MEE Oost-Gelderland Jaarverslag 2011
MEE Oost-Gelderland Jaarverslag 2011
MEE Oost-Gelderland Jaarverslag 2011
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong><br />
<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>
<strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong><br />
<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>
Inhoud<br />
6 Voorwoord<br />
7 De dienstverlening<br />
Van zes naar vier levensgebieden<br />
Digitale media in de dienstverlening<br />
Thema ‘gezond leven’<br />
8 De omgeving<br />
Financiering vanuit de Wmo<br />
Achterhoek krimpt, vergrijst en ontgroent<br />
SROI<br />
10 Samenwerking<br />
Samenwerking met de gemeenten<br />
Andere samenwerkingsverbanden<br />
Netwerk arbeid<br />
M8erhoek<br />
12 Het werk in de gemeenten<br />
Casus in de gemeente Aalten<br />
Casus in de gemeente Berkelland<br />
Casus in de gemeente Bronckhorst<br />
Pilot opvoedspreekuur peuterspeelzaal<br />
in de gemeente Doesburg<br />
Expositie Down’s Upside in de gemeente<br />
Doetinchem<br />
Voorlichtingactiviteiten in de gemeente Duiven<br />
Samenwerking met maatschappelijk werk in<br />
de gemeente Lochem<br />
Leefstijldag in de gemeente Montferland<br />
Casus in de gemeente <strong>Oost</strong> Gelre<br />
Casus in de gemeente Oude IJsselstreek<br />
Opvoedingsondersteuning in de gemeente<br />
Rijnwaarden<br />
<strong>MEE</strong>k-Over cursus in de gemeente Winterswijk<br />
Sailability in de gemeente Zevenaar<br />
Wijkgericht werken in de gemeente Zutphen<br />
<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong><br />
21 Kwaliteit en kennis<br />
Resultaatgericht werken<br />
Zachte doelen meten gaat door<br />
Plan- en projectmatig werken<br />
Kennismanagement<br />
Benchmark cliënttevredenheid<br />
24 Feiten en cijfers<br />
De afgesproken diensten leveren<br />
Resultaten diensten<br />
Integrale Vroeghulp<br />
28 Organisatie: bestuur en adviesorganen<br />
Bestuur<br />
Raad van Toezicht<br />
Cliëntenraad<br />
Ondernemingsraad<br />
31 Organisatie: medewerkers<br />
Interne reorganisatie<br />
Flexibele schil<br />
Interne indicatoren<br />
37 Financieel jaarverslag<br />
38 Werkgebied <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong><br />
39 Colofon<br />
5
Cijfers zeggen, voorbeelden spreken<br />
De laatste jaren heeft <strong>MEE</strong> steeds meer nadruk gelegd op<br />
resultaatgericht werken. We willen zichtbaar maken wat<br />
onze inspanningen concreet opleveren. Wat levert het op<br />
voor de cliënten zelf? En wat levert het op voor de samenleving?<br />
Inmiddels hebben we goede instrumenten om dit zichtbaar<br />
te maken. Zo hebben we het meten van zogeheten ‘zachte’<br />
doelen behoorlijk ver doorontwikkeld. We hebben een eigen<br />
meetmethode, waarmee op een relatief eenvoudige manier<br />
het resultaat van bijvoorbeeld een cursus kan worden<br />
gemeten. Hieraan is in de landelijke vakpers aandacht<br />
besteed, zoals u in dit jaarverslag kunt lezen.<br />
Naast individuele winst is er ook maatschappelijke winst.<br />
Een algemeen erkende methode om dit te meten is de<br />
Social Return On Investment, kortweg SROI. Op basis<br />
van deze methode hebben we in 2010 onze dienstverlening<br />
voor het licht laten houden. Daaruit bleek dat onze<br />
dienstverlening maatschappelijke winst oplevert. Dat is<br />
destijds gedaan door een extern bureau. Inmiddels zijn er<br />
eigen mensen opgeleid om SROI-berekeningen te maken.<br />
Op basis daarvan kunnen we keuzes maken om bepaalde<br />
projecten wel of niet te gaan doen.<br />
6<br />
Al deze gevonden cijfers zeggen veel over onze dienstverlening.<br />
Maar onze dienstverlening gaat om mensen. En die<br />
laten zich nooit helemaal vangen in cijfers. Betrokkenheid<br />
en gevoel horen er ook bij.<br />
De maatschappelijke winst van het voorkomen van een<br />
huisuitzetting is heel goed te berekenen. Maar het is ook<br />
het voorkomen van een persoonlijk drama. Is dat in cijfers<br />
uit te drukken? En wat is de winst als een jonge vrouw met<br />
een lichte verstandelijke beperking meer zelfvertrouwen<br />
heeft gekregen omdat ze zich beter weet te kleden? En wat<br />
is de winst als een jongen met een stoornis in het autistisch<br />
spectrum leert vrienden te maken? Dat is allemaal<br />
niet in cijfers uit te drukken.<br />
Daarom hebben we er bewust voor gekozen om in dit<br />
jaarverslag een aantal casussen te presenteren. Het zijn<br />
stuk voor stuk voorbeelden die spreken. U vindt ze in het<br />
hoofdstuk ‘Het werk in de gemeenten’. In dit hoofdstuk<br />
snijdt het mes aan twee kanten: het laat zien wat <strong>MEE</strong> voor<br />
mensen kan betekenen en het laat zien op welke manieren<br />
<strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> actief is in de veertien gemeenten<br />
van ons werkgebied.<br />
Ineke Kanneworff-Klinker<br />
directeur
De dienstverlening<br />
Van zes naar vier levensgebieden<br />
<strong>MEE</strong> is gespecialiseerd in de ondersteuning van mensen<br />
met een beperking. Binnen die specialisatie is het voor <strong>MEE</strong><br />
vanzelfsprekend dat zij werkt over de volle breedte van alle<br />
levensgebieden van haar doelgroep.<br />
<strong>MEE</strong> Nederland hanteerde altijd zes levensgebieden. Dat is in<br />
<strong>2011</strong> teruggebracht naar vier, door sommige levensgebieden<br />
te combineren. Dat resulteert in de volgende levensgebieden:<br />
Jeugd & Gezin, Leren & Werken, Wonen & Samenleven,<br />
Regelgeving & Geldzaken.<br />
Het werken met levensgebieden geeft houvast bij het kiezen<br />
en ontwikkelen van activiteiten binnen de dienstverlening.<br />
Als uitgangspunt hanteert <strong>MEE</strong> dat haar dienstverlening zich<br />
spreidt over de volle breedte van de vier levensgebieden. En<br />
blijken er meer of minder vragen op bepaalde levensgebieden,<br />
dan komt dit vanzelf naar voren. Van oudsher hebben<br />
veel vragen betrekking op Wonen & Samenleven, mede omdat<br />
veel facetten van het leven dit levensgebied raken. Denk<br />
hierbij aan sociale vaardigheden, weerbaarheid, vriendschap,<br />
relaties, maar ook aan vragen van huishoudelijke aard.<br />
Digitale media in de dienstverlening<br />
<strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> gebruikt digitale media, waaronder<br />
sociale media, in haar communicatie met de doelgroep. Ook<br />
wordt Twitter gebruikt om het werk van <strong>MEE</strong> zichtbaar te<br />
maken.<br />
Langzamerhand doen deze digitale media hun intrede in de<br />
dienstverlening van <strong>MEE</strong>. Al langer gebruikt <strong>MEE</strong> filmpjes in<br />
haar dienstverlening, met name instructiefilmpjes.<br />
Daarnaast worden er digitale media ontwikkeld die behulpzaam<br />
kunnen zijn voor de cliënten van <strong>MEE</strong>. De rol van <strong>MEE</strong><br />
is dat zij haar cliënten hierop attendeert. Een voorbeeld<br />
daarvan is een app voor smartphones, die door het Dr. Leo<br />
Kannerhuis (centrum voor autisme) is ontwikkeld. Deze app<br />
begeleidt mensen stap voor stap als zij bijvoorbeeld de trein<br />
of bus hebben gemist. De app helpt hen door een vragenlijstje<br />
heen, met als resultaat een advies wat te doen. Het<br />
blijkt een doeltreffend hulpmiddel bij het voorkomen van<br />
<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong><br />
paniek. Het ‘hulp vragen’ aan een smartphone blijkt ook veel<br />
laagdrempeliger te zijn dan het hulp vragen aan een persoon.<br />
Verder attendeert <strong>MEE</strong> haar cliënten op sociale media om<br />
onderling met elkaar in contact te komen. Zo zijn er al vriendengroepjes<br />
van cliënten op bijvoorbeeld Hyves te vinden.<br />
Thema ‘gezond leven’<br />
Ieder jaar kiest <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> een thema dat extra<br />
aandacht krijgt in de dienstverlening. Het thema van <strong>2011</strong><br />
was ‘gezond leven’. Dit heeft niet alleen betrekking op gezonde<br />
voeding, maar ook op ‘leven’ in zijn algemeenheid. Dus<br />
grip hebben op je leven, zelf keuzes kunnen maken en ruimte<br />
hebben om je eigenheden te uiten. Voor de cliënten van<br />
<strong>MEE</strong> is dat niet altijd even gemakkelijk. Bovendien worden<br />
voor mensen met een beperking veel keuzes door anderen<br />
gemaakt en niet door henzelf.<br />
7
De omgeving<br />
Financiering vanuit de Wmo<br />
Na de invoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning<br />
(Wmo) in 2007 is er geruime tijd onzekerheid geweest over de<br />
wijze van financiering van <strong>MEE</strong>. Van oorsprong wordt <strong>MEE</strong> gefinancierd<br />
vanuit de AWBZ, dus landelijk. Bij de invoering van<br />
de Wmo in 2007 was het de bedoeling dat de ondersteuning<br />
van <strong>MEE</strong> vanuit de Wmo zou gaan worden gefinancierd, dus<br />
vanuit de gemeenten. Maar die overgang naar de Wmo werd<br />
steeds vooruitgeschoven.<br />
Het heeft tot <strong>2011</strong> geduurd voordat duidelijk was wanneer de<br />
financiering vanuit de Wmo zijn intrede zou doen. Inmiddels<br />
staat vast dat de staatssecretaris van VWS wil dat dit met<br />
ingang van 2015 zal zijn.<br />
De gemeenten worden dan geconfronteerd met een voor hen<br />
nieuwe doelgroep, waarvan zij de omvang en de vragen niet<br />
of nauwelijks kennen. <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> ziet het als een<br />
belangrijke taak om het voor de gemeenten concreet zichtbaar<br />
te maken om welke doelgroepen het gaat, welke vragen<br />
de doelgroep heeft en wat <strong>MEE</strong> doet. <strong>MEE</strong> maakt zich bij de<br />
overgang naar de Wmo wel zorgen om haar cliëntengroep:<br />
blijft deze groep en haar zorgbehoefte voldoende in beeld bij<br />
de gemeenten? <strong>MEE</strong> wil de komende jaren een forse inspanning<br />
leveren om dit te bewerkstelligen.<br />
Achterhoek krimpt, vergrijst en ontgroent<br />
De Achterhoek is een regio die sterker krimpt en sneller vergrijst<br />
dan andere regio’s. Ook is er sprake van ontgroening:<br />
de jonge mensen trekken weg uit de regio.<br />
Dit alles heeft gevolgen voor de economische en sociale<br />
structuur van deze regio. Naar aanleiding van deze ontwikkeling<br />
is op initiatief van overheid, onderwijs en ondernemers<br />
het project Achterhoek 2020 gestart. Het project is een platform<br />
waarin veel betrokken organisaties meedenken over de<br />
toekomst van de Achterhoek. Centrale vraag daarbij is: hoe<br />
kunnen we het beste inspelen op de demografische ontwikkelingen<br />
in onze regio. <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> is één van de<br />
organisaties die meedenkt in Achterhoek 2020.<br />
Inmiddels hebben de partners in Achterhoek 2020 een<br />
8<br />
convenant ondertekend. Dat heeft nog niet geresulteerd in<br />
concrete samenwerking. De uitdaging is nu om samenhang<br />
te krijgen in de te ontplooien activiteiten en samenwerkingsverbanden<br />
op te zetten.
