samenwerkingsovereenkomst cliëntenraad - HVO-Querido

Partijen:
SAMENWERKINGSOVEREENKOMST
ZORGAANBIEDER - CLIËNTENVERTEGENWOORDIGING
De Stichting HVO-Querido te Amsterdam, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de
heer C.M.L.Blaas, bestuurder, in deze overeenkomst nader te noemen: de “Raad van
Bestuur”
en
de centrale cliëntenraad HVO-Querido, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door
mevrouw R.A. Mulder, voorzitter en hierbij tevens als gemachtigde optredende voor de
regioraden en de cliëntencommissies;
overwegende dat:
- partijen zijn overeengekomen dat op stichtingsniveau een centrale cliëntenraad
functioneert die met de bestuurder in een periodieke vergadering bijeenkomt, op
regionaal niveau regioraden zijn ingesteld die periodiek een overleg hebben met de
regiodirecteur en op het niveau van de werkeenheden cliëntencommissies functioneren;
- uit een evaluatie van een eerder afgesloten samenwerkingsovereenkomst een aantal
wijzigingen is voortgekomen, welke partijen in deze overeenkomst willen vastleggen met
inachtneming van de vigerende wet- en regelgeving inzake cliëntenmedezeggenschap;
komen het volgende overeen:
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze overeenkomst wordt verstaan onder:
a. Cliënt: de natuurlijke persoon die gebruik maakt van de hulp- en/of
dienstverlening van de zorgaanbieder.
b. Cliëntencommissie: de door de zorgaanbieder ingestelde commissie die de
gemeenschappelijke belangen van de cliënten binnen een
werkeenheid behartigt.
c. Regioraad: de door de zorgaanbieder ingestelde raad die de gemeenschappelijke
belangen van de cliënten binnen de regio(s)
behartigt.
d. Centrale cliëntenraad: de door de zorgaanbieder ingestelde raad die de gemeenschap
pelijke belangen van de cliënten binnen de stichting
behartigt.
e. Raad van Bestuur: de personen die gezamenlijk bekleed zijn met de dagelijkse
leiding van de Stichting HVO-Querido.
f. Raad van Toezicht: het orgaan dat belast is met het houden van toezicht op de
Raad van Bestuur.
g. Zorgaanbieder: de rechtspersoon Stichting HVO-Querido, die één of meer
regios in stand houdt.
h. Stichting: Stichting HVO-Querido, gevestigd te Amsterdam.
i. Regio: één van de binnen de Stichting functionerende
organisatorische eenheden.
j. Werkeenheid: een binnen de organisatie functionerend samenhangend
werkverband waaraan een teammanager leiding geeft.
Samenwerkingsovereenkomst Stichting HVO-Querido – Cliëntenvertegenwoordiging 1

k. Regiodirecteur: persoon belast met de dagelijkse leiding van alle
werkeenheden binnen de desbetreffende regio, die in (de
uitvoering van) deze overeenkomst namens de zorgaanbieder
het overleg voert met de regioraad.
l. Teammanager: leidinggevende van de werkeenheid, die (in de uitvoering van)
deze overeenkomst namens de zorgaanbieder het overleg
voert met de cliëntencommissie.
m. Cliëntenondersteuner: de functionaris, aangesteld door de zorgaanbieder, die tot taak
heeft de raden dan wel de commissies bij hun werkzaamheden
te ondersteunen.
n. Beleid: het behandelen of de wijze van behandelen van de
zorgaanbieder inzake de gevolgde beginselen of gedragslijn
van de stichting.
Artikel 2 Doelstelling
De centrale cliëntenraad stelt zich ten doel om, binnen het kader van de doelstellingen van de
stichting, de gemeenschappelijke belangen van de cliënten te behartigen.
De regioraad stelt zich ten doel om, binnen het kader van de doelstellingen van de regio’s, de
gemeenschappelijke belangen van de cliënten van de desbetreffende regio’s te behartigen.
De cliëntencommissie stelt zich ten doel om, binnen het kader van de doelstellingen van de
werkeenheid, de gemeenschappelijke belangen van de cliënten van de desbetreffende
werkeenheid te behartigen.
Artikel 3 Positionering raden en commissies
3.1 De centrale cliëntenraad, de regioraden en de cliëntencommissies hebben ten opzichte
van elkaar een zelfstandige positie.
