deel 8a, het Nieuwe Jeruzalem - Bereastudies
deel 8a, het Nieuwe Jeruzalem - Bereastudies
deel 8a, het Nieuwe Jeruzalem - Bereastudies
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Het <strong>Nieuwe</strong> <strong>Jeruzalem</strong><br />
Het was nodig voor Jezus om de aarde te verlaten en tot de hemel te varen om zo de<br />
laatste verplaatsing van Gods heerlijkheid binnen aardse tempels en steden te<br />
bewerkstelligen. Toen dit eenmaal voltooid was kon de heerlijkheid van God na tien<br />
dagen op de Pinksterdag terugkeren en op de discipelen in de bovenkamer rustten.<br />
Vanaf dat moment zijn wij, zoals de apostel Paulus dit uitlegt, als individuen de tempels<br />
van God (1 Kor. 3:16). De kerk is als geheel ook een tempel, met Jezus Christus als<br />
hoeksteen en de apostelen en de profeten als funderingsstenen (Ef. 2:20-22). Anderen<br />
zijn levende stenen in die tempel (1 Pet. 2:5). Het meest belangrijke is misschien nog<br />
wel dat Gods naam nu op ons als volk rust en niet op een externe ark van <strong>het</strong> verbond in<br />
een tempel van hout en steen in een fysieke stad in Palestina.<br />
Men kan de vervulling van de profetie niet vatten zonder te zien dat er twee <strong>Jeruzalem</strong>s<br />
zijn: <strong>het</strong> oude en <strong>het</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Jeruzalem</strong>. Dit onderscheid maakt <strong>het</strong> mogelijk om de<br />
schijnbare tegenstrijdigheid tussen de Bijbelse verklaringen van zegen en vloek over<br />
<strong>Jeruzalem</strong> te begrijpen.<br />
JESAJA PROFETEERT OVER DE NIEUWTESTAMENTISCHE “BRUID”<br />
In Jesaja lezen we over <strong>het</strong> primaire voorbeeld van “<strong>Jeruzalem</strong>” waarvan Johannes zegt<br />
dat <strong>het</strong> als <strong>het</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Jeruzalem</strong> opgevat moet worden. Jes. 62:1, 2 zegt,<br />
1 Omwille van Sion zal ik niet zwijgen, omwille van <strong>Jeruzalem</strong> zal ik niet stil<br />
zijn, totdat haar gerechtigheid opkomt als een lichtglans, en haar heil als een<br />
brandende fakkel. 2 De heidenvolken zullen uw gerechtigheid zien en alle<br />
koningen uw luister; u zult met een nieuwe naam genoemd worden, die de<br />
mond van de HEERE bepalen zal.<br />
Op <strong>het</strong> eerste gezicht lijkt <strong>het</strong> dat Jesaja over de oorspronkelijke stad <strong>Jeruzalem</strong> spreekt.<br />
Maar Johannes past de profetie niet op <strong>het</strong> oude <strong>Jeruzalem</strong>, maar op <strong>het</strong> <strong>Nieuwe</strong><br />
<strong>Jeruzalem</strong> toe. Op. 3:12 verwijst naar Jes. 62:2 waarbij <strong>het</strong> zegt dat deze nieuwe naam<br />
<strong>het</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Jeruzalem</strong> is:<br />
12 Wie overwint, hem zal Ik tot een zuil in de tempel van Mijn God maken, en<br />
hij zal daaruit niet meer weggaan. En Ik zal de Naam van Mijn God op hem<br />
schrijven en de naam van de stad van Mijn God, <strong>het</strong> nieuwe <strong>Jeruzalem</strong>, dat<br />
neerdaalt uit de hemel, bij Mijn God vandaan, en Mijn nieuwe Naam.<br />
Vanuit de profetie van Johannes blijkt dat Jesaja niet over de oude stad, maar over <strong>het</strong><br />
<strong>Nieuwe</strong> <strong>Jeruzalem</strong> sprak. Deze tempel in <strong>het</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Jeruzalem</strong> is de plaats waar God<br />
Zijn naam heeft gevestigd. Het is geen vervloekte plaats, maar een plaats van zegen.<br />
Jes. 62:3-5 profeteert dat <strong>Jeruzalem</strong> een “sierlijke kroon” in Gods hand zal zijn. Zij zal<br />
niet langer “verlatene” of “woestenij” genoemd worden, maar daarentegen “getrouwde”.<br />
4 Tegen u zal niet meer gezegd worden: verlatene, en tegen uw land zal niet<br />
