Archeologie - Maasvlakte 2

Bij zandwinning gaat het vooral om de directe effecten als gevolg van het verwijderen
van de zeebodem en het graven van een zandwinput. Hierbij zijn vooral effecten te
verwachten op Categorie I (Verspoelde Steentijd relicten, Paleontologische vondsten bij
de Eurogeul) en Categorie III (Scheepsresten in actieve laag).
Wanneer de zeebodem wordt bedekt met een dik pakket zand, kunnen de
onderliggende lagen verder in elkaar worden gedrukt. Dit kan de, daarin aanwezige
objecten licht beschadigen. Dit is vooral van toepassing voor de waarden in Categorie II,
gezien hun aard (houten scheepswrakken). Overigens is de kans hierop zeer klein, en is
in overleg met de archeologen van de RACM (Rijksdienst voor Archeologie,
Cultuurlandschap en Monumenten, voorheen Rijksdienst voor Oudheidkundig
Bodemonderzoek (ROB)) besloten hier geen specifiek onderzoek naar te doen.
Effecten als gevolg van aanwezigheid
Aanleg van de terreinen zorgt over het algemeen niet voor extra bodemberoering en de
bijbehorende aantasting van archeologische waarden. In de directe omgeving van de
doorsteek van de Yangtzehaven kunnen, als er inderdaad resten van een donk in de
ondergrond aanwezig zijn, ook Categorie I objecten en waarden mogelijk aangetast
worden. Op de flanken van dit historische donk is mogelijk nog historisch landschap
aanwezig. Het zoeken naar een eventuele nederzetting, of de resten van een
jagerskamp uit de Steentijd op deze flanken is vergelijkbaar met het zoeken naar een
“speld in een hooiberg”. In overleg met de RACM is dan ook besloten om het onderzoek
te beperken tot een onderzoek naar het historische landschap.
2.3 Waarderingssystematiek
Het verlies aan archeologische waarden kan ingeschat worden aan de hand van de
beschikbare globale verwachtingswaardenkaarten, waarbij onderscheid gemaakt zal
moeten worden naar de categorie van waarden indien dit mogelijk is.
Een inschatting van de feitelijke aantasting van waarden is noodgedwongen zeer
globaal. Veel van de gegevens zijn niet compleet, en de begrenzing van de
verwachtingswaardenkaart is zeer globaal. De beschikbaarheid van gegevens is tevens
onregelmatig over het kaartvlak verdeeld. Een locatie zonder vondsten of wrakken op de
kaart kan ook een gebied betreffen waar geen surveys hebben plaats gevonden.
Een omschrijving van de waarde van de gegevens is opgenomen in het hoofdstuk
Onzekerheden (hoofdstuk 11).
Een inschatting van de effecten van de aanleg van Maasvlakte 2 is gebaseerd op
beschikbare informatie uit de literatuur, ter plaatse uitgevoerd onderzoek en gegevens
over de alternatieven. De effectbepaling is geheel kwalitatief uitgevoerd. In tabel 2.1 is
de driepuntsschaal voor de beoordeling toegevoegd. Omdat voor het thema archeologie
alleen aantasting (negatieve effecten) van toepassing is, zijn alleen de negatieve
beoordelingen, en een neutrale beoordeling, in de tabel opgenomen.
MER Aanleg - Bijlage Archeologie 9P7008.A5/Archeologie/R005/RPL/Nijm
- 7 - 5 april 2007