25.09.2013 Views

1 Schoolplan 't Genseler 2011 – 2015 Inleiding 3 1 ... - OSG Hengelo

1 Schoolplan 't Genseler 2011 – 2015 Inleiding 3 1 ... - OSG Hengelo

1 Schoolplan 't Genseler 2011 – 2015 Inleiding 3 1 ... - OSG Hengelo

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

<strong>Schoolplan</strong> ’t <strong>Genseler</strong> <strong>2011</strong> <strong>–</strong> <strong>2015</strong><br />

<strong>Inleiding</strong> 3<br />

1 Algemene schoolgegevens<br />

1.1 Wettelijk kader <strong>OSG</strong> 4<br />

1.2 Bevoegd gezag 4<br />

1.3 Schoolleiding 4<br />

1.4 Locatie Praktijkonderwijs ‟t <strong>Genseler</strong> 4<br />

1.5 Schoolgrootte 5<br />

2 Collectieve ambitie<br />

2.1 Collectieve ambitie 6<br />

2.2 Collectieve ambitie nader uitgewerkt 6<br />

3 Kernkwaliteit van de school<br />

3.1 Leerlingen met een aanvullende problematiek 9<br />

3.2 Oplossingsgericht werken 9<br />

3.3 Pedagogisch klimaat 9<br />

3.4 Coachingsgesprekken 10<br />

3.5 IOP 10<br />

4 Onderwijsbeleid<br />

4.1 Werken in twee clusters 12<br />

4.2 Onderbouw<br />

4.2.1 Algemeen 12<br />

4.2.2 De jaargroepen 12<br />

4.3 Bovenbouw<br />

4.3.1 Algemeen 13<br />

4.3.2 De jaargroepen 14<br />

4.4 De maatschappelijke stage 15<br />

4.5 Wet-, en regelgeving overheid 15<br />

5 Zorgstructuur<br />

5.1 Mentoraat 16<br />

5.2 Basiszorg/ speciale zorg 16<br />

5.3 Samenstelling zorgteam 16<br />

5.4 De opdracht van het zorgteam 16<br />

5.5 Het zorgadvies team 17<br />

6 Personeelsbeleid<br />

6.1 Doelstellingen Integraal personeelsbeleid 18<br />

6.2 Nieuwe collega‟s 19<br />

6.3 Taakbeleid 19<br />

6.4 Arbeidsomstandigheden 19<br />

1


7 Kwaliteitsbeleid<br />

7.1 Stimulans 21<br />

7.2 Kwaliteitszorgmeter Praktijkonderwijs 21<br />

7.3 Ouderplatform 21<br />

7.4 Leerlingenraad 22<br />

7.5 Uitstroommonitor 22<br />

7.6 Managementverantwoording 23<br />

7.7 Vensters voor Verantwoording 23<br />

8 Financieel beleid<br />

8.1 Materieel beleid 24<br />

8.2 Huisvestingsbeleid 25<br />

9 Netwerken<br />

9.1 Ouders 26<br />

9.2 Stagebedrijven 26<br />

9.3 Collega-scholen<br />

9.3.1 Toeleverende scholen 26<br />

9.3.2 Scholen waarnaar wij verwijzen 26<br />

9.3.3 Scholen voor praktijkonderwijs 27<br />

9.4 Overig 27<br />

10 Bijlagen<br />

10.1 Ontwikkelagenda 28<br />

10.2 Projectplan 30<br />

10.3 Scholingsplan 31<br />

10.4 Evaluatie ontwikkelagenda 34<br />

10.5 Evaluatie projecten 36<br />

10.6 Evaluatie scholingsplan 37<br />

2


<strong>Inleiding</strong> schoolplan ’t <strong>Genseler</strong><br />

Het schoolplan bevat een omschrijving van het beleid van de praktijkschool.<br />

In het schoolplan is opgenomen het beleid in het kader van het onderwijs, de zorg,<br />

het personeel en de kwaliteitszorg. Daarnaast wordt er aandacht besteed aan de<br />

collectieve ambitie van ‟t <strong>Genseler</strong>, het financieel beleid en de huisvesting.<br />

Het schoolplan is een plan dat geschreven is voor de komende vier jaren. Dit is het<br />

schoolplan <strong>2011</strong> <strong>–</strong> <strong>2015</strong>. Het schoolplan is niet op zich zelf staand. De meeste<br />

informatie die in het schoolplan verzameld is, is afkomstig van andere<br />

beleidsdocumenten. Het schoolplan wordt voor de zomervakantie jaarlijks met het<br />

team geëvalueerd. Na de zomervakantie wordt het nieuwe schoolplan in de<br />

personeelsvergadering besproken. Vervolgens wordt het schoolplan voorgelegd<br />

aan de medezeggenschapsraad. Na instemming van de medezeggenschapsraad<br />

wordt het schoolplan opgestuurd naar de inspectie.<br />

Het schoolplan van „t <strong>Genseler</strong> is in lijn met het actieplan van de minister van OC&W:<br />

