Cijfers HVZ 2012_compleet.pdf - Nphf
Cijfers HVZ 2012_compleet.pdf - Nphf
Cijfers HVZ 2012_compleet.pdf - Nphf
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Voorwoord<br />
3<br />
Voor de achttiende maal biedt de Hartstichting u een boek aan met cijfers over<br />
risicofactoren, ziekte en sterfte aan hart- en vaatziekten in Nederland.<br />
De sterfte aan hart- en vaatziekten blijft gestaag dalen, terwijl het aantal<br />
klinische ziekenhuisopnamen toeneemt (hoofdstuk 1). In dit boek worden<br />
voor het eerst cijfers over dagopnamen gepresenteerd. Het betreft een eerste<br />
verkenning. Het grootste aandeel in de dagopnamen vormen bij mannen de<br />
ischemische hartziekten en boezemfibrilleren en bij vrouwen behandelingen<br />
van spataderen.<br />
In de Nederlandse bevolking daalde in de periode 1998-2007 de totale incidentie<br />
van het acuut hartinfarct (hoofdstuk 2) met 38% bij mannen en 32% bij<br />
vrouwen. Deze daling werd waargenomen zowel in het optreden van nieuwe<br />
hartinfarcten, als ook in het aantal sterfgevallen buiten en in het ziekenhuis.<br />
In een Rotterdamse ziekenhuispopulatie verbeterde in de afgelopen 25 jaar<br />
eveneens de overleving in de eerste maand na een ziekenhuisopname, zowel bij<br />
patiënten met een groter (STEMI) als kleiner infarct (non-STEMI) (hoofdstuk 3).<br />
In hoofdstuk 4 worden prevalenties en trends in risicofactoren voor harten<br />
vaatziekten in de algemene bevolking beschreven. Een kwart van de<br />
volwassenen heeft een cholesterolwaarde boven de 6,5 mmol/l en/of gebruikt<br />
cholesterolverlagende medicijnen, een derde heeft een bloeddruk boven de<br />
140/90 mmHg en/of gebruikt medicatie en ruim de helft heeft overgewicht.<br />
Verhoogde waarden komen vaker voor bij een lage opleiding.<br />
Uit landelijke registraties blijkt dat mannen met een lage versus hoge sociaal<br />
economische status (SES) een hoger risico hebben om na een hartinfarct te<br />
sterven, zowel buiten het ziekenhuis als in de eerste maand na een ziekenhuisopname.<br />
Bij vrouwen met een lage SES werd alleen een hogere sterfte<br />
buiten het ziekenhuis gevonden (hoofdstuk 5).<br />
In hoofdstuk 6 worden eventuele verschillen tussen mannen en vrouwen<br />
bestudeerd in de tijd tussen het ontstaan van acute hartklachten en<br />
behandeling met een percutane coronaire interventie. Vrouwen worden 17<br />
minuten later behandeld, vooral doordat zij later aankomen in het ziekenhuis.<br />
Eenmaal in het ziekenhuis zijn er geen verschillen in behandeling tussen<br />
mannen en vrouwen. Geslachtsverschillen zijn in de laatste jaren afgenomen.<br />
Voorwoord