3.2 De centrale cliëntenraad c.q. de regioraden c.q. de cliëntencommissies functioneren
binnen de kaders van het organisatiebeleid c.q. het van de organisatie afgeleide
regiobeleid c.q. het van de regio afgeleide beleid van de werkeenheid.
3.3 Besluitvorming c.q. advisering vindt plaats op de verschillende niveaus met
inachtneming van het onder het voorgaande lid gestelde inzake de beleidskaders. Met
andere woorden alleen de centrale cliëntenraad en de Raad van Bestuur kunnen
gezamenlijk wijzigingen of nieuw beleid vaststellen die de organisatie als geheel
betreffen, na raadpleging met hun achterban. Voor wat betreft de centrale cliëntenraad
zijn dit de regioraden.
De regiodirecteur en de regioraad zijn verantwoordelijk voor het vaststellen en wijzigen
van het beleid voor zover dat de kaders van de regio niet overstijgt. De achterban van
de regioraad bestaat uit de cliëntencommissies van de desbetreffende regio.
De teammanager en de cliëntencommissie zijn verantwoordelijk voor het vaststellen en
wijzigen van beleid voor zover dat de kaders van de werkeenheid niet overstijgt. De
achterban van de cliëntencommissies bestaat uit de cliënten van de desbetreffende
werkeenheid.
3.4 De raden en commissies zijn gehouden elkaar mondeling dan wel schriftelijk tijdig te
informeren over hun respectievelijke werkzaamheden en andere relevante
aangelegenheden.
Artikel 4 Overleg
4.1 Het overleg van de centrale cliëntenraad met de zorgaanbieder wordt namens de
zorgaanbieder gevoerd door de Raad van Bestuur.
4.2 De centrale cliëntenraad vergadert tenminste 5 maal per jaar met de Raad van Bestuur.
In deze vergaderingen worden aangelegenheden aan de orde gesteld die betrekking
hebben op het algemeen belang van cliënten van de Stichting en waarover de Raad van
Bestuur of de centrale cliëntenraad overleg wenselijk acht.
Samenwerkingsovereenkomst Stichting HVO-Querido – Cliëntenvertegenwoordiging 2

4.3 Overleg met de Raad van Bestuur kan verder plaatsvinden op schriftelijk verzoek van
de centrale cliëntenraad of van de Raad van Bestuur. Aan dit verzoek wordt binnen
uiterlijk 3 weken gehoor gegeven.
4.4 De overlegvergadering wordt, tenzij de centrale cliëntenraad en de Raad van Bestuur
een andere regeling treffen, beurtelings geleid door de Raad van Bestuur en de
voorzitter van de centrale cliëntenraad. De Raad van Bestuur draagt zorg voor
verslaglegging van de overlegvergadering.
4.5 Een overlegvergadering wordt geschorst wanneer de Raad van Bestuur of de centrale
cliëntenraad ten aanzien van een bepaald onderwerp afzonderlijk beraad nodig acht.
4.6 Voor het overleg van de regioraad met de zorgaanbieder zijn de bepalingen van lid 1 tot
en met lid 5 van toepassing, met dien verstande dat in plaats van centrale cliëntenraad
de regioraad gelezen moet worden, de Raad van Bestuur vervangen wordt door de
regiodirecteur en de stichting vervangen wordt door de regio.
4.7 Voor het overleg van de cliëntencommissie met de zorgaanbieder zijn de bepalingen
van lid 1 tot en met lid 5 van toepassing, met dien verstande dat in plaats van centrale
cliëntenraad de cliëntencommissie gelezen moet worden, de Raad van Bestuur
vervangen wordt door de teammanager en de stichting vervangen wordt door de
werkeenheid.
Artikel 5 Samenstelling
5.1 De zorgaanbieder stelt op stichtingsniveau een centrale cliëntenraad in. Op regioniveau,
een regioraad en op het niveau van de werkeenheid een cliëntencommissie.
5.2 Samenstelling van de centrale cliëntenraad, de regioraden en de cliëntencommissies
vindt plaats onder auspiciën van de betrokken raden en commissies zelf.
5.3 De werkwijze van de raden en commissies is vastgelegd in een huishoudelijk reglement.
Hierin zijn in ieder geval opgenomen: de benoemingsprocedure dan wel de wijze van
verkiezingen, de taakverdeling binnen de raden c.q. commissies en de werkwijze en
organisatie.