Als het gaat om Achterhoek 2020 heeft <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong><br />
twee belangrijke aandachtspunten. Ten eerste speelt hier meer<br />
dan in andere delen van Nederland het probleem van overgewicht<br />
en overmatig drankgebruik. Dat geldt in nog sterkere<br />
<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong><br />
mate voor de doelgroep van <strong>MEE</strong>. Het andere aandachtspunt<br />
is werkgelegenheid en dan uiteraard met name voor de doelgroep<br />
van <strong>MEE</strong>. Wat betreft werkgelegenheid liggen er wel<br />
degelijk kansen voor deze doelgroep, gezien het feit dat de<br />
Achterhoek veel kleine bedrijven kent. Ook de groensector en<br />
de recreatiesector bieden kansen.<br />
<strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> wil graag een bijdrage leveren aan<br />
Achterhoek 2020, maar het is lastig omdat de organisatie nog<br />
niet zo stevig is.<br />
SROI<br />
SROI (Social Return On Investment) is een algemeen erkende<br />
methodiek die het rendement van maatschappelijke investeringen<br />
in economische en sociale zin meetbaar en zichtbaar<br />
maakt. Met een SROI-onderzoek worden sociale doelstellingen<br />
meetbaar gemaakt door toepassing van bedrijfskundige<br />
meetinstrumenten. Het onderzoek maakt duidelijk wat de<br />
impact is van maatschappelijke initiatieven op de samenleving.<br />
In 2010 heeft <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> voor het eerst een onderzoek<br />
laten doen naar de Social Return On Investment van<br />
haar totale dienstverlening.<br />
Inmiddels is een aantal eigen medewerkers opgeleid om de<br />
SROI van projecten te berekenen, dus om de kosten en baten<br />
van de verschillende activiteiten inzichtelijk te maken. Met<br />
behulp van deze berekeningen kunnen vooraf keuzes worden<br />
gemaakt om bepaalde projecten wel of niet te starten. Zo<br />
bleek bijvoorbeeld een voorgenomen project rond schuldhulpverlening<br />
in gemeenten onvoldoende rendement op te<br />
leveren en werd van het project afgezien.<br />
Van de meeste uitgevoerde projecten blijkt de SROI positief<br />
te zijn. Overigens is niet alles sluitend in beeld te krijgen met<br />
een SROI-berekening. Van sommige activiteiten zijn de resultaten<br />
namelijk lastig te meten, bijvoorbeeld een workshop<br />
gezonde voeding. Maar van activiteiten als schuldhulpverlening,<br />
leren zelfstandig reizen, werk zoeken en terugdringen<br />
ziekteverzuim zijn de resultaten te meten en is er goed een<br />
SROI te berekenen.<br />
9
Samenwerking<br />
Samenwerking met de gemeenten<br />
Met het oog op de overgang in 2015 van <strong>MEE</strong> naar de Wmo<br />
(zie pagina 8) zoekt <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> nu alvast naar<br />
samenwerking met de gemeenten. Deze samenwerking komt<br />
schoorvoetend op gang. <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> is wel in gesprek<br />
met de gemeenten en krijgt ook de gelegenheid om te<br />
vertellen wat <strong>MEE</strong> doet en voor wie. Ook is bij de gemeenten<br />
bekend dat <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> wil helpen waar dat kan<br />
en dat zij ingeschakeld kan worden zodra de vraagstelling<br />
concreet is.<br />
<strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> participeert al zoveel mogelijk in de<br />
Centra voor Jeugd & Gezin. Ook neemt <strong>MEE</strong> deel aan de<br />
wijkteams in Zutphen en Doetinchem.<br />
Andere samenwerkingsverbanden<br />
Naast samenwerking met de gemeenten zoekt en heeft<br />
<strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> ook samenwerking met andere<br />
organisaties. Zo werkt <strong>MEE</strong> al lang samen met de LFB, een<br />
belangenvereniging voor en door mensen met een verstandelijke<br />
beperking. De LFB heeft niet zoveel geld en weinig<br />
organisatiekracht en kan daarom de hulp van <strong>MEE</strong> goed<br />
gebruiken. <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> helpt de LFB onder meer<br />
bij het organiseren van themacafés. In het algemeen geldt<br />
dat <strong>MEE</strong> graag groepen helpt die zichzelf organiseren, bijvoorbeeld<br />
de Parkinsonvereniging, de NVA en ad hoc groepen<br />
rond autisme.<br />
Een andere samenwerkingspartner van <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong><br />
zijn de SW-bedrijven. Binnen de sociale werkvoorziening<br />
gaat de komende jaren veel veranderen. Zo zullen er meer<br />
mensen gaan werken in bedrijven buiten de vestiging van<br />
de sociale werkvoorziening. Om de kansen op werk voor<br />
deze mensen te vergroten, is zelfstandig kunnen reizen<br />
een belangrijke voorwaarde. Daarom zijn bijvoorbeeld SW<br />
Hameland en <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> een gezamenlijk project<br />
gestart, genaamd ‘Vervoer op maat’. Daarin worden de medewerkers<br />
van Hameland getraind in het zelfstandig reizen<br />
met het openbaar vervoer.<br />
Verder werkt <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> op diverse vlakken<br />
10<br />
samen met Sensire. <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong>, Sensire en Stadsbank<br />
<strong>Oost</strong>-Nederland hebben in <strong>2011</strong> afspraken gemaakt<br />
over de concrete invulling van de samenwerking tussen de<br />
drie genoemde partijen.<br />
Netwerk arbeid<br />
<strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> neemt actief deel aan het netwerk<br />
arbeid in haar werkgebied. Het netwerk arbeid bestaat uit<br />
drie regionale netwerken. Dat zijn de regio’s Zutphen,<br />
Doetinchem en <strong>Oost</strong>-Achterhoek.<br />
Het netwerk arbeid is eigenlijk een platform waarin kennis<br />
en informatie wordt uitgewisseld met betrekking tot het werk<br />
(betaald en onbetaald) voor mensen met een beperking, in<br />
de betreffende regio. Aan het netwerk wordt deelgenomen<br />
door diverse zorgaanbieders, scholen, het UWV, de sociale<br />
werkvoorzieningen, de gemeenten en uiteraard <strong>MEE</strong>. Voor<br />
ieder regionetwerk levert <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> de voorzitter.<br />
Twee keer per jaar vindt er een overleg plaats, in het voorjaar<br />
en het najaar.<br />
Van oorsprong diende het netwerk vooral om kennis te delen<br />
en om schoolverlaters op de juiste werkplek terecht te laten<br />
komen. Later is het accent meer komen te liggen op het<br />
uitwisselen van kennis, bijvoorbeeld over (nieuwe) wet- en<br />
regelgeving en de effecten daarvan. Het netwerk dient ook<br />
om tijdig knelpunten te signaleren en daarop in te springen,<br />
bijvoorbeeld wanneer een piek in de uitstroom van leerlingen<br />
wordt verwacht. Het plan is nu om een nog actiever netwerk<br />
te worden, dat de grote lijnen uitzet voor de regionale<br />
werkvoorziening voor mensen met een beperking. Ook is<br />
er ruimte voor presentaties, zoals over de nieuwe wet ‘Wet<br />
werken naar vermogen’, en voor mededelingen.<br />
Door de uitwisseling van informatie kan er sneller geschakeld<br />
worden ten behoeve van werkzoekende cliënten. Door<br />
deel te nemen aan het netwerk spreken de betrokken partijen<br />
elkaar regelmatig en dat wordt door iedereen ervaren<br />
als een meerwaarde. Ook biedt het netwerk de gelegenheid<br />
om te leren van elkaars pilots. Zo zijn Zozijn en Wedeo een<br />
pilot gestart met een specifieke cliëntengroep. De andere<br />
partijen volgen dit met belangstelling.
M8erhoek<br />
Om cliënten te kunnen helpen, heeft <strong>MEE</strong> geld en middelen<br />
nodig. Niet alles is te financieren vanuit de bestaande<br />
subsidies. Daarom is <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> enthousiast over<br />
het project M8erhoek. Dit project sluit aan bij de groeiende<br />
behoefte bij bedrijven om maatschappelijk te ondernemen.<br />
In M8erhoek is een aantal Achterhoekse bedrijven verenigd<br />
die de wens hebben maatschappelijk te ondernemen. Zij<br />
helpen groepen en individuen in de regio die een extra zetje<br />
nodig hebben in werk, wonen, ontspanning en ontmoeting.<br />
Zo hebben enkele bedrijven er zorg voor gedragen dat een<br />
cliënt van <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> een speciaal bad heeft<br />
gekregen, dat zij nodig heeft voor haar gezondheid. Het bad<br />
is geïnstalleerd door de deelnemende bedrijven. Deze manier<br />
van bijdragen heeft een meer langdurend effect dan een<br />
louter financiële bijdrage, omdat de betrokken mensen echt<br />
met elkaar in contact komen.<br />
<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong><br />
11
Het werk in de gemeenten<br />
Met het oog op de overgang naar financiering vanuit de Wmo,<br />
was <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> al eerder gestart om de samenwerking<br />
met de gemeenten te intensiveren. Zo heeft <strong>MEE</strong><br />
meegedacht in de totstandkoming van de Wmo-loketten en<br />
de Centra voor Jeugd en Gezin.<br />
Het werkgebied van <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> omvat 14 gemeenten<br />
(zie ook hoofdstuk Feiten en cijfers). Uiteraard is <strong>MEE</strong><br />
<strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> in elk van deze gemeenten actief, hoewel er<br />
verhoudingsgewijs verschillen zitten in het aantal hulpvragen<br />
per gemeente. Dat komt vooral doordat <strong>MEE</strong> in de ene gemeente<br />
beter in beeld is bij de verwijzers dan in de andere<br />
gemeente.<br />
In dit hoofdstuk vindt u een bloemlezing van voorbeelden van<br />
activiteiten van <strong>MEE</strong> per gemeente (in alfabetische volgorde),<br />
waaronder een aantal individuele casussen.<br />
Casus in de gemeente Aalten<br />
Een jongeman van 20 jaar was door zijn huisarts doorverwezen<br />
naar <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong>. De jongeman, die PDD-Nos<br />
heeft, kampte met somberheid, had weinig vrienden en was<br />
sterk gefixeerd op zijn huiswerk. Hij zat op het MBO en had<br />
het voornemen om door te stromen naar het HBO.<br />
De jongeman woonde bij zijn ouders. Hij trok zich erg terug<br />
en had faalangst ontwikkeld als gevolg van een mislukte<br />
stage. Omdat hij per se zijn MBO-opleiding met goed gevolg<br />
wilde afsluiten, had hij zich helemaal op zijn studie gestort, in<br />
de hoop daarmee de slechte stage te compenseren. Ook was<br />
hij begonnen om het woordenboek uit zijn hoofd te leren, met<br />
als doel zijn woordenschat te vergroten en daardoor meer ad<br />
rem te worden. Zijn ouders maakten zich zorgen over hem en<br />
hadden hem naar de huisarts gestuurd.<br />
De jongeman bleek open te staan voor de hulp van <strong>MEE</strong>. De<br />
consulent vroeg hem wat hij wilde veranderen, waarop hij<br />
aangaf dat hij graag wilde dat zijn stage goed zou gaan. Hij<br />
moest namelijk de mislukte stage overdoen. Ook wilde hij<br />
graag leren om vrienden te maken.<br />
De consulent sprak met hem en zijn ouders af dat hij tijdens<br />
het studeren voldoende pauzes zou nemen. De consulent<br />
ging in gesprek met de ambulant begeleider van school en<br />
12<br />
bracht het probleem onder de aandacht. Mede hierdoor regelde<br />
de school goede begeleiding tijdens de stage, met het<br />
oog op de PDD-Nos van de jongeman. Op de eerste stage was<br />
er namelijk onvoldoende begeleiding geweest.<br />
Ook werd naar de verdere toekomst gekeken en dan met<br />
name naar het vervolgtraject bij het HBO. De consulent nam<br />
daarom contact op met Stumass (Studeren met Autisme),<br />
een organisatie die beschermd wonen en woonbegeleiding<br />
biedt voor studenten in het hoger en universitair onderwijs<br />
met een autismespectrumstoornis. De consulent regelde dat<br />
de jongeman hiervoor een indicatie kreeg en dat hij straks in<br />
een studentenhuis van Stumass kan gaan wonen.<br />
Verder is de jongeman begonnen aan een cursus bij <strong>MEE</strong><br />
rond vriendschap en autisme. Door dit alles gaat het nu veel<br />
beter met hem, is hij niet meer somber en verheugt hij er<br />
zich op om straks naar het HBO te gaan.<br />
Casus in de gemeente Berkelland<br />
<strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> is lange tijd betrokken geweest bij de<br />
begeleiding van een zwakbegaafde moeder en haar zoon, die<br />
een meervoudige beperking heeft. De moeder, woonachtig<br />
in de gemeente Berkelland, was in 2010 in het ziekenhuis<br />
bevallen van haar zoon. Omdat men zich zorgen maakte over<br />
de toekomst van moeder en kind, was contact op genomen<br />
met <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong>. Die zorgen bleken terecht. Vader<br />
was uit beeld, het kind bleef achter in ontwikkeling en het<br />
was de moeder, die alleen woonde en het graag goed wilde<br />
doen, allemaal te veel geworden.<br />
Naast de consulent van <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> kwamen er geregeld<br />
andere hulpverleners aan huis, zoals de wijkverpleegkundige<br />
en een ondersteuner vanuit Sensire. Met hulp van de<br />
<strong>MEE</strong>-consulent kon de moeder haar leven zo inrichten, dat de<br />
hulpverlening aan huis stapsgewijs kon worden afgebouwd.<br />
Een sociaal-juridisch dienstverlener van <strong>MEE</strong> heeft samen<br />
met de moeder de financiën op een rijtje gezet en mogelijk<br />
gemaakt dat ze weer aan het werk kon.<br />
Haar zoon, die een meervoudige beperking bleek te hebben,<br />
ging al snel naar een kinderdagcentrum voor enkele dagen<br />
per week, waar hij nu nog is.
