You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
<strong>FREINET</strong> <strong>133</strong>/<strong>134</strong><br />
NIEUWS maart/april '09<br />
<strong>Op</strong> <strong>zoek</strong> <strong>naar</strong> <strong>een</strong><br />
ecologische pedagogie<br />
Rouke Broersma<br />
1 Inleiding<br />
Geachte dames en heren, beste vrienden en vriendinnen, ik ben blij<br />
en trots dat ik jullie vandaag dit boek van Freinet mag presenteren in<br />
de Freinetste stad ter wereld. De eigenlijke boektekst wordt voorafgegaan<br />
door <strong>een</strong> verantwoording. Daarin schets ik het ontstaan van<br />
het boek, plaats ik het in zijn tijd, geef ik het belang en de actuele<br />
betekenis ervan aan, en dat onder de titel Een school voor onze tijd.<br />
Ik heb daar behoorlijk mijn best heb op gedaan en geloof dat er wel<br />
<strong>een</strong> paar tamelijk verstandige opmerkingen in staan. Wat let mij dus<br />
deze inleiding, bij wijze van presentatie, nu mooi op toon voor te lezen?<br />
Zou misschien wel makkelijk zijn, maar niet bijzonder respectvol.<br />
En ik vrees dat mijn hier aanwezige landgenoten (die’n Ollanders),<br />
daar aanleiding in zullen vinden om straks, bij de onvermijdelijke<br />
aankoop, <strong>een</strong> forse korting te bedingen, en daar zal de uitgever<br />
weer niet blij mee zijn.<br />
Bovendien vond ik het eigenlijk ook wel spannender om iets nieuws<br />
te maken. En daar komt weer bij dat Luc Heyerinck me had verzocht<br />
mijn verhaal <strong>een</strong> persoonlijke toets te geven. Ik doe daarom verslag<br />
van mijn lees- en vertaalavontuur, vertel u wat me onderweg overkwam,<br />
welke verbanden ik ontdekte tussen dit en Freinet’s andere<br />
boeken, welke vragen het boek bij me opriep in het licht van de<br />
huidige maatschappelijke constellatie. En gaandeweg realiseerde ik<br />
me dat ik in deze tijd van economische krimp en het pleidooi van<br />
Obama en anderen voor <strong>een</strong> noodzakelijke groene revolutie, waar<br />
het me eigenlijk om te doen is: ik ben op <strong>zoek</strong> <strong>naar</strong> <strong>een</strong> daarbij<br />
aansluitende ecologische onderwijsvisie.<br />
2 Een drieluik<br />
Maar eerst en vooral wil ik proberen u wat dichter bij dit boek en zijn<br />
schrijver te brengen. Tussen 1940 en 1944, voor Freinet <strong>een</strong> periode<br />
van gevangenschap, onderduiken en verzetsactiviteiten, ontstonden<br />
zijn drie hoofdwerken, <strong>een</strong> drieluik. Ik geef ze voor het gemak<br />
Nederlandse titels hoewel ze voor <strong>een</strong> deel nog op vertaling liggen<br />
te wachten.<br />
1. Het eerste bevat Freinet’s onderwijsfilosofie en gaat<br />
vermoedelijk De pedagogie van de arbeid, heten of van het werk.<br />
Werk is de essentiële bezigheid van mensen. Daardoor verstaan zij<br />
zich met hun natuurlijke en hun sociale omgeving, maken ze zichzelf<br />
waar, stichten ze gem<strong>een</strong>schappen met anderen. Door en in het<br />
werk is en wordt de mens mens. Dat heeft verregaande consequenties<br />
voor onderwijs en opvoeding, waarover later meer.<br />
2. In zijn tweede boek, Proeve van <strong>een</strong> zintuiglijke psychologie,<br />
ontvouwt Freinet voor deze onderwijsfilosofie de ontwikkelingspsychologische<br />
onderbouwing. In drie fasen, zo zegt hij, ontwikkelt<br />
het kind zijn natuurlijke drang tot activiteit.<br />
(a) In de eerste fase probeert het kind tastenderwijs<br />
vertrouwd te raken met zijn omgeving. Dat gebeurt letterlijk met handen<br />
en voeten, mond, tong, neus, ogen en oren, totdat het, zo’n<br />
twee jaar oud, al aardig kan lopen en daardoor de handen vrij krijgt<br />
voor constructieve bezigheden.<br />
(b) Dan komt het in de fase van ordening en toe-eigening;<br />
de verkenningen krijgen <strong>een</strong> proefondervindelijk karakter, het kind<br />
haalt de dingen <strong>naar</strong> zich toe, het gaat ermee experimenteren, mee<br />
spelen. Dat spelen noemt Freinet het werkspel, spel waarin dingen<br />
gemaakt, geconstrueerd worden.<br />
(c) Vervolgens betreedt het kind, zo rond het vierde, vijfde<br />
jaar de fase van het werk. Het verkennen, ordenen en toe-eigenen<br />
van de vorige fasen blijft doorgaan (blijft eigenlijk altijd doorgaan,<br />
ook bij ons volwassenen) en natuurlijk ook het werkspel dat<br />
langzamerhand verschuift <strong>naar</strong> spelwerk, werk dat nog spel is (vadertje<br />
en moedertje, hutten bouwen enzovoorts), om vervolgens over<br />
te gaan in werk.<br />
3. Die fasen keren terug, zoals we nog zullen zien, in het derde<br />
boek, waarvan nu de vertaling voor ons ligt, De Moderne School<br />
(DMS). Dit boek is te beschouwen als de praktische uitwerking van<br />
de twee vorige. Het drieluik in kort bestek: boek 1 bevat Freinet’s<br />
pedagogie, boek 2 zijn psychologie, en boek 3 zijn didactiek, waarin<br />
hij regelmatig teruggrijpt op de twee voorafgaande boeken 1).<br />
Met de aanschaf van dit boek haalt u in essentie de beide andere<br />
ook in huis. Maar als het u vergaat als mij, kunt u er, na lezing van<br />
DMS, niet genoeg van krijgen, en zult u, net als ik, nog dieper willen<br />
putten uit de rijke bron die Freinet is, en reikhalzend uitzien <strong>naar</strong> de<br />
vertaling van die twee andere.