5.4 De centrale cliëntenraad bestaat uit minimaal 5 en maximaal 11 leden, de regioraad en
de cliëntencommissie bestaat uit minimaal 5 en maximaal 9 leden.
5.5 Tot lid van de centrale cliëntenraad kunnen alle cliënten, die gebruik maken van een of
meerdere diensten van de zorgaanbieder, worden benoemd, tot lid van de regioraad
kunnen worden benoemd zij die gebruik maken van de diensten van de betreffende
regio-eenheid en tot lid van de cliëntencommissie zij die gebruik maken van de diensten
van de betreffende werkeenheid.
5.6 Bij een tussentijdse vacature zal de betrokken raad c.q. commissie voorzien in de
voordracht ter vervulling daarvan.
5.7 Het lidmaatschap van de centrale cliëntenraad, de regioraad en de cliëntencommissie
eindigt:
- door opzegging door het betreffende lid;
- door overlijden van het betreffende lid;
- bij einde van een zittingsperiode;
- uiterlijk een jaar nadat de hulp- of dienstverlening door HVO-Querido aan cliënt is
beëindigd;
- door opzegging door de raad of commissie overeenkomstig het huishoudelijk
reglement.
Artikel 6 Zittingsperiode
6.1 Een zittingsperiode van de leden van de centrale cliëntenraad omvat 4 jaar.
6.2 Leden van de centrale cliëntenraad zijn terstond herbenoembaar, maximaal 2 keer voor
een periode van 4 jaar. De zittingsduur bedraagt dus maximaal 12 jaar.
6.3 Ten behoeve van de continuïteit stellen zowel de centrale cliëntenraad, de regioraad als
de cliëntencommissies een rooster van aftreden vast.
6.4 Leden van het dagelijks bestuur van de centrale cliëntenraad kunnen, binnen de
maximale zittingstermijn, maximaal 1 keer voor een periode van 4 jaar herbenoemd
Samenwerkingsovereenkomst Stichting HVO-Querido – Cliëntenvertegenwoordiging 3

worden. De ambtstermijn voor leden van het dagelijks bestuur bedraagt dus maximaal
8 jaar. Daarnaast kunnen zij dus nog maximaal 4 jaar als lid fungeren.
Artikel 7 Het geven van informatie over de raden en commissies
7.1 De Raad van Bestuur informeert de cliënten en de medewerkers schriftelijk over het
bestaan van raden c.q. commissies en over de inhoud van deze overeenkomst.
7.2 De raden en commissies informeren de cliënten over hun werkzaamheden.
7.3 De Raad van Bestuur neemt in het jaarverslag een paragraaf op over de
cliëntenvertegenwoordiging.
Artikel 8 Taken en bevoegdheden van de raden en commissies
8.1 De Raad van Bestuur stelt de centrale cliëntenraad in ieder geval in de gelegenheid
advies uit te brengen over elk voorgenomen besluit inzake:
a. een wijziging van de doelstelling of de grondslag van de organisatie;
b. het overdragen van de zeggenschap of fusie of het aangaan of verbreken van een
duurzame samenwerking met een andere instelling;
c. de gehele of gedeeltelijke opheffing van de stichting, verhuizing of ingrijpende
verbouwing;
d. een belangrijke wijziging in de organisatie;
e. een belangrijke inkrimping, uitbreiding of andere wijziging van de
werkzaamheden;
f. het benoemen van personen die rechtstreeks de hoogste zeggenschap zullen
uitoefenen bij de leiding van de arbeid in de instelling;
g. de begroting en de jaarrekening van de stichting;
h. het algemeen beleid inzake de toelating van cliënten en de beëindiging van de
zorgverlening aan cliënten;
i. het aanstellen van personen in de functie van regiodirecteur of teammanager
conform de daartoe onderling overeengekomen regeling;
j. voedingsaangelegenheden van algemene aard en het algemeen beleid op het
gebied van veiligheid, gezondheid of hygiëne en de geestelijke verzorging van,
maatschappelijke bijstand aan en recreatiemogelijkheden en
ontspanningsactiviteiten voor cliënten;
k. de systematische bewaking, beheersing of verbetering van de kwaliteit van de aan
cliënten te verlenen zorg;
l. de vaststelling of wijziging van een regeling inzake de behandeling van klachten
van cliënten en het aanwijzen van personen die belast worden met de behandeling
van klachten van cliënten;
m. de vaststelling of wijziging van deze regeling en de vaststelling of wijziging van
andere voor cliënten geldende regelingen;
8.2 De centrale cliëntenraad heeft de bevoegdheid om voor het verrichten van zijn
werkzaamheden informatie in te winnen, met inachtneming van de wettelijke
bescherming van de persoonlijke levenssfeer van betrokkenen en overige wet- en
regelgeving. De raad heeft daartoe toegang tot de werkeenheden van de organisatie.