“beter presteren: opbrengstgericht, ambitieus en keuzebewust”:<br />

Opbrengst gericht werken: aandacht voor het werken met de IOP‟s en de rol<br />

daarbij van de docent, de ouders en de leerling.<br />

Ambitieus: aandacht voor talentontwikkeling en competenties van leerlingen.<br />

Bewust kiezen: een belangrijk punt voor het succes van leerlingen. Goede<br />

voorbereiding in de PSO, de praktijkvakken, de stage en tijdens<br />

coachingsgesprekken.<br />

Het actieplan zich richt op het VO in het algemeen en niet specifiek op het<br />

praktijkonderwijs. Toch heeft ‟t <strong>Genseler</strong> gemeend om deze thema‟s in de school<br />

vorm te geven.<br />

In het laatste hoofdstuk staat aangegeven welke beleidsdocumenten en andere<br />

onderliggende stukken zijn gebruikt.<br />

In de bijlage zijn documenten te vinden, die jaarlijks worden bijgesteld. Deze gaan<br />

over de jaarlijkse ontwikkelingsplannen, projectplannen en de scholing van<br />

personeel. Een evaluatie maakt hiervan deel uit.<br />

‟t <strong>Genseler</strong>, school voor praktijkonderwijs,<br />

Gerard Löbker<br />

Eric Wennink<br />

Astrid de Jong<br />

3


1 Algemene schoolgegevens<br />

1.1 Wettelijk kader <strong>OSG</strong><br />

<strong>OSG</strong> <strong>Hengelo</strong> is een organisatie voor openbaar onderwijs. Het openbaar onderwijs is<br />

een publieke voorziening die voor iedereen open staat. De algemene<br />

toegankelijkheid is wettelijk gegarandeerd. Tevens bepaalt de wet dat het<br />

openbaar onderwijs aandacht besteed aan de pluriformiteit van godsdienstige,<br />

levensbeschouwelijke en maatschappelijke waarden.<br />

De gemeente heeft de grondwettelijke verplichting om zorg te dragen voor<br />

voldoende aanbod van openbaar onderwijs. De gemeente <strong>Hengelo</strong> heeft, in het<br />

geval van de <strong>OSG</strong>, een stichting in het leven geroepen die de statutaire taak heeft<br />

om openbaar onderwijs aan te bieden. De gemeente houdt toezicht op de stichting<br />

om daarmee te garanderen dat de stichting daadwerkelijke onderwijs verzorgt. Dat<br />

verklaart de speciale rol die de gemeente speelt ten aanzien van de “Stichting <strong>OSG</strong><br />

<strong>Hengelo</strong>”.<br />

De <strong>OSG</strong> valt onder de Wet op het Voortgezet Onderwijs. Deze wet stelt eisen aan de<br />

inhoud van het onderwijs en regelt de bekostiging. Daar naast zijn andere specifieke<br />

wetten van toepassing, zoals de Wet medezeggenschap scholen. Naast de<br />

specifieke op het onderwijs gericht wetten bevat ook de algemene wetgeving<br />

regels die op het onderwijs van toepassing zijn. Het gaat hier met name om de Arbo,<br />

de WIA (Wet Inkomen en Arbeid), de ANW (Algemene Wet Bestuursrecht) en het<br />

Burgerlijk Wetboek.<br />

1.2 Bevoegd gezag<br />

Binnen de <strong>OSG</strong> is er een institutionele scheiding aangebracht tussen de bestuurlijke<br />

en de toezichthoudende functie. De bestuurlijke functie ligt bij de directeur/<br />

bestuurder. De Raad van Toezicht fungeert als toezichthouder op de directeur/<br />

bestuurder en de algemene gang van zaken van de <strong>OSG</strong> <strong>Hengelo</strong>.<br />

De medezeggenschap is op twee niveaus georganiseerd. De overkoepelende<br />

medezeggenschapsraad en de deelraden op de vestigingen.<br />

1.3 Schoolleiding<br />

De <strong>OSG</strong> heeft een bestuursbureau waarin de algemene zaken van de school<br />

geregeld worden op het gebied van algemene zaken, personeel, huisvesting,<br />

financiën, ICT en strategisch beleid. De <strong>OSG</strong> heeft vier onafhankelijke vestigingen<br />

waarvan ‟t <strong>Genseler</strong>, met een eigen brinnummer, deel uitmaakt.<br />

