaatdelen krimpen 15<br />
6.5 Oplassen van draadeinden 17<br />
6.6 Oplassen van sierlijstnagels 19<br />
6.7 Plaatdelen fixeren (lijmtechniek) 21<br />
7.0 Speciale instelling, b.v. Airpuller 22<br />
8.0 Supplement/zelfcontrole en foutdiagnose 23<br />
8.1 Zelfcontrole 23<br />
8.2 Controle LED’s en magneetkleppen 23<br />
8.3 Test van de netvoeding en foutdiagnose 23<br />
8.4 Handmatige gereedschapskreuze 25<br />
8.5 Storingen in het bedieningsveld 25<br />
- 2 -
1.0 Waarschuwingstekens –<br />
Verklaring van de symbolen<br />
Opgelet!<br />
Het toestel en de leidingen naar het laspistool<br />
en andere hastoortsen produceren tijdens het<br />
gebruik en sterk elektromagnetisch veld. Dit<br />
kan defecten veroorzaken bij Pacemakers,<br />
Quartz uurwerken en andere Elektromagnetische<br />
gegevens zoals bv. op Giro of Bankpasjes,<br />
kunnen worden gewist.<br />
Pas op! Gevaarlijk!<br />
Bij het niet in acht nemen van deze waarschuwingen<br />
kan letsel aan ogen en huid optreden.<br />
<br />
Volg de gemaakte opmerkingen!<br />
Enkel dan bereikt u perfecte resultaten.<br />
Werkzaamheden aan het elektrische gedeelte<br />
van het apparaat mogen alleen door een<br />
elektrotechnicus worden uitgevoerd.<br />
Veiligheidsbril en -handschoenen verplicht!<br />
- 3 -
AB Toetsen lasgereedschap keuze<br />
(handmatig) zie supplement<br />
CD Toetsen pistoolfunctie keuze<br />
GH Toetsen fijninstelling +/–<br />
Lasgereedschap<br />
1 Laspistool<br />
2 Speciaal, b.v. Airpuller<br />
Toepassing laspistool<br />
3 Wave draad lassen<br />
4 Draadeind lassen/duiken<br />
5 Uitdeuken met ringen,<br />
nagels, stuiken, Speciaal<br />
6 Sneluitdeukhamer<br />
7 Gloeien en krimpen<br />
8 Fijninstelling +/–<br />
9 Net stekkersymbool met LED<br />
controle netspanning-val<br />
(15, 16, 17)<br />
10 LED storing<br />
11 Netschakelaar<br />
12 Netvoedingskabel<br />
13 Aansluiting van perslucht<br />
15<br />
16 Weergave netspanningsval<br />
17<br />
- 4 -<br />
11<br />
12<br />
13<br />
M20 – Voorzijde<br />
M20 – Keerzijde
2.0 Beschrijving van het apparaat en overzicht<br />
Het weerstand-lasapparaat MULTISPOT M20 is ontwikkeld voor<br />
de speciale eisen van de carrosseriebouw.<br />
Microprosessor gestuurde stroombron. Na de keuze van de<br />
bedrijfsmodus en de plaatdikte worden de stroom en de lastijd<br />
automatisch ingesteld en eventueel – indien vereist en zinvol –<br />
passend bijgesteld.<br />
Bij te large lasstroom is en pieptoon hoorbaar.<br />
Verdere functies<br />
Automatische gereedschapsherkenning.<br />
Geïntregeerde netspanning controle herkent te lage<br />
netspanning.<br />
Automatische aanloopstroom, lassen, stroomcontrole en<br />
nadrukken.<br />
Overzichtelijke bediening middels membraantoetsen.<br />
Temperatuurvoeler gestuurde luchtkoeling voor de puntlastang<br />
en pistool.<br />
Centraal aansluiting voor lasstroom, perslucht, koeling en<br />
stuurleiding.<br />
- 5 -
3.0 In bedrijf stellen<br />
3.1 Aansluiting van perslucht<br />