Als een lid van de centrale cliëntenraad met meerdere bewoners en/of medewerkers wil
praten, ruimtes wil bezichtigen etc., zal hij/zij dit alleen doen na overleg met de
leidinggevende van de betreffende werkeenheid en overleg met de regioraad.
8.3 De centrale cliëntenraad is bevoegd om medewerkers op grond van een bepaalde
deskundigheid te raadplegen, dan wel een of meer derden van buiten de organisatie
inlichtingen en adviezen te vragen met het oog op de behandeling van een bepaald
onderwerp.
8.4 De Raad van Bestuur vraagt aan de centrale cliëntenraad advies op een zodanig tijdstip
dat het advies nog van wezenlijke invloed kan zijn op het te nemen besluit.
8.5 De centrale cliëntenraad is bevoegd de Raad van Bestuur ook ongevraagd advies te
geven inzake de in artikel 8.1. genoemde – en andere onderwerpen die voor cliënten
van de stichting van belang zijn.
Samenwerkingsovereenkomst Stichting HVO-Querido – Cliëntenvertegenwoordiging 4

8.6 De centrale cliëntenraad brengt het advies, tenzij anders is overeengekomen, binnen
zes weken schriftelijk uit aan de Raad van Bestuur.
8.7 De Raad van Bestuur neemt besluiten overeenkomstig het advies van de centrale
cliëntenraad. Neemt de Raad van Bestuur een besluit dat afwijkt van het advies van de
centrale cliëntenraad, dan dient dit besluit in de eerstvolgende vergadering te worden
toegelicht. Als met dit besluit niet kan woreen gewacht tot de eerstvolgende
vergadering, dan wordt de centrale cliëntenraad schriftelijk (met opgaaf van redenen)
geïnformeerd en zal alsnog toelichting volgen in de eerstvolgende vergadering.
8.8 Ten aanzien van de onderwerpen, genoemd in artikel 8.1. onder j tot en met l, heeft de
centrale cliëntenraad verzwaard adviesrecht. De Raad van Bestuur neemt, behoudens
voor zover het besluit moet worden genomen krachtens wettelijk voorschrift, geen van
een door de centrale cliëntenraad uitgebracht schriftelijk advies afwijkend besluit, tenzij
de commissie bedoeld in artikel 14 heeft vastgesteld dat de Raad van Bestuur bij
afweging van de betrokken belangen in redelijkheid tot zijn voornemen heeft kunnen
komen.
8.9 Een besluit van de Raad van Bestuur, genomen in strijd met artikel 8.8., is nietig, indien
de centrale cliëntenraad tegenover de Raad van Bestuur schriftelijk een beroep op de
nietigheid heeft gedaan. De centrale cliëntenraad kan slechts een beroep op nietigheid
doen binnen een maand nadat de Raad van Bestuur hem zijn besluit heeft
medegedeeld, dan wel, bij gebreke van deze mededeling, de centrale cliëntenraad is
gebleken dat de Raad van Bestuur uitvoering of toepassing geeft aan zijn besluit.
8.10 De regiodirecteur is gehouden om kwesties die specifiek betrekking hebben op de regio
ter advisering voor te leggen aan de betreffende regioraad. Daarbij geldt dat de
regioraad adviesrecht heeft op de onderwerpen genoemd in artikel 8.1 met dien
verstande dat deze onderwerpen het belang van de regio niet overstijgen.
8.11 De teammanager is gehouden om kwesties die specifiek betrekking hebben op de
werkeenheid ter advisering voor te leggen aan de betreffende cliëntencommissie.
