114 | INTRODUCTIE Werkend leren De opleid<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> <strong>het</strong> hoger onderwijs zijn vaak ook <strong>in</strong> deeltijd te volgen: overdag werken en ’s avonds naar school. Een aantrekkelijke vorm voor mensen die op latere leeftijd nog een opleid<strong>in</strong>g willen doen en graag een officieel diploma willen hebben. De f<strong>in</strong>ancier<strong>in</strong>g hiervan staat onder druk, <strong>het</strong> is dus zeer de vraag of deze opleid<strong>in</strong>gen zullen blijven bestaan. Datzelfde geldt voor de duale opleid<strong>in</strong>gen: een half jaar naar school en een half jaar werken. In Amsterdam is een duale opleid<strong>in</strong>g volgens <strong>het</strong> klassieke concept, <strong>in</strong> Rotterdam bestaat een concept van twee jaar naar school en twee jaar werken en daarbij één dag per week naar school. In andere steden bestaat dit type onderwijs niet. Studenten en docenten zijn erg enthousiast over deze vorm, de werkgevers die bereid zijn dit soort studenten een half jaar een baan te geven ook. Maar ook deze vorm van opleid<strong>in</strong>g staat onder druk: <strong>het</strong> is voor de <strong>in</strong>stituten organisatorisch <strong>in</strong>gewikkeld en niet alle werkgevers zitten op zulke werknemers te wachten. Studenten van deeltijd en duale opleid<strong>in</strong>gen komen volgens de HBO Monitor iets sneller aan een baan dan de studenten van de voltijdsopleid<strong>in</strong>gen. Begrijpelijk want velen hebben al een baan, maar toch. Ze verdienen bovendien gemiddeld ook iets meer dan de voltijds afgestudeerden: 2500/2700 euro tegenover 2100 euro voor een voltijds afgestudeerde (cijfers HBO Monitor juli 2011, gegevens voor alle studenten <strong>in</strong> <strong>het</strong> segment economie). Daarnaast zijn er mbo-opleid<strong>in</strong>gen voor <strong>het</strong> communicatieberoep. Die leiden op voor assistent communicatiemedewerker, zowel Nederlandstalig als Engelstalig, waarbij de studenten niet alleen een Nederlands maar ook een Engels diploma krijgen. Die opleid<strong>in</strong>gen duren net als <strong>in</strong> <strong>het</strong> hoger onderwijs drie tot vier jaar, afhankelijk van de vooropleid<strong>in</strong>g en de studiesnelheid. Er is een beroepsopleidende en een beroepsbegeleidende leerweg: <strong>in</strong> <strong>het</strong> eerste geval is <strong>het</strong> 60 procent school en 40 procent werken <strong>in</strong> de praktijk bij een officieel leerbedrijf, <strong>in</strong> <strong>het</strong> tweede geval ligt de verhoud<strong>in</strong>g 20-80. Allemaal deeltijdprogramma’s dus. De ene opleid<strong>in</strong>g is de andere niet S<strong>in</strong>ds een aantal jaren bestaat de Keuzegids Hoger Onderwijs, die alle opleid<strong>in</strong>gen, zowel voltijds als deeltijd, typeert en <strong>in</strong> een rank<strong>in</strong>g plaatst. Wat de deeltijd- en duale opleid<strong>in</strong>gen betreft zijn de opleid<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> Breda, Rotterdam (Hogeschool Rotterdam), Den Haag en Zwolle de beste volgens de Keuzegids. Bij de voltijdse opleid<strong>in</strong>gen DE STAGEmARKT De economische crisis heeft ook op de stagemarkt toegeslagen, niet <strong>in</strong> aantallen stageplekken maar wel <strong>in</strong> de vergoed<strong>in</strong>g ervoor. Met 197 euro per maand ligt die bijna 30 euro lager dan een jaar eerder <strong>het</strong> geval was. Dat komt vooral doordat steeds meer studenten helemaal geen vergoed<strong>in</strong>g krijgen. Wie wel een vergoed<strong>in</strong>g krijgt, krijgt gemiddeld 290 euro per maand. Hier tegenover staat dat bijna de helft van de studenten bij hun stageplaats blijven hangen, als bijbaan, voor de <strong>vak</strong>antie, en soms zelfs als vaste baan. Fig 