An de achterzijde van het apparaat is een persluchtaasluiting<br />
(8 bar) voorzien. De perslucht is benodigt voor het gebruik met<br />
speciale hastoorts (b.v. Airpuller) en voor het koelen van het<br />
laspistool.<br />
3.2 Aansluiting aan het stroomnet<br />
Bij 230 V (205 - 250 V) 50/60 Hz<br />
Aansluiting aan een 16 A contact.<br />
Bij 400 V (360 - 440 V) 50/60 Hz<br />
Aansluiting aan een 16 A Cekon-contact.<br />
Beveiliging: Een trage smeltzekering 16 A<br />
of<br />
K-automaat 16 A<br />
3.3 Controle netspanningsval tijdens het lassen<br />
Om de volledige capaciteit van de MULTISPOT M20 te kunnen<br />
gebruiken, moet de netspanningsval tijdens het lassen zo klein<br />
mogelijk zijn. De exacte test is beschreven op pagina 21, paragraaf<br />
8.3:<br />
– Uitleg over netspanningsval tijdens het lassen.<br />
– Weergave via 3 LED’s (15, 16, 17) onder het stekkersymbool:<br />
Groen = netspanning in orde<br />
Groen/geel = netspanningsval binnen acceptabele grens<br />
waarden<br />
alleen geel = beduidende netspanningsval,<br />
lascapaciteit verminderd.<br />
In dit geval de voedingskabel, verlengkabel etc. controleren of dikkere<br />
kabel toepassen.<br />
Rood en = sterke netspanningsval met sterke afname<br />
akoestisch van de capaciteit. Lassen niet meer moge-<br />
Signaal: lijk, lasstroom te gering.<br />
In dit geval de voedingskabel, verlengkabel etc. controleren of<br />
dikkere kabel toepassen.<br />
De aanwijzing springt na 2 seconden automatisch weer op<br />
groen<br />
Een eventuele netspanningsval wordt na elke lasactie gedurende<br />
2 seconden weergegeven.<br />
- 6 -
4.0 Toepassingsgebieden<br />
Programmaschakelaar Materiaal Max. plaatstaal<br />
Functie: max. in mm<br />
Uitdeuken met<br />
Ringen plaatstaal 1,0<br />
Sierlijstnagels 3 mm Ø plaatstaal 1,0<br />
Uitdeuken met andere 1,0<br />
hastoortsen, b.v. Airpuller plaatstaal<br />
Uitdeuken met<br />
sneluitdeukhamer plaatstaal 1,0<br />
Krimpen plaatstaal 0,6 - 1,0<br />
Draadeinden lassen draadeinden Ø 4 - 5 mm<br />
op plaatstaal 2,0 mm<br />
Wave draad op plaatstaal 1,0<br />
Duiken plaatstaal 1,0<br />
5.0 Technische Gegevens<br />
Netapparaat 230 V (205 - 250 V)<br />
Netaansluiting 1x230 V<br />
Netzekering traag 16 A<br />
Netapparaat 400 V (360 - 440 V)<br />
Netaansluiting 2x400 V<br />
Netzekering traag 16 A<br />
Netfrequentie 50/60 Hz<br />
Netaansluitvermogen 3,3 kVA<br />
Lasvermogen 11 kVA<br />
Nullastspanning 8 V AC<br />
Lasstroom max. 3000 A<br />
Omgevingstemperatuur 40° C<br />
Beschermingsklasse IP21<br />
Netapparat met centraalstekker<br />
Maten H/B/D mm 285/220/415<br />
Gewicht 21 kg<br />
(Standaard leveringsomvang standaarduitvoering)<br />
- 7 -
33 Puntlaspistool<br />
34 Bedieningsknop<br />
35 Massakabel<br />
36 Kabelschoen<br />
37 Klemhevel<br />
38 Aansluitstuk<br />
- 8 -<br />
A B
6.0 Werken met het puntlaspistool<br />
<br />
<br />
Voorbereidingen:<br />
Stekker van de puntlaspistoolkabel (33) tot de aanslag in de<br />