3 Een praktische gids<br />
Hoewel als laatste geschreven, versch<strong>een</strong> DMS het eerst, en wel in<br />
1945. Om twee redenen. Een economische: het was het dunste van<br />
de drie en er bestond <strong>een</strong> groot papiergebrek, en <strong>een</strong> onderwijskundige:<br />
het is het meest praktische van de drie, je kunt er met<strong>een</strong> mee<br />
aan de slag. En dat was nodig, want na de Tweede Wereldoorlog<br />
was het tijd voor de noodzakelijke wederopbouw en modernisering,<br />
ook die van het onderwijs.<br />
Hoe je die modernisering het beste kunt aanpakken en wat daar<br />
allemaal bij komt kijken, beschrijft Freinet in DMS op voorbeeldige<br />
en ook voor ons leerzame manier en is daarom all<strong>een</strong> al het lezen<br />
waard: het gaat heel nauwkeurig, heel praktisch, stapsgewijs, met<br />
inachtneming van de toen vaak gebrekkige faciliteiten, waarvoor hij<br />
slimme oplossingen aandraagt, maar ook met veel inlevingsvermogen<br />
voor het gebrek aan durf en zelfvertrouwen van veel<br />
onderwijsgevenden, ja zelfs met begrip voor hun zwakke kanten,<br />
want meesterschap was en is lang niet altijd vakmanschap. En dat<br />
valt bovendien niet <strong>een</strong>-twee-drie te verbeteren.<br />
Wel maakbaar en wel moderniseerbaar zijn de materiële onderwijsomstandigheden.<br />
Vandaar de ondertitel van DMS: <strong>een</strong> praktische<br />
gids voor de materiële, technische en pedagogische organisatie van<br />
de volksschool. Let op de volgorde. Eerst de materiële zaken aan<br />
pakken; dwz lokalen, inrichting, materialen en werktuigen. Dan<br />
technieken ontwikkelen en praktiseren voor de toepassing van die<br />
materialen en werktuigen. En vervolgens op dat fundament <strong>een</strong><br />
werkorganisatie oprichten, <strong>een</strong> samenlevingsvorm stichten, <strong>een</strong><br />
gem<strong>een</strong>schap ontwikkelen die bepalend zijn voor het pedagogisch<br />
klimaat en voor de realisering van de pedagogische doelstellingen.<br />
Ook voor vandaag dus <strong>een</strong> praktische gids voor ieder schoolteam<br />
dat <strong>een</strong> veranderingsproces doormaakt of daarmee wil beginnen:<br />
spiegel u aan Freinet’s ervaringen en vertaal ze <strong>naar</strong> uw eigen huidige<br />
situatie.<br />
4 De moderne tijd<br />
De titel van DMS is in twee opzichten programmatisch. Een ervan<br />
bespreek ik in de eerdergenoemde verantwoording, de andere hier<br />
en nu. Een paar jaar na het verschijnen kreeg Freinet’s beweging,<br />
eerst De drukpers op school geheten, dezelfde naam als het boek<br />
de Moderne School. Daarmee typeert de beweging zich als <strong>een</strong> van<br />
de vele zijstromen (zoals Moderne techniek, Moderne wetenschap,<br />
Moderne Kunst, Moderne Literatuur, Modernistische Architectuur),<br />
als <strong>een</strong> van de zijstromen dus van <strong>een</strong> veel bredere cultureelmaatschappelijke<br />
stroming in <strong>een</strong> tijdperk dat vaak aangeduid wordt<br />
als De Moderne Tijd, zeg maar de eerste helft van de 20 ste eeuw, uitlopend<br />
tot in de jaren zeventig.<br />
Dat Moderne Tijdperk, kenmerkt zich door <strong>een</strong> zich zeer snel<br />
ontwikkelende techniek, de daarmee samenhangende Industriële<br />
Revolutie die ingrijpende maatschappelijke veranderingen<br />
teweegbracht, die vroegen om politieke, culturele en vanzelfsprekend<br />
ook om pedagogische vernieuwingen. Om nieuwe antwoorden<br />
op oude en op nieuwe vragen. Om nieuwe zingeving, om<br />
herwaardering en herformulering van bestaande waarden en<br />
deugden. Om de gedachten te bepalen <strong>een</strong> paar begrippenparen:<br />
Kapitaal en Arbeid, Hoofd- en handarbeid, Individu en Collectief,<br />
Stad en Platteland, Traditie en Vernieuwing, Natuur en Techniek.<br />
Vanaf de jaren zeventig – tachtig van de vorige eeuw zijn we getuige<br />
van <strong>een</strong> nieuwe technologische revolutie, die zich eerst aarzelend<br />
voltrekt, maar daarna als <strong>een</strong> <strong>een</strong>parig versnelde beweging de 21 ste<br />
eeuw in flitst, de zogeheten postindustriële of informatica-revolutie,<br />
even ingrijpend als de vorige, even<strong>een</strong>s gevolgd door diepgaande<br />
maatschappelijke veranderingen, die – en nu kan ik mijn vorige<br />
alinea vrijwel letterlijk herhalen – die vragen om politieke, culturele,<br />
en vanzelfsprekend ook om pedagogische vernieuwingen. Om<br />
nieuwe antwoorden op oude en op nieuwe vragen, etc… . En thema’s<br />
als Individu en Collectief, Stad en Platteland, Traditie en<br />
Vernieuwing, Natuur en Techniek (zeker ook die laatste) zijn<br />
opnieuw actueel, misschien onder andere namen. En ja… , de<br />
in<strong>een</strong>storting van het bancaire graaikapitalisme heeft zelfs de<br />
tegenstelling tussen Kapitaal en Arbeid weer actueel gemaakt. Hier<br />
en daar ontwaakt <strong>een</strong> marxist uit zijn winterslaap en wrijft zich de<br />
ogen uit.<br />
5 Natuur, techniek en arbeid<br />
En Freinet draait zich nog <strong>een</strong>s behaaglijk om in zijn graf, want al<br />
deze thema’s komen in zijn werk prominent aan de orde. Zonder de<br />
andere geheel onbesproken te laten, wil ik me nu vooral<br />
concentreren op de trits: Natuur, Techniek, Arbeid.<br />
<strong>Op</strong>gegroeid in <strong>een</strong> schilderachtig gelegen maar geïsoleerd Zuidfrans<br />
boerendorpje bewonderde Freinet de overweldigende schoonheid<br />
van de natuur, had hij <strong>een</strong> intens vertrouwen in de levenwekkende<br />
en voor de mens onontbeerlijke krachten van die natuur. Zijn<br />
opvattingen daarover vinden we in De pedagogie van de Arbeid,<br />
waarin hij de intieme verhouding tussen de werkende mens en de<br />