1. Voorbeeld van een studiebijsluiter; deze zijn vanaf 2013 voor iedere opleid<strong>in</strong>g verplicht. scoren de Christelijke Hogeschool Ede en de Christelijke Hogeschool W<strong>in</strong>desheim één en twee, de derde plaats wordt gedeeld door de opleid<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> Leeuwarden, E<strong>in</strong>dhoven en Tilburg. Het tijdschrift Elsevier geeft ook ieder jaar een rank<strong>in</strong>g van opleid<strong>in</strong>gen. Zij gebruiken hiervoor onderzoek onder studenten, samen met de Sticht<strong>in</strong>g Studiekeuze 123, en eigen onderzoek onder hoogleraren. De Christelijke Hogeschool Ede komt ook hier uit de bus als nummer één bij <strong>het</strong> hbo, dat is al jaren zo, gevolgd door de Christelijke Hogeschool W<strong>in</strong>desheim <strong>in</strong> Zwolle en Fontys Hogeschool E<strong>in</strong>dhoven. Bij de (veel nieuwere) opleid<strong>in</strong>gen Communicatie en Multimedia scoort Avans Hogeschool <strong>in</strong> Breda als beste, direct gevolgd door de Avans locatie Den Bosch. In de categorie universiteiten scoort de opleid<strong>in</strong>g communicatiewetenschap van de Wagen<strong>in</strong>gen University <strong>het</strong> hoogst, gevolgd door de Radboud Universiteit Nijmegen en de Universiteit Twente. Bij de opleid<strong>in</strong>g Communicatie- en <strong>in</strong>formatiewetenschappen staat de Radboud Universiteit op de eerste plaats, gevolgd door de Rijksuniversiteit Gron<strong>in</strong>gen en de Vrije Universiteit Amsterdam. Maar de scores van de diverse groepen respondenten en op de onderliggende vragen lopen nogal uiteen. Het is dus maar net waarop je zelf de nadruk legt. Salarissen na anderhalf jaar praktijkervar<strong>in</strong>g liggen volgens Elsevier voor de hbo’ers op 2300 euro, voor de wo’ers op 2275 euro voor de communicatiewetenschappers en 2125 euro voor de communicatie- en <strong>in</strong>formatiewetenschappers per maand. Studententevredenheid Studenten zijn over <strong>het</strong> algemeen tevreden over hun opleid<strong>in</strong>g. Volgens de HBO Monitor zou pakweg 80 procent van de afgestudeer- den weer voor dezelfde opleid<strong>in</strong>g kiezen. Bij de kle<strong>in</strong>e hogescholen is dat zelfs rond de 90 procent. Alle gedoe over <strong>het</strong> onderwijs ten spijt. Het blijft lastig om een opleid<strong>in</strong>g te kiezen. Om die reden moeten alle hogescholen vanaf 2013 een studiebijsluiter maken voor al hun opleid<strong>in</strong>gen. Hoeveel studenten heeft de opleid<strong>in</strong>g, hoe snel studeert men af, hoeveel contacttijd kunnen ze verwachten, wat is <strong>het</strong> baanperspectief, en hoe tevreden zijn de studenten over hun opleid<strong>in</strong>g. Dit moet toekomstige studenten helpen om opleid<strong>in</strong>gen te vergelijken. De bijsluiter zegt echter niets over de <strong>in</strong>houd van de studie. Er is dan ook een roep om de studievoorlicht<strong>in</strong>g <strong>in</strong>houdelijker te maken, zodat studenten niet alleen wordt voorgespiegeld hoe leuk <strong>het</strong> is om ergens te gaan studeren, maar ook wat ze <strong>in</strong>houdelijk echt kunnen verwachten. Tot die tijd is <strong>het</strong> een kwestie van graven naar <strong>in</strong>formatie, websites en brochures vergelijken, gaan kijken, en praten met mensen die de opleid<strong>in</strong>g doen of hebben gedaan. Het commerciële aanbod SRM en Van der Hilst zijn de enige twee door beroepsverenig<strong>in</strong>g Logeion geaccrediteerde commerciële opleid<strong>in</strong>gs<strong>in</strong>stituten. Van der Hilst heeft bovendien een Cedeo-erkenn<strong>in</strong>g, die iets laat zien over hun klanttevredenheidsscore (91 procent is tevreden tot zeer tevreden). Beide <strong>in</strong>stituten zijn de oudste op <strong>het</strong> commerciële