centraalsluiting (63) stekken. Stekker vergrendelen, door naar<br />
rechts (klokgewijs) te draaien.<br />
Apparaat schakelt automatisch over op pistoolsymbool.<br />
Met toets AB gereedschap „pistool“ kiezen (alleen bij pistool zonder<br />
codering).<br />
De wartelmoer van de centrale sluiting met de klok mee<br />
vastdraaien.<br />
Kabelschoen (36) van de massakabel (35) op een blanke plaats<br />
van het te lassen carrosseriedeel bevestigen.<br />
Gebruik hiervoor en klemtang of de meegeleverde klemhevel (37).<br />
Voor het gebruik van de massa klemhevel (37), eerst twee ringen<br />
van 8mm zo dicht mogelijk bij de las oplassen, zie 6.1! Hiertoe<br />
de kabelschoen (36) van de massakabel (35) stevig op de blanke<br />
plaat drukken. Alleen zo wordt een goede stroomgeleiding<br />
verkregen.<br />
Let Op!<br />
De kabelschoen (36) altijd op de onderplaat van het te bewerken<br />
carrosseriedeel aanbrengen.<br />
Stroomgeleiding via scharnieren, deur- en dekselsloten altijd<br />
vermijden,<br />
daar deze anders beschadigt worden.<br />
- 9 -
A B C D G H<br />
- 10 -<br />
40 Contact-elektrode<br />
t.b.v. ringen<br />
41 Slaghamer
6.1 Uitdeuken met de Ringen<br />
<br />
<br />
Het uit te deuken gebied blank slijpen.<br />
Contact-elektrode (40) in het aansluitstuk van het puntlaspistool<br />
steken.<br />
Met de toetsen CD functie „ringen“ kiezen.<br />
Met de toetsen GH fijn instellen.<br />
Puntlaspistool (33) in de deuk plaatsen.<br />
Bedieningsknop (34) indrukken Lastijd en energieregeling is<br />
automatisch.<br />
De uitdeukhamer (41) in de ring plaatsen en voorzichtig<br />
uitdeuken.<br />
De ring door draaien verwijderen.<br />
Ringen 8 mm<br />
Grote deuken altijd van buiten naar binnen verwijderen.<br />
Blanke ringen gebruiken, geen verzinkte.<br />
Instelling volgens grootte en aard van de deuk met de<br />
toetsen GH.<br />
- 11 -
A B C D G H<br />
42 Sneluitdeukhamer SAH (extratoebehoren)<br />
- 12 -
6.2 Uitdeuken met de sneluitdeukhamer SAH<br />
(extratoebehoren)<br />
<br />
<br />
<br />
Kleine deuken, schrammen of hagelschade kunnen met de snelslaghamer<br />
(42) op eenvoudige wijze worden verwijderd.<br />
Het uit te deuken gebied blank slijpen.<br />
Snelslaghamer (42) in het aansluitstuk van het puntlaspistool<br />
steken.<br />
Wartelmoer aandraaien.<br />
Met de toetsen CD #SAH# kiezen.<br />
Met de toetsen GH fijn ± instellen.<br />
De lastip van de snelslaghamer (42) in de deuk plaatsen.<br />
Voorzichtig uitdeuken.<br />
Bedieningsknop (34) indrukken en de lastip vast lassen.<br />
Sneluitdeukhamer (SAH) door draaien van de plaat lossen.<br />
Zo kort mogelijke lastijd kiezen.<br />
Laspunt van tijd tot tijd met de vijl bijwerken.<br />
De handelingen zo vaak herhalen, totdat het totale schadegebied<br />
uitgedeukt is. De lastijd middels de tijdregelaar (4) zo<br />
kort mogelijk instellen!<br />
Sterke deuken met uitdeukhamer en 8mm ringen uitdeuken<br />
in plaats van de snelslaghamer, om beschadiging van het<br />
laspistool te voorkomen.<br />