In de notitie: bestuur en directievoering <strong>OSG</strong>, hebben de directeur/ bestuurder, de<br />

directeur van het bestuursbureau en de directeuren van de scholen afspraken met<br />

elkaar gemaakt over interne organisatorische bevoegdheden en het<br />

managementstatuut.<br />

1.4 Locatie Praktijkonderwijs ‟t <strong>Genseler</strong><br />

Het praktijkonderwijs wordt geleid door een directeur, mevrouw A. de Jong.<br />

Zij wordt ondersteund door de heer G. Löbker, adjunct-directeur en teamleider<br />

bovenbouw en de heer E. Wennink, teamleider onderbouw.<br />

4


In het document directievoering/ MT ‟t <strong>Genseler</strong> staan alle specifieke taken en<br />

verantwoordelijkheden benoemd. ‟t <strong>Genseler</strong> heeft twee teams die vergaderen in<br />

afzonderlijke clusters. De clusters worden ondersteund door groepen van docenten<br />

in taak-, werk- en vakgroepen om het onderwijs mede vorm te geven. Het zorgteam<br />

vormt een wezenlijk onderdeel van de school en is voorwaarde scheppend om het<br />

leren mogelijk te maken en te bevorderen.<br />

1.5 Schoolgrootte<br />

‟t <strong>Genseler</strong> is een school van 225 leerlingen. Het leerlingen aantal is jaarlijks zeer<br />

stabiel. De school heeft ongeveer 50 personeelsleden, bestaande uit docenten,<br />

ondersteunend personeel en schoolleiding.<br />

5


2 Collectieve ambitie<br />

<strong>OSG</strong> <strong>Hengelo</strong> heeft een gezamenlijke slogan: kleur je toekomst! Elke school wordt<br />

gesymboliseerd door een eigen kleur. Een eigen kleur, omdat elke school anders is.<br />

Voor „t <strong>Genseler</strong> is dit de kleur blauw.<br />

<strong>OSG</strong> <strong>Hengelo</strong> heeft een eigen missie en visie in ontwikkeling. Dat is een gezamenlijke<br />

inspanning van de scholen en van het bestuursbureau.<br />

Daarnaast hebben de scholen een eigen document. Voor ‟t <strong>Genseler</strong> is dit de<br />

collectieve ambitie, gemaakt in 2010. De collectieve ambitie heeft een aantal van<br />

dezelfde waarden als de <strong>OSG</strong> missie en visie en heeft daarbij praktijkschool<br />

specifieke ambities. Het motto van ‟t <strong>Genseler</strong>: het draait om jou.<br />

2.1 Collectieve ambitie<br />

De collectieve ambitie van ‟t <strong>Genseler</strong>, is uitgewerkt in zes thema‟s. Hieronder staan<br />

ze dikgedrukt.<br />

In paragraaf 2.2 zijn ze verbijzonderd. Elk schooljaar wordt één onderwerp<br />

geactualiseerd. Rondom dat onderwerp, vinden studiemiddagen plaats, zijn er<br />

werkgroepen actief en zijn er specifieke scholingsmogelijkheden.<br />

We willen een school zijn die:<br />

oog heeft voor kwaliteiten en mogelijkheden van elke leerling;<br />

ouders/ verzorgers erkent in hun primaire opvoedingsverantwoordelijkheid en<br />

kennis van hun kind;<br />

in de begeleiding van de leerling het team als meest belangrijke instrument<br />

ziet;<br />

het onderwijs afstemt op de kansen en mogelijkheden van elke leerling op<br />

weg naar werk;<br />

in de omgang met elkaar en de omgeving respect toont in woord en gedrag;<br />

naar de veranderende maatschappij gericht is.<br />

2.2 Collectieve ambitie nader uitgewerkt<br />

De leerling<br />

Aan ons de opdracht om samen met de leerling op zoek te gaan naar zijn talenten<br />

en capaciteiten. We ontmoeten een leerling voor wie het leren niet altijd<br />

vanzelfsprekend is. Kenmerkend voor het denken van deze jongeren is, dat het<br />

vooral gericht is op het concrete en het praktische. Het denken is sterk gebonden<br />

aan het hier en nu, aan het waarneembare.<br />

Leerlingen kunnen een onrealistisch zelfbeeld hebben en kunnen positieve<br />

gebeurtenissen soms niet lang vasthouden. Doordat ze tegen hun grenzen aanlopen<br />

kan er sprake zijn van minder zelfvertrouwen en een negatieve zelfwaardering.<br />

Voorwaarde om tot ontwikkeling te komen is het gevoel er te mogen zijn en zich<br />

veilig te voelen. Respect voor en naar elkaar is daartoe een voorwaarde.<br />

We veronderstellen een ontwikkeling van de leerling, waarbij hij uiteindelijk zelf<br />

keuzes gaat maken en zichzelf hiervoor ook verantwoordelijk voelt.<br />

Daarbij spelen naast ouders en personeel van de school ook medeleerlingen een rol.<br />

We willen de kennis, ervaring en sociale competenties van oudere leerlingen<br />

gebruiken en deze inzetten ten behoeve van jongere leerlingen, het zogenaamde<br />

