Notulen vergadering 12-11-2011 - Natuurmonumenten
Notulen vergadering 12-11-2011 - Natuurmonumenten
Notulen vergadering 12-11-2011 - Natuurmonumenten
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
pagina 4/15<br />
maar komt nog niet in de cijfers tot uitdrukking. Het streven is in 20<strong>12</strong> een gezond<br />
<strong>Natuurmonumenten</strong> te hebben, voor de periode daarna zijn de plannen nog in uitvoering.<br />
Resultaten huidige Meerjarenplan<br />
De heer Koster zet uiteen dat de looptijd van het huidige Meerjarenplan, gedefinieerd in<br />
2006 / 2007, bijna ten einde is. Inmiddels is een start gemaakt met het opstellen van een<br />
nieuw plan. Tijdens de verenigingsraads<strong>vergadering</strong>, te houden op 24 november 20<strong>12</strong>,<br />
wordt over de inhoud van dit nieuwe Meerjarenplan van gedachte gewisseld. Terugkijkend<br />
naar het huidige plan, blijkt de ambitie voor de hectaregroei (ingeschat op 2000 hectare per<br />
jaar) niet haalbaar te zijn geweest. Tot 2010 werd de doelstelling gehaald daarna bleek dit<br />
niet mogelijk, gemiddeld over de gehele planperiode is zodoende duizend hectare per jaar<br />
gerealiseerd. Voor de komende periode wordt het aantal te verwerven hectares lager<br />
ingeschat op maximaal 250 hectare per jaar. Verder is het dalend ledenaantal een groot<br />
probleem. Daar tegen over staat de fondsenwerving welke op peil is gebleven. De ambitie<br />
meer te werken met vrijwilligers is gehaald, de vereniging heeft op dit moment ongeveer<br />
3400 vrijwilligers.<br />
Externe ontwikkelingen<br />
Gezien de herijking van de EHS en het bestuursakkoord tussen Rijk en Provincies heeft de<br />
vereniging te maken met een turbulente situatie. De komende jaren is aanzienlijk minder<br />
geld beschikbaar voor aankopen en projecten. Daar tegen over staan de positieve subsidie<br />
beschikkingen voor beheer. Deze subsidies zijn hoogstwaarschijnlijk eenmalig maar door de<br />
looptijd van zes jaar heeft de vereniging enige tijd om de organisatie aan te passen aan de<br />
nieuwe financiële situatie. De fondsenwerving en ledenaantallen blijven onder druk staan,<br />
het beleid is voorlopig gericht de leden te weerhouden op te zeggen. Tot slot is de onrust op<br />
de financiële markten een externe ontwikkeling die de vereniging dagelijks raakt. Het goed<br />
beheren van de beleggingsportefeuille, waaruit de vereniging inkomsten genereert voor de<br />
exploitatie, vraagt veel tijd en energie.<br />
Financieel Meerjarenbeeld<br />
Gezien de externe ontwikkelingen is het lastig een langjarig financieel Meerjarenbeeld te<br />
maken. Het volgende Meerjarenplan dient in belangrijke mate een onderlegger te zijn, met<br />
meer duidelijkheid over hoe met inhoudelijke thema’s wordt omgegaan en wat de ambities<br />
zijn met betrekking tot ondernemen en communicatie. Er dient nog steeds voorzichtig<br />
begroot te worden maar de ambities van de vereniging dienen wel zichtbaar te zijn. Verder<br />
stijgen de kosten van de bedrijfsvoering gezien de verkregen beheer subsidies en het werk<br />
dat daaruit voortvloeit om de gewenste resultaten te kunnen behalen. Tenslotte is geld<br />
gereserveerd om de organisatieombouw in het kader van het Nieuwe <strong>Natuurmonumenten</strong><br />
financieel te ondersteunen.<br />
Vanuit de verenigingsraad wordt de vraag naar voren gebracht of met de inzet van<br />
vrijwilligers ook een besparing wordt gerealiseerd. De heer De Graeff zet uiteen dat het<br />
antwoord niet eenvoudig is; de vraag is namelijk of de inzet van vrijwilligers zorgt voor een<br />
besparing of voor een toevoeging aan de kwaliteit van een gebied. De inzet van vrijwilligers<br />
zorgt voor 57.500 mensdagen per jaar aan extra inzet. Ongeveer de helft hiervan kan gezien<br />
worden als extra inzet en de andere helft als besparing, het onderscheidt blijft echter lastig<br />
te bepalen. Wel is duidelijke dat deze mensen een enorme toegevoegde waarde hebben<br />
voor het beheer van onze gebieden en voor de positie die <strong>Natuurmonumenten</strong> inneemt. De<br />
vereniging loopt op dit moment echter tegen de grenzen aan van wat logistiek haalbaar is.<br />
De vraag die nu naar voren komt, is of het wenselijk is het aantal vrijwilligers verder te laten<br />
groeien en zo ja hoe dit vorm gegeven dient te worde. Deze vraag wordt daarom<br />
meegenomen bij de opstelling van het nieuwe Meerjarenplan.<br />
Meerjarenplan en begroting<br />
De heer Koster zet vervolgens uiteen dat het moeilijk is langjarige financiële uitspraken te<br />
doen. Op dit moment worden licht stijgende inkomsten voorzien en wordt de inflatie laag