Verbruikte lastip door nieuwe vervangen. Hiertoe de imbusbout<br />
M6 van de snelslaghamer losdraaien versleten lastip<br />
vervangen, nieuwe lastip inzetten. Imbusbout goed<br />
vastzetten.<br />
Art.nr. zie accessoire-lijst.<br />
- 13 -
A B C D G H<br />
39 Kool-elektrode<br />
40 Contactstuk U-B<br />
- 14 -<br />
A B C D G H
6.3 Deuken / builen stuiken<br />
<br />
Kleine naar buiten staande deuken/builen, welke ontstaan door<br />
schuivende goederen in de kofferbak of bij het uitdeuken met<br />
een uitdeuk slaghamer, kunnen met de contact-elektrode (40)<br />
eenvoudig worden vlak gedrukt (tot 1mm plaatdikte).<br />
Contact-elektrode (40) in het aansluitstuk van het puntlaspistool<br />
(33) steken.<br />
Wartelmoer aandraaien.<br />
Met de toetsen CD ‘deuken / builen stuiken’ kiezen.<br />
Met de toetsen GH fijn instellen.<br />
Puntlaspistool (33) met contact-elektrode (40) op de deuk/buil<br />
plaatsen en goed aandrukken.<br />
Bedieningsknop (34) indrukken.<br />
Lastijd en energieregeling is automatisch.<br />
Het puntlaspistool pas na de automatische lastijd en energieregeling<br />
losnemen.<br />
6.4 Plaatdelen krimpen<br />
Het te krimpen gebied blank slijpen.<br />
Kool-elektrode (39) in het aansluitstuk van het het puntlaspistool<br />
(33) steken.<br />
Met de toetsen CD #gloeien/krimpen# kiezen.<br />
De te krimpen deuk met de vinger lokaliseren.<br />
Kool-elektrode (39) in het midden van de deuk plaatsen<br />
Bedieningsknop (34) indrukken en met een spiraalvormige<br />
beweging van binnen naar buiten de plaat verwarmen.<br />
De plaat direct met een natte lap laten schrikken.<br />
Indien nodig, de handeling herhalen. De gloei-tijd kan eventueel<br />
met de toetsen GH een stand naar boven of beneden worden<br />
gezet.<br />
Opgelet! Gevaar!<br />
Kool-elektrode wordt gloeiend heet.<br />
Gevaar voor kwetsuren en verbrandingen.<br />
Veiligheidshandschoenen dragen!<br />
- 15 -
44 Contact-elektrode „draadeinden“<br />
A B C D G H<br />
- 16 -
6.5 Oplassen van draadeinden<br />
Met de MULTISPOT M20 kunnen draadeinden met diameters<br />
4 en 5 mm worden aangelast.<br />
Gebruik de passende contactstukken!<br />
SB 4 voor dia. 4 mm<br />
SB 5 voor dia. 5 mm<br />
Het passende contactstuk (44) in het in het aansluitstuk van<br />
het puntlaspistool (33) steken.<br />
Wartelmoer aandraaien.<br />
Draadeind tot aan de aanslag in het contactstuk (44) steken.<br />
Met de toetsen CD #draadeinden lassen# kiezen.<br />
Draadeind met laspistool (33) op de lasplaats plaatsen en licht<br />
aandrukken.<br />
Bedieningsknop (34) indrukken en tot het einde van het<br />
lasprogramma ingedrukt houden.<br />
Draadeinden zonder aanslag kunnen eveneens toegepast worden,<br />
als aanslag dient een moer.<br />
Hiertoe het draadeind 1–2 mm buiten de moer laten steken en<br />
handelen als boven beschreven.<br />
- 17 -
A B C D G H<br />
45 Contactstuk TST 3 Art.-Nr. 407 227 Toebehoren<br />
47 T-Stift 3 x 4,5 Art.-Nr. 408 596<br />
48 Passtuk Golf 2 Art.-Nr. 313 451 Toebehoren<br />