meer gezegd worden: woestenij, maar u zult genoemd worden: Mijn<br />
welgevallen is in haar, en uw land: getrouwde; want de HEERE verlangt naar u,<br />
en uw land zal getrouwd worden. 5 Want zoals een jongeman trouwt met een<br />
jonge vrouw, zo zullen uw kinderen trouwen met u; zoals een bruidegom zich<br />
verblijdt over zijn bruid, zo zal uw God Zich over u verblijden.<br />
De strijd om <strong>het</strong> geboorterecht – bereastudies.nl
Johannes verwijst in Op. 21:2 naar deze profetie, waar we lezen dat de heilige stad die<br />
God zal huwen niet <strong>het</strong> oude <strong>Jeruzalem</strong> is. De Bruid is <strong>het</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Jeruzalem</strong> – ondanks<br />
dat Jesaja <strong>het</strong> slechts “<strong>Jeruzalem</strong>” noemt.<br />
2 En ik, Johannes, zag de heilige stad, <strong>het</strong> nieuwe <strong>Jeruzalem</strong>, neerdalen van God<br />
uit de hemel, gereedgemaakt als een bruid die voor haar man sierlijk gemaakt<br />
is.<br />
In Op. 21:9, 10 identificeert een engel wederom de bruid als <strong>het</strong> <strong>Jeruzalem</strong> dat uit de<br />
hemel neerdaalt, als tegenstelling van <strong>het</strong> <strong>Jeruzalem</strong> dat op de aarde haar oorsprong<br />
heeft:<br />
9 En een van de zeven engelen die de zeven schalen hadden, vol van de zeven<br />
laatste plagen, kwam naar mij toe en hij sprak met mij en zei: Kom, ik zal u de<br />
bruid, de vrouw van <strong>het</strong> Lam, laten zien. 10 En hij voerde mij weg in de geest op<br />
een grote en hoge berg en liet mij de grote stad zien, <strong>het</strong> heilige <strong>Jeruzalem</strong>, dat<br />
neerdaalde uit de hemel, bij God vandaan.<br />
Ondanks dat Jesaja niets over <strong>het</strong> NIEUWE <strong>Jeruzalem</strong> zegt, kunnen we zien dat Johannes<br />
ons zegt dat dit <strong>het</strong> is wat God bedoelde. Met andere woorden, Johannes zegt ons welk<br />
<strong>Jeruzalem</strong> God bedoelde toen Hij de profetie aan Jesaja gaf.<br />
DE MUREN VAN HET NIEUWE JERUZALEM<br />
Johannes beschrijft in fysieke termen de “muren” en “poorten” van die stad, maar <strong>het</strong> is<br />
overduidelijk dat dit symbolisch bedoeld wordt. Van de muur wordt gezegd dat deze 144<br />
el hoog is (21:17), <strong>het</strong>geen <strong>het</strong> Bijbelse getal van de uitverkorenen aanduid. De<br />
numerieke waarde van de letters in de naam Lazarus is exact 144. Dit verbindt <strong>het</strong> getal<br />
aan zij die uitverkoren zijn om uit de dood op te staan om zo van de dood gered te<br />
worden (zie Joh. 11).<br />
De muren van een stad dienen ter bescherming en geven de grens aan om degenen die<br />
niet geacht zijn de stad binnen te komen buiten te houden. De muren worden daarom<br />
“redding” genoemd, waarmee aangeduid wordt dat alleen de verlosten de stad binnen<br />
kunnen gaan. Zach. 2:5 (hieronder geciteerd) beschrijft de muur als “een muur van<br />
vuur”. Waarom wordt <strong>het</strong> als vuur beschreven? Deut. 33:2 zegt ons dat Hij Israël bij de<br />
Sinaï een “vurige wet” gaf. De wet is <strong>het</strong> “vuur” van God dat alle mensen oor<strong>deel</strong>t. Een<br />
wet is een morele grens. Zonde is <strong>het</strong> overtreden van de wet (1 Joh. 3:4). Daarom is de<br />
muur van vuur in de profetie van Zacharia de grens van de wet.<br />
We lezen dat al degenen die de stad binnengaan rechtvaardig zijn. Men kan niet<br />
wetteloos zijn en de stad binnengaan. Noch overtreden de verlosten de wet wanneer zij<br />
binnengaan.<br />
De stad is meer dan een enkele locatie op aarde. Zach. 2:1-5 profeteert,<br />
1 Opnieuw sloeg ik mijn ogen op en zag, en zie, er was een Man met een<br />
meetsnoer in Zijn hand. 2 Toen zei ik: Waar gaat U heen? Hij zei tegen mij: Ik<br />