Daarbij geldt dat de cliëntencommissie adviesrecht heeft op de onderwerpen genoemd
in artikel 8.1 met dien verstande dat deze onderwerpen het belang van de werkeenheid
niet overstijgen.
Artikel 9 Verplichtingen raden c.q. commissies
9.1 De raden c.q. commissies regelen schriftelijk hun werkzaamheden in een huishoudelijk
reglement. De inhoud van het huishoudelijk reglement mag niet strijdig zijn met de wet
of met deze overeenkomst.
9.2 De raden c.q. commissies nemen in het huishoudelijk reglement nadere regels op met
betrekking tot de vertegenwoordiging in en buiten rechte.
9.3 De raden c.q. commissies stellen jaarlijks een schriftelijk verslag op over de aard van
zijn werkzaamheden en de wijze waarop deze werkzaamheden worden uitgevoerd.
Artikel 10 Verplichtingen zorgaanbieder
10.1 De Raad van Bestuur c.g. de regiodirecteur c.q. de teammanager verstrekt de centrale
cliëntenraad c.q. de regioraad c.q. de cliëntencommissie tenminste eenmaal per jaar
algemene gegevens omtrent het beleid dat het afgelopen jaar is gevoerd en in het
komende jaar zal worden gevoerd.
10.2 De Raad van Bestuur draagt zorg voor een regeling in de statuten die voorzien in
cliënteninvloed op de samenstelling van de Raad van Toezicht, inhoudende dat
tenminste één lid in de Raad van Toezicht wordt benoemd op bindende voordracht van
de centrale cliëntenraad, tenzij de centrale cliëntenraad daarvan geen gebruik wenst te
maken.
10.3 De Raad van Bestuur draagt zorg voor een regeling met betrekking tot een
onafhankelijke klachtencommissie.
Samenwerkingsovereenkomst Stichting HVO-Querido – Cliëntenvertegenwoordiging 5

10.4 De Raad van Bestuur c.q. de regiodirecteur c.q. de teammanager verstrekt de centrale
cliëntenraad c.q. de regioraad c.q. de commissies tijdig en desgevraagd schriftelijk alle
inlichtingen en gegevens die deze voor de vervulling van zijn taak redelijkerwijs nodig
heeft. Bij voorgenomen besluiten wordt desgevraagd ook inzicht verschaft in:
a. de beweegredenen voor het te nemen besluit;
b. de gevolgen die het besluit heeft voor cliënten;
c. de naar aanleiding van het besluit te nemen maatregelen.
Artikel 11 Openbaarheid van stukken
11.1 De Raad van Bestuur stelt jaarlijks een schriftelijk verslag op over de wijze waarop de in
deze overeenkomst neergelegde afspraken binnen de stichting worden toegepast.
11.2 De Raad van Bestuur maakt binnen 10 dagen na vaststelling de volgende stukken
openbaar:
a. het jaarverslag van de stichting, daaronder begrepen het verslag over de kwaliteit
van zorg dat door de stichting jaarlijks op grond van de Wet kwaliteit
zorginstellingen wordt opgesteld;
b. de op schrift gestelde uitgangspunten voor het beleid, waaronder begrepen de
algemene criteria welke bij de zorgverlening worden gehanteerd;
c. de notulen van het managementteam;
d. het verslag zoals bedoeld in artikel 10.1;
e. de samenwerkingsovereenkomst tussen zorgaanbieder en centrale cliëntenraad;
f. een regeling inzake de behandeling van klachten van cliënten en andere voor
cliënten geldende regelingen.
11.3 De openbaarmaking geschiedt door de stukken voor de cliënten van de stichting ter
inzage te leggen en door toezending van afschriften van de stukken aan de centrale
cliëntenraad. De Raad van Bestuur maakt de cliënten kenbaar op voor de stichting
gebruikelijke wijze wanneer en waar de stukken voor cliënten ter inzage liggen.
11.4 Kosten voor het verstrekken van afschriften komen in beginsel ten laste van de
stichting, tenzij dit redelijkerwijs niet van de stichting kan worden gevergd.
Artikel 12 Faciliteiten
12.1 De centrale cliëntenraad stelt jaarlijks uiterlijk in augustus de begroting voor het
komende boekjaar op, waarin de deelbegrotingen van de regioraden en de
cliëntencommissies zijn opgenomen. De begroting geeft een raming van de kosten die
de raden c.q. commissies gedurende het daarop volgende jaar verwachten te maken.