49 Passtuk Passaat B 3 Art.-Nr. 315 671 Toebehoren<br />
50 Passtuk Porsche Art.-Nr. 314 465 Toebehoren<br />
51 Passtuk Golf 3 / Vento Art.-Nr. 317 962 Toebehoren<br />
- 18 -
6.6 Oplassen van sierlijstnagels<br />
<br />
Nagels zoals u bijv. ter bevestiging van sierlijsten gebruikt, kunnen<br />
met de contacstukken TST3 (45) en TST5 (52) opgelast worden.<br />
In deze contactstukken is een magneet aangebracht, welke<br />
de nagels tijdens de lasprocedure vasthoudt.<br />
Voor het oplassen van nagels aan daken van de GOLF 2,<br />
GOLF 3, VENTO, PORSCHE 944 en PASSAT B3 zijn speciale<br />
passtukken leverbaar. Deze passtukken maken het mogelijk<br />
om de nagels maat-nauwkeurig op de door de fabrikant aangegeven<br />
plaatsen op te lassen. Zie de lijst extra toebehoren<br />
voor de bestelnummers.<br />
Lashandeling:<br />
Plaatoppervlak blank slijpen.<br />
Passend contactstuk kiezen en tot de aanslag in het aansluitstuk<br />
van het laspistool (33) plaatsen.<br />
Wartelmoer aandraaien.<br />
Met de toetsen CD #sierlijstnagels# kiezen.<br />
De nagel met de kop in het contactstuk plaatsen.<br />
Laspositie kiezen en puntlaspistool (33) licht aandrukken.<br />
Bedieningsknop (34) indrukken Lastijd en energie regeling is<br />
automatisch.<br />
- 19 -
A B C D G H<br />
- 20 -
6.7 Plaatdelen fixeren (lijmtechniek)<br />
Ter aanpassing moeten carrosseriedelen vaak provisorisch bevestigd<br />
worden. In sommige gevallen kunnen klemtangen niet<br />
geplaatst worden. In deze gevallen kan het bevestigen met de<br />
MULTISPOT M20 worden uitgevoerd. Als bevestiginghulp dienen<br />
ringen waar 1/4 deel is uitgeknipt.<br />
Contactstuk (40) t.b.v. ringen in het aansluitstuk van het puntlaspistool<br />
(33) plaatsen.<br />
Wartelmoer aandraaien.<br />
Uit de ringen f 8mm +/– 1/4 deel wegknippen.<br />
Ring in het contactstuk (40) plaatsen.<br />
Met de toetsen CD #sierlijstnagels# kiezen.<br />
De ring over beide plaatdelen plaatsen en licht aandrukken.<br />
Bedieningsknop (34) indrukken. Lastijd en energie regeling is<br />
automatisch. Met de toetsen GH fijninstellen.<br />
- 21 -
7.0 Speciaal (b.v. Airpuller)<br />
<br />
Hastoortsen aan de centraalstekker aansluiten.<br />
Apparaat schakelt automatisch naar het Speciaal-symbool.<br />
Met toetsen AB „Speciaal“ kiezen (alleen bij Airpuller zonder<br />
codering)<br />
Bij bedrijfsmodus ‘gloeien’ met toetsen CD symbol ‘gloeien’<br />
kiezen.<br />
Met de toetsen GH fijninstellen.<br />
Werken met de Airpuller zie ook handleiding Airpuller.<br />
- 22 -
8.0 Supplement/zelfcontrole en foutdiagnose<br />
8.1 Zelfcontrole<br />
De MULTISPOT M20 is met een zelftest-programma uitgerust dat de<br />
functies van het apparaat controleert en de resultaten verwerkt weergeeft.<br />
8.2 Controle van de LED’s<br />
Tang of pistool van het nettoestel nemen.<br />
Apparaat op het stroomnet aansluiten.<br />
Apparaat uitschakelen.<br />
Toets „A“ indrukken, apparaat inschakelen, toets „A“ loslaten. Alle<br />