natuur beschrijft, <strong>een</strong> beschrijving die soms <strong>een</strong> lyrische illustratie<br />
lijkt bij Karl Marx trefzekere typering van arbeid als de stofwisseling<br />
tussen mens en natuur 2). En in zijn psychologieboek beschrijft<br />
Freinet hoe het kind zich ontwikkelt in wisselwerking met de hem<br />
omringende omgeving.<br />
Freinet, voor wie Darwin g<strong>een</strong> gesloten boek was, laat zien dat er in<br />
dit opzicht slechts graduele, g<strong>een</strong> principiële verschillen bestaan<br />
tussen het ontluiken van <strong>een</strong> mensenkind en diens ontluikende<br />
medeschepselen. Deze visie kreeg literair vorm in twee kinderboekjes<br />
die Freinet als 30-jarige schoolmeester schreef: Tony de<br />
Wees (1925) 3), u waarschijnlijk niet onbekend, en in <strong>een</strong> boekje dat<br />
tot vorig jaar onvindbaar was, ook in Frankrijk en merkwaardigerwijs<br />
op<strong>een</strong>s opdook in <strong>een</strong> Amsterdamse bibliotheek, De jeugd van Minet<br />
(1926) 4) geheten, <strong>een</strong> verhaal waarin de ik-figuur haar groei van<br />
blind en hulpeloos kattenjong tot zelfstandige, redzame kat beschrijft.<br />
Dat verloopt vrijwel precies volgens de ontwikkelingslijnen van het<br />
kinderleven die Freinet twintig jaar later in zijn psychologieboek zou<br />
beschrijven:<br />
- Tastenderwijs verkennen van eigen lijf, de andere jongen, maar<br />
vooral het warme en melkrijke moederlijf. - Dan, als het kattenjong<br />
kan zien en lopen, het ordenen (wat is wat, wie is wie, wat is veilig,<br />
wie is vijand?) en het toe-eigenen via het werkspel: spelen met de<br />
staart van moeder, achter <strong>een</strong> opdwarrelend blaadje aan jagen,<br />
overgaand in het spelwerk: moeder brengt de jongen <strong>een</strong> nog<br />
levende muis, waarmee ze eerst g<strong>een</strong> raad weten.<br />
- Tot ze in de derde fase komt, die van het kattenwerk: zelf voedsel<br />
<strong>zoek</strong>en, jagen. (Loopt de vergelijking hier niet enigszins uit de pas?<br />
vraagt de oplettende lezer/luisteraar zich af. En terecht) 5).<br />
In dit poezenverhaal komt overigens ook die andere, die noodlottige,<br />
zo u wilt, wrede kant van de natuur aan het licht: survival of the<br />
fittest, eten en gegeten worden. Moederpoes verstoot op zeker moment<br />
haar jongen, Minet vangt <strong>een</strong> vogeltje en zet, ongecensureerd<br />
door <strong>een</strong> pedagogiek-correcte auteur, haar tanden in het lauwwarme,<br />
malse vogelvlees. Als boerenzoon kende Freinet de strijd<br />
om het bestaan en de armoede van het platteland, zowel materieel<br />
als cultureel. Hij deelde niet de romantische natuurvisie van bijvoorbeeld<br />
hedendaagse Amsterdammers die graag betogen dat in de<br />
nabijgelegen Oostvaardersplassen de natuur, zonder menselijk in-
grijpen zijn gang moet kunnen gaan, maar op hun zondagse fietstocht<br />
met de kinderen liever niet aankijken tegen de onvermijdelijke<br />
gevolgen daarvan: <strong>een</strong> troep kraaien die zich, vlak naast het pad,<br />
tegoed doet aan het bloederig kadaver van het <strong>een</strong>s zo bambiachtige<br />
edelhertje; of stedelingen die alles bij het pittoreske oude<br />
willen laten zonder daarvoor de onontkoombare hogere voedselprijzen<br />
te willen betalen. Freinet vond dat zijn streekgenoten ook<br />
moesten delen in de welvaart en dus moesten kunnen profiteren van<br />
de technologische vooruitgang.<br />
Voor zijn vaak poëtisch taalgebruik ontl<strong>een</strong>de hij zijn beeldspraak<br />
zowel aan natuur als aan techniek: het groeiproces van kind tot<br />
volwassene is als dat van <strong>een</strong> boom; of het is <strong>een</strong> bron die <strong>een</strong><br />
bergstroompje voortbrengt dat zich bergafwaarts stort, en later uitdijt<br />
tot <strong>een</strong> kalme brede rivier in de vallei. Maar net zo goed spreekt hij<br />
van de menselijke machine en in DMS vergelijkt hij de organisatie<br />
van <strong>een</strong> school nu <strong>een</strong>s met die van <strong>een</strong> modern warenhuis dan<br />
weer met die van <strong>een</strong> fabriek, en het dagelijkse onderwijsproces met<br />
<strong>een</strong> machinerie, of met <strong>een</strong> akker; en de meester met <strong>een</strong><br />
machinist-monteur of <strong>een</strong> tuinman. Levend in ons elektronische<br />
tijdperk zou hij zijn metaforen ongetwijfeld aan de taal van computers,<br />
internet, gsm en gps ontl<strong>een</strong>d hebben.<br />
6 Echte melk uit <strong>een</strong> pak<br />
September 2007 ben ik aan de vertaling van dit boek begonnen.<br />
Tussendoor vroegen andere zaken mijn aandacht: koken, gedichten<br />
schrijven, kleinkinderen, hout hakken, zo nu en dan <strong>een</strong> lezing. Oktober<br />
2007 bracht <strong>een</strong> onderbreking voor <strong>een</strong> boekje dat ik maakte samen<br />
met <strong>een</strong> oud-student, nu al jarenlang schoolmeester, en zijn klas. Een<br />
boekje met haiku’s en over het schrijven daarvan 6). Het begint<br />
ongeveer zo:<br />
Zijn er nog kinderen die, net als ik vroeger, op hun rug in het geurende<br />
gras, kauwend op <strong>een</strong> sprietje, <strong>naar</strong> de alsmaar bewegende en van<br />
vorm veranderende wolken kijken en zich laten meevoeren <strong>naar</strong> … . Of<br />
die van <strong>een</strong> bruggetje turen <strong>naar</strong> kikkervisjes en torretjes, zwemmend<br />
tussen de spiegelwolken in het water, en die daar helemaal in opgaan,<br />
bijna letterlijk? Want om <strong>een</strong> haiku te schrijven moet je eerst goed<br />
kijken, echt kijken, opgaan in die verbazing- en duizelingwekkende<br />
geheimzinnigheid van <strong>een</strong> klein stukje zichtbare, hoorbare, voelbare,<br />
tastbare, ruikbare werkelijkheid in onze directe nabijheid.<br />
