06.09.2013 Views

Meetinstrumenten Chronische pijn - Pijn Kennis Centrum

Meetinstrumenten Chronische pijn - Pijn Kennis Centrum

Meetinstrumenten Chronische pijn - Pijn Kennis Centrum

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

De kwaliteit van een meetinstrument is afhankelijk van verschillende<br />

eigenschappen 5 6 7 .<strong>Meetinstrumenten</strong> kunnen een diagnostisch, een<br />

prognostisch of een evaluatief doel hebben. Per doel worden andere eisen<br />

gesteld aan de inhoud en kwaliteit van het meetinstrument 8 9 .<br />

Een meetinstrument moet op de eerste plaats relevant zijn. Voor<br />

evaluatieve doeleinden moet het aansluiten bij de theoretische achtergrond van<br />

je behandelmethode en het daaruit voortvloeiende behandeldoel. Op de<br />

tweede plaats is de praktische toepasbaarheid van belang of een<br />

meetinstrument bruikbaar is.Wat zijn kosten, de tijdsinvestering, de belasting<br />

voor patiënt en beoordelaar? De in dit boek opgenomen meetinstrumenten zijn<br />

vragenlijsten. Deze zijn meestal goedkoop, en snel in te vullen.<br />

Naast de twee genoemde eigenschappen zijn de begrippen betrouwbaarheid<br />

en validiteit van belang. Het begrip betrouwbaarheid beschrijft de<br />

nauwkeurigheid van de meting. Een meting is betrouwbaar, als de uitkomsten bij<br />

herhaling van de meting binnen een bepaalde periode hetzelfde blijken te zijn.<br />

Het begrip betrouwbaarheid kent een aantal aspecten, namelijk: testhertestbetrouwbaarheid,<br />

intra-en interbeoordelaarsbetrouwbaarheid en interne<br />

consistentie. De reproduceerbaarheid van uitkomsten bij herhaling van de<br />

meting kan op twee manieren worden beschouwd. Bij herhaling door dezelfde<br />

persoon wordt het test-hertestbetrouwbaarheid of intra-beoordelaarsbetrouwbaarheid<br />

genoemd.Wanneer de meting door verschillende personen<br />

uitgevoerd wordt spreekt men van inter-beoordelaarsbetrouwbaarheid.<br />

De betrouwbaarheid wordt meestal uitgedrukt in een maat voor<br />

overeenstemming tussen de twee metingen. Dit kan het percentage<br />

overeenstemming zijn of de Kappa (het percentage overeenstemming<br />

gecorrigeerd voor toevallige overeenstemming) 5 . Een andere maat voor de<br />

overeenstemming of samenhang is de correlatiecoëfficiënt. De waarde van de<br />

correlatiecoëfficiënt ligt tussen –1 en +1. De waarden –1 en +1 betekenen een<br />

perfect verband. Hoe dichter de waarde bij nul ligt hoe lager het verband en<br />

dus hoe slechter de betrouwbaarheid is. Er bestaan meerdere<br />

correlatiecoëfficiënten (Pearsons productmoment correlatiecoëfficiënt = r, de<br />

Spearman correlatiecoëfficiënt = rs de intraclasscorrelatiecoëfficiënt = ICC, zie<br />

hoofdstuk 6).Welke correlatiecoëfficiënt gebruikt mag worden is afhankelijk van<br />

de aard van de gegevens die gemeten worden.<br />

Een vragenlijst of een ander meetinstrument kan bestaan uit meerdere<br />

onderdelen of vragen, die allemaal een ander aspect van het achterliggend<br />

construct meten. Hoe goed de onderdelen samen het hele construct meten is de<br />

“interne consistentie”. Cronbach’s alpha () is een maat voor de interne consistentie,<br />

welke kan variëren van 0 tot 1. Hoe dichter bij 1 hoe hoger de interne<br />

consistentie en hoe hoger men de betrouwbaarheid van de vragenlijst acht.<br />

12<br />

Het begrip validiteit verwijst naar de mate waarin een instrument ook<br />

werkelijk meet wat het beoogt te meten.Theoretisch is dit een complex<br />

onderwerp. Bij het meten van de lengte van een voorwerp is bijvoorbeeld vrij<br />

duidelijk wat gemeten moet worden en kan de validiteit van het instrument<br />

worden bepaald. Bij vele andere metingen is dit lastiger. <strong>Pijn</strong> bijvoorbeeld is niet<br />

rechtstreeks observeerbaar. Hoe kan dan worden bepaald of een meting bij <strong>pijn</strong><br />

valide is? Voor dergelijke complexere onderwerpen zijn meerdere vormen van<br />

validiteitbepaling ontwikkeld:<br />

1. inhoudsvaliditeit (content validity): de mate waarin de verschillende<br />

onderdelen/gebieden van het meetinstrument het totale inhoudsdomein van<br />

het te meten kenmerk dekken. Dit wordt bepaald door bijvoorbeeld diverse<br />

onafhankelijke experts (hulpverleners, onderzoekers maar ook patiënten) op<br />

het gebied van het onderwerp te laten oordelen of inhoud compleet is.<br />

2. construct- of begripsvaliditeit: de mate waarin een instrument<br />

overeenkomt met het achterliggende construct (theoretische raamwerk). De<br />

construct validiteit wordt bepaald door het te onderzoeken meetinstrument te<br />

vergelijken met een ander meetinstrument, wat een ‘soortgelijk’ construct<br />

beoogt te meten. De uitkomsten moeten, indien de meetinstrumenten<br />

inderdaad hetzelfde construct meten, met elkaar overeenkomen.Als maat<br />

gebruikt men hiervoor de al eerder genoemde correlatiecoëfficiënt.<br />

3. criteriumvaliditeit: de mate waarin de uitkomsten van een test<br />

overeenkomen met de uitkomsten, die worden gevonden bij toepassing van een<br />

extern criterium. Dit extern criterium is idealiter een ‘gouden standaard’.<br />

Wanneer deze niet aanwezig is moet men gebruik maken van een alternatieve<br />

test, waarvan de validiteit onbekend is of minder perfect. Door gelijktijdig het<br />

extern criterium en het te onderzoeken meetinstrument te meten bepaald men<br />

de concurrent validiteit.Als het externe criterium pas later gemeten wordt<br />

spreekt men van predictieve validiteit.Voor het meten van de functionele status<br />

bestaat geen gouden standaard.<br />

Een ander belangrijk aspect van validiteit is bij evaluatieve vragenlijsten de<br />

responsiviteit.Responsiviteit verwijst naar de mate waarin een instrument<br />

werkelijke veranderingen kan detecteren. Dit betekent dat een responsief<br />

meetinstrument in staat is om te discrimineren tussen een klinisch relevante en<br />

klinisch niet-relevante veranderingen.Voor het bepalen van de responsiviteit<br />

bestaat geen consensus. Meerdere methoden zijn ontwikkeld om de<br />

responsiviteit te bepalen.<br />

Men kan de correlatie bepalen tussen de uitkomsten van een<br />

meetinstrument met uitkomsten van andere meetinstrumenten. Indien er<br />

13

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!