ga <strong>Jeruzalem</strong> opmeten om te zien hoe groot zijn breedte en hoe groot zijn<br />
lengte zal zijn. 3 En zie, de Engel Die met mij sprak, trad naar voren en een<br />
andere engel trad Hem tegemoet. 4 En Hij zei tegen hem: Loop snel, spreek tot<br />
die jongeman en zeg: <strong>Jeruzalem</strong> zal niet ommuurd blijven, vanwege de veelheid<br />
aan mensen en dieren in haar midden. 5 En Ík zal voor haar zijn, spreekt de<br />
HEERE, een muur van vuur rondom, en Ik zal in haar midden tot heerlijkheid<br />
zijn.<br />
De strijd om <strong>het</strong> geboorterecht – bereastudies.nl
Aan de ene kant profeteert Zacheria dat de stad “niet ommuurd” zal zijn en in <strong>het</strong><br />
volgende vers zegt hij dat er een “muur van vuur rondom” zal zijn. Jazeker, er bevindt<br />
zich een muur rond dit <strong>Jeruzalem</strong>, maar <strong>het</strong> is geen fysieke muur rondom een paar<br />
gebouwen die een “stad” genoemd wordt. Het is een muur van redding en een muur van<br />
vuur (wet). Niemand zal deze muur trotseren door fysiek door een van haar poorten te<br />
wandelen. Men kan zich alleen door “redding” kwalificeren.<br />
DE POORTEN VAN HET NIEUWE JERUZALEM<br />
Er wordt ook gesproken over twaalf poorten met de namen van de twaalf stammen van<br />
Israël erop geschreven. Er wordt ook gezegd dat er twaalf parels zijn (Op. 21:21). Deze<br />
beschrijving van de poorten wordt overduidelijk niet letterlijk bedoeld. De profeet geeft<br />
ons de basisdefinitie van de poorten als hij in Jes. 60:18 <strong>het</strong> volgende zegt,<br />
18 Er zal niet meer gehoord worden van geweld in uw land, van verwoesting of<br />
rampen binnen uw grenzen, maar uw muren zult u noemen Heil, en uw poorten<br />
Lof.<br />
Johannes zegt in Op. 21:12 dat de twaalf stammen van Israël op de twaalf poorten van<br />
de stad geschreven staan. Later worden de twaalf poorten in vers 21 “parels” genoemd,<br />
want de twaalf stammen zijn samen de “parel van grote waarde”. Jezus kocht deze parel<br />
door Zijn dood aan <strong>het</strong> kruis, maar door dit te doen kocht Hij uiteindelijk heel de wereld.<br />
In twee korte gelijkenissen in Mat. 13:44-46 sprak Jezus over deze zaken,<br />
44 Het Koninkrijk der hemelen is ook gelijk aan een SCHAT, in de akker<br />
verborgen, die iemand vond en verborg; en van blijdschap daarover gaat hij<br />
heen en verkoopt alles wat hij heeft, en koopt die akker. 45 Ook is <strong>het</strong><br />
Koninkrijk der hemelen gelijk aan een koopman die mooie PARELS zoekt.<br />
46 Toen hij één parel van grote waarde gevonden had, ging hij heen en<br />
verkocht alles wat hij had, en hij kocht hem.<br />
Jezus koos de thema’s van Zijn gelijkenissen uit de Schriften zelf, zodat ze niet moeilijk<br />
zijn om te interpreteren. God noemde Israël in Ex. 19:5 Zijn persoonlijk eigendom (Hebr.<br />
cagullah, d.w.z. schat). Israël was in Assyrië en de wereld verstrooid. Jezus zei in Mat.<br />
13:38: “de akker is de wereld.” Vandaar dat Jezus kwam en de verloren stammen in hun<br />
verstrooiing verborgen in de wereld vond. Daarom kocht hij de gehele akker (de wereld)<br />
om zo de schat te verkrijgen. De hele wereld profiteert dus van de val van Israël.<br />
De tweede gelijkenis is als de eerste, maar deze keer vergelijkt Jezus Israël met een<br />
“parel van grote waarde”. En Johannes bevestigt dit door ons te zeggen dat de twaalf<br />
poorten van <strong>het</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Jeruzalem</strong> de twaalf stammen van Israël zijn – en zij worden de<br />
“twaalf parels” genoemd. Het enige verschil is dat Jezus hen allen bijeen vat als een<br />
“parel van grote waarde”, terwijl Johannes elke stam als parel beschrijft.<br />