Ze zullen er nog wel zijn, kinderen op hun rug in het gras, maar veel<br />
meer tien- tot twaalf jarigen, zo las ik in de krant, kijken 40 uur per<br />
week <strong>naar</strong> <strong>een</strong> scherm en schermpjes: TV, computer, telefoondisplay.<br />
Heel handig die apparaten, ik zou niet meer zonder kunnen, maar we<br />
maken elkaar en onze kinderen toch niet wijs dat wat je op die schermpjes<br />
ziet, dat dat pas echt is? Of misschien toch wel… En <strong>een</strong> ander<br />
krantenbericht meldde van de week: omdat kinderen achter hun<br />
schermpjes zitten, nauwelijks buiten komen, zich niet leren bewegen is<br />
de afgelopen drie jaar het aantal ongelukken tijdens gymlessen verdubbeld.<br />
Dat kunnen we toch niet laten gebeuren?<br />
In de periode dat ik met het haiku-boekje bezig was, hoorde ik de volgende<br />
anecdote. Een bovenbouwklas uit Amsterdam-West had <strong>een</strong><br />
fantastische excursiedag op <strong>een</strong> high-tec boerderij met <strong>een</strong> gerobotiseerde<br />
melkinstallatie, <strong>een</strong> kaasmakerij vol met al even indrukwekkende<br />
technische snufjes en ook koeien natuurlijk, enkele honderden.<br />
Aan het eind van de dag <strong>een</strong> evaluerend kringgesprek. De meest<br />
opmerkelijke reactie kwam uit de mond van Rody, <strong>een</strong> lekker Amsterdams<br />
lefgozertje van Arubaanse afkomst: Vet cool man! maar ik vind<br />
echte melk uit <strong>een</strong> pak toch lekkerder.<br />
7 Het laatste kind in het bos<br />
Steeds meer kinderen komen zelden of nooit op het platteland of in <strong>een</strong><br />
bos. En als ze er al komen, zien ze in het bos g<strong>een</strong> bomen en door de<br />
bomen het bos niet meer. Hun referentiekader is van <strong>een</strong> volstrekt<br />
andere orde. Ook al heb je de melk uit de uiers van de koe schuimend<br />
in de glazen containers zien en horen spuiten, echte melk komt uit <strong>een</strong><br />
pak. Ooit moet ergens de navelstreng tussen deze kinderen en de hun<br />
omringende natuur doorgeknipt zijn. Of is die er nooit geweest?<br />
Daarover gaat het ook in de Amerikaanse (inmiddels wereldwijde) bestseller<br />
van Richard Louv: Het laatste kind in het bos 7) dat ik begin 2008<br />
in handen kreeg. Een van de duizenden door hem geïnterviewde<br />
kinderen zegt: Ik speel liever binnen, want daar zitten de stopcontacten.<br />
Hedendaagse jongeren kunnen je meer vertellen over bedreigde<br />
walvissen, neergeknuppelde jonge zeehonden, verdwijnende regenwouden,<br />
dan over de laatste keer dat ze all<strong>een</strong> op ontdekking het bos<br />
of het veld ingingen.<br />
Louv trok tien jaar door de hele VS, praatte met kinderen, studenten,<br />
ouders, onderwijsmensen, met milieuactivisten, wetenschappers en<br />
geestelijke leiders. Zijn conclusie: waarschijnlijk waren de generaties<br />
geboren tussen 1945 en 1965 de laatste die in hun jeugd in het bos<br />
rondstruinden, of op open stukjes land hutten bouwden. Kinderen die<br />
na 1980 zijn geboren, hebben in toenemende mate te maken met <strong>een</strong><br />
natuurtekortsyndroom. Dit zou wel <strong>een</strong>s <strong>een</strong> van de belangrijke<br />
oorzaken kunnen zijn van verontrustende verschijnselen als overgewicht,<br />
concentratiestoornissen en depressies bij kinderen van de<br />
online-generatie.<br />
En wat doen we eraan? Louv zegt: Studies wijzen uit dat kinderen met<br />
ADHD- symptomen merkbaar baat hebben bij contact met de natuur,<br />
zelfs al is het maar <strong>een</strong> klein beetje. Kinderen die in <strong>een</strong> natuurlijke omgeving<br />
spelen zijn veel creatiever dan kinderen die op asfalt spelen.<br />
Studies over stress laten zien dat stressniveaus drastisch afnemen<br />
door gewoon de natuur in te gaan. Het in de natuur zijn is <strong>een</strong> essentieel<br />
onderdeel van het menszijn. Wat weerhoudt ons er toch van onze<br />
kinderen buiten te laten spelen? Concrete natuurervaringen blijken<br />
heilzaam voor kinderen: hun angstgevoelens worden getemperd, hun<br />
besef van eigenwaarde wordt versterkt, hun nieuwsgierigheid en hun<br />
creativiteit nemen toe, en hun gevoel van verbondenheid met de natuur<br />
en de naaste omgeving wordt versterkt.<br />
8 Ecologische pedagogiek?<br />
Als omvang en ernst van het natuurtekortsyndroom werkelijk zo groot<br />
zijn als Louv schetst – en ik ben geneigd hem hierin te volgen – dan<br />
zijn <strong>een</strong> omgevingsverkenning met de klas zo nu en dan, of <strong>een</strong> boswandeling<br />
in gezinsverband op zijn tijd mooi meegenomen; maar zou<br />
het voldoende zijn? Ik ben bang van niet. Vraagt dit niet om <strong>een</strong> meeromvattende,<br />
fundamentelere aanpak? Hield ik mezelf voor.<br />
En juist toen ontmoette ik <strong>een</strong> student ecologische pedagogiek. Ecologische<br />
pedagogiek? Nooit van gehoord. Maar de sluimerende groene<br />
activist in mij was op<strong>een</strong>s klaar wakker. Een ecologische pedagogiek<br />
zou wel<strong>een</strong>s de wetenschappelijke basis kunnen vormen voor de<br />
ecologische pedagogie, die het doel is van mijn <strong>zoek</strong>tocht. Hier lag de<br />
link. En ik vroeg:<br />
- Komt Freinet ook aan de orde?<br />
- Freinet… Nee, ik geloof het niet … Freinet hè? … Nee, maar ik ben<br />
ook nog niet zolang bezig…<br />
Dan maar <strong>naar</strong> de website van de desbetreffende Hogeschool 8)die<br />
zich afficheert met <strong>een</strong> masterstudie ecologische pedagogiek. Ecologie<br />
is <strong>een</strong> term van de Duitse kunste<strong>naar</strong>, bioloog en darwinpromotor Ernst<br />
Heinrich Haeckel (1834-1919) 9), die eronder verstond: de analyse en<br />
