You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Voorordening<br />
gaire en grove taal of gebaren, en schuine moppen, zijn aanstootgevend<br />
voor de Heer en voor anderen.<br />
Onbehoorlijke taal beschadigt uw geest en verlaagt u.<br />
Laat u niet door anderen tot dergelijke taal verleiden. Gebruik<br />
liever nette taal die anderen opbouwt en verrijkt. Kies vrienden<br />
die nette taal gebruiken. Stel een voorbeeld dat anderen<br />
ertoe zal aanzetten om nette taal te gebruiken. Als vrienden<br />
en kennissen grof in de mond zijn, vraagt u hun vriendelijk<br />
hun taal te kuisen. Als ze er overheen praten, kunt u beleefd<br />
weglopen of het onderwerp van gesprek veranderen.<br />
Als u uzelf hebt aangeleerd om te vloeken, houd daar dan<br />
mee op. Neem u voor om u te veranderen. Bid om hulp. Als u<br />
in de verleiding komt om ongepaste taal te gebruiken, houd<br />
dan uw mond of breng de boodschap op een andere manier<br />
over.<br />
Relevante verwijzingen: Leviticus 19:12; LV 63:60–64<br />
Zie ook fatsoen; verleiding<br />
Voorordening<br />
In de voorsterfelijke geestenwereld wees God bepaalde<br />
geesten een specifieke opdracht op aarde toe. Dat noemen wij<br />
voorordening.<br />
Voorordening garandeert niet dat iemand een bepaalde<br />
roeping of taak op aarde ook krijgt. Dat hangt af van zijn rechtvaardige<br />
keuzes in dit leven, net als zijn voorordening het<br />
gevolg was van zijn rechtschapenheid in het vooraardse leven.<br />
Jezus Christus werd voorgeordend om de verzoening tot<br />
stand te brengen, en werd zo ‘het Lam, dat geslacht is, sedert<br />
de grondlegging der wereld’ (Openbaring 13:8; zie ook<br />
1 Petrus 1:19–21). Er wordt in de Schriften gesproken over<br />
anderen met een voorordening. De profeet Abraham kwam<br />
erachter dat hij was voorgeordend toen hij in een visioen<br />
‘velen van de edelen en groten’ onder de geesten in de voorsterfelijke<br />
wereld zag. Hij zei: ‘En God zag deze zielen, dat zij<br />
goed waren; en Hij stond te midden van hen en Hij zeide:<br />
186