“tutor” leren. Leerlingen leren aan en van elkaar.<br />

6


De ouders<br />

Wij erkennen de ouders in hun deskundigheid. Vanaf de aanmelding trekken wij met<br />

elkaar op. Hun kind/onze leerling is daarbij ons gezamenlijk uitgangspunt.<br />

Samenwerking is daarom voorwaarde voor een optimaal verloop van dit proces.<br />

Wij proberen ouders zo goed mogelijk van informatie te voorzien. Dit veronderstelt<br />

een intensief en op maat gesneden contact. We spelen in op de wensen van<br />

leerlingen en ouders, gericht op samenwerking en afstemming. Van belang is de<br />

“taal” van de ouders te spreken en te begrijpen, rekeninghoudend met ieders<br />

cultuur en achtergrond.<br />

We willen ouders actief betrekken en aan de school binden door ze nadrukkelijk uit<br />

te nodigen.<br />

Het team<br />

Het team van de school bestaat uit medewerkers met verschillende<br />

opleidingsachtergrond, deskundigheid en ervaring.<br />

De medewerkers zijn gekwalificeerd voor de taken waarvoor ze ingezet worden.<br />

Permanente educatie (in de breedste zin van het woord), is van wezenlijk belang<br />

binnen onze school om de deskundigheid te vergroten. Onze school kent<br />

generalisten en specialisten. We streven naar de eindverantwoordelijkheid van een<br />

specialist in ieder vakgebied.<br />

Een positief leef-, en werkklimaat binnen de school begint bij de medewerkers. Zij<br />

gaan op respectvolle wijze met elkaar om en vervullen hiermee een<br />

voorbeeldfunctie voor leerlingen. De benadering van leerlingen heeft een<br />

coachend karakter en is oplossingsgericht van aard.<br />

Het is aan de schoolleiding de verschillende kwaliteiten te erkennen, deze zo<br />

optimaal mogelijk in te zetten, ze verder te ontwikkelen en het personeel te<br />

motiveren en kansen te geven zich te scholen. Binnen deze processen wordt<br />

rekening gehouden met de belastbaarheid van de individuele medewerkers.<br />

Als professional willen we recht doen aan en gebruik maken van elkaars kwaliteiten<br />

en verschillen. Als lerende organisatie durven we ons kwetsbaar op te stellen. Als<br />

collega‟s vullen we elkaar aan, zowel wat betreft leeftijd en ervaring als<br />

vaardigheden.<br />

Onderwijskundige uitgangspunten<br />

Aan ons de opdracht maatschappelijke ontwikkelingen en ontwikkelingen op de<br />

arbeidsmarkt te herkennen en daar ons onderwijs op af te stemmen.<br />

We streven naar uitdagend onderwijs waar jongeren tot initiatief komen, zelfstandig<br />

opereren en minder afhankelijk van hulp worden. De leerling is in toenemende mate<br />

verantwoordelijk voor het eigen leer- en ontwikkelingsproces.<br />

Ons onderwijsaanbod richt zich op de sociale, emotionele, creatieve en<br />

verstandelijke ontwikkeling. We stellen ons programma voortdurend bij aan nieuwe<br />

ontwikkelingen. Dit veronderstelt afstemming, zodat in het aanbod samenhang<br />

gerealiseerd wordt. Samenhang tussen theorie en praktijk, alsook met betrekking tot<br />

zorg, arbeidsvoorbereiding en arbeidstoeleiding. Stage speelt daarin een<br />

nadrukkelijke rol. Wij werken vanuit de interesse en motivatie van de leerling.<br />

In dit proces speelt de mentor een belangrijke rol. Hij is de spil binnen het gehele<br />

onderwijsproces rondom de leerling. Hij coacht, informeert, initieert en organiseert<br />

volgens de principes van het oplossingsgericht werken. We zijn een school in<br />

beweging.<br />

7


In de omgang met elkaar<br />

Als professionele opvoeders moeten wij voorbeeldgedrag tonen. Respect voor<br />

elkaar is een basishouding. We keuren grensoverschrijdend gedrag af, maar<br />

daarmee niet de leerling als persoon. Daarnaast zien we het als onze opdracht om<br />

met de leerling op zoek te gaan naar kansen en kwaliteiten.<br />

We beogen de schoolregels zo beperkt mogelijk te houden. Dit om leerlingen uit te<br />

dagen zelf na te denken over wat wel en niet kan. Deze houding doet een appel op<br />

de eigen verantwoordelijkheid. In de toepassing van de regels wordt er rekening<br />

gehouden met de individuele leerling. We willen uitstralen het beste met de leerling<br />

voor te hebben.<br />

We vinden het belangrijk dat we doen wat we zeggen. Dit heeft een preventieve<br />

werking en zorgt voor duidelijkheid en een gevoel van veiligheid bij leerlingen.<br />