Het eerder aangehaalde Jes. 60:18 zegt ons dat de poorten “lof” zijn. Dit is een<br />
uitdrukking, want Juda betekent “lofprijzing”. Juda moest de leidende stam van Israël<br />
zijn. Daarom vertegenwoordigt Juda in dit geval alle stammen, want op die dag zal de<br />
Koning van Juda – Jezus Christus – over alle stammen als een volk en over de gehele<br />
aarde regeren.<br />
Jes. 60:19, 20 zegt ons dat <strong>Jeruzalem</strong> geen zon of maan nodig heeft om haar licht te<br />
geven, want God Zelf zal haar licht zijn:<br />
19 De zon zal voor u niet meer zijn tot een licht overdag en als een schijnsel zal<br />
u de maan niet verlichten, maar de HEERE zal voor u zijn tot een eeuwig licht en<br />
uw God tot uw sieraad. 20 Uw zon zal niet meer ondergaan en uw maan zal zijn<br />
De strijd om <strong>het</strong> geboorterecht – bereastudies.nl
licht niet intrekken, want de HEERE zal voor u tot een eeuwig licht zijn en aan<br />
de dagen van uw rouw zal een einde komen.<br />
In Op. 21:23 profeteert Johannes <strong>het</strong>zelfde over <strong>het</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Jeruzalem</strong>,<br />
23 En de stad heeft de zon en de maan niet nodig om haar te beschijnen, want<br />
de heerlijkheid van God verlicht haar, en <strong>het</strong> Lam is haar lamp.<br />
Opnieuw zegt Jesaja 60:21 <strong>het</strong> volgende over <strong>Jeruzalem</strong>,<br />
21 Uw volk, zij allen zullen rechtvaardigen zijn, voor eeuwig zullen zij de aarde<br />
in bezit nemen. Zij zullen een stekje zijn, door Mij geplant, een werk van Mijn<br />
handen, opdat Ik verheerlijkt zal worden.<br />
Johannes laat in Op. 21:27 weerklinken dat alleen de rechtvaardigen <strong>het</strong> <strong>Nieuwe</strong><br />
<strong>Jeruzalem</strong> zullen bewonen:<br />
27 Al wat onrein is, zal er niet inkomen, en ook niemand die zich bezighoudt<br />
met gruwelen en leugens, maar alleen zij die geschreven zijn in <strong>het</strong> boek des<br />
levens van <strong>het</strong> Lam.<br />
Een eenvoudige vergelijking van Jes. 60:18-21 met Op. 21 verduidelijkt dat dit niet <strong>het</strong><br />
oude <strong>Jeruzalem</strong> is dat opgebouwd en verheerlijkt wordt. Beide spreken van <strong>het</strong> licht van<br />
de zon en maan dat vervangen wordt door <strong>het</strong> licht van een goddelijke bron. Beide<br />
spreekt van zondaren die de stad niet binnen komen.<br />
Dit is <strong>het</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Jeruzalem</strong> wiens oorsprong niet op aarde maar in de hemel is. Ook<br />
moet opgemerkt worden dat de Bijbel nergens zegt dat <strong>het</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Jeruzalem</strong> uit de<br />
hemel zal neerdalen en <strong>het</strong> stuk vastgoed dat <strong>Jeruzalem</strong> wordt genoemd zal bedekken.<br />
Ik amuseer mij vaak vanwege de manier waarop men <strong>het</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Jeruzalem</strong> beschouwd<br />
als een fysieke stad van miljarden tonnen kilo’s dat met kranen en katrollen uit de ruimte<br />
komt zakken.<br />
Christenen moeten leren dat <strong>het</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Jeruzalem</strong> een geestelijke, hemelse “stad” is dat<br />
bij <strong>het</strong> herstel van alle dingen de hele aarde zal bedekken. Het doel van de fysieke<br />
schepping was om de heerlijkheid van God te openbaren en dit doel zal uiteindelijk<br />
behaald worden. Ondanks dat Adam de heerlijkheid van God verloor toen hij zondigde,<br />
zal de laatste Adam deze heerlijkheid tot de aarde herstellen. Jezus bad dat de wil van de<br />
Vader op aarde zou worden gedaan als in de hemel. Dit gebed zal verhoord worden als<br />
<strong>het</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Jeruzalem</strong> zich volledig op aarde zal vestigen, want <strong>het</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Jeruzalem</strong> is<br />