De begroting behoeft de goedkeuring van de Raad van Bestuur.
12.2 Te maken kosten die het budget overschrijden, waaronder kosten voor de inschakeling
van externe derden, worden slechts vergoed na verkregen goedkeuring door de Raad
van Bestuur.
12.3 De centrale cliëntenraad legt jaarlijks, uiterlijk drie maanden na afloop van het
boekjaar, in een financieel jaarverslag verantwoording af aan de Raad van Bestuur over
de besteding van het door de Raad van Bestuur beschikbaar gestelde budget.
12.4 De leden van de raden en cliëntencommissies worden door de zorgaanbieder in de
gelegenheid gesteld om activiteiten ten behoeve van de cliëntenmedezeggenschap te
verrichten.
12.5 Bij de planning en uitvoering van hun activiteiten worden de raden en
cliëntencommissies ondersteund door daartoe door de Raad van Bestuur aangestelde
functionarissen; de cliëntenondersteuners.
Artikel 13 Relatie regioraad-centrale cliëntenraad
Ingeval sprake is van een interpretatieverschil tussen vertegenwoordigers van de raden
inzake de bevoegdheid van de centrale cliëntenraad en de regioraden vindt er (voorzitters-)
overleg plaats tussen de centrale cliëntenraad en de regioraden. Blijft het verschil van mening
bestaan, dan prevaleert het eindoordeel van de voorzitter van de centrale cliëntenraad.
Samenwerkingsovereenkomst Stichting HVO-Querido – Cliëntenvertegenwoordiging 6

Artikel 14 Vertrouwenscommissie
14.1 De zorgaanbieder stelt ex artikel 10 Wmcz een commissie van vertrouwenslieden in,
bestaande uit 1 lid op voordracht van de stichting en 1 lid op voordracht van de centrale
cliëntenraad. De leden van de commissie van vertrouwenslieden kiezen gezamenlijk een
derde lid, die gaat functioneren als voorzitter van deze commissie.
14.2 De commissie van vertrouwenslieden heeft tot taak te bemiddelen en zonodig bindende
uitspraak te doen:
a. op verzoek van de centrale cliëntenraad in geschillen met de Raad van Bestuur over
de uitvoering van de artikelen 3, 4 eerste en derde lid, 5 eerste lid en 9 van de
Wmcz;
b. op verzoek van de Raad van Bestuur, indien deze ten aanzien van een onderwerp
genoemd in artikel 8.8. van deze overeenkomst een van dat schriftelijk uitgebracht
advies afwijkend besluit wil nemen;
c. in alle gevallen waarin de Raad van Bestuur en de centrale cliëntenraad gezamenlijk
een beroep doen op de commissie van vertrouwenslieden.
14.3 De kosten van het voeren van rechtsgedingen door de centrale cliëntenraad komen
alleen ten laste van de stichting indien de Raad van Bestuur van de te maken kosten
vooraf in kennis is gesteld.
Artikel 15 Geheimhouding
De leden van de raden en cliëntencommissies zijn ten opzichte van derden verplicht tot
geheimhouding van alle informatie die zij in hun hoedanigheid van lid vernemen en waarvan
zij het vertrouwelijke karakter kennen dan wel redelijkerwijs kunnen vermoeden. De plicht tot
geheimhouding geldt ook na beëindiging van het lidmaatschap.
Artikel 16 Inwerkingtreding, wijziging en beëindiging van de overeenkomst
16.1 Deze overeenkomst treedt in werking op de datum waarop deze is ondertekend.
16.2 Deze overeenkomst kan uitsluitend worden gewijzigd indien de Raad van Bestuur en de
centrale cliëntenraad schriftelijk met een voorgestelde wijziging hebben ingestemd.
Artikel 17 Evaluatie
Deze overeenkomst wordt voor uiterlijk december 2013 geëvalueerd.
Aldus vastgesteld te Amsterdam op 1 december 2011
…………………………………… ……………………………………
C.M.L. Blaas R.A. Mulder
Raad van Bestuur Voorzitter Centrale Cliëntenraad
Samenwerkingsovereenkomst Stichting HVO-Querido – Cliëntenvertegenwoordiging 7