De maatschappij<br />

Het is onze opdracht om naar onze omgeving te kijken. Wat verwacht de<br />

maatschappij van onze leerlingen? De antwoorden vertalen wij naar ons<br />

onderwijsprogramma. Ouders, instanties, bedrijven en andere externen leveren een<br />

bijdrage. Wij bevragen ze op hoe ze vinden dat we ons werk doen. Zo willen we<br />

komen we tot het ontwikkelen van een individueel en op maat gesneden<br />

onderwijsaanbod.<br />

De leerling is de maat. Graag willen we leerlingen afleveren die zich bewust zijn van<br />

eigen talenten, beperkingen en zelf keuzes kunnen maken op basis van eigen<br />

verantwoordelijkheid.<br />

8


3 Kernkwaliteit van de school<br />

3.1 Leerlingen met aanvullende problematiek<br />

Bij vrijwel alle leerlingen binnen de school constateren we een grote achterstand in<br />

de ontwikkeling, in vergelijking met leeftijdsgenoten. Het betreft daarbij niet alleen<br />

een achterstand in leerbaarheid maar ook een achterstand in<br />

persoonlijkheidsontwikkeling.<br />

Daarnaast hebben milieuspecifieke factoren een grote invloed op bovenstaande.<br />

Ook treffen we vaak aanvullende problematiek aan; een combinatie tussen geringe<br />

leerbaarheid en/of zwakke persoonlijkheidsontwikkeling en andere belemmeringen<br />

als stoornissen in het autistisch spectrum, ADHD, lichamelijke beperkingen ( o.a.<br />

epilepsie, motorische belemmeringen, slechtziendheid) en hechtingsstoornissen.<br />

Bepalend bij plaatsing zijn de mate waarin aanpassingen (formatief, gebouw en<br />

toerusting) worden gevraagd en de omvang van de begeleidingsbehoefte.<br />

Ook van belang is of de leerling zich in groepsverband kan handhaven,<br />

manifesteren en ontwikkelen.<br />

Ten slotte vinden we het van belang zich met elkaar kunnen identificeren. Dat<br />

betekent dat gedrag, intelligentieniveau en uiterlijk passend moeten zijn bij de<br />

doelgroep.<br />

3.2 Oplossingsgericht werken<br />

De school heeft gekozen voor de methodiek “oplossingsgericht werken”, als wijze<br />

waarop wij binnen de school met elkaar om willen gaan. Omgang tussen<br />

leerkrachten en leerlingen is gericht op oplossingen en het in de toekomst<br />

voorkomen van problemen. Collega‟s leren op theoretische en praktische wijze<br />

gespreksvaardigheden die erop gericht zijn om beter naar elkaar te luisteren. De<br />

leerlingen worden begeleid in het zelf vinden van oplossingen (op zo‟n breed<br />

mogelijk gebied). De school pakt kwesties professioneel aan; de leerlingen en ouders<br />

hebben een stem en worden veelvuldig bij schoolzaken betrokken.<br />

Er hebben verschuivingen in het team plaatsgevonden: collega‟s zijn vertrokken en<br />

er zijn nieuwe mensen bijgekomen. Om de oplossingsgerichte cultuur binnen de<br />

school te handhaven gaan we wederom met scholing / training aan de slag. Het is<br />

de bedoeling dat tijdens het traject de “nieuwe collega‟s” meegenomen worden in<br />

het proces door collega‟s die al (ruime) ervaring hebben in het oplossingsgericht<br />

werken. De laatste studiemiddag zal dan ook met het hele team ingevuld worden.<br />

3.3 Pedagogisch klimaat<br />

Een steeds groter deel van de leerlingen dat wordt aangemeld, geeft aan liever niet<br />

naar ‟t <strong>Genseler</strong> te willen. Ouders/verzorgers geven aan geen andere keuze te<br />

hebben: „het moet maar.‟ Daarmee is de handdoek in de ring gegooid en is het de<br />

opdracht van de school een omslag in dit denkproces te bewerkstellingen.<br />

Potentiële leerlingen hebben een beschikking van de RVC nodig om toegang te<br />

krijgen tot het PrO. Op basis van minder of niet kunnen, volgt het advies PrO, soms<br />

LWOO. Daarmee zijn kind en ouder in de „kelder‟ van het VO beland.<br />

Vanaf de eerste schooldag probeert de school daarom ouders en leerlingen te<br />

overtuigen van wat allemaal kan en welke mogelijkheden er in het verschiet liggen.<br />

9


De Pilot “ouders voor ouders” is één van de initiatieven om de overgang naar het<br />

PrO zo goed mogelijk te laten verlopen. Ouders van leerlingen in groep 3 of 4<br />

coachen nieuwe ouders in een voor hen nieuwe en onwennige wereld.<br />

Erkenning, het er mogen zijn en persoonlijke aandacht zijn belangrijke factoren.<br />