De moeder had, ondanks haar zwakbegaafdheid, haar leven<br />
behoorlijk op de rit. De geboorte van haar zoontje, met de bijbehorende<br />
zorgen, had voor haar zulke ingrijpende gevolgen<br />
dat hulp van buitenaf noodzakelijk werd. De consulent van<br />
<strong>MEE</strong> heeft hierin een actieve rol gespeeld. Dat deed zij onder<br />
meer door een indicatie te regelen voor hulp bij de opvoeding.<br />
Toen de indicatie er was, heeft de <strong>MEE</strong>-consulent de hulp<br />
ingeschakeld van Homestart, een vrijwilligersorganisatie<br />
die jonge gezinnen begeleidt. Toen bleek dat dit onvoldoende<br />
was, heeft de consulent geïndiceerde zorg van ‘10’ voor<br />
Toekomst van het Leger des Heils ingezet. ‘10’ voor Toekomst<br />
begeleidt gezinnen met opgroeiende kinderen die op alle<br />
leefgebieden langdurig intensieve hulp nodig hebben.<br />
Omdat moeder en kind te klein woonden, heeft de <strong>MEE</strong>-consulent<br />
met de woningcorporatie geregeld dat het gezin een<br />
grotere woning kreeg. Verder is geregeld dat een vrijwilliger<br />
van Humanitas de moeder begeleidt bij de financiën. Naast<br />
dit alles heeft de <strong>MEE</strong>-consulent de moeder geholpen om<br />
meer structuur in haar leven te krijgen en daarmee meer<br />
structuur in de opvoeding en de verzorging van haar kind.<br />
Dankzij het hier beschreven traject heeft deze moeder haar<br />
leven weer goed op de rit gekregen.<br />
Casus in de gemeente Bronckhorst<br />
Sociale werkvoorziening Delta in Zutphen nam contact op<br />
met <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong>, omdat zij zich zorgen maakte<br />
over één van haar medewerkers. Het ging om een man met<br />
een lichte verstandelijke beperking, die de laatste tijd vaak te<br />
laat op zijn werk kwam, niet goed at en die stressgevoelig en<br />
depressief was.<br />
Via Delta werd geregeld dat een consulent van <strong>MEE</strong> de man<br />
mocht bellen. Het lukte om een afspraak te maken, maar bij<br />
aankomst bleek dat de man de consulent niet wilde binnenlaten.<br />
Na meerdere keren contact te hebben gehad, lukte het<br />
uiteindelijk toch om binnengelaten te worden.<br />
Daar trof de consulent een sterk achterdochtige man aan, in<br />
een ernstig vervuilde woning. De ouders en de partner van de<br />
man waren nog niet zo lang geleden overleden, hetgeen hem<br />
veel moeite kostte om psychisch te verwerken. Hij had een<br />
<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong><br />
tijd lang ruim kunnen leven van de erfenis van zijn ouders.<br />
Maar toen die op was, was hij doorgegaan met deze leefstijl,<br />
met een schuldprobleem als gevolg. Op zijn werk maakte hij<br />
veel ruzie.<br />
Gelukkig bleek de man open te staan voor hulp, althans in<br />
eerste instantie op het financiële vlak. Dit verliep echter niet<br />
gemakkelijk, vanwege zijn achterdocht. Maar het lukte wel<br />
om hem aan te melden bij de schuldhulpverlening, waardoor<br />
dit traject kon worden ingezet.<br />
De consulent van <strong>MEE</strong> kreeg de man bereid om een psychologisch<br />
onderzoek te ondergaan, met als doel een indicatie te<br />
verkrijgen voor ambulante ondersteuning en huishoudelijke<br />
hulp. De indicatie voor ambulante ondersteuning werd verkregen,<br />
maar de indicatie voor huishoudelijke zorg in eerste<br />
instantie niet. De man kreeg twee ambulante ondersteuners<br />
van Zozijn en die wisten alsnog een indicatie te verkrijgen<br />
voor huishoudelijke hulp.<br />
Het hele proces heeft veel moeite gekost, omdat de man<br />
erg achterdochtig is en moeilijk te benaderen. Er is veel<br />
ervaring nodig om een dergelijk persoon in een traject te<br />
krijgen en te houden om zijn leven weer een beetje op de<br />
rit te krijgen. Toen de <strong>MEE</strong>-consulent eenmaal binnen was,<br />
heeft zij de man wekelijks bezocht. Als zijn werkgever <strong>MEE</strong><br />
niet had geattendeerd op deze man en het niet gelukt was<br />
om hem bereid te krijgen deel te nemen aan een hulpverleningstraject,<br />
was deze man onherroepelijk ontspoord.<br />
Gezien zijn schuldenlast en leefstijl zou hij zo diep in de<br />
betalingsproblemen zijn gekomen, dat een huisuitzetting<br />
zeer waarschijnlijk was geweest, met alle gevolgen van<br />
dien. Dat is nu voorkomen.<br />
Pilot opvoedspreekuur peuterspeelzaal<br />
in de gemeente Doesburg<br />
Het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) in Doesburg heeft<br />
geen preventieprogramma voor kinderen van nul tot vier jaar.<br />
Toch blijkt daar behoefte aan. Zo meldde de Doesburgse peuterspeelzaal<br />
Peuterhof van Carion zich bij <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong>,<br />
omdat deze peuterspeelzaal relatief veel kinderen heeft<br />
met een indicatie en/of achterstand en omdat de ouders veel<br />
13
opvoedkundige vragen hebben. Het beantwoorden van die<br />
vragen kost de leidsters veel tijd en bepaalde vragen vallen<br />
buiten hun deskundigheid.<br />
Daarom vroeg de peuterspeelzaal of <strong>MEE</strong> aanspreekpunt<br />
wilde zijn voor de ouders. <strong>MEE</strong> bood aan om (als pilot) één<br />
keer per week een opvoedspreekuur te houden. Dit deed <strong>MEE</strong><br />
in <strong>2011</strong> ook al op enkele basisscholen in Doesburg. De peuterspeelzaal<br />
nam het aanbod aan, waarop vervolgens acht<br />
achtereenvolgende weken een opvoedspreekuur plaatsvond.<br />
Na het brengen van de kinderen konden de ouders terecht in<br />
een aparte ruimte, waar een medewerker van <strong>MEE</strong> diverse<br />
onderwerpen met betrekking tot opvoeding met hen besprak.<br />
Na deze acht bijeenkomsten van steeds drie kwartier is de<br />
medewerker van <strong>MEE</strong> op drie dagen per maand teruggekomen,<br />
om aanspreekpunt te zijn voor ouders met opvoedkundige<br />
vragen. Dat gaat door tot mei 2012.<br />
Het spreekuur werd redelijk goed bezocht, door zowel<br />
moeders als vaders. Er ontstond ook wat uitwisseling van<br />
informatie tussen de aanwezige ouders. Door het spreekuur<br />
weten de ouders nu dat er instanties zijn bij wie ze kunnen<br />
aankloppen als ze opvoedkundige vragen hebben. De stap is<br />
nu minder groot voor hen geworden. De hoop is nu dat dit<br />
initiatief van <strong>MEE</strong> het CJG in Doesburg aanzet om een<br />
passend aanbod voor de nul- tot vierjarigen te ontwikkelen.<br />
Expositie Down’s Upside in de gemeente<br />
Doetinchem<br />
Op initiatief van <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> is de expositie Down’s<br />
Upside naar Doetinchem gehaald. Gedurende bijna de<br />
hele maand oktober <strong>2011</strong> heeft deze foto-expositie rond de<br />
Catharinakerk gestaan, in het centrum van Doetinchem. De<br />
expositie omvat veertig grote portretten van kinderen met het<br />
Down syndroom. Op iedere foto staat een stukje tekst waarin<br />
de ouders iets bijzonders over hun kind zeggen.<br />
De reizende expositie Down’s Upside is voortgekomen uit het<br />
fotoboek De Upside van Down van Eva Snoijink. Het doel van<br />
de expositie is voorbijgangers en bezoekers te laten genieten<br />
van de schoonheid van deze kinderen en verder te kijken<br />
dan alleen het syndroom. Op deze manier wil de expositie<br />
<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong><br />
bijdragen aan een positieve beeldvorming rond mensen met<br />
het Down syndroom.<br />
De expositie is feestelijk geopend door de burgemeester<br />
van Doetinchem, met onder meer een ballonnenwedstrijd<br />
voor kinderen. Gerelateerd aan het thema is er in cultureel<br />
centrum Gruitpoort een theatervoorstelling voor kinderen<br />
gegeven en is er een lezing geweest in de bibliotheek. Sponsorgelden<br />
van lokale zorginstellingen en bedrijven hebben de<br />
expositie mogelijk gemaakt.<br />
Voorlichtingactiviteiten in de gemeente Duiven<br />
Consulenten van <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> gaan regelmatig<br />
naar avonden van bijvoorbeeld vrijwilligers- of vrouwenverenigingen<br />
om daar voorlichting te geven, op uitnodiging van<br />
de betreffende vereniging. Zo heeft een consulent van <strong>MEE</strong><br />
<strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> in <strong>2011</strong> een presentatie verzorgd bij vrijwilligersvereniging<br />
Alansa in Duiven. Deze vereniging wilde<br />
weten wat <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> kan betekenen voor oudere<br />
mensen. <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> gaat graag op dergelijke uitnodigingen<br />
in. Op de avond in Duiven legde de <strong>MEE</strong>-consulent<br />
uit dat <strong>MEE</strong> er is voor ondersteuning voor mensen met een<br />
beperking en hun omgeving. Dus ook voor ouderen met<br />
een beperking en voor grootouders van een kleinkind<br />
met een beperking.<br />
De hulp die <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> ouderen kan bieden is<br />
divers. Zo kan bij een oudere met een beperking door een<br />
<strong>MEE</strong>-consulent worden meegekeken hoe hij zich zo lang<br />
mogelijk zelfstandig kan redden met bijvoorbeeld hulp van<br />
familie, buren of vrienden.<br />
Voor grootouders van een kleinkind met een beperking,<br />
houdt <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> bijeenkomsten waarop uitleg<br />
wordt gegeven over beperkingen. Daarnaast is er tijdens<br />
deze avonden ook volop ruimte voor het uitwisselen van<br />
ervaringen. Zo organiseert <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> regelmatig<br />
bijeenkomsten voor grootouders van kleinkinderen met een<br />
autistische stoornis.<br />
<strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> hecht veel waarde aan de informatieavonden<br />
bij vrijwilligersorganisaties. Vaak komen na een informatieavond<br />
extra hulpvragen uit de betreffende gemeente.<br />
15
Informatieavonden van <strong>MEE</strong> krijgen vaak vanzelf een vervolg<br />
door onderlinge (meestal bestuurlijke) contacten tussen de<br />
verenigingen.<br />
Samenwerking met maatschappelijk werk in<br />
de gemeente Lochem<br />
<strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> heeft in de gemeente Lochem naar<br />
verhouding minder cliënten dan in de andere gemeenten.<br />
Van oudsher worden in Lochem veel mensen doorverwezen<br />
naar het algemeen maatschappelijk werk. Het vermoeden<br />
bestaat dat een deel van deze mensen eigenlijk meer bij <strong>MEE</strong><br />
thuishoort.<br />
Toen één van de medewerkers van het maatschappelijk werk<br />
in Lochem in dienst trad bij <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong>, is deze<br />
gelegenheid aangegrepen om de banden met het maatschappelijk<br />
werk te versterken. Afgesproken is dat er iedere zes<br />
weken een gezamenlijk overleg zou plaatsvinden. Daarin<br />
brengt het maatschappelijk werk cliënten naar voren van wie<br />
zij vermoeden dat deze wellicht beter passen bij <strong>MEE</strong>. Dit<br />
overleg is in <strong>2011</strong> gestart en is inmiddels nuttig gebleken.<br />
Een voorbeeld daarvan is een man die al lange tijd begeleid<br />
werd door het maatschappelijk werk. Ondanks deze begeleiding<br />
ging het toch mis op financieel vlak, met een huisuitzetting<br />
tot gevolg. Het maatschappelijk werk bracht de man<br />