de wil van God voor de schepping. Maar in deze huidige tijd zucht heel de schepping nog<br />
in afwachting van de openbaringen van de zonen van God (Rom. 8:19), want wij zien<br />
nog niet dat alle dingen aan Christus onderworpen zijn (Heb. 2:8).<br />
PROFETIEËN OVER JERUZALEM EN SION<br />
Tot zover hebben we aangetoond dat de profetieën over <strong>Jeruzalem</strong> in Jesaja 60 in wezen<br />
dezelfde zijn als die over <strong>het</strong> “<strong>Nieuwe</strong> <strong>Jeruzalem</strong>” uit Openbaringen 21. Uit deze<br />
vergelijking blijkt dat <strong>het</strong> <strong>Nieuwe</strong> Testament “<strong>Jeruzalem</strong>” uit Jesaja 60 interpreteert als<br />
<strong>het</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Jeruzalem</strong>, in plaats van <strong>het</strong> oude. Uiteraard zijn de Joden, die niet met <strong>het</strong><br />
<strong>Nieuwe</strong> Testament overeenstemmen, <strong>het</strong> niet met de openbaring van Johannes eens.<br />
Maar als christenen geloven we dat de openbaring van Johannes goddelijk geïnspireerd is<br />
en wij concluderen dus dat God een nieuwe stad aan <strong>het</strong> bouwen is, dat verschilt van de<br />
oude stad.<br />
Naast “<strong>Jeruzalem</strong>” gebruikt de Bijbel ook vaak een andere term, namelijk “Sion” en de<br />
profetische eindtijd “dochter van Sion” (Jes. 62:11). Sion was in <strong>het</strong> Oude Testament de<br />
De strijd om <strong>het</strong> geboorterecht – bereastudies.nl
plaats van waaruit David <strong>Jeruzalem</strong> en de rest van Israël bestuurde. Het werd een<br />
symbool van leiderschap. Omdat de Bijbel binnen de profeten zowel over Sion als<br />
<strong>Jeruzalem</strong> spreekt, menen velen dat <strong>het</strong> Sion binnen Bijbelprofetie de fysieke locatie<br />
binnen de oude stad <strong>Jeruzalem</strong> is. Vandaar dat er vandaag de dag Zionisten zijn die hun<br />
vertrouwen in <strong>het</strong> oude <strong>Jeruzalem</strong> hebben gesteld, denkende dat dit de vervulling is van<br />
de beloften aan Abraham. Maar Hebreeën 12:22-24 zegt,<br />
22 Maar u bent genaderd tot de berg Sion en tot de stad van de levende God, tot<br />
<strong>het</strong> hemelse <strong>Jeruzalem</strong> en tot tienduizendtallen van engelen, 23 tot een<br />
feestelijke vergadering en de gemeente van de eerstgeborenen, die in de<br />
hemelen opgeschreven zijn, en tot God, de Rechter over allen, en tot de geesten<br />
van de rechtvaardigen, die tot volmaaktheid zijn gekomen, 24 en tot de<br />
Middelaar van <strong>het</strong> nieuwe verbond, Jezus.<br />
Het boek van Hebreeën zegt dat onze hoop op een meerdere Hogepriester (Jezus<br />
Christus) is gericht. Hij die Zijn dienstwerk in een meerdere tempel (ons hart) in een<br />
hemels <strong>Jeruzalem</strong> en haar meerere “berg Sion” door middel van een beter verbond<br />
verricht. Met andere woorden, er zal ook een nieuwe berg Sion zijn, net zoals er een<br />
Nieuw <strong>Jeruzalem</strong> is. De nieuwe Sion heeft alle eigenschappen van <strong>het</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Jeruzalem</strong>,<br />
maar <strong>het</strong> symboliseert de plek van Jezus’ regering, want Hij is de Zoon van David.<br />
Het boek Hebreeën is na de verwoesting van <strong>Jeruzalem</strong> (70 n.Chr.) geschreven om uit te<br />
leggen waarom God <strong>het</strong> toestond dat de oude stad en haar tempel verwoest werden.<br />
Vele vroege christenen (in <strong>het</strong> bijzonder zij die uit Judea kwamen) waren door die<br />
verwoesting totaal van de kaart, want zij begrepen nog steeds niet dat God de “slavin”<br />