Vanuit basale veiligheid en structuur werkt de school aan zelfredzaamheid, gevoel<br />

van eigenwaarde maar ook frustratietolerantie. Pas als er gevoel van welbevinden is<br />

ontstaan kan er gebouwd en gewerkt worden aan verdere persoonlijke en<br />

didactische ontwikkeling.<br />

Het pedagogisch klimaat is onze kracht. Binnen de school leeft een klimaat van<br />

vertrouwen, rust en regelmaat. Het is de basis waarop onze leerlingen het goed<br />

kunnen doen. Probleemgedrag bij leerlingen doet zich nauwelijks voor.<br />

Leerlingen weten dat grensoverschrijdend gedrag niet getolereerd wordt. Ze weten<br />

ook hoe de school dan handelt. Hieraan liggen protocollen ten grondslag. We<br />

proberen te doen wat we zeggen. Deze houding draagt bij aan het gevoel van<br />

veiligheid van leerlingen.<br />

3.4 Coachingsgesprekken<br />

Op ‟t <strong>Genseler</strong> wordt de leerling door de mentor gecoacht in het kader van de<br />

persoonlijke ontwikkeling. Coaching is een vorm van persoonlijke begeleiding op<br />

basis van een gelijkwaardige één-op-één relatie. De leerling leert en de coach, de<br />

leerkracht binnen de school, ondersteunt en begeleidt dit leerproces.<br />

Binnen het coachingsproces worden de doelen van te voren bepaald. Deze doelen<br />

zijn concreet. En wel; iets willen en kunnen wat de leerling voorheen niet kon. Het<br />

doel is om het gedrag te veranderen en bij te sturen. Het IOP is hier een mooi<br />

voorbeeld van.<br />

De rol van de leerkracht is kort en bondig: de leerkracht stelt voornamelijk vragen en<br />

spiegelt de antwoorden. De doelen worden verhelderd en in de context geplaatst.<br />

De leerling moet het gevoel krijgen dat er iets is om naar toe te werken, iets om naar<br />

uit te zien. De leerling moet leren uit het verleden en dit gebruiken voor de toekomst.<br />

De leerling zal een reëel maar positief zelfbeeld verkrijgen. De coachingsgesprekken<br />

zijn onderdeel van een proces en komen regelmatig terug. De mentor heeft een<br />

jaarrooster voor de coachinggesprekken. Van elk individueel gesprek wordt een<br />

verslag gemaakt.<br />

3.5 IOP<br />

Alle onderwijsvormen in het VO hebben Landelijke Eindtermen. De leerlingen<br />

moeten hieraan voldoen door het doen van een examen. Het rendement wordt op<br />

deze manier gemeten. Vastgesteld wordt, dat in het praktijkonderwijs rendement<br />

niet kan worden gemeten aan eindtermen of centrale examens. Er wordt onderwijs<br />

geboden op maat van de leerling. Daarom is op ‟t <strong>Genseler</strong> in 2009 een start<br />

gemaakt met het invoeren van een IOP.<br />

Het IOP is een ontwikkelingsplan van en voor de leerling. In het plan wordt het<br />

ontwikkelingsperspectief vastgelegd en de manier waarop de school hier <strong>–</strong> samen<br />

met de leerling - aan gaat werken. Het IOP is zinvol vanwege het maatschappelijke<br />

(zorg, maatschappij, arbeid)- en leerrendement (basis-, AVO- en praktijkvakken) van<br />

elke leerling. Het team werkt samen om met de leerling en de ouder(s)het maximale<br />

afgesproken rendement te behalen. De bewijzen zijn voor een belangrijk deel<br />

vastgelegd in het LVS en het portfolio.<br />

10


De leerling krijgt één IOP, dat is opgebouwd uit drie fasen. De opbouw bestaat uit<br />

een deel onderbouw, middenbouw en bovenbouw. De mentor vult het IOP in. De<br />

gegevens van het maatschappelijk rendement zijn afkomstig van de<br />

gedragsdeskundige. Voor de bovenbouw zijn ook de gegevens van het stageteam<br />

belangrijk. De gegevens van het leerrendement zijn van het team en de mentor zelf.<br />

De mentor is dus verantwoordelijk voor de invulling van het IOP en het verzamelen<br />

van de gegevens. De verantwoordelijkheid verschuift in de loop van de tijd van de<br />

mentor in de onderbouw naar de leerling in de bovenbouw. De leerling is in<br />

toenemende mate verantwoordelijk voor de inhoud van het document.<br />

11


4 Onderwijsbeleid<br />

4.1 Werken in twee clusters<br />

De school kent een onder- en een bovenbouwcluster. Het werken in twee clusters<br />

wordt door leerlingen en leerkrachten als heel plezierig ervaren. Het zorgt voor<br />

overzicht binnen de organisatie en het vergemakkelijkt het vergaderen. In de<br />

clustervergaderingen komen meer clustereigen onderwerpen aanbod, zoals<br />

voorlichting over de inhoud van de verschillende vakken, scholing, introductie van<br />

nieuwe leerlingen, bespreking van speciale problemen rond leerlingen , cluster<br />

gebonden activiteiten, enz. Bovendien is de scholing vaker specifiek gericht op een<br />

bepaald cluster.<br />

Werken in twee clusters werkt enerzijds professionaliserend en zorgt voor overzicht,<br />

anderzijds ontstaat er het gevaar van “eilandvorming”.<br />

De verantwoordelijke voor de goede gang van zaken in het cluster is de teamleider.<br />

