02.09.2013 Views

Fossielenatlas Nieuwsbrief No - science . naturalis

Fossielenatlas Nieuwsbrief No - science . naturalis

Fossielenatlas Nieuwsbrief No - science . naturalis

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Fissidentalium rectum is bekend van het Plio-,<br />

Pleistoceen van het Middellandse Zeegebied<br />

en het Plioceen van Engeland (Coralline Crag<br />

Formatie) en Nederland. In 1952 heeft Van der<br />

Burg een fragment van deze soort beschreven<br />

uit het Plioceen van de Peel (Boring III<br />

Berghem, 33,5 - 56,3 m).<br />

De soort is bekend van West Zeeuws<br />

Vlaanderen, de Westerschelde, het<br />

Sloegebied, Walcheren en de Maasvlakte.<br />

† Fissidentalium sp. 1<br />

afbeelding 8<br />

Lengte grootste fragment: 42 mm, grootste<br />

Ø 11 mm. Soort wordt vermoedelijk minimaal<br />

70 mm lang.<br />

Grote stevige en dikschalige soort. De schelp<br />

is vrij breed en loopt geleidelijk taps toe. De<br />

schelp is nauwelijks gebogen en bij de apex is<br />

een ondiepe inkeping zichtbaar. De sculptuur<br />

is variabel en bestaat vermoedelijk uit ca. 14 -<br />

15 primaire ribben. Geleidelijk ontstaan<br />

secundaire ribben, waardoor het totaal aantal<br />

ribben bij de apertura kan oplopen tot ca. 35.<br />

Zij ontstaan in eerste aanzet als een dunne,<br />

draadvormige verhoging en worden geleidelijk<br />

groter, maar blijven meestal iets kleiner dan de<br />

primaire ribben. De ribben zijn veel smaller in<br />

vergelijking met F. rectum subsp. en zijn veel<br />

sterker geprononceerd.<br />

De tussenruimten zijn vrij diep en kunnen iets<br />

breder of smaller zijn dan de ribben. In de<br />

tussenruimten is een fijne secundaire sculptuur<br />

zichtbaar, bestaande uit groeilijnen. Op enkele<br />

plaatsen interfereert deze dwars georiënteerde<br />

structuur met een fijne lengtestructuur<br />

waardoor een vaag rasterachtig patroon<br />

ontstaat. De dwarsgestreepte structuur blijft<br />

echter altijd dominant. Het is een opvallende<br />

en gemakkelijk herkenbare soort.<br />

Dit is een nog onbeschreven soort en is<br />

aangetroffen in het zuigermateriaal van de<br />

Westerschelde.<br />

† Fissidentalium sp. 2<br />

afbeelding 9<br />

Lengte grootste fragment: 15 mm, grootste<br />

Ø 5,75 mm. Soort wordt vermoedelijk 40 mm<br />

lang.<br />

Stevige en dikke middelmatig grote schelp. De<br />

schelp is redelijk breed en loopt geleidelijk taps<br />

toe. De schelp is zeer recht en lijkt niet<br />

gebogen. De sculptuur bestaat uit een groot<br />

aantal relatief smalle ribben. Er zijn<br />

vermoedelijk ca. 17 – 20 primaire ribben en<br />

deze kunnen herkend worden aan hun<br />

relatieve grootte. Secundaire ribben ontstaan<br />

al snel tijdens de groei, waardoor het aantal<br />

ribben bij de apertura kan oplopen tot ruim 55-<br />

60. De secundaire ribben onderscheiden zich<br />

doordat zij altijd iets kleiner blijven dan de<br />

primaire ribben. De tussenruimten worden<br />

gevormd door smalle, diepe groeven. Deze<br />

soort laat zich op basis van de sculptuur<br />

gemakkelijk herkennen.<br />

Dit is eveneens een onbeschreven soort en is<br />

aangetroffen in het zuigermateriaal van de<br />

Westerschelde.<br />

(†) Dischides politus (Wood, 1842)<br />

afbeelding 10<br />

Cadulus (Dischides) politus (Wood, 1842) - Van Regteren<br />

Altena, et al., 1964; 1965; Janssen,1965.<br />

Lengte tot 8,3 mm en Ø tot 1,1 mm.<br />

De schelp is klein en slank. De top is matig,<br />

later zwak gebogen. De apertura is iets<br />

vernauwd en de apex is voorzien van twee<br />

karakteristieke laterale insnijdingen. De schelp<br />

is glad en glanzend en de groeilijnen staan<br />

scheef ten opzichte van de schelp-as. In<br />

doorsnede is de schelp iets ovaal.<br />

Recent leeft D. politus in de Middellandse Zee<br />

en in het oostelijk deel van de Atlantische<br />

Oceaan. De soort heeft een voorkeur voor<br />

modderige bodems van ca. 9 - 324 m. diep.<br />

Deze soort is bekend uit het Plioceen van de<br />

Middellandse Zee en de <strong>No</strong>ordzee. In<br />

Nederland is de soort in verschillende boringen<br />

aangetroffen in pliocene afzettingen. Uit het<br />

stranden- en zeegatenmateriaal is de soort<br />

bekend van de Westerschelde en het<br />

Sloegebied.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!