NOTA VAN ZIENSWIJZEN - Gemeente Wormerland

Nr Naw Zienswijze Afweging Besluit
3 VVK architectuur en
stedenbouw BV
mr. Q.W.J. de Ruijter
Postbus 37085
1030 AB AMSTERDAM
A. Er ligt aan het plan geen inventarisatie ten
grondslag waarbij het vigerende bp met het
nieuwe bp wordt vergeleken. De bestemming
dorpsbebouwing laat grotere
bouwmogelijkheden toe voor de stroken aan
weerzijden van de Dorpsstraat. Deze
bebouwingsmogelijkheden vervallen voor grote
delen van het lint. De ec. Conse-quenties voor
de haalbaarheid/ uitvoerbaarheid van het plan
ontbreken daarmee. De uitvoerbaarheid van het
plan is daardoor niet aangetoond.
B. VVK verzoekt namens de heer T. Leeuwerink
het huidige gebruik van de woning aan de
Dorpsstraat 275a in het bp te regelen. Redenen:
1. Het dagverblijf behoorde niet bij de woning
aan de Dorpsstraat 275a (voorzijde) maar is
gebouwd als afzonderlijk hoofdgebouw.
2. Door nieuwbouwplan voor Dorpsstraat 275a
voorzijde is de toegangsweg verbreed en wordt
voldaan aan de bouwverordening . 3. Het
woongebruik past in de huidige bestemming van
het UP in hoofdzaak.
4. De bepalingen uit het ontwerp bp voor aan-
en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen
bij hoofdgebouwen zijn niet toereikend voor de
woning aan de Dorpsstraat 275a te Wormer. De
woning is een hoofdgebouw, dit blijkt ook uit de
WOZ-beschikking.
5.De heer Leeuwerink verzoekt niet om
toestemming voor gebruikswijziging, maar het in
deze situatie om een continuering van het
gebruiksrecht tot bewoning conform het
vigerende bestemmingsplan.
6. In de directe omgeving van het betreffende
pand komt de situatie waarin bebouwing in de
tweede lijn aanwezig is meerdere malen voor.
Er is hier geen spraken van het creëren van een
tweede lint, omdat de bebouwing al aanwezig is.
Tevens is van een oorspronkelijke en
karakteristieke opzet van wonen aan het lint op
deze plek geen sprake meer. Dit bevestigd ook
het provinciale beleidsstuk Bouwen van
Waterland 2020". Er wordt zelfs gepleit in
De zienswijzen van VVK architectuur worden door ons
in drie categorieën ingedeeld:
a. De uitvoerbaarheid c.q. planschade
b. Aan het dagverblijf een bouwvlak toe te
kennen.
Ad a.
Het stringenter worden van de regeling voor de objecten
welke nu in het bestemmingsplan Wormerlint en
Middentil gelegen zijn leidt niet tot planschade. Ten
eerste kan de voordeelsverrekening worden toegepast
omdat zowel de planologische voor- als nadelen
voortvloeien uit hetzelfde nieuwe planologische regime
(AbRs 200301152/1). Ten tweede kan beroep gedaan
worden op passieve risico aanvaarding. Wanneer een
eigenaar van een perceel lange tijd bouw- of
gebruiksmogelijkheden, die het planologische regime
aan het perceel toekent, onbenut laat, wordt hij onder
omstandigheden geacht het risico te hebben aanvaard
dat in de toekomst deze mogelijkheden vervallen
vanwege een wijziging van planologische inzichten.
Naar het oordeel van de Afdeling dient de eigenaar, die
om planschade verzoekt wegens het vervallen of
verminderen van de bouw- of gebruiksmogelijkheden
van zijn perceel, aannemelijk maken dat de concrete
pogingen in het werk zijn gesteld om de aanwezige
mogelijkheden te benutten. Wanneer hij dat niet heeft
gedaan, wordt hij geacht het risico van verlies van deze
mogelijkheden te hebben aanvaard (ABRS 31 mei
1999, BR2000,134).
Uitgaande van deze voordeelsverrekening en passieve
risico aanvaarding is een nader onderzoek naar de
uitvoerbaarheid c.q. planschade en de daarvoor
benodigde inventarisatie niet noodzakelijk.
Ad b.
Het klopt dat conform het Uitbreidingsplan in hoofdzaak
gewoond mag worden op de percelen Dorpsstraat 275
en 275a te Wormer. In 1990 is bij afgifte van de
bouwvergunning echter bewust gekozen het dagverblijf
niet te vergunnen alszijnde hoofdverblijf, immers de
woning aan de Dorpsstraat 275 was aangemerkt als
hoofdverblijf. In het bestemmingsplan wordt conform de
in het verleden vergunden bouwvergunningen bestemd.
Het dagverblijf is dan ook bestemd in het
bestemmingsplan als bijgebouw bij de woning
Dorpsstraat 275 te Wormer.
Besloten wordt:
A. geen planschadericiscoanalyse
toe te
voegen aan de
paragraaf betreffende
financiële
haalbaarheid.
B. het dagverblijf niet te
bestemmen als
woning.