en haar zoon (<strong>het</strong> priesterschap naar de ordening van Levi en <strong>het</strong> judaïsme zelf) had<br />
verbannen.<br />
PROFETIEËN OVER DE “HERBOUWDE” TEMPEL<br />
Ezechiël 40-48 spreekt van een “herbouwde” tempel. Over <strong>het</strong> algemeen nemen<br />
Bijbelleraren deze hoofdstukken letterlijk, zelfs tot <strong>het</strong> punt dat God weer over zal gaan<br />
op dierenoffers. Dit is o.a. gebasseerd op Ezechiël 43:18-27. Uiteraard moeten wij<br />
toegeven dat als God <strong>het</strong> verlangen had om een fysieke tempel in <strong>het</strong> oude <strong>Jeruzalem</strong> te<br />
bouwen en om <strong>het</strong> priesterschap naar de ordening van Levi opnieuw te wijden, wij<br />
zouden geloven dat <strong>het</strong> juaïsme opnieuw de ware religie zou worden, waarbij er in de<br />
toekomst wederom weer dierenoffers gebracht moeten worden.<br />
Maar laat <strong>het</strong> duidelijk zijn dat ik hier niets van geloof. Als christen heb ik kennis aan<br />
betere zaken. Zoals ik <strong>het</strong> zie is een dergelijke aanhankelijkheid of bekering tot <strong>het</strong><br />
judaïsme exact de slavernij waar de apostel Paulus in <strong>het</strong> boek Galaten voor waarschuwt.<br />
Hoeveel keer moet Paulus ons zeggen dat wij de tempel van God zijn voordat we dit ook<br />
echt gaan geloven?<br />
De tempel van Ezechiël zou ongetwijfeld als een letterlijk bouwwerk van hout en steen<br />
gebouwd zijn, als Israël en Juda zich in vroegere tijden ten minste hadden bekeert en<br />
naar <strong>het</strong> oude land waren teruggekeerd. Maar dit deden zij niet. Een <strong>deel</strong> van <strong>het</strong> huis<br />
van Juda keerde terug, maar Israël keerde niet terug. Daarom kwam Jezus om een<br />
nieuwe en betere tempel te vestigen, de tempel van ons lichaam. Dit was uiteraard vanaf<br />
<strong>het</strong> begin al <strong>het</strong> plan van God. Vanwege deze reden moet de profetie van Ezechiëls<br />
tempel volgens <strong>het</strong> Nieuwtestamentische model worden toegepast. De tempel van hout<br />
en steen is vervangen door een nieuwe tempel van levende stenen. Het priesterschap<br />
naar de ordening van Levi is vervangen door die naar de ordening van Melchizedek. De<br />
offerdienst is vervangen door <strong>het</strong> enige ware offer voor de zonde – Jezus Christus – die<br />
de vervulling van alle offers is.<br />
De strijd om <strong>het</strong> geboorterecht – bereastudies.nl
Volgens 1 Kor. 3:11 is Jezus, <strong>het</strong> enige fundament of de Hoeksteen die in deze <strong>Nieuwe</strong><br />
Tempel gelegd kon worden,<br />
11 Want niemand kan een ander fundament leggen dan wat gelegd is, dat is<br />
Jezus Christus.<br />
Als iemand een fysieke tempel in <strong>Jeruzalem</strong> probeert te bouwen, dan is dit een directe<br />
schending van de wil van God, want op geen mogelijkheid kunnen ze een fysieke tempel<br />
bouwen en Jezus nog steeds als fundament gebruiken.<br />
Door zijn sterven en Zijn neerliggen in de aarde was Zijn begrafenis <strong>het</strong> fundament van<br />
de <strong>Nieuwe</strong> Tempel. Later nam Hij op de Pinksterdag inwoning in de gelovigen om zo met<br />
levende stenen een begin te maken aan deze Tempel. Paulus vertelde de Efeziërs in Ef.<br />
2:19-22 <strong>het</strong> volgende,<br />
19 Zo bent u dan niet meer vreemdelingen en bijwoners, maar medeburgers van<br />
de heiligen en huisgenoten van God, 20 gebouwd op <strong>het</strong> fundament van de<br />
apostelen en profeten, waarvan Jezus Christus Zelf de hoeksteen is, 21 en op<br />
Wie <strong>het</strong> hele gebouw, goed samengevoegd, verrijst tot een heilige tempel in de<br />
Heere; 22 op Wie ook u mede gebouwd wordt tot een woning van God, in de<br />
Geest.<br />
De strijd om <strong>het</strong> geboorterecht – bereastudies.nl