beschrijving van de relaties tussen dieren (dus ook mensen) en planten<br />
in hun eigen ecos, dat betekent letterlijk: huis. Zeg maar: directe<br />
omgeving, biotoop. Later, vooral vanaf de jaren zeventig, onderging het
egrip <strong>een</strong> betekenisuitbreiding in politiek-ecologische zin: de aarde als<br />
ons gem<strong>een</strong>schappelijk huis.<br />
En ecologische pedagogiek? Om <strong>een</strong> lange internettekst kort te maken:<br />
het blijkt eigenlijk om holistische pedagogiek te gaan, want, zo zegt de<br />
werftekst: Alles hangt met alles samen, dat is ecologisch. Ja, zo lust ik<br />
er nog wel <strong>een</strong>. Merkwaardige woordinflatie. Daar zit ik niet op te<br />
wachten. Ik was en ben op <strong>zoek</strong> <strong>naar</strong> structurele pedagogische oplossingen<br />
voor Het laatste kind in het bos.<br />
9 Het domein van de kinderen<br />
Inmiddels was ik met mijn vertaling gevorderd tot hoofdstuk 2 van<br />
DMS. En daar blijkt dat Freinet in zijn tijd voor soortgelijke vragen<br />
stond. De economische crisis van de jaren dertig waar de afgelopen<br />
weken zo veelvuldig <strong>naar</strong> werd verwezen, en de daarop volgende<br />
oorlogsjaren hadden tot verpaupering van de steden geleid. Ik citeer<br />
Freinet: de troosteloosheid van de stedelijke krottenwijken, de dichte<br />
op<strong>een</strong>hoping van arbeiderswoningen zonder lucht, zonder horizon,<br />
zonder bomen, bloemen en dieren; (… )Vooral in de stad zijn<br />
volkskinderen net dieren in <strong>een</strong> dierentuin, die gedwongen zijn om zich<br />
zo goed en zo kwaad als het gaat te behelpen met <strong>een</strong> beperkte<br />
ruimte, <strong>een</strong> boomskelet, <strong>een</strong> pseudo-beekje en wat dorre, kale aarde<br />
10)<br />
Fnuikend voor het jonge kind, dat, om zich harmonisch te ontwikkelen,<br />
<strong>een</strong> rijke, tot veelzijdige activiteiten en intense ervaringen prikkelende<br />
omgeving nodig heeft. Een omgeving dus die tegemoet komt aan de<br />
ontwikkelingsfase van het ordenen, van het toe-eigenen, van werkspel<br />
en spelwerk, langzaam overgaand in werk. Dat bracht Freinet met <strong>een</strong><br />
concreet uitgewerkt voorstel voor kinderopvangcentra (<strong>een</strong> mengeling<br />
van crèche, peuterspeelzaal en Kindergarten) die hij – in navolging van<br />
het begrip natuurreservaat – kinderreservaat noemt. Achteraf vind ik<br />
nu dat de vertaling kinderdomein vanwege de gevoelswaarde de voorkeur<br />
verdient, mea culpa.<br />
Zo’n kinderdomein is gesitueerd in <strong>een</strong> park, dicht bij woonwijken, en<br />
bestaat uit <strong>een</strong> stukje natuur, met bosschages en struiken, wild en<br />
gevogelte, als het kan rotsen en grotten, <strong>een</strong> stroompje, <strong>een</strong> waterplas<br />
met <strong>een</strong> zandstrandje. Verder <strong>een</strong> gecultiveerd natuurgedeelte: <strong>een</strong><br />
weitje, <strong>een</strong> boomgaard, kindertuintjes, <strong>een</strong> kinderboerderij. En <strong>een</strong><br />
gebouw waarin onder meer <strong>een</strong> leefruimte met kamerplanten, zaaigoed<br />
in potten; <strong>een</strong> experimenteerruimte met <strong>een</strong> zandtafel en ontwikkelingsmateriaal;<br />
<strong>een</strong> rustruimte; en <strong>een</strong> woongedeelte voor verzorgers<br />
en peuterleidsters, en voor peuters die om welke reden dan ook niet<br />
thuis kunnen slapen.<br />
Een utopie? Ja, en… .?<br />
10 De periode van het werk<br />
De overgang van de tweede ontwikkelingsfase <strong>naar</strong> de derde, die van<br />
het werk, voltrekt zich in wat bij Freinet nog de kleuterschool heet.<br />
Deze verloopt natuurlijk niet bij alle kinderen even snel, en evenmin bij<br />
ieder kind altijd even gelijkmatig, soms gaat het op rolletjes, dan weer<br />
met horten en stoten, nu <strong>een</strong>s met tijdelijke terugval dan weer met<br />
razendsnelle acceleraties.<br />
Ofwel: de kleuterschool biedt daarom materialen, ervaringsmogelijkheden,<br />
activiteiten, situaties aan die zowel voortbouwen op het voorafgaande<br />
als de toekomst uitdagen. Anders gezegd: er moet ruimte zijn<br />
voor zowel tastend verkennen, als voor ordenen, voor werkspel, voor<br />
spelwerk, als voor werk. <strong>Op</strong> de kleuterschool kun je, als je wilt en eraan<br />
toe bent, timmeren, lezen, schrijven, koken, maar er is ook binnenshuis<br />
en buitenshuis <strong>een</strong> natuurlijke en avontuurlijke omgeving die onontbeerlijk<br />
is en blijft, waar gespeeld wordt, en geklommen, gebouwd en<br />
geëxperimenteerd.<br />
Deze lijn trekt Freinet op logische en natuurlijke wijze door in wat hij de<br />
volksschool (voor 7- tot 14jarigen) noemt en waaraan hij in DMS<br />
verreweg de meeste aandacht besteedt. De volle nadruk ligt hier<br />
weliswaar op het werk, maar het proefondervindelijk verkennen blijft de<br />
basis voor het totale ontwikkelings- en leerproces. En door de<br />
materiële, technische en pedagogische organisatie van de volksschool<br />
worden de tegenstellingen tussen kind en natuur, natuur en techniek,<br />
individu en gem<strong>een</strong>schap, tussen traditie en vernieuwing overbrugbaar.<br />
In de jaren twintig van de vorige eeuw lieten Freinetwerkers al zien hoe<br />
je de traditionele school kunt vernieuwen, moderniseren, door het<br />
gebruik van schrijfmachine, drukpers, bandrecorder, fototoestel,<br />
filmcamera. En al in 1927 wisselde Freinet met <strong>een</strong> Bretonse vriend en<br />
collega door kinderen gemaakte filmpjes uit. Een aandoenlijk voorbeeld<br />
daarvan is sinds kort (dankzij you-tube) te zien op de website<br />
van Amis de Freinet 11). Wat zouden hij en zijn kameraden<br />
watertanden bij onze multimediale mogelijkheden! Maar wat zouden ze<br />
