Cijfers HVZ 2012_compleet.pdf - Nphf
Cijfers HVZ 2012_compleet.pdf - Nphf
Cijfers HVZ 2012_compleet.pdf - Nphf
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
12<br />
In alle leeftijdsklassen is het sterfterisico per 100.000 inwoners in 2011<br />
hoger bij mannen dan vrouwen, betreffende de doodsoorzaken acuut hartinfarct<br />
en het totaal aan hart- en vaatziekten. Voor beroerte echter, geldt dit<br />
slechts tot de leeftijd van 85 jaar. Boven de 85 jaar overlijden per 100.000<br />
personen meer vrouwen dan mannen aan een beroerte. Dus ook na correctie<br />
voor verschillen in de leeftijdsopbouw met mannen overlijden boven de<br />
leeftijd van 85 jaar meer vrouwen aan een beroerte.<br />
1.2 Trends in sterfte<br />
Het totale aantal personen dat jaarlijks overlijdt, is toegenomen in de periode<br />
1980-2011. In 1980 overleden 63.301 mannen en 50.978 vrouwen, terwijl<br />
in 2011 65.259 mannen en 70.482 vrouwen overleden. Gedurende deze<br />
periode is het absolute aantal doden aan kwaadaardige nieuwvormingen<br />
(kanker), ziekten van de ademhalingsorganen, en overige doodsoorzaken<br />
bij zowel mannen als vrouwen toegenomen, terwijl het absolute aantal<br />
doden aan hart- en vaatziekten is afgenomen (figuur 1.3). Het absolute<br />
aantal doden aan uitwendige oorzaken van letsel en vergiftiging is licht<br />
toegenomen bij vrouwen en licht afgenomen bij mannen.<br />
Tot op heden overleden meer vrouwen aan de gevolgen van hart- en<br />
vaatziekten dan aan de gevolgen van kanker. Hart- en vaatziekten zijn<br />
doodsoorzaak nummer één bij vrouwen. Het verschil tussen hart- en<br />
vaatziekten en kanker wordt echter steeds kleiner bij vrouwen. Bij mannen<br />
overlijden sinds 2005 meer personen aan kanker dan aan hart- en<br />
vaatziekten. Dit maakt hart- en vaatziekten de tweede doodsoorzaak in 2011<br />
bij mannen. Sinds 2009 is het aantal sterfgevallen van mannen en vrouwen<br />
tezamen aan kanker hoger dan aan hart- en vaatziekten. Bij mannen is voor<br />
kanker – na een continue stijging sinds 2001 - voor het eerst ook een daling<br />
zichtbaar in het aantal sterfgevallen in 2011.<br />
Tabel 1.5 geeft het absolute aantal sterfgevallen aan hart- en vaatziekten,<br />
acuut hartinfarct en beroerte in de periode 1980-2011. Bij mannen is het<br />
bruto sterftecijfer voor hart- en vaatziekten met 44% gedaald (van 395 per<br />
100.000 in 1980 naar 220 per 100.000 in 2011). Bij vrouwen was dit 28% (van<br />
338 per 100.000 in 1980 naar 245 per 100.000 in 2011).<br />
Hart- en vaatziekten in Nederland