onder de aandacht van <strong>MEE</strong>. De consulent van <strong>MEE</strong> meldde<br />
de man aan voor een psychologisch onderzoek bij GGNet.<br />
Daaruit bleek dat de man intensievere en frequentere ondersteuning<br />
nodig heeft dan ogenschijnlijk lijkt. Deze ondersteuning<br />
is nu ingezet. Het plan is nu om een indicatie aan te<br />
vragen voor begeleid wonen. Deze indicatie kan worden verleend<br />
op basis van het genoemde psychologisch onderzoek.<br />
Leefstijldag in de gemeente Montferland<br />
Op 30 september <strong>2011</strong> werd in Didam (gemeente Montferland)<br />
een leefstijldag georganiseerd, waaraan ook is<br />
deelgenomen door <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong>. De organisatie<br />
was in handen van het Centrum voor Jeugd en Gezin, de<br />
16<br />
gemeente, de Gelderse sportfederatie, het Liemerscollege<br />
en praktijkonderwijs Symbion. De dag stond in het teken van<br />
gezond leven.<br />
‘s Ochtends bood <strong>MEE</strong> een programma aan voor leerlingen<br />
van genoemde scholen. Dit deed <strong>MEE</strong> in samenwerking met<br />
de Gehandicaptenraad van Westervoort. De leerlingen konden<br />
een hindernisbaan lopen met een rolstoel, waarbij een<br />
leerling in de rolstoel zat en een andere leerling de rolstoel<br />
voortduwde. Het doel was te ervaren hoe lastig het is om met<br />
een rolstoel te manoeuvreren en vertrouwen op degene die<br />
je duwt. Ook was er een zogeheten ‘blindenbaan’ aangelegd,<br />
waarover de leerlingen geblinddoekt met een blindenstok<br />
hun weg moesten vinden. Verder was er een spel waarbij de<br />
leerlingen geblinddoekt voorwerpen moesten raden door te<br />
voelen en te ruiken. De leerlingen waren enthousiast over het<br />
geboden programma.<br />
Casus in de gemeente <strong>Oost</strong> Gelre<br />
Een bezorgde man uit de gemeente <strong>Oost</strong> Gelre nam contact<br />
op met <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong>. De zorgen van de man hadden<br />
betrekking op zijn broer: een man van begin vijftig, die<br />
zichzelf niet verzorgde, zijn huishouden verwaarloosde, geen<br />
inkomen had en was ingeteerd op zijn spaargeld.<br />
De (alleenstaande) man had altijd goed gefunctioneerd,<br />
totdat hij door een auto-ongeval een ernstige whiplash had<br />
gekregen. Deze whiplash had ingrijpende gevolgen voor zijn<br />
leven gehad, waardoor hij boos was op alles en iedereen.<br />
De broer van de man hoopte dat <strong>MEE</strong> de helpende hand kon<br />
bieden, maar wist niet of zijn broer hier open voor stond.<br />
<strong>MEE</strong> gaf aan te willen helpen en gelukkig wist de man zijn<br />
broer zo ver te krijgen dat deze een gesprek wilde met een<br />
<strong>MEE</strong>-consulent. Met name het mogelijk oplossen van zijn<br />
financiële problemen deed de man overstag gaan.<br />
De <strong>MEE</strong>-consulent nam samen met de man zijn financiën<br />
onder de loep. Vervolgens nam de consulent contact op met<br />
de gemeente om een kwijtschelding van de gemeentelijke<br />
belasting aan te vragen, hetgeen lukte, en te overleggen over<br />
regelingen uit het minimabeleid. Via een fonds werd een<br />
vergoeding voor de aanschaf van een wasmachine gevraagd.
Ook wist de man bijvoorbeeld niet dat hij zijn tandartsrekeningen<br />
bij zijn zorgverzekeraar kon indienen, waardoor hij<br />
deze zelf betaalde. Inmiddels is er inzicht gekomen in de<br />
financiën. Zonder de actie van de broer en de daaruit volgende<br />
hulp was deze man onherroepelijk in zware financiële<br />
problemen gekomen.<br />
De volgende, nog te nemen, stap is het weer op orde krijgen<br />
van het huishouden en het verbeteren van de eetgewoonten.<br />
Casus in de gemeente Oude IJsselstreek<br />
De consulenten van <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> spelen regelmatig<br />
een actieve rol in het oplossen van crisissituaties, bijvoorbeeld<br />
in gezinnen. Zo ook in een gezin in de gemeente Oude<br />
IJsselstreek. Deze crisis kon worden opgelost door een<br />
goede ketensamenwerking van de betrokken hulpverleners.<br />
<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong><br />
Het ging om een jongen met een autismespectrumstoornis,<br />
in de puberleeftijd. Hij kreeg al langer ondersteuning van<br />
<strong>MEE</strong>, omdat zijn ouders vragen hadden over zijn vrijetijdsbesteding<br />
en de aansluiting bij vrienden. Het betrof een<br />
sociaal zwak gezin, waar ook alcohol- en schuldproblemen<br />
spelen. De jongen kreeg een vriendin, die niet de goedkeuring<br />
kreeg van zijn ouders. Dat leidde tot conflicten, met als<br />
resultaat dat de jongen van huis wegliep en onderdook bij zijn<br />
vriendin.<br />
De ouders schakelden de politie in om de jongen bij de vriendin<br />
weg te halen. De politie gaf hieraan gevolg en droeg de<br />
jongen over aan Bureau Jeugdzorg. Deze nam contact op met<br />
de <strong>MEE</strong>-consulent die betrokken was bij het gezin. Zodoende<br />
kon de consulent een rol spelen in het tot rust brengen van<br />
de gezinscrisis. Daardoor kon de jongen, die tijdelijk in een<br />
crisisopvang verbleef, snel naar huis en kon een crisisplaatsing<br />
worden voorkomen.<br />
17
Uiteindelijk is het wel tot een uithuisplaatsing gekomen, omdat<br />
de ouders niet kunnen bieden wat het kind nodig heeft.<br />
Maar daar is geleidelijk naartoe gewerkt en dat is beter dan<br />
wanneer dit in een crisissituatie gebeurt.<br />
Opvoedingsondersteuning in Rijnwaarden<br />
Vanuit Rijnwaarden neemt de moeder van een 9-jarig meisje<br />
contact op met <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong>. Het meisje heeft<br />
een lichte verstandelijke beperking in combinatie met een<br />
autismespectrumstoornis. Ze heeft veel problemen op school<br />
en krijgt de stof die wordt behandeld niet voldoende mee. Op<br />
school is ze erg teruggetrokken, stil en moet ze vaak huilen.<br />
Thuis is ze juist heel erg aanwezig en claimt haar ouders.<br />
Deze hebben daardoor minder aandacht voor haar broer.<br />
De ouders van het meisje gaan eerst naar een informatieavond<br />
van <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> waar uitleg wordt gegeven<br />
over autisme. Daarnaast wordt er op deze avond een korte<br />
inleiding gegeven over de methodiek ‘Geef me de 5’. <strong>MEE</strong><br />
<strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> organiseert deze avonden iedere maand<br />
voor ouders die sinds kort weten dat hun kind autisme<br />
heeft.<br />
De consulent van <strong>MEE</strong> geeft de ouders intussen praktische<br />
tips vanuit de methodiek ‘Geef me de 5’. Vanuit deze methodiek<br />
leren de ouders onder meer hoe ze het meisje kunnen<br />
leren om zelfstandiger te worden.<br />
Daarnaast wordt de tafelschikking aangepast, zodat ouders<br />
het meisje en haar broer even veel aandacht kunnen geven<br />
aan tafel. De kinderen krijgen bovendien gescheiden speelplekken,<br />
zodat ze elkaar niet in de weg zitten.<br />
Samen met de ouders neemt de consulent contact op met<br />
de school. Om te praten over hoe de leerkrachten met het<br />
meisje kunnen omgaan. Met hen wordt gekeken of het niet<br />
beter is voor haar om aangepast onderwijs te krijgen.<br />
Haar broer gaat nu naar de broers- en zussengroep van <strong>MEE</strong><br />
<strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong>. Dit is een groep voor kinderen die een broer<br />
of zus hebben met een beperking. Binnen deze groep is veel<br />
aandacht voor het uitwisselen van ervaringen en worden er<br />
tips met elkaar gedeeld. Verder wordt er informatie gegeven<br />
over beperkingen en autisme.<br />
<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong><br />
Het gaat inmiddels een stuk beter met het meisje en er zijn<br />
minder spanningen in huis.<br />
<strong>MEE</strong>k-Over cursus in de gemeente Winterswijk<br />
Het blijkt dat veel jonge vrouwen met een lichte verstandelijke<br />
beperking kampen met onzekerheid en een laag zelfbeeld.<br />
Ook willen ze graag iets doen aan hun uiterlijke verzorging en<br />
willen ze leren kracht in zichzelf te vinden. Het is een groep<br />
die wat zwakker in de maatschappij staat en het lastig vindt<br />
zichzelf te presenteren.<br />
<strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> vatte het plan om voor deze jonge<br />
vrouwen een cursus te ontwikkelen, van twaalf bijeenkomsten<br />
van twee uur. De cursus is ontwikkeld in samenwerking<br />
met het Graafschap College in Doetinchem. Gestart is met<br />
een pilot, met leerlingen van Pronova Praktijkonderwijs in<br />
Winterswijk. De groep bestond uit twaalf meisjes in de leeftijd<br />
van 16 tot 18 jaar. De pilot vond plaats in het voorjaar van<br />
<strong>2011</strong>.<br />
Voor de cursus werd de naam <strong>MEE</strong>k-Over bedacht, geïnspireerd<br />
op de bekende make-over programma’s op televisie.<br />
Een belangrijk verschil met deze programma’s is dat de<br />
cursus niet alleen gaat over kleding en make-up maar<br />
voor zeker driekwart gericht is op het innerlijk. Dat betreft<br />
onderwerpen als onzekerheid, weerbaarheid, grenzen<br />
stellen en omgaan met de invloed van de media. Daarnaast<br />
wordt aandacht besteed aan uiterlijke verzorging. In<br />
het kader daarvan werd ook een bezoek gebracht aan de<br />
kappersopleiding van het Graafschap College. Daar werden<br />
de deelneemsters gekapt en opgemaakt, met een resultaat<br />
waar alle deelneemsters zeer tevreden mee waren. Dit<br />
bezoek was tevens een voorbereiding op de modeshow voor<br />
een publiek van familie en bekenden, waarmee de cursus<br />
werd afgesloten.<br />
De pilot was een groot succes. Dat bleek zowel uit de enthousiaste<br />
reacties van de deelneemsters als uit de metingen die<br />
vooraf en achteraf werden gedaan. Door de cursus hadden de<br />
deelneemsters meer zelfvertrouwen gekregen.<br />
In het najaar van 2012 start <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> met<br />
de cursus. Het plan is een bredere leeftijdsgroep te gaan<br />
19
edienen dan in de pilot, namelijk van 12 tot 23 jaar. Deze<br />
leeftijdsgroep wordt waarschijnlijk wel gesplitst.<br />
Sailability in de gemeente Zevenaar<br />
<strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> las over het initiatief van watersportvereniging<br />
Giesbeek om hun vereniging toegankelijk te<br />
maken voor mensen met een beperking. Dit wilde zij doen<br />
door aan te sluiten bij Sailability. Dit is een landelijk initiatief<br />
dat mensen met een beperking de gelegenheid wil bieden om<br />
te zeilen, ongeacht de beperking en de leeftijd.<br />
Watersportvereniging Giesbeek (in grootte de derde van<br />
Nederland) wilde zich graag aansluiten bij het Sailability.<br />
<strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> heeft de vereniging ondersteund in<br />
het benaderen van de doelgroep. Met sponsorgelden had de<br />
vereniging drie speciale zeilboten kunnen aanschaffen: twee<br />
boten voor zeilen met een begeleider en één boot waarin<br />
iemand met een beperking zelfstandig kan zeilen. Ook waren<br />
er diverse faciliteiten aangekocht, zoals een tillift.<br />
In samenwerking met <strong>MEE</strong> kon dit initiatief van de watersportvereniging<br />
ten uitvoer worden gebracht. <strong>MEE</strong> zorgde<br />
