rapport Randenbeheer in het GLB - Clm
rapport Randenbeheer in het GLB - Clm
rapport Randenbeheer in het GLB - Clm
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Dit zijn de volgende randvoorwaarden:<br />
Algemeen<br />
• Onkruidbestrijd<strong>in</strong>g bij voorkeur mechanisch (schoffelen of maaien), handmatig,<br />
of eventueel pleksgewijs chemisch bestrijden (met rugspuit).<br />
• Buiten <strong>het</strong> aanleggen en maaien van de rand mag er door de rand heen gereden<br />
worden met beleid. Het kan noodzakelijk zijn om vanwege werkzaamheden<br />
<strong>in</strong> <strong>het</strong> gewas de rand te moeten berijden. De rand mag niet kapotgereden<br />
worden. Bijvoorbeeld de voorwaarden uit de huidige SNL regel<strong>in</strong>g voor broedende<br />
akkervogels hanteren: maximaal 10% van de oppervlakte mag bedekt<br />
zijn met rijsporen.<br />
Milieurand<br />
• Aanleg bij voorkeur langs watervoerende sloten.<br />
• Grasmengsel <strong>in</strong>zaaien.<br />
FAB rand<br />
• Aanleg bij voorkeur langs graan en aardappel.<br />
• Vastgesteld zaaimengsel gebruiken voor eenjarige en meerjarige randen.<br />
Vogelrand<br />
• Vastgesteld zaaimengsel - eventueel regionaal gedifferentieerd - gebruiken<br />
voor broedende en overw<strong>in</strong>terende vogels.<br />
Deze opzet biedt de mogelijkheid voor agrarische natuurverenig<strong>in</strong>gen (of andere<br />
gebiedscollectieven) om b<strong>in</strong>nen de groep te zorgen dat de randen zo veel mogelijk<br />
b<strong>in</strong>nen deze randvoorwaarden worden aangelegd en beheerd. B<strong>in</strong>nen <strong>het</strong> <strong>GLB</strong> krijgen<br />
collectieven (agrarische natuurverenig<strong>in</strong>gen) hiertoe voor <strong>het</strong> agrarische natuurbeheer<br />
de mogelijkheid via gebiedscontracten. Ook overheden, zoals waterschappen<br />
en prov<strong>in</strong>cies, kunnen aan de hand van deze drie type randen, en<br />
eventueel aangevuld met extra randvoorwaarden, met boeren overleggen over de<br />
mogelijkheden van randen <strong>in</strong> hun gebied.<br />
Inpasbaarheid moet bekeken worden op bedrijfsniveau en gebiedsniveau. Op bedrijfsniveau<br />
hangt dit o.a. samen met de werkbreedte, de al dan niet aanwezigheid<br />
van ‘scheve’ percelen, die met gerende randen een recht productieperceel opleveren,<br />
<strong>het</strong> gebruik van <strong>het</strong> maaisel en de beschikbaarheid van apparatuur. Op gebiedsniveau<br />
wordt door agrarische natuurverenig<strong>in</strong>g Oost-Gron<strong>in</strong>gen (ANOG) geëxperimenteerd<br />
met gebiedssamenwerk<strong>in</strong>g. Voordelen daar zijn o.a.: <strong>het</strong> delen van<br />
kennis, gezamenlijke <strong>in</strong>koop van zaaizaad, <strong>in</strong>zet apparatuur, samenwerk<strong>in</strong>g met de<br />
buren, bijv. <strong>in</strong> <strong>het</strong> gebruik van <strong>het</strong> maaisel door een veehouder en de mogelijkheid<br />
van <strong>het</strong> uitruilen van een deel van de aan te leggen randen tussen bedrijven. In <strong>het</strong><br />
Advies van Schipluiden, een advies over de <strong>in</strong>vull<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> nieuwe <strong>GLB</strong> aan <strong>het</strong><br />
m<strong>in</strong>isterie van EL&I opgesteld door tien boeren, wordt ook gepleit voor deze collectieve<br />
aanpak.<br />
Aanbevel<strong>in</strong>gen<br />
• Het aanbevelen van één type rand lijkt aantrekkelijk gezien de eenvoudige<br />
organisatie vanuit <strong>het</strong> <strong>GLB</strong>. Maar voor de effectiviteit van de rand voor waterkwaliteitsdoelstell<strong>in</strong>gen,<br />
en <strong>in</strong> <strong>het</strong> bijzonder voor biodiversiteitsdoelstell<strong>in</strong>gen<br />
(FAB en vogels), is <strong>het</strong> noodzakelijk om randen met speciale zaadmengsels <strong>in</strong><br />
te zaaien en specifiek beheer uit te voeren.<br />
20