hun hoofd schudden bij <strong>een</strong> prachtig vormgegeven werkstuk over bijen<br />
houden, waarvoor de maker g<strong>een</strong> stap buiten de deur heeft gezet,<br />
g<strong>een</strong> bij of bijenkorf in levende lijve heeft gezien, g<strong>een</strong> imker heeft<br />
gesproken: knip- en plakwerk van internet, het syndroom van<br />
downloaden.<br />
DMS biedt nieuwe vormen van evenwicht: door klas en school te<br />
organiseren als <strong>een</strong> coöperatie, als <strong>een</strong> leefwerkgem<strong>een</strong>schap, komen<br />
zowel individuele ontplooiing als sociale verantwoordelijkheid tot hun<br />
recht. In de werkplaatsen voor agrarische activiteiten (tuinbouw en<br />
dierverzorging) en voor technisch werk, in de ateliers voor ambachten<br />
als timmeren en weven, maar ook voor elektrotechniek en <strong>een</strong> keuken<br />
met eigentijdse kookapparatuur, worden de scheidingen tussen traditie<br />
en moderniteit, tussen buiten- en binnenwerk, tussen hoofd- en<br />
handarbeid ongedaan gemaakt. Ook bij de wat hij noemde de<br />
intellectuele en de artistieke activiteiten vindt die verbinding plaats<br />
tussen natuurlijke en sociale omgeving enerzijds en schoolwerk<br />
anderzijds: onder<strong>zoek</strong>ingen en ervaringen tijdens veldonder<strong>zoek</strong> en<br />
excursies vormen het uitgangspunt voor literaire verwerking in<br />
verslagen, verhalen, gedichten en voor artistieke verbeelding in<br />
keramiek, schilderij, drama.<br />
Dames en heren, voor dit moment is mijn <strong>zoek</strong>tocht ten einde: ik weet<br />
weer zo’n beetje waar ik het <strong>zoek</strong>en moet en hoop van u hetzelfde.<br />
Noten<br />
Rouke Broersma<br />
Peizerweg 5<br />
9496 PC Bunne<br />
rouke@planet.nl<br />
050-3092470<br />
1 In het werk van Freinet komt de term didactiek overigens zelden<br />
voor. Hij sprak van Freinet-technieken. Die vormden tezamen de<br />
Freinet-pedagogie, ofwel Freinetonderwijs. Anders gezegd, het zou<br />
meer in Freinet’s lijn zijn om het drieluik als volgt te benoemen:<br />
onderwijsfilosofie, ontwikkelingspsychologie en praktische<br />
pedagogie.<br />
2 De arbeid is in de eerste plaats <strong>een</strong> proces, dat tussen mens en natuur<br />
plaatsvindt; <strong>een</strong> proces, waarbij de mens zijn stofwisseling met de<br />
natuur door middel van zijn eigen activiteit tot stand brengt, regelt en<br />
controleert. KARL MARX in: Het Kapitaal, Deel I, Afdeling III,<br />
Hoofdstuk 5, vertaling I. Lipschitz, internet-ditie 2008.<br />
3 C. <strong>FREINET</strong>, Tony de Wees (met illustraties van Pierre Rossi),<br />
Valthe 2005.<br />
4 Dit is de voorlopige titel. Vertaling in voorbereiding. Uitgave in<br />
2009.
5 Kattenwerk is immers g<strong>een</strong> werk, het is jezelf, je jongen in leven<br />
houden, eventueel jezelf reproduceren in nageslacht. Werk is<br />
eigenlijk voorbehouden aan de mens, zoals we eerder zagen.<br />
6 Namelijk: Haiku, van kijken komt schrijven door groep 8 van de<br />
Nassauschool in Groningen, meester Arjen Boswijk, Rouke<br />
Broersma. De Freinetwinkel, Valthe 2007.<br />
7 RICHARD LOUV, Het laatste kind in het bos. Hoe we onze kinderen<br />
weer in contact brengen met de natuur, Uitgeverij Jan van Arkel,<br />
Utrecht 2007.<br />
8 Hogeschool Utrecht.<br />
9 In dit Darwin-jaar is er, zeker in Duitsland, weer volop<br />
belangstelling voor Haeckel, met name voor zijn beroemde publicatie<br />
Natuurformen der Natur (1904).<br />
10 C. <strong>FREINET</strong>, De Moderne School, Valthe 2009 (p 44).<br />
11 http://www.amisdefreinet.org<br />
O v e r l e g<br />
Freinetbeweging Vlaanderen<br />
en Freinetbeweging Nederland<br />
14 maart 2009 Gent, Vlaanderen<br />
Aansluitend op de Freinetstudiedag van de Pedagogische Begeleidingsdienst<br />
van de Stad Gent, is overleg gevoerd tussen <strong>een</strong> delegatie<br />
van de Nederlandse Freinetbeweging en <strong>een</strong> groep leerkrachten,<br />
schoolleiders en medewerkers Pedagogische Begeleidingsdienst.<br />
Doel was het verkennen van de samenwerking tussen deze<br />
twee Nederlandstalige regio's.<br />
Het gesprek spitste zich toe met name op de motieven voor samenwerking<br />
en mogelijke vormen van samenwerking inclusief lidmaatschap.<br />
Daarnaast zijn afspraken gemaakt voor vervolg.<br />
Al snel werd duidelijk dat er veel gem<strong>een</strong>schappelijke belangen bestaan.<br />
Het belangrijkste motief voor samenwerking dat in verschillende<br />
aspecten aan de orde is gesteld is kwaliteitsverbetering. De Nederlandse<br />
aanpak om te komen tot Kwaliteitscriteria sprak de Vlamingen<br />
bijzonder aan. Ook is er veel waardering voor de publicaties<br />
die in Nederland worden ontwikkeld en uitgegeven. In Gent wordt<br />
volgend jaar gevierd dat het 25 jaar geleden is dat de eerste Freinetschool<br />
werd geopend. Inmiddels zijn er 12 Freinetscholen in Gent.<br />
Ter ere hiervan staan enkele festiviteiten en publicaties op de rol<br />
waaraan de Nederlandse beweging <strong>een</strong> bijdrage kan leveren. Ook in<br />
toekomstige Nederlandse publicaties kan geput worden uit de<br />
ervaringen uit Vlaanderen.<br />
Naast het punt van kwaliteitsverbetering <strong>zoek</strong>t men zowel in<br />
Vlaanderen als in Nederland <strong>naar</strong> mogelijkheden om de continuïteit<br />
van de bewegingen te waarborgen.<br />
Ook is van gedachten gewisseld over vormen van lidmaatschap. In<br />
Nederland zijn all<strong>een</strong> personen lid, maar moeten we constateren dat<br />
<strong>een</strong> beperkt deel van de leerkrachten het noodzakelijk acht om lid te<br />
zijn van de Freinetbeweging. In Vlaanderen denkt men aan <strong>een</strong><br />
combinatie van schoollidmaatschap en persoonlijk lidmaatschap.<br />
Men verwacht dat veel leerkrachten het tot hun professionaliteit<br />