Deze collega is formeel aangesteld en in de praktijk is hij/zij verantwoordelijk voor:<br />

het leerstofaanbod in het cluster<br />

het bieden van een optimale leersituatie voor leerlingen behorend tot het<br />

cluster<br />

de zorg voor het personeel<br />

(doen) coachen en begeleiden van nieuw personeel<br />

de begeleiding van stagiairs in het cluster<br />

het invoegen van nieuwe leerlingen<br />

4.2 Onderbouw<br />

4.2.1 Algemeen<br />

In de onderbouw zijn veiligheid en structuur kernbegrippen. Het leren vindt vooral<br />

plaats binnen de muren van het schoolgebouw.<br />

De leerlingen krijgen een brede oriëntatie op het onderwijsaanbod, dat gericht is op<br />

algemene, praktische, sociale en communicatieve vaardigheden. De mentor is het<br />

vaste aanspreekpunt voor de leerling en voor zijn/haar haar ouders. Hij/zij is de spil in<br />

de zorg rondom de leerling. De mentor is verantwoordelijk voor de oudercontacten<br />

en de rapportages rondom de leerlingen. Hij/zij verzorgt de meeste algemeen<br />

vormende vakken (AVO).<br />

De helft van de lessen bestaat uit AVO-vakken, zoals: Nederlands, Engels,<br />

rekenen/wiskunde, cultuur en maatschappij, verkeer, informatiekunde,<br />

gezondheidskunde en sociale vaardigheden.<br />

De andere vakken zijn praktijkvakken, zoals: koken, verzorging, techniek,<br />

handvaardigheid, bouw, metaaltechniek, textiele werkvormen, groen, muziek en<br />

lichamelijke opvoeding.<br />

Bij deze lessen is er aandacht voor de persoonlijke loopbaanoriëntatie van de<br />

leerling.<br />

4.2.2 De jaargroepen<br />

Onderbouw 1 (OB1): Er wordt aanvankelijk veel tijd gestoken in gewenning, je veilig<br />

voelen en aan groepsvorming. De lessen die gegeven worden staan hierboven<br />

beschreven. Het vak techniek is onder anderen de voorloper van de vakken bouw<br />

en metaaltechniek. Deze twee vakken komen de leerlingen in een later stadium<br />

(tweede leerjaar) tegen. De week wordt afgesloten met de hobbymiddag.<br />

12


Leerlingen maken onder schooltijd kennis met verschillende activiteiten waarmee ze<br />

op een zinvolle manier hun vrije tijd kunnen vullen.<br />

Onderbouw 2 (OB2): staat vooral in het teken van praktische sector oriëntatie<br />

(PSO.)Naast eerder genoemde vakken oriënteren de leerlingen zich dit jaar dankzij<br />

de praktijkvakken binnen het PSO op wat ze willen en wat ze kunnen. Aan het eind<br />

van dit tweede jaar worden er aan de hand van de ervaringen binnen het PSO, het<br />

assessment en meerdere gesprekken rondom het IOP, beslissingen genomen<br />

rondom de te kiezen richting van de leerling en worden de keuzevakken voor het<br />

derde jaar vastgesteld.<br />

Onderbouw 3 (OB3): de leerlingen gaan aan de slag met de keuzevakken. twee<br />

specialisaties waar ze vier lesuren per week aan werken. Niet gekozen praktijkvakken<br />

vallen af. In plaats daarvan krijgen ze beroepenoriëntatie en het vak arbeid.<br />

Halverwege het jaar vervangt de oriënterende stage het laatstgenoemde vak.<br />

Het doel van deze oriënterende stage is het in praktijk brengen van sociale<br />

vaardigheden, zoals het leggen van nieuwe contacten, het nakomen van afspraken<br />

en het ontwikkelen van een goede werkhouding. Daarnaast leren de leerlingen iets<br />

voor hun leefomgeving of voor anderen te doen, zonder daar een vergoeding voor<br />

te krijgen. De leerlingen lopen stage in een gezin of in een niet-commerciële<br />

instelling.<br />

4.3 Bovenbouw<br />

4.3.1 Algemeen<br />

In het verleden lag in de bovenbouw het accent nadrukkelijk op de voorbereiding<br />

op, en de begeleiding naar werk. Tegenwoordig is er steeds meer een combinatie<br />

van werk en aanvullende scholing mogelijk. Daarmee is onze opdracht gewijzigd en<br />

blijken we niet voor elke leerling eindonderwijs te zijn.<br />

Toeleiden naar arbeid veronderstelt het werken aan vaardigheden (sociaal,<br />

technisch, attitudes). De combinatie van werk en vervolgopleiding veronderstelt nu<br />

steeds meer een inzet op kennisverwerving. Leerlingen die de mogelijkheid blijken te<br />

hebben om rechtstreeks (warme overdracht) of door een inkooprelatie naar het<br />