voor publiciteit en nodigde haar cliënten uit om deel te<br />
nemen aan de zeilmiddagen. Dat leverde een groot aantal<br />
aanmeldingen op. Op de middag zelf werden de deelnemers<br />
begeleid door vrijwilligers, waaronder een consulent van<br />
<strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong>, zelf een fervent zeiler.<br />
Het initiatief bleek een enorm succes. De deelnemers waren<br />
zeer enthousiast. Een deelneemster met een hoge dwarslaesie<br />
zei dat ze dit de mooiste ervaring uit haar leven vond en<br />
niet gedacht had dat ze ooit nog zoveel vrijheid zou ervaren.<br />
Op initiatief van <strong>MEE</strong> was er ook een groep deelnemers met<br />
een lichte verstandelijke beperking. Die bleken het toch wel<br />
erg spannend te vinden, maar een aantal van hen gaat nu<br />
zeilles nemen via Sailability.<br />
<strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> heeft met Watersportvereniging<br />
Giesbeek afgesproken dat zij de vrijwilligers ondersteunt<br />
door middel van het overbrengen van kennis en ervaring<br />
over de doelgroep. Daardoor verbetert de afstemming van de<br />
benodigde materialen en begeleiding en kan de vereniging<br />
uitgroeien tot een zelfstandig functionerend landelijk steun-<br />
20<br />
punt van Sailability. Hierdoor wordt de zeilsport ook toegankelijk<br />
voor mensen met een beperking.<br />
Wijkgericht werken in de gemeente Zutphen<br />
<strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> en Perspectief Zutphen zijn gezamenlijk<br />
het project wijkgericht werken in de gemeente Zutphen gestart.<br />
Perspectief is de welzijnsorganisatie in Zutphen. Beide partijen<br />
hebben hetzelfde voor ogen: participatie van de kwetsbare<br />
burger en versterken van zijn eigen netwerk.<br />
In het kader van het project zijn de sociaal werkers van Perspectief<br />
en de consulenten van <strong>MEE</strong> tot eind 2012 gezamenlijk<br />
verantwoordelijk voor de maatschappelijke opgaven en het<br />
‘welzijn nieuwe stijl’ in de wijken Noordveen, Waterkwartier en<br />
Zuidwijken. Het project is een experiment waarbij verregaande<br />
integratie van de <strong>MEE</strong>-consulent in het wijkteam van Perspectief<br />
wordt gerealiseerd.<br />
In de praktijk betekent dit dat de <strong>MEE</strong>-consulent voor een<br />
aantal uren aan een wijkteam wordt toegevoegd en daarmee<br />
volwaardig lid is van het team. De wijkteams richten zich op<br />
de individuele burger, maar ook op het systeem daar omheen.<br />
Bij de ondersteuning wordt zoveel mogelijk gezocht naar mogelijkheden<br />
binnen het eigen sociale netwerk van een cliënt.<br />
Als daarin onvoldoende steun is te vinden, komt professionele<br />
hulpverlening in beeld. Uit cijfers van Perspectief blijkt dat bij<br />
80 procent van de ondersteuningsvragen kinderen betrokken<br />
zijn.<br />
Perspectief en <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> merken dat hun visies op<br />
ondersteuning goed op elkaar aansluiten. Beide organisaties<br />
geven aan dat zij veel van elkaar kunnen leren. In de wijkteams<br />
kunnen kennis, kunde en vaardigheden goed worden gebundeld.
Kwaliteit en kennis<br />
Resultaatgericht werken<br />
<strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> vindt het belangrijk de resultaten van<br />
haar dienstverlening inzichtelijk te maken, zowel van de collectieve<br />
taken als van de individuele ondersteuning. Ook wil<br />
<strong>MEE</strong> de resultaten zo efficiënt mogelijk behalen. Planmatig<br />
werken en resultaten meetbaar maken zijn daarvoor een<br />
voorwaarde.<br />
Bijvoorbeeld, een cliënt wordt begeleid met als doel zelfstandiger<br />
te worden. Om dit meetbaar te maken, wordt een aantal<br />
concrete stappen omschreven. Voor iedere stap wordt een<br />
nulmeting en een eindmeting gedaan.<br />
Voor de medewerkers betekent dit dat er meer geregistreerd<br />
moet worden dan alleen de bestede tijd per cliënt of per project.<br />
Dat vraagt een gewenning van de medewerkers.<br />
Voor de verschillende doelen en bijbehorende trajecten zoekt<br />
en ontwikkelt <strong>MEE</strong> specifieke meetmethoden. Cursussen,<br />
projecten en individuele begeleiding vragen ieder hun eigen<br />
meetmethoden.<br />
Eén van de meetmethoden is de SROI (Social Return On<br />
Investment), die op pagina 9 wordt besproken.<br />
Zachte doelen meten gaat door<br />
In 2010 is <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> begonnen met het meten<br />
van de zogeheten ‘zachte doelen’, om zo de resultaten van<br />
onze dienstverlening zichtbaar te maken. Een zacht doel is<br />
bijvoorbeeld het resultaat van cursussen. Het meten hiervan<br />
gebeurt door middel van een meetset (bijvoorbeeld een enquête<br />
vooraf en achteraf onder de cursisten), om zo te meten<br />
wat de cursus hen heeft opgeleverd.<br />
In 2010 is een start gemaakt met het meten van de zachte<br />
doelen, in <strong>2011</strong> is dit verder uitgebouwd. Ook is gekeken of<br />
de gehanteerde meetmethoden statistisch verantwoord zijn.<br />
In sommige gevallen blijkt dat niet zo te zijn, bijvoorbeeld<br />
omdat de doelgroep te klein is. <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> heeft<br />
besloten om toch ook in die gevallen metingen te doen. Want<br />
ze verschaffen wel inzicht, ook al is het statistisch niet waterdicht.<br />
Bovendien gaat het om het meten van doelen en niet<br />
zozeer om de statistieken.<br />
<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong><br />
Verder zijn sommige enquêtes te eenvoudig (vanwege de<br />
doelgroep) voor statistisch verantwoorde conclusies. Ook hier<br />
kiest <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> ervoor om wel te meten en ook<br />
op de eenvoudige manier.<br />
Met het meten van zachte doelen kan <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong><br />
aan de buitenwereld laten zien wat zij doet en wat het oplevert.<br />
Ook levert het inzichten op waar <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong><br />
zelf iets aan heeft en actie op kan ondernemen voor eventuele<br />
verbeteracties.<br />
Plan- en projectmatig werken<br />
<strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> wil een resultaatgerichte organisatie<br />
zijn, waarin professioneel wordt gewerkt. Mede in het kader<br />
hiervan heeft <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> in <strong>2011</strong> het plan- en projectmatig<br />
werken ingevoerd. Gekoppeld hieraan is het meten<br />
van doelen, die in dit geval zogeheten zachte doelen zijn<br />
gezien het werkterrein van <strong>MEE</strong> (zie paragraaf hiervoor).<br />
Normaal gesproken is project- en planmatig werken, met<br />
daaraan gekoppeld het meten van doelen, een vrij ingewikkeld<br />
proces. Maar <strong>MEE</strong> heeft besloten om het compact en<br />
simpel te houden. Dat lukt door de doelen van ieder project<br />
klein, realiseerbaar en meetbaar te maken.<br />
Daarnaast zijn en worden er eigen meetmethoden ontwikkeld,<br />
om meetbaar te maken in hoeverre de gestelde doelen<br />
behaald zijn.<br />
Over het eenvoudig meetbaar maken van zachte doelen<br />
heeft <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> een artikel gepubliceerd in het<br />
tijdschrift Zorg+Welzijn.<br />
Het plan- en projectmatig werken is voor <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<br />
<strong>Gelderland</strong> een rode draad geweest in <strong>2011</strong>. Zo hebben de<br />
medewerkers cursussen hiervoor gevolgd, die door <strong>MEE</strong><br />
<strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> zelf ontwikkeld en gegeven zijn.<br />
Kennismanagement<br />
Het delen van kennis heeft in <strong>2011</strong> veel aandacht gekregen.<br />
Dat betreft het intern delen van kennis, maar vooral het<br />
delen van kennis met de andere <strong>MEE</strong>-organisaties. In <strong>2011</strong><br />
21
heeft <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> besloten om de kennisprofielen<br />
van haar medewerkers in beeld te brengen. Dit zal in 2012<br />
gestalte krijgen.<br />
In het kader van het intern delen van kennis is het principe<br />
‘durf te vragen’ geïntroduceerd. Hiermee wil <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<br />
<strong>Gelderland</strong> een organisatiecultuur creëren waarin medewerkers<br />
gemakkelijk vragen durven te stellen aan collega’s,<br />
zowel rechtstreeks als via het forum op intranet.<br />
In <strong>2011</strong> heeft <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> wederom actief meegedaan<br />
aan het tot stand brengen van de Wiki<strong>MEE</strong>-kennisbank<br />
op het intranet van <strong>MEE</strong> Nederland, waar alle <strong>MEE</strong>-organisaties<br />
gebruik van kunnen maken.<br />
Ook levert <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> een bijdrage aan Kenniskringen<br />
Nederland. Dit is een platform waarin methodieken<br />
worden besproken en gevalideerd.<br />
In <strong>2011</strong> is <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong>, in het kader van deskundigheidsbevordering,<br />
een samenwerkingsverband aangegaan<br />
met <strong>MEE</strong> Veluwe, <strong>MEE</strong> IJsseloevers en <strong>MEE</strong> Twente.<br />
Afgesproken is onder meer dat er gezamenlijke cursussen<br />
worden gegeven aan consulenten.<br />
Tot slot heeft <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> in <strong>2011</strong> een start gemaakt<br />
met een onderzoek naar de kennisdeling tussen de<br />
consulenten onderling. Dit onderzoek wordt in 2012 afgerond.<br />
Benchmark cliënttevredenheid<br />
<strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> heeft deelgenomen aan een benchmark<br />
cliënttevredenheid van de <strong>MEE</strong>-organisaties. Deze<br />
benchmark pakte zeer goed uit voor <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong>,<br />
want wij zaten op veel onderdelen bij de beste drie.<br />
Zo onderscheidt <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> zich onder meer<br />
door de snelle opvolging van een hulpvraag. Als iemand zich<br />
meldt met een (hulp)vraag, wordt deze vraag diezelfde dag<br />
of de dag erna toebedeeld aan een consulent. Deze neemt<br />
dan meteen contact op met de persoon in kwestie. Als er<br />
een huisbezoek moet plaatsvinden, gebeurt dat binnen twee<br />
weken.<br />
Daarnaast hanteert <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> het uitgangspunt<br />
dat de consulenten alle binnenkomende vragen oppakken.<br />
Dat vraagt wel een generalistische deskundigheid van de<br />
22<br />
consulenten, maar het creëert een grote slagvaardigheid en<br />
hoge servicegraad richting cliënten. <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong><br />
heeft geen front- en back-office, de consulenten doen alles<br />
zelf.<br />
In tegenstelling tot veel andere <strong>MEE</strong>-organisaties heeft <strong>MEE</strong><br />
<strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> geen ‘supergespecialiseerde’ consulenten<br />
in huis. De consulenten zijn generalist, met ieder zijn of haar<br />
eigen specialistische accenten. Iedere consulent kent de<br />
sociale kaart goed. Tot nu toe werkt dit goed en dat is terug<br />
te zien in de genoemde benchmark.