rekenen om lid te zijn en de ontwikkelingen van de Freinetbeweging<br />
te volgen.<br />
B ij e e n k o m s t<br />
Freinet Noord,<br />
25 februari 2009<br />
Na <strong>een</strong> hartelijk ontvangst in Blokzijl met koffie en Blokzijler Brok<br />
begon de bij<strong>een</strong>komst met het kijken <strong>naar</strong> de opnames die gemaakt<br />
zijn op de Freinetschool in Heerlen. Deze film is nog in ontwikkeling<br />
en heeft het doel om de kijkers te informeren over<br />
woordenschatonderwijs op <strong>een</strong> Freinetschool. We bekeken de<br />
opnames die gemaakt waren en bespraken met elkaar wat we van<br />
de film vonden en welke aanpassingen er nog gedaan moeten<br />
worden.<br />
Daarna vertelde Jimke ons iets over Kiek Grafiek, <strong>een</strong> project met<br />
druktechnieken en <strong>een</strong> druklokaal in Orvelte.<br />
Ook werd er besproken of Freinet noord misschien nauwer kon gaan<br />
samenwerken met EGO en/of Jenaplanscholen. De groep Freinet<br />
noord wordt namelijk steeds kleiner en met andere<br />
onderwijsvernieuwers samenwerken kan erg inspirerend zijn. Jimke<br />
en Kor gaan contact <strong>zoek</strong>en met zowel EGO als Jenaplan.<br />
Verder kwam de vorderingen met de inspectie wat betreft “Dat’s<br />
andere Taal” ter sprake. Er zijn gesprekken geweest met de<br />
inspectie en er moeten enige veranderingen worden doorgevoerd, de<br />
werkgroep is hier druk mee bezig. Ook is er vanuit het Jenaplan <strong>een</strong><br />
taalpilot samenwerkingsverband voor “Dat’s andere taal” met <strong>een</strong><br />
taalgidsopleiding. Er zijn nog g<strong>een</strong> Freinetscholen die hier aan mee<br />
gaan doen maar er is wel interesse.<br />
We sloten de middag af met videobeelden uit Gent, waar Hel<strong>een</strong> van<br />
de Broek.<strong>een</strong> klassenbe<strong>zoek</strong> gebracht had aan <strong>een</strong> Freinetschool.<br />
Een geslaagde, motiverende, gezellige middag.<br />
datum activiteit plaats aanvang<br />
dag<br />
vr 27-03-09 <strong>Op</strong>leidersdag Zwolle 10.00<br />
vr 17-04-09 Directeurenoverleg Wijk b.Duurstede 10.00<br />
wo 22-04-09 Studiemiddag Petersen&Freinet Utrecht 14.00<br />
vr 12-06-09 Bestuursvergadering Utrecht 13.00<br />
zo 20-09-09 Reis in de sporen van Freinet Nederland - ovb voldoende<br />
t/m t/m<br />
Frankrijk deelnemers<br />
za 26-09-09<br />
vr 09-10-09 Bestuursvergadering Utrecht 13.00<br />
vr 13-11-09 Landelijke studiedag Levend Rekenen Wijk b.Duurstede 10.00<br />
wo 25-11-09 Algemene ledenvergadering Utrecht 17.00
Gent, 14 maart 2009<br />
Kwaliteit en Innovatie<br />
Gent, 14 maart 2009<br />
Kwaliteit en Innovatie
Uit ‘De Standaard’<br />
KWALITEIT EN INNOVA-<br />
TIE CENTRAAL OP ON-<br />
DERWIJSEVENEMENT<br />
De tijd staat niet stil op de Gentse scholen. Zaterdag zette het<br />
Departement Onderwijs en <strong>Op</strong>voeding van de<br />
Stad Gent de belangrijkste nieuwe ontwikkelingen in de kijker op <strong>een</strong><br />
groots opgezette kijk- en doebeurs.<br />
VAN ONZE MEDEWERKER<br />
SVEN RAMMELOO<br />
GENT<br />
‘Kan je met je tv-afstandsbediening doorh<strong>een</strong> <strong>een</strong> fles cola stralen?’,<br />
vraagt wetenschapper Theo Jurriens. ‘En doorplexiglas?’ We moeten<br />
het antwoord op beide vragen schuldig blijven, maar in de<br />
laboratoriumtruck van de Universiteit van Groningen maakt <strong>een</strong><br />
demonstratie ons met<strong>een</strong> <strong>een</strong> stuk wijzer. ‘Infraroodstralen gaan<br />
door vloeistof, maar niet door materies’, legt Jurriens uit. ‘Omdat ook<br />
onze atmosfeer de stralen tegenhoudt,<br />
stuurt Europa eind april <strong>een</strong> satelliet de ruimte in om het heelal voor<br />
het eerst met infraroodstralen te onder<strong>zoek</strong>en.’ Kinderen van jongsaf<br />
warm maken voor wetenschap, daar draait het om in de<br />
wetenschapsvrachtwagen, die zaterdag was geposteerd voor de<br />
Toren van Babel, <strong>een</strong> school voor anderstalige nieuwkomers aan de<br />
Gentse Bargiekaai. Zeventig andere standhouders vragen binnenin<br />
de school de aandacht van leerkrachten,<br />
opvoeders, ouders en geïnteresseerden in onderwijs, van<br />
kleuteronderwijs tot en met onderwijs voor volwassenen. Stands die<br />
werken rond meervoudige intelligentie, muziekonderwijs,<br />
mindfulness voor kinderen, levenslang leren, nieuwe initiatieven<br />
binnen de buitenschoolse opvang... Te veel om op te noemen.<br />
Gelijktijdig vinden overal in het gebouw workshops en lezingen<br />
plaats, onder meer over thuistaalonderwijs, en loopt er voorts <strong>een</strong> —<br />
niet toevallig — volgeboekt colloquium over Freinetonderwijs.<br />
Freinetstad<br />
Gent is de Freinetstad bij uitstek: <strong>een</strong> derde van het stedelijke<br />
aanbod basisonderwijs bestaat uit Freinetscholen. Maar vanaf<br />
september is Gent, meer bepaald Wondelgem, ook <strong>een</strong> eerste<br />
stedelijke Daltonschool rijker: <strong>een</strong> revolutionair schoolsysteem<br />
overgewaaid vanuit Amerika. ‘Onze leermethode berust op drie<br />
pijlers: zelfstandigheid, verantwoordelijkheid en planning’, zegt<br />
Daniel Medo, directeur van Daltonschool De Lotus. Belangrijker is<br />
misschien nog dat <strong>een</strong> Daltonschool zich onderscheidt door aparte,<br />
bijkomende niveau’s voor taal en wiskunde. ‘In die extra klassen<br />
worden de leerlingen niet ingedeeld <strong>naar</strong> leeftijd, maar <strong>naar</strong> niveau.<br />
Leerlingen met <strong>een</strong> leerachterstand kunnen daardoor bijbenen op<br />
<strong>een</strong> aangepast tempo.’ ‘Kinderen met <strong>een</strong> leervoorsprong blijven dan<br />
weer gemotiveerd en zitten zich niet te vervelen in de klas’, zegt de<br />