opleid<strong>in</strong>gsaanbod en hebben opleid<strong>in</strong>gen op medewerkers-, senior en managersniveau (B, C en D). Van der Hilst heeft daarnaast ook allerlei kortere cursussen. Daarnaast zijn er <strong>het</strong> NCOI, ISBW, Schoevers en <strong>het</strong> NTI met een opleid<strong>in</strong>gsaanbod op <strong>het</strong> gebied van communicatie. Over die opleid<strong>in</strong>gen is geen <strong>in</strong>formatie te krijgen anders dan wat <strong>in</strong> hun brochures en op hun websites staat. Hun bachelor- en masteropleid<strong>in</strong>gen worden wel beoordeeld door <strong>het</strong> NVAO, <strong>het</strong> officiële accreditatieorgaan van de overheid. Maar zij doen niet mee <strong>in</strong> de visitatierondes waaraan de universiteiten en hogescholen om de zes jaar worden onderworpen, en ook <strong>in</strong> Elsevier en <strong>in</strong> de Keuzegids zijn geen gedetailleerde gegevens beschikbaar. Bovendien zijn er talloze korte cursussen, studiedagen en workshops <strong>in</strong> de aanbied<strong>in</strong>g, zowel om <strong>het</strong> <strong>vak</strong> als zodanig te leren kennen als om kennis te krijgen over specifieke delen ervan. Het <strong>in</strong>tikken van <strong>het</strong> woord opleid<strong>in</strong>g x of y bij Google brengt je gemakkelijk bij een enorm aanbod. De kwaliteit ervan wordt niet gemeten, dat is dus een kwestie van je oor te luisteren leggen bij collega’s of navragen op een van de vele websites voor en over <strong>het</strong> communicatie<strong>vak</strong>. De arbeidsmarkt Al zolang als <strong>het</strong> communicatieonderwijs bestaat, maken deskundigen zich zorgen over de arbeidsmarkt voor de afgestudeerden. Tot voor kort konden zij allemaal een baan v<strong>in</strong>den, en meestal op hun eigen niveau. Dat is nu anders, maar vrijwel iedereen is ervan overtuigd dat dit tijdelijk is. Ook de auteurs van de Keuzegids zijn van men<strong>in</strong>g dat ‘de arbeidsmarkt voor communicatiestudenten <strong>in</strong> pr<strong>in</strong>cipe ruim is’. Elsevier is iets gematigder. De positie op de ar- COmmUNICATIEONDERWIJS | 115 beidsmarkt van afgestudeerden communicatie van <strong>het</strong> hbo wordt getypeerd als ‘redelijk’, die van communicatie- en <strong>in</strong>formatiewetenschappen ook, die van communicatiewetenschap als ‘matig’. Waar de verschillen <strong>in</strong> zitten is niet duidelijk, die lijken nogal toevallig. Het is ook niet goed te zeggen of een organisatie een hbo’er wil of een wo’er. In een onderzoek uit de jaren negentig werd duidelijk dat dit een kwestie is van voorkeur van de baas van de communicatieafdel<strong>in</strong>g of een kwestie van cultuur van <strong>het</strong> bedrijf: <strong>het</strong> ene bedrijf wil nu eenmaal een hbo’er (die zijn lekker praktisch), <strong>het</strong> andere liever een wo’er (die kunnen beter nadenken). Maar <strong>het</strong> werk is voor beide groepen gelijk, dus de keuze hangt niet af van <strong>het</strong> type vacature. Wat wel duidelijk is, is dat een student meer moeite moet doen om een passende baan te krijgen, niet alleen omdat de arbeidsmarkt op <strong>het</strong> ogenblik niet ruim is, maar vooral omdat <strong>het</strong> aanbod aan afgestudeerden domweg heel erg groot is. Het is dus erg belangrijk dat je jezelf goed profileert, dat je extra d<strong>in</strong>gen doet naast je studie, of dat je je pakket zo kiest dat je daarmee een eigen profiel ontwikkelt. Communicatie NU Communicatie NU
Communicatie NU <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>het</strong> <strong>vak</strong> – Dagelijkse praktijk – Carrière maken – Communicatieonderwijs – Vakgebied over de grens – Geschiedenis van <strong>het</strong> communicatie<strong>vak</strong> 5 Vakgebied over de grens Vakgebied over de grens