<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong><br />
23
Feiten en cijfers<br />
De afgesproken diensten leveren<br />
<strong>MEE</strong> wordt betaald uit de subsidieregeling voor <strong>MEE</strong>-organisaties.<br />
Deze regeling is onderdeel van de AWBZ. Er wordt gewerkt<br />
met bevoorschotting, verantwoord door geregistreerde,<br />
afgesloten en genormeerde diensten en collectieve taken.<br />
In totaal hielp <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> 3.343 cliëntsystemen.<br />
Hiervan hadden er 1.181 nog niet eerder ondersteuning van<br />
<strong>MEE</strong> gehad.<br />
Resultaten diensten<br />
De geregistreerde diensten zijn een abstracte vertaling van<br />
de echte diensten die met de cliënten gestalte hebben gekregen:<br />
schuldproblemen oplossen, passend werk vinden voor<br />
Jason, zorgen dat ouders hun anders reagerende kind beter<br />
begrijpen, zorgen dat Esther weer gaat eten, zoeken naar een<br />
begrijpende school voor Michael, niet steeds ongewild ruzie<br />
krijgen, sociale vaardigheden, weerbaarheid en voorlichting<br />
op het werk over uiteenlopende onderwerpen.<br />
Integrale Vroeghulp<br />
<strong>MEE</strong> organiseerde en coördineerde in <strong>2011</strong> het samenwerkingsverband<br />
Integrale Vroeghulp. Dit wordt gevormd<br />
door revalidatiecentra, gehandicapteninstellingen en de<br />
kinderartsen van het Slingeland Ziekenhuis in Doetinchem,<br />
Gelre Ziekenhuis Zutphen en het Streekziekenhuis Koningin<br />
Beatrix in Winterswijk.<br />
Kinderartsen, revalidatieartsen en gedragswetenschappers<br />
werkten samen in één team om zo vroeg mogelijk een behandeladvies<br />
te realiseren voor kinderen van 0 tot 5 jaar. Trajectbegeleiders<br />
van <strong>MEE</strong> brachten de problemen van het kind<br />
in beeld en zij verzamelden aanwezig onderzoeksmateriaal.<br />
Vervolgens adviseerde het multidisciplinaire team de ouders,<br />
zodat snel een goede behandeling kon worden ingezet.<br />
24<br />
Tabel 1. Resultaten diensten<br />
afgesproken gedaan<br />
A uitleg en advies 1.246 1.118<br />
B1 vraagverduidelijking 880 1.200<br />
B2 hulp bij het verkrijgen van de juiste zorg 1.115 1.275<br />
B3 hulp bij bezwaar en beroep 50 73<br />
B4 evaluatie externe dienstverlening 40 78<br />
B5 ondersteuning in crisissituatie 5 25<br />
C volledige beeldvorming 10 4<br />
D kortdurende kortcyclische ondersteuning 340 383<br />
E cursussen 125 202<br />
Tabel 2. Resultaten collectieve taken<br />
fte fte<br />
begroot besteed<br />
informatievoorziening en voorlichting 6,0 6,97<br />
signalering van relevante ontwikkelingen en belemmeringen 2,0 0,75<br />
maatschappelijke activering 1,5 4,07<br />
totaal 9,5 11,79<br />
Tabel 3. De leeftijden van cliënten waar <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> in <strong>2011</strong><br />
contact mee heeft gehad, verdeeld naar doelgroep<br />
LB VB ZB ASS PS IV<br />
> 5 16 48 4 20 4 235<br />
6 tot 12 47 172 14 271 49 12<br />
13 tot 24 61 518 17 410 100<br />
25 > 526 602 41 134 104<br />
totaal 650 1.340 76 835 257 247
Tabel 4. Het aantal gestarte, afgesloten en onderhanden diensten in <strong>2011</strong>,<br />
verdeeld naar doelgroep<br />
LB VB ZB ASS PS IV<br />
A uitleg en advies 404 737 33 446 129 89<br />
B1 vraagverduidelijking 276 563 32 383 121 159<br />
B2 hulp bij het verkrijgen van de juiste zorg 279 761 26 353 111 175<br />
B3 hulp bij bezwaar en beroep 47 20 1 20 6 0<br />
B4 evaluatie externe dienstverlening 8 43 1 11 9 18<br />
B5 ondersteuning in crisissituatie 1 22 0 2 3 0<br />
C volledige beeldvorming 1 1 0 2 0 0<br />
D kortdurende kortcyclische ondersteuning 66 266 6 185 21 18<br />
totaal 1.082 2.413 99 1.402 400 459<br />
Tabel 5. Aantal aanmeldingen<br />
voor Integrale Vroeghulp per<br />
gemeente<br />
Gemeente aantal<br />
Aalten 7<br />
Berkelland 12<br />
Bronckhorst 8<br />
Doesburg 10<br />
Doetinchem 26<br />
Duiven 10<br />
Lochem 3<br />
Montferland 4<br />
<strong>Oost</strong> Gelre 13<br />
Oude IJsselstreek 6<br />
Rijnwaarden 2<br />
Winterswijk 24<br />
Zevenaar 9<br />
Zutphen 13<br />
totaal 147<br />
<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong><br />
Tabel 6. Verdeling van totaal aantal<br />
cliënten over de <strong>Oost</strong>-Gelderse<br />
gemeenten (in %)<br />
Gemeente %<br />
Doetinchem 19,47<br />
Zutphen 11,61<br />
Oude IJsselstreek 9,33<br />
Montferland 8,38<br />
Berkelland 8,56<br />
Bronckhorst 6,13<br />
Zevenaar 6,10<br />
<strong>Oost</strong> Gelre 5,86<br />
Winterswijk 5,62<br />
Aalten 4,97<br />
Duiven 4,40<br />
Lochem 3,50<br />
Doesburg 3,41<br />
Rijnwaarden 2,66<br />
totaal 100,00<br />
Figuur 1. Nieuwe diensten in <strong>2011</strong>, verdeeld naar doelgroep<br />
Integrale Vroeghulp<br />
8%<br />
lichamelijke<br />
beperking<br />
19%<br />
zintuiglijke<br />
beperking<br />
2%<br />
psychische<br />
stoornis<br />
6%<br />
verstandelijke beperking<br />
41%<br />
25<br />
autisme en<br />
psychiatrie<br />
24%
Figuur 2. Nieuwe cliënten van 2006 t/m <strong>2011</strong>, verdeeld naar doelgroep<br />
400<br />
300<br />
200<br />
100<br />
aantal cliënten 500<br />
verstandelijke beperking (383)<br />
autistische/psych. stoornis (376)<br />
lichamelijke beperking (264)<br />
integrale vroeghulp (134)<br />
zintuiglijke beperking (24)<br />
0<br />
2006 ’07 ’08 ’09 ’10 ’11<br />
Figuur 3. Het relatieve aantal cliënten per gemeente<br />
Aalten<br />
Berkelland<br />
Bronckhorst<br />
Doesburg<br />
Doetinchem<br />
Duiven<br />
Lochem<br />
Montferland<br />
<strong>Oost</strong> Gelre<br />
Oude IJsselstreek<br />
Rijnwaarden<br />
Winterswijk<br />
26<br />
Zevenaar<br />
Zutphen<br />
% > 0 2 4 6 8 10 12 14 16 18 20<br />
het percentage<br />
inwoners per<br />
gemeente t.o.v.<br />
totaal aantal<br />
inwoners van<br />
<strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong>.<br />
het percentage<br />
cliënten per<br />
gemeente t.o.v.<br />
totaal aantal<br />
<strong>MEE</strong>-cliënten.
Figuur 4. Aantal geleverde diensten <strong>2011</strong> per gemeente, verdeeld naar leeftijd en beperking<br />
DOETINCHEM (1.115 cliënten)<br />
59 128 96 23<br />
284<br />
12 127<br />
238<br />
486<br />
110<br />
217<br />
13 139<br />
16 163<br />
75<br />
75<br />
85<br />
88<br />
48<br />
14<br />
300<br />
272<br />
ZUTPHEN (669)<br />
66<br />
243 43<br />
97<br />
103<br />
129<br />
39 8<br />
OUDE IJSSELSTREEK (557)<br />
15<br />
39<br />
82<br />
183 83<br />
94<br />
162<br />
40 15<br />
BERKELLAND (479)<br />
20<br />
94 39 10<br />
53<br />
134 34<br />
12<br />
71<br />
113<br />
OOST GELRE (360)<br />
83<br />
87<br />
42<br />
53<br />
94<br />
22 2<br />
390<br />
246<br />
264<br />
189<br />
54<br />
60 50<br />
8 3<br />
19<br />
BRONCKHORST (339)<br />
52<br />
111<br />
10 103<br />
0-5 6-12 13-23 24-39 40-65 66><br />
Leeftijd<br />
<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong><br />
94<br />
46<br />
31<br />
64<br />
65<br />
69<br />
2<br />
6<br />
75<br />
16<br />
16<br />
109<br />
78<br />
42<br />
47<br />
86<br />
45<br />
34<br />
58<br />
67<br />
15 153<br />
98<br />
WINTERSWIJK (340)<br />
65<br />
81<br />
41 16 8<br />
AALTEN (276)<br />
49<br />
79<br />
111<br />
15 6<br />
ZEVENAAR (349)<br />
35<br />
36<br />
5<br />
49<br />
73<br />
11 115<br />
52<br />
104<br />
MONTFERLAND (497)<br />
7<br />
180<br />
210<br />
127<br />
131<br />
246<br />
VB ASS LB PS ZB<br />
Beperking<br />
28<br />
17<br />
12<br />
34<br />
LOCHEM (183)<br />
12 21<br />
25<br />
51<br />
97<br />
36<br />
37<br />
37<br />
19<br />
9<br />
7<br />
6<br />
53<br />
11<br />
45<br />
41<br />
54<br />
48<br />
22<br />
32<br />
DUIVEN (245)<br />
58<br />
25<br />
46<br />
45<br />
29<br />
23<br />
63<br />
45<br />
VB = verstandelijke beperking<br />
ASS = autistische stoornis<br />
LB = lichamelijke beperking<br />
PS = psychische stoornis<br />
ZB = zintuiglijke beperking<br />
2<br />
18 4<br />
DOESBURG (196)<br />
19<br />
RIJNWAARDEN (156)<br />
7<br />
1<br />
9<br />
27<br />
51<br />
79<br />
114<br />
74<br />
94
Organisatie: bestuur en adviesorganen<br />
Bestuur<br />
De directeur is de bestuurder van de stichting in de zin der<br />
wet: belast met het besturen van de stichting en het realiseren<br />
van de doelstellingen. Daarbij voert de directeur overleg<br />
met de wettelijke adviesorganen: de ondernemingsraad en<br />
de Cliëntenraad. De directeur vraagt advies of instemming<br />
volgens de Wet op de Ondernemingsraden en de Wet Medezeggenschap<br />
Cliënten Zorginstellingen.<br />
Raad van Toezicht<br />
De directeur heeft aansprakelijkheid en eindverantwoordelijkheid<br />
in bestuurlijke zin. Daarop wordt toegezien door de<br />
Raad van Toezicht. De Raad van Toezicht bestond in <strong>2011</strong> uit:<br />
> mevrouw G. Arendsen-Tieben<br />
> mevrouw M.M.H. Ceelen (tot 19 april <strong>2011</strong>)<br />
> de heer R. Collenteur (vanaf 15 november <strong>2011</strong>)<br />
> de heer H.W.M. Heijman (vanaf 19 april <strong>2011</strong>)<br />
> de heer P.G.M. Hobbelen<br />
> de heer H.T.J. van Hulst (tot 19 april <strong>2011</strong>)<br />
> de heer K.C.P. Kolff, voorzitter<br />
> de heer J.H.L. van de Winkel<br />
In goed overleg en samenwerking met de Cliëntenraad is met<br />
een advertentie in de regionale dagbladen een nieuw lid voor<br />
de Raad van Toezicht geworven. Met ingang van 15 november<br />
is de heer R. Collenteur op voordracht van de Cliëntenraad<br />
benoemd tot lid van de Raad van Toezicht.<br />
De Raad van Toezicht vergaderde in <strong>2011</strong> op 15 februari, 19<br />
april, 20 september en 15 november. Op 28 juni is er een<br />
studiebijeenkomst gehouden rondom de toekomstmogelijkheden<br />
van <strong>MEE</strong>.<br />
De belangrijkste onderwerpen die in de vergaderingen van de<br />
Raad van Toezicht aan de orde kwamen:<br />
> Elk kwartaal is de stand van zaken van de stichting financieel<br />
en inhoudelijk op resultaat besproken. De financiële<br />
huishouding is op orde en de productieafspraken worden<br />
28<br />
ruim gehaald. Uit onderzoek blijkt een grote tevredenheid<br />
onder de cliënten en ook in vergelijking met collega <strong>MEE</strong>organisaties<br />
presteert <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> goed.<br />
> Na een toelichtend onderhoud met de externe accountant,<br />
de heer J. Gerritsen, is de Jaarrekening 2010 vastgesteld<br />
en de managementletter doorgenomen. Er waren geen<br />
bijzonderheden en/of aanleiding tot maatregelen. Conform<br />
de aanbevelingen van Good Governance heeft de raad in<br />
<strong>2011</strong> een nieuwe accountant benoemd.<br />
> Met de directeur/bestuurder is het functioneren en de<br />
wederzijdse samenwerking besproken. Met de Ondernemingsraad<br />
en de Cliëntenraad is naast de algemene gang<br />
van zaken ook het toekomstperspectief van de Stichting<br />
besproken.<br />
> Met Beleidslijnen 2012, het werkplan dat basis is voor<br />
afdelingsplannen en individuele plannen, werd ingestemd.<br />
De begroting voor 2012 is besproken in relatie tot de realisatie<br />
<strong>2011</strong> en is goedgekeurd.<br />
> De samenwerking met <strong>MEE</strong> Twente in de Stichting <strong>Oost</strong>elijke<br />
<strong>MEE</strong>’s (STOM) werd gecontinueerd. De jaarrekening<br />
van STOM werd goedgekeurd. Geoordeeld werd dat deze<br />
Stichting nog bestaansrecht heeft, hoewel de samenwerking<br />
beperkt blijft.<br />
Cliëntenraad<br />
<strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> heeft sinds 1996 een Cliëntenraad, die<br />
meedenkt en meepraat over het beleid van <strong>MEE</strong>. De Cliëntenraad<br />
geeft adviezen over het beleid vanuit het oogpunt van<br />
cliënten. Ook het signaleren van knelpunten en kansen die<br />
het gemeenschappelijke belang van alle cliënten van <strong>MEE</strong><br />
raken, behoort tot de taken van de Cliëntenraad. Zo wil de<br />
Cliëntenraad eraan bijdragen dat de hulp- en dienstverlening<br />
van <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> steeds beter wordt.<br />
In de Wet Medezeggenschap Cliënten Zorginstellingen is<br />
wettelijk geregeld dat de directeur over alle belangrijke zaken<br />
een advies vraagt aan de Cliëntenraad. De Cliëntenraad<br />
van <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> is samengesteld uit leden die zelf<br />
cliënt zijn (geweest) en die ouder of familie zijn van iemand<br />
die cliënt is (geweest).
