01.09.2013 Views

Handleiding Startweek middenbouw - Trefwoord

Handleiding Startweek middenbouw - Trefwoord

Handleiding Startweek middenbouw - Trefwoord

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

(*) Gilden<br />

Gilden ontstonden in de middeleeuwen als verenigingen van personen die hetzelfde beroep uitoefenden.<br />

Ze zorgden dat de zakelijke belangen behartigd werden en dat kennis, ervaring en vakmanschap<br />

werd doorgegeven. Zo ontstonden koopmansgilden, ambachtsgilden, godsdienstige<br />

gilden en ook schuttersgilden of schutsgilden. De laatste namen, vooral in het zuiden, lange tijd de<br />

bescherming op zich van de dorpsgemeenschap en de dorpskerk. De schuttersgilden van Brabant<br />

hebben als devies: trouw aan God, Kerk en Land, trouw aan gewest, streek en gezin, en ook trouw<br />

aan de gebruiken der voorouders, zoals die in het gilde bewaard zijn gebleven.<br />

A0De Twaalf Stenen<br />

Belangrijke momenten vragen om rituelen en symbolen. De Twaalf Stenen bij de rivier de Jordaan staan<br />

symbool voor de twaalf stammen van Israël die ooit samen het Beloofde Land binnentrokken. Net als in<br />

de Bijbel zelf is de volgende navertelling in de vorm van een terugblik. Hiervoor worden de kinderen<br />

Micha en Rina opgevoerd die in de oorspronkelijke Bijbelteksten zelf niet worden genoemd. Een<br />

Bijbelverhaal naar Numeri 13, 1-3 en Jozua 3.<br />

‘Mam, mogen we naar de rivier?’<br />

‘Ja hoor. Maar niet te ver het water in, hè? Tot aan de Twaalf Stenen.’<br />

‘Goed,’ zeiden Micha en Rina. En weg waren ze al. De hele middag speelden ze in het water En ze<br />

gingen maar één keer verder dan de stenen.<br />

‘Gek eigenlijk, die stenen,’ zei Micha toen ze naar huis liepen. ‘Hoe zouden ze daar gekomen zijn?’<br />

‘Geen idee,’ zei Rina. ‘Maar ze zijn al heel oud. Net als die daar.’<br />

Ze wees naar een grote berg stenen, langs de weg.<br />

‘O die,’ zei Micha. ‘“De puinhopen van Jericho” noemt opa die. Ik zal het hem eens vragen. Hij<br />

weet er vast meer van.’<br />

‘O, maar ik ook, hoor!’<br />

Rina en Micha schrokken.<br />

Wie zei dat? Daar, op een grote steen, zat een man. Wilde baard. Bruine, harige kleren.<br />

‘Wie bent u? Woont u hier?’<br />

De man lachte. ‘Hier? In deze puinhoop? Nou ja, ik kom er wel vaak. En bij de Twaalf Stenen ook.<br />

Ze zijn belangrijk, ook voor jullie trouwens.’<br />

‘Belangrijk? Hoe dan? We weten niet eens waar ze vandaan komen.’<br />

‘Precies,’ zei de geheimzinnige man. ‘Niemand weet dat meer. Dat is heel erg, want hun verhaal<br />

is belangrijk. Het hoort bij ons. Bij ons volk. En dus zit ik hier. Om het te vertellen. Willen jullie het<br />

horen?’ Rina en Micha keken elkaar aan. Ze moesten eigenlijk naar huis. Maar ze hadden nog wel<br />

even...<br />

‘Goed. De Twaalf Stenen. Weet je wie die heeft neergezet? Wijzelf. De Israëlieten. Maar dat<br />

verhaal begint al veel eerder. In Egypte, want daar woonden we toen. We hadden het zwaar. We<br />

waren slaven. Maar God heeft ons bevrijd. Hij maakte de Rietzee droog, zodat we er dwars<br />

doorheen konden lopen. Zo ontsnapten wij uit Egypte. God beloofde ons een eigen land. Maar dat<br />

duurde nog lang. We hebben jaren door de woestijn gelopen. Dat was niet makkelijk. Het was er<br />

warm en droog. Weinig te eten. Maar wat wel mooi was: we hoorden bij elkaar. We hielpen elkaar.<br />

We waren allemaal Israëlieten, en God was onze God. Toen, op een dag, waren we bij het Beloofde<br />

Land aangekomen. Bij de Jordaan. Jozua, onze leider, riep ons allemaal bij elkaar. Hij zei: “Mensen,<br />

morgen gaan we door het water heen. Dan begint er een nieuw leven. In ons eigen land.” “Hoera!”<br />

juichten we. Maar Jozua juichte niet. “We krijgen het daar niet makkelijk. De mensen die er wonen,<br />

willen vast niet dat wij erbij komen. Maar God gaat met ons mee. Hij helpt ons. Dat zullen jullie<br />

morgen wel zien!” De volgende dag was iedereen al vroeg wakker. In een grote stoet liepen we<br />

naar de oever van de Jordaan. Jozua voorop. De priesters droegen de gouden kist van God. Bij het<br />

water stond Jozua stil. Hij wenkte de priesters. “God zelf gaat voor ons uit,” riep hij. “Net als in<br />

Egypte, bij de Rietzee!” En zo was het! Toen de priesters met de kist van God het water instapten,<br />

11!

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!