directeur. Nederland telt inmiddels al driehonderd zulke scholen, en<br />
ook in België tonen almaar meer provincies interesse.<br />
In de Gentbrugse kleuterschool De Speurneus ligt het accent, in het<br />
kader van <strong>een</strong> pedagogisch project dat dit schooljaar van start ging,<br />
op wetenschap en techniek. <strong>Op</strong> de eerste verdieping van de Toren<br />
van Babel nodigen de juffen kleuters uit zelf <strong>een</strong> vishengel te maken<br />
om <strong>een</strong>djes uit<br />
<strong>een</strong> plonsbadje te vissen. Een bol touw, ijzerdraad, plakband en <strong>een</strong><br />
stok, daar moeten de dreumesen het mee stellen. ‘We tonen de<br />
kinderen niet hoe het moet, we laten hen toe om zelf te ontdekken<br />
hoe ze <strong>een</strong> hengel kunnen maken’, legt <strong>een</strong> juf van de multiculturele<br />
kleuterschool uit. ‘Dat lukt niet altijd onmiddellijk, maar dat hoeft ook<br />
niet. Mislukken maakt net deel uit van het leerproces. Jammer<br />
genoeg is er voor trial and error g<strong>een</strong> tijd en ruimte meer in het<br />
basisonderwijs, hoewel je door zelf iets te proberen uiteindelijk veel<br />
beter onthoudt dan als men het je gewoon uitlegt en laat nadoen. En<br />
als het echt niet lukt, kunnen ze hulp vragen aan <strong>een</strong> ouder kindje,<br />
wat in<strong>een</strong>s ook de samenhorigheid versterkt.’ Ervaringsgericht en<br />
individueel werken is <strong>een</strong> methode die aanslaat bij de kinderen, zegt<br />
L<strong>een</strong> De Bie. Zij ondersteunt de Pedagogische Begeleidingsdienst<br />
van Stad Gent door scholen allerlei nieuwe methodes en<br />
lesmaterialen aan te reiken. ‘De instroom vanuit verschillende<br />
culturen verplicht ons alvast op <strong>een</strong> andere manier te onderwijzen in<br />
kleuterscholen.<br />
In sommige culturen weten kinderen bijvoorbeeld niet <strong>een</strong>s wat<br />
speelgoed is.’ Maar alle kinderen, waar ook ter wereld, willen hun<br />
leefwereld begrijpen. Dat gebeurt volgens De Bie best op <strong>een</strong><br />
creatieve manier. ‘Hoe creatiever <strong>een</strong> kind, hoe minder baldadig<br />
gedrag het zal vertonen. Bovendien is het bewezen dat creatieve<br />
kinderen veel minder in de criminaliteit belanden en minder suicidaal<br />
zijn.’ De Bie vindt het schrijnend hoe<br />
het lineaire denken de creativiteit van kinderen kapotmaakt. ‘We<br />
merken dat kleuters veel beter probleemoplossend kunnen denken<br />
dan leerlingen uit het basisonderwijs, waar lineair denken<br />
vooropstaat. Door lineair te denken, raakt hun rechterhersenhelft, die<br />
meer verantwoordelijk is voor <strong>een</strong> creatieve manier van denken, op<br />
korte tijd volledig verkleefd.’ Veel ouders begrijpen nog niet dat de<br />
klassieke leermethodes tot leerproblemen leiden, m<strong>een</strong>t De Bie.<br />
‘Collectieve opdrachten demotiveren, waar individuele begeleiding<br />
tot ontplooiing leidt.<br />
Nederland<br />
In Nederland staat men op dat vlak veel verder. Veel van onze<br />
technieken zijn afkomstig van daar. Gelukkig krijgen we vanuit de<br />
Pedogische Begeleidingsdienst volop de mogelijkheid om nieuwe<br />
zaken uit te proberen, met dank aan onze schepen en directeur<br />
Edwin Hantson.’ De Stad Gent wil het intensief integreren van<br />
techniek en wetenschap in de kleuterklas gaandeweg uitbreiden <strong>naar</strong><br />
het basis- en secundair onderwijs, bijvoorbeeld<br />
in de taallessen. <strong>Op</strong>nieuw <strong>een</strong> baanbrekende en visionaire manier<br />
van werken, zegt De Bie. Want dat Gent bekend staat als<br />
onderwijsvernieuwend, wordt tot ver buiten de stadsgrenzen erkend,<br />
zegt ook schepen van Onderwijs Rudy Coddens (SP.A). ’25 jaar<br />
geleden hebben Luc Heyerick, huidig departementshoofd Onderwijs<br />
en <strong>Op</strong>voeding, en Armand De Meyer de eerste Freinetschool<br />
opgericht in samenwerking met de toenmalige schepen<br />
van Onderwijs. Vandaag zijn we <strong>een</strong> wereldstad op vlak van<br />
Freinetscholen.<br />
Leerling Klimop Brugge: relatie, autonomie, competentie en rust!
De Acrobaat en De Piramide<br />
Acrobatiek is niet all<strong>een</strong> <strong>een</strong> grote kunst. Het is ook <strong>een</strong> zware klus.<br />
De kinderen van groep 3 gingen tellen hoeveel acrobaten er in ‘<strong>een</strong> piramide’<br />
zaten.<br />
1<br />
1 + 2 = 3<br />
1 + 2 + 3 = 6<br />
1 + 2 + 3 + 4 = 10<br />
Je kunt deze rij eindeloos langer maken, maar moet je tegelijkertijd maar <strong>een</strong>s afvragen hoe het<br />
met de draagkracht van de acrobaten zit.<br />
Bij <strong>een</strong> <strong>een</strong>voudige piramide van 3 personen draagt elke acrobaat aan de basis ½<br />
Bij <strong>een</strong> piramide van 6 staan er 3 acrobaten aan de basis. Die dragen er 3….. dus elke acrobaat aan de<br />
basis draagt er 1.<br />
Bij <strong>een</strong> piramide van 10 staan er 4 acrobaten aan de basis. Die dragen er ……….. dus…..<br />
Probeer nu maar <strong>een</strong>s die rij uit te breiden en je zult zien dat de acrobaten aan de basis wel echte<br />
krachtpatsers moeten zijn…….<br />
1 => (draagt 0) elk 0<br />
2 => (dragen 1) elk ½<br />
3 => (dragen 3) elk 1<br />
4 => (dragen 6) elk 1 ½<br />
5 Enzovoort<br />
Je kunt er ook <strong>een</strong> matrix van maken<br />
DE ACROBAAT<br />
basis aantal totaal aantal boven elk draagt ontdekkingen<br />
1 0 0 0 niks bijzonders aan…. dat doen we<br />
allemaal<br />
2 3 1 ½<br />
3 6 3 1<br />
4 10 6 1 ½<br />
5 15<br />
6<br />
Hieronder nog en paar fotootjes die ik van internet ‘plukte’ Je ziet dat deze acrobaten het toch <strong>een</strong> beetje<br />
ander hebben gedaan….. Kun je hier ook <strong>een</strong> matrix voor ontwerpen?