Samenstelling<br />
De Cliëntenraad bestond in <strong>2011</strong> uit de volgende leden:<br />
> Theo Engelbarts, Lichtenvoorde (voorzitter)<br />
> Anja Klein, Doetinchem<br />
> Harald Kniest, Doetinchem (overleden op 1 oktober <strong>2011</strong>)<br />
> José Mullink, Doetinchem<br />
> Anja Padberg, Winterswijk (secretaris)<br />
> Berno Ruiken, Gaanderen<br />
> Patricia Visser, Megchelen<br />
Vergaderingen<br />
In <strong>2011</strong> heeft de Cliëntenraad vijf keer vergaderd, op 28 januari,<br />
22 maart, 26 mei, 27 september en 15 november.<br />
De directeur, mevrouw H.F. Kanneworff-Klinker, was bij alle<br />
vergaderingen aanwezig. De Cliëntenraad vindt de aanwezigheid<br />
van de directeur zeer zinvol, omdat beide partijen elkaar<br />
op deze manier efficiënt en direct kunnen informeren.<br />
Op 22 februari is er een extra vergadering georganiseerd<br />
ter voorbereiding van het advies dat aan de directeur moest<br />
worden uitgebracht over de toekomst van <strong>MEE</strong>.<br />
Daarnaast zijn de leden van de Cliëntenraad meerdere keren<br />
in verschillende samenstelling bijeengekomen ter voorbereiding<br />
op de selectieprocedures en het voeren van sollicitatiegesprekken<br />
voor nieuwe leden van de Cliëntenraad, een<br />
nieuwe voorzitter voor de Cliëntenraad en een nieuw lid voor<br />
de Raad van Toezicht.<br />
Contacten in <strong>2011</strong><br />
De Cliëntenraad heeft met verschillende organisaties in<br />
<strong>2011</strong> contacten onderhouden: met het Landelijk Steunpunt<br />
Medezeggenschap (LSR), Raad op Maat en VraagRaak. De<br />
Cliëntenraad is geabonneerd op de Nieuwsbrief van de LSR<br />
en het tijdschrift ZEG’s. In <strong>2011</strong> heeft de Cliëntenraad per<br />
mail/telefonisch contact gehad met de cliëntenraden van<br />
<strong>MEE</strong> Gelderse Poort en <strong>MEE</strong> Twente.<br />
Landelijk Platform Cliëntenraden <strong>MEE</strong><br />
De Cliëntenraad is lid van het Landelijk Platform Cliëntenraden<br />
<strong>MEE</strong> (LPC). In <strong>2011</strong> zijn de vergaderingen van dit<br />
platform niet bezocht in verband met de reisafstand en het<br />
<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong><br />
tijdstip van de vergaderingen. De verslagen van het platform<br />
worden verzonden naar de Cliëntenraad en door de leden van<br />
de raad gelezen en zo nodig besproken tijdens de vergaderingen<br />
van de Cliëntenraad.<br />
In <strong>2011</strong> is regelmatig telefonisch, schriftelijk en per mail<br />
contact geweest met de voorzitter van het LPC. Er is intensief<br />
gesproken over de visie ten aanzien van de toekomst van het<br />
LPC. Dit heeft ertoe geleid dat de Cliëntenraad heeft besloten<br />
per januari 2012 het lidmaatschap te beëindigen.<br />
Onderwerpen op de agenda van de Cliëntenraad<br />
In <strong>2011</strong> heeft de Cliëntenraad over de volgende onderwerpen<br />
vergaderd en waar nodig advies uitgebracht:<br />
> Ontwikkelingen in verband met de Wet op de maatschappelijke<br />
ondersteuning (Wmo).<br />
> De financiering en beeldvorming van <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong>.<br />
> Het verzuim en verloop van medewerkers.<br />
> Instemming benoeming mevrouw R. Somsen en de heer<br />
A. Garritsen tot vertrouwenspersonen van <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<br />
<strong>Gelderland</strong>.<br />
> Advies Dienstenboek <strong>MEE</strong> Nederland.<br />
> Het functioneren van de directeur.<br />
> De toekomstige taakverdeling en samenstelling van de<br />
Cliëntenraad.<br />
> De jaarrekening 2010 en begroting en beleidslijnen <strong>2011</strong>.<br />
> Sollicitatieprocedure lid Raad van Toezicht op voordracht<br />
van de Cliëntenraad.<br />
> <strong>Jaarverslag</strong> 2010.<br />
> Voorbereidingen op werkplan <strong>2011</strong>-2012.<br />
> Selectieprocedure nieuwe leden en voorzitter Cliëntenraad.<br />
> Deelname LPC <strong>MEE</strong>.<br />
> Brief Staatssecretaris VWS over toekomst cliëntondersteuning.<br />
> Ontwerp tot aanpassing reglement Cliëntenraad voor<br />
benoeming nieuwe voorzitter.<br />
> Procedure rondom werving nieuwe coach Cliëntenraad per<br />
1 april 2012.<br />
De Cliëntenraad is van plan om in 2012 weer actief mee te<br />
denken en te praten over de ontwikkelingen die invloed hebben<br />
op <strong>MEE</strong>, namens en met de cliënten van <strong>MEE</strong>.<br />
29
Ondernemingsraad<br />
Samenstelling ondernemingsraad (OR) <strong>2011</strong>:<br />
> Astrid van Delden (lid)<br />
> Meike van Dieren (lid)<br />
> Ben van Gessel (lid)<br />
> Atie de Geus (voorzitter, lid dagelijks bestuur)<br />
> Adriaan van Overbeeke (ambtelijk secretaris)<br />
> Mieke Veltman (vice voorzitter)<br />
Zittingsperiode van de OR: april 2010-april 2013.<br />
Rol dagelijks bestuur, OR en ambtelijk secretariaat<br />
De voorzitter en de ambtelijk secretaris vormen het dagelijks<br />
bestuur (DB). Voortdurend overleggen zij over het OR-werk.<br />
Een taak van het DB is om te bewaken dat de OR tijdig haar<br />
werk verricht. Tevens vormt het DB het gezicht van de OR.<br />
Met name de voorzitter geeft hier inhoud aan, naast leidinggevende<br />
en delegerende taken.<br />
De ambtelijk secretaris verzorgde de adviserende (beleidsmatige)<br />
en praktische ondersteuning van de OR. Hij schreef<br />
conceptbrieven en stelde agenda’s en verslagen op. De<br />
vice-voorzitter is vervanger van de voorzitter en is zijdelings<br />
betrokken bij het dagelijks bestuur.<br />
In december heeft ambtelijk secretaris Adriaan van Overbeeke<br />
afscheid genomen.<br />
Vergaderstructuur OR<br />
De OR heeft twee keer per jaar overleg met het managementteam,<br />
een keer per jaar overleg met de Raad van Toezicht,<br />
een keer per maand overlegvergadering met de bestuurder<br />
en een keer per maand OR-overleg.<br />
De overige tijd wordt besteed aan commissiewerk en leestijd.<br />
30
<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong><br />
Organisatie:<br />
medewerkers<br />
<strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> kent een lijnverantwoordelijkheid. De<br />
directeur is verantwoordelijk voor het totaal: beleid, financiën,<br />
personeel, beheer en beleidsuitvoering. De managers<br />
zijn verantwoordelijk voor het realiseren van de operationele<br />
beleidsmatige, financiële en personele doelstellingen van de<br />
organisatie en het afstemmen van de dienstverlening aan de<br />
eisen van de markt.<br />
De managers geven leiding aan hun afdeling. Vanuit hun verantwoordelijkheid<br />
sturen zij hun professionele medewerkers<br />
inhoudelijk en logistiek aan. In het managementteam wordt<br />
overleg gevoerd over de ontwikkelingen op de afdelingen, de<br />
samenhang tussen de afdelingen en alle afdelingsoverstijgende<br />
zaken, bijvoorbeeld op het gebied van financiën, politiek en<br />
financiering, deskundigheidsbevordering en beleidsontwikkeling.<br />
Het managementteam is een orgaan voor overleg en<br />
afstemming en het is een adviesorgaan voor de directie.<br />
Interne reorganisatie<br />
In 2010 zijn de regio’s binnen <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> anders<br />
ingedeeld, om een gelijkmatiger verdeling te krijgen. In <strong>2011</strong><br />
heeft een reorganisatie van de ondersteunende diensten<br />
plaatsgevonden. De diensten administratie, huishouding, informatie<br />
en ICT zijn nu ondergebracht in het bedrijfsbureau.<br />
De manager van het bedrijfsbureau heeft het meeste inzicht<br />
in de bedrijfsprocessen en de registratie en zij kan een<br />
verbinding maken tussen productie en financiën. Want naast<br />
aansturing is het combineren van informatie een belangrijke<br />
taak van deze manager.<br />
Zie het organogram hieronder voor een beeld van de huidige<br />
organisatie van <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong>.<br />
Flexibele schil<br />
Omdat de toekomst van <strong>MEE</strong> onzeker is, wordt een flexibele<br />
schil van tijdelijk dienstverband gehanteerd. Norm hiervoor<br />
is 15 - 20%. In verband hiermee is per 1 januari 2012 een<br />
aantal tijdelijke dienstverbanden omgezet naar contracten<br />
voor onbepaalde tijd (zie figuur 10).<br />
31
Interne indicatoren<br />
Van de drie interne indicatoren zijn van twee de door ons<br />
gestelde norm gehaald. De eerste gehaalde norm is ‘verhouding<br />
man/vrouw’ met 19 - 81% waarvoor de norm 15<br />
- 85% is (zie figuur 11). De tweede gehaalde norm is die voor<br />
medewerkerstevredenheid (7,25). Deze lag in <strong>2011</strong> op 7,47<br />
Figuur 5. Organisatieschema <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> per 31-12-<strong>2011</strong><br />
Bedrijfsbureau<br />
manager<br />
Ondernemingsraad<br />
ambt. secr.<br />
Cliëntenraad<br />
coach<br />
informatiecentrum<br />
systeembeheer<br />
secretariaat/administratie<br />
financiële administratie<br />
facilitaire en<br />
huishoudelijke dienst<br />
32<br />
directiesecretaresse<br />