LED’s van het bedieningselement worden achtereenvolgend ingeschakeld.<br />
Tot slot van de LED-test worden de pneumatische en de<br />
koelermagneetklep elk gedurende ca. 1 seconde geopend. De test<br />
eindigt na 5 testcycli of door het indrukken van een willekeurige<br />
toets.<br />
8.3 Test van de netvoeding en foutdiagnose<br />
De test als volgt uitvoeren:<br />
Pistool aansluiten en functie "puntlassen" kiezen, toetsen C D.<br />
Tijd op max. toetsen G H.<br />
Puntlaselektrode in het laspistool plaatsen.<br />
Puntlaselektrode stevig op de massaklem (36) en pistoolknop<br />
indrukken en kortsluitlas uitvoeren.<br />
Evaluatie van de test<br />
LED's onder het stekkersymbool:<br />
Groen Geen netspanningsval, volle lascapaciteit beschikbaar.<br />
Groen+geel Geringe netspanningsval, lascapaciteit goed.<br />
Geel Netspanningsval sterker, lascapaciteit voor enkele plaat<br />
dikker dan 0,8 mm niet meer toereikend.<br />
Geel+rood Netspanningsval kritisch, lascapaciteit slechts nog voor<br />
max. 0,8 mm plaat toereikend.<br />
Good Netspanningsval te sterk, puntlassen niet langer<br />
mogelijk.<br />
Oorzaken voor netspanningsval onder belasting:<br />
Verlengkabel te lang.<br />
Netspanningskabel te lang.<br />
Voedingsspanningskabel van huisaansluiting (zekeringkast) naar<br />
wandcontactdoos te lang resp. aderdiameter te gering.<br />
Voedingsspanning ligt onder nominale waarde.<br />
- 23 -
Zelfcontrole en evaluatie<br />
Druk toetsen H langer dan 2 seconden in veld C<br />
LED’s in veld A<br />
Indicatoren code<br />
A 1) Systeemfout EEPROM parameters<br />
– Servicedienst bellen.<br />
A 2) EEPROM bediening<br />
– Servicedienst bellen.<br />
LED’s in veld B<br />
B 1) Netingang 230 V<br />
B 2) Netingang 400 V.<br />
B 3) Aanduiding van de netfrequentie 50 Hz<br />
B 4) Aanduiding van de netfrequentie 60 Hz<br />
– Netspanning is te hoog.<br />
B 5) Frequentiefout – Servicedienst bellen.<br />
LED’s in veld C<br />
C 1) Gereedschap afgenomen.<br />
C 2) Gereedschap te warm.<br />
C 3) Koeling gereedschap.<br />
C 4) Trafo te warm.<br />
C 5) Gereedschap met lang snoer.<br />
A B C D G H<br />
veld A veld B veld C<br />
- 24 -<br />
LED<br />
1<br />
2<br />
3<br />
4<br />
5
8.4 Handmatige gereedschapskeuze<br />
In noodgevallen of voor service-controles kan de automatische<br />
gereedschapskeuze worden omzeild:<br />
Apparaat uitschakelen.<br />
Gereedschap op het apparaat aansluiten.<br />
Apparaat inschakelen, daarbij gereedschapstoets ingedrukt<br />
houden.<br />
Gewenst gereedschap met de toetsen AB kiezen.<br />
Reset bij gereedschapswissel of uitschakelen van het apparaat.<br />
8.5 Storingen in het bedieningsveld<br />
Bij storingen in het bedieningsveld, d.w.z. geen reactie op<br />
indrukken van toetsen, bij foutief branden van LED’s enz. het apparaat<br />
uitschakelen en na ca. 2 sec. opnieuw inschakelen. Storing<br />
is verholpen.<br />
Technische veranderingen voorbehouden.<br />
Art.-Nr. 324 611 (NL) Niederländisch 03/09<br />
- 25 -