regio<br />
De Liemers<br />
manager<br />
consulenten<br />
sociaal-juridisch<br />
dienstverlener<br />
participatieconsulent<br />
Raad van Toezicht<br />
Directeur<br />
(zie figuur 12). De medewerkerstevredenheid wordt gemeten<br />
over de aspecten inhoud van het werk, communicatie en<br />
afspraken, werkklimaat, werkomgeving, opleidingsbeleid,<br />
arbeidsvoorwaarden en kwaliteit van dienstverlening.<br />
De norm voor het ziekteverzuim (< 3,5%) is niet gehaald. Het<br />
ziekteverzuim lag in <strong>2011</strong> op 3,94% (zie figuur 13).<br />
regio<br />
Doetinchem-De Graafschap<br />
manager<br />
consulenten<br />
sociaal-juridisch<br />
dienstverlener<br />
participatieconsulent<br />
Stafdiensten<br />
Kwaliteit & Kennismanagement<br />
PR & communicatie<br />
Personeelszaken<br />
Ontwikkeling & Participatie<br />
regio<br />
<strong>Oost</strong> Achterhoek<br />
manager<br />
consulenten<br />
sociaal-juridisch<br />
dienstverlener<br />
participatieconsulent
Figuur 6. In- en uitstroom medewerkers 2003-<strong>2011</strong> (in %)<br />
25<br />
20<br />
15<br />
10<br />
5<br />
%<br />
uitstroom<br />
%<br />
instr instroom s oom<br />
% 0<br />
2003 ’04 ’05 ’06 ’07 ’08 ’09 ’10 ’11<br />
Figuur 7. Fte's <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> per maand in <strong>2011</strong><br />
aantal fte<br />
75<br />
70<br />
65<br />
60<br />
55<br />
50<br />
j f m a m j j a o s n d<br />
maanden<br />
<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong><br />
Figuur 8. Verloop fte's <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> 2004-<strong>2011</strong><br />
aantal fte<br />
75<br />
70<br />
65<br />
60<br />
55<br />
50<br />
2004 ’05 ’06 ’07 ’08 ’09 ’10 ’11<br />
33
Figuur 9. Verdeling medewerkers over leeftijdscategorieën<br />
bij <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> per 31-12-<strong>2011</strong><br />
< 25: 0<br />
45-54: 18<br />
55 >: 10<br />
35-44: 20<br />
25-34: 21<br />
Figuur 10. Flexibele schil <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> per 31-12-<strong>2011</strong><br />
34<br />
vast 74,1%<br />
tijdelijk 25,9%<br />
Tabel 8. Verloop medewerkers in <strong>2011</strong><br />
Instroom medewerkers<br />
Martijn Kool 01-02-<strong>2011</strong><br />
Maarten Sesink 01-04-<strong>2011</strong><br />
Dena Teunissen 01-04-<strong>2011</strong><br />
Carlin Kleinreesink 10-05-<strong>2011</strong><br />
Vertrokken medewerkers<br />
Arend Garritsen 31-01-<strong>2011</strong><br />
Rita Somsen 31-01-<strong>2011</strong><br />
Lidy Wassink 28-02-<strong>2011</strong><br />
Annie Lammers 30-06-<strong>2011</strong><br />
Adriaan van Overbeeke 31-12-<strong>2011</strong><br />
Harm Hetterschijt 31-12-<strong>2011</strong><br />
Figuur 11. Verhouding m/v <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong><br />
per 31-12-<strong>2011</strong><br />
vrouw 81,18%<br />
man 18,82%
Tabel 9. Medewerkers in dienst bij <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> per 31 december <strong>2011</strong> (achter de naam het aantal uren per week)<br />
Regio<br />
De Liemers<br />
Manager<br />
Mieke Janssen 32<br />
Consulent<br />
Sjoukje Boers 24<br />
Esther Boerstal 32<br />
Margot Brinkhof 22<br />
Caroline Dekkers 24<br />
Marieke Dekkers 36<br />
Lia Dieleman 28<br />
Jankees Dieleman 28<br />
Baukje Hendriksen 36<br />
Astrid ten Holder 28<br />
Ida Jolink 36<br />
Herman Kleinpenning 36<br />
Carolien Laumen 24<br />
Det Overkemping 36<br />
Marga Salemink 32<br />
Ursula Severt 24<br />
Sylvia Thuis 32<br />
Joyce Willemsen 24<br />
Harm Hetterschijt 36<br />
Consulent participatie<br />
Lucy Glaap 24<br />
Sociaal-juridisch<br />
dienstverlener<br />
Corien <strong>Oost</strong>erhuis 32<br />
Regio<br />
<strong>Oost</strong>-Achterhoek<br />
Manager<br />
Donna Ligtenbarg 32<br />
Consulent<br />
Margrieta Bode 24<br />
Marinke Boom 24<br />
Meike van Dieren 36<br />
Dofien Houwer 28<br />
Marianna Jonge Vos 32<br />
Joost te Loeke 32<br />
Marilda Makkink 28<br />
Tamara Pietersz 24<br />
Tamara Raben 32<br />
Eelco Ruiken 36<br />
Kirsten Seesink 32<br />
Maarten Sesink 36<br />
Dena Teunissen 36<br />
Rosa Verlaan 24<br />
Lucie Waanders 32<br />
Carola Wallaart 24<br />
Janneke Wesselink 36<br />
Consulent participatie<br />
Kirsten Wegman 36<br />
Sociaal-juridisch<br />
dienstverlener<br />
Desiree Bruin 24<br />
<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong><br />
Regio<br />
Doetinchem-<br />
De Graafschap<br />
Manager<br />
Fons Flierman 36<br />
Consulent<br />
Leo Ammerlaan 28<br />
Marjolein Bodde 24<br />
Carlijn te Boekhorst 32<br />
Dorien Bronzewijker 36<br />
Gerry Dijkstra 24<br />
Maartje Frijhoff 32<br />
Angela Gasseling 24<br />
Atie de Geus 28<br />
Simone Hagedoorn 28<br />
Vera Hoekstra 21<br />
Eva van der Kraan 24<br />
Sandra Oellers 36<br />
Tanja Olthuis 24<br />
Marijke Slats 32<br />
Ingrid Stroband 36<br />
Mieke Veltman 24<br />
Michiel Voltman 36<br />
Sonja Waarlo 16<br />
Thessa Wildeboer 20<br />
Consulent participatie<br />
Stephan Brus 36<br />
Jan Weessies 36<br />
Sociaal-juridisch<br />
dienstverlener<br />
Astrid van Delden 24<br />
Bedrijfsbureau<br />
Manager<br />
Monique Werther 36<br />
Administratief financieel<br />
medewerker<br />
Carin van Aken 20<br />
Secretarieel medewerker<br />
Miranda Gerritsen 20<br />
Inge Groot Boerle 20<br />
Corry Heerink 19<br />
Marianne Jansen 22,8<br />
Carlin Kleinreesink 12<br />
Huishoudelijk medewerker<br />
Diny Bosman 9,5<br />
Huismeester<br />
Frank Lukassen 36<br />
Informatiefunctionaris<br />
Trudie ten Doeschate 20<br />
Medewerker voorlichting<br />
en informatie<br />
Ben van Gessel 32<br />
Medewerker informatisering<br />
Martijn Kool 36<br />
Systeembeheer<br />
Hans Woudstra 36<br />
Overig<br />
Directeur<br />
Ineke Kanneworff 40<br />
Staf<br />
Adviseur PR en<br />
communicatie<br />
Arina Greven 28<br />
Beleidsmedewerker O&P<br />
Christel de Krosse 32<br />
Personeelsfunctionaris<br />
Mariët Ruesink 32<br />
Adviseur Kwaliteit<br />
& Kennismanagement<br />
Inge van den Tillaard 24<br />
Diverse<br />
Directiesecretaresse<br />
Jolanda Bloemendal 25<br />
Coach cliëntenraad<br />
Maria Tersteeg 0<br />
Ambtelijk secretaris OR<br />
Adriaan van Overbeeke 5<br />
Stagiaires<br />
Nienke Begeman 32<br />
Willeke Essink 32<br />
Marijn Schurink 32<br />
Roeïn Wafaie 24<br />
35
Figuur 12. Gemiddelde medewerkerstevredenheid <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> van 2007-<strong>2011</strong><br />
waarderingscijfer<br />
8,0<br />
7,5<br />
7,0<br />
6,5<br />
6,0<br />
dec. mrt. juni sep. dec. apr. aug. okt. feb. jun. okt. feb. jun. okt.<br />
2007 ’08 ’08 ’08 ’08 ’09 ’09 ’09 ’10 ’10 ’10 ’11 ’11 ’11<br />
Figuur 13. Ziekteverzuim <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong> van 2006-<strong>2011</strong><br />
(exclusief zwangerschapsverlof)<br />
5,0<br />
4,5<br />
4,0<br />
3,5<br />
3,0<br />
2,5<br />
% 2,0<br />
2006 ’07 ’08 ’09 ’10 ’11<br />
36
Financieel jaarverslag<br />
Bedragen in euro’s<br />
BATEN<br />
<strong>2011</strong> <strong>2011</strong> 2010<br />
werkelijk begroot werkelijk<br />
Subsidies 4.294.184 4.537.000 4.269.224<br />
Schoolmaatschappelijk werk 200.264 215.000 210.255<br />
Overige 110.160 110.000 172.153<br />
Totaal 4.604.608 4.862.000 4.651.632<br />
LASTEN<br />
Salariskosten personeel 2.610.009 2.720.000 2.618.818<br />
Sociale kosten personeel 925.451 954.000 907.785<br />
Huisvestingskosten 305.442 307.000 279.738<br />
Materiële kosten 763.706 881.000 845.291<br />
Totaal 4.604.608 4.862.000 4.651.632<br />
ExPLOITATIESALDO 0 0 0<br />
<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong><br />
37
Werkgebied <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong><br />
<strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong><br />
Ondersteuning bij leven met een beperking<br />
Keppelseweg 15<br />
7001 CE Doetinchem<br />
Postbus 837<br />
7000 AV Doetinchem<br />
telefoon (0314) 34 42 24<br />
telefax (0314) 36 11 29<br />
e-mail info@mee-og.nl<br />
website www.mee-og.nl<br />
Werkgebied <strong>MEE</strong> <strong>Oost</strong>-<strong>Gelderland</strong><br />
Duiven<br />
Doesburg<br />
Zevenaar<br />
Liemers<br />
Rijnwaarden<br />
38<br />
Lochem<br />
Doetinchem-<br />
De Graafschap<br />
Zutphen<br />
Montferland<br />
Bronckhorst<br />
Doetinchem<br />
Oude<br />
IJsselstreek<br />
Berkelland<br />
<strong>Oost</strong><br />
Achterhoek<br />
<strong>Oost</strong> Gelre<br />
Aalten<br />
Winterswijk
Colofon<br />
Tekst<br />
FredMeijer.nl Communicatie,<br />
Doetinchem<br />
Coördinatie en eindredactie<br />
Arina Greven<br />
Inge Groot Boerle<br />
Ontwerp en layout<br />
Cyril Strijdonk Ontwerpburo,<br />
Gaanderen<br />
Fotografie<br />
Mathilde Dusol (pagina 11)<br />
Ben van Gessel (pagina 14)<br />
Inge Hondebrink (cover onder en linksboven, pagina 4, 23, 30/31)<br />
Hans <strong>Oost</strong>rum Fotografie (cover rechtsboven)<br />
Aatjan Renders (pagina 8/9, 17, 18)<br />
Druk<br />
OCC De Hoog