ROC/AOC te kunnen, moeten vroegtijdig hierop voorbereid worden.<br />

Genoemde opleidingen veronderstellen een behoorlijk niveau op het gebied van<br />

taal, wiskunde en Engels. Daarnaast moeten leerlingen verslagen kunnen schrijven.<br />

Allemaal vaardigheden waar tot voor kort minder op werd ingezet door de school.<br />

Vanaf het schooljaar 2010-<strong>2011</strong> stromen leerlingen de bovenbouw in wanneer ze<br />

16 jaar zijn en beschikken over een voorlopig uitstroomprofiel in het kader van het<br />

IOP. Dit uitstroomprofiel is gebaseerd op de resultaten van schoolvorderingen, het<br />

IOP en het in O3 uitgevoerde assessment. Uiteraard zijn de bevindingen van<br />

genoemde drie componenten binnen de school breed bediscussieerd en met<br />

leerling en ouder/verzorger besproken.<br />

In het voorlopig uitstroomprofiel wordt aandacht besteed aan:<br />

de bevindingen van het assessment;<br />

sociaal-emotionele componenten;<br />

het niveau van de schoolse vaardigheden en mogelijkheden voor een<br />

vervolgopleiding;<br />

de voorlopige beroepsrichting<br />

mogelijk certificeringtraject<br />

13


voorlopige stagekeuze<br />

4.3.2 De jaargroepen<br />

De bovenbouw is opgebouwd uit drie elkaar opvolgende jaargroepen. Elke<br />

jaargroep bestaat uit twee of drie parallelgroepen. Hieronder een karakteristiek van<br />

elke jaargroep, met de opmerking dat elke jaargroep een zogenaamde A-groep<br />

heeft. Deze groep bestaat uit leerlingen die meer structuur en zorg behoeven. Het<br />

aantal contacten met de mentor is gemiddeld meer dan in de reguliere groepen.<br />

Daarnaast is de groep kleiner en zijn de perspectieven op reguliere arbeid of<br />

(aanvullende) scholing gemiddeld genomen kleiner dan in de reguliere groepen.<br />

Bovenbouw 1 (BB1)<br />

In bovenbouw 1 ziet het weekprogramma er als volgt uit:<br />

twee dagen AVO,<br />

twee dagen keuzevakken (twee verschillende)als voorbereiding op<br />

certificeringtraject(en) in BB2,<br />

één dag oriënterende stage in een door de leerling gekozen<br />

beroepsrichting.<br />

In bovenbouw 1 gaan leerlingen één dag per week stage lopen in een door hen<br />

gekozen beroepsrichting. Ervaring leert dat de periode van de stage kort is. Dat is<br />

ook wenselijk gezien het oriënterende karakter.<br />

Daarnaast kan de leerling zich bekwamen/specialiseren in twee praktijkvakken/<br />

beroepsrichtingen. Bedoeling is dat aan het einde van dit schooljaar de<br />

beroepsrichting en de praktijkvakrichting duidelijk is, zodat in BB2 hiervoor een<br />

branche erkend certificaat behaald kan worden.<br />

De mentor verzorgt het AVO. De aan de groep gekoppelde stageleerkracht heeft<br />

de rol van co-mentor en is zodoende op de hoogte van leerling specifieke<br />

informatie.<br />

Bovenbouw 2 (BB2)<br />

In bovenbouw twee ziet het weekprogramma er als volgt uit:<br />

twee dagen AVO,<br />

twee dagen stage ,<br />

één dag certificeringtraject.<br />

Het stagecomponent wordt in deze groep belangrijker. Hieraan gekoppeld is het<br />

contact en de invloed van de stageleraar. De stageleraar is in OB3 aan de leerlinggroepen<br />

gekoppeld en volgen/begeleiden de leerling tot het moment van<br />

schoolverlaten.<br />

In BB2 zijn de groepen opnieuw geformeerd. Dit heeft geleid tot de vorming van een<br />

voorbereidinggroep ROC/AOC. Deze groep leerlingen krijgen lesstof aangeboden<br />

die de overgang naar ROC/AOC zal vergemakkelijken.<br />

Omdat we proberen onderwijs op maat te verzorgen, zijn er vele leerlingen die een<br />

ander patroon van lessen volgen dan hierboven aangegeven. De rol van de mentor<br />

is er één van begeleider in plaats van instructeur. Leerlingen verkeren in de situatie<br />

dat ze meer naar buiten de school gericht zijn dan naar binnen.<br />

Bovenbouw 3 (BB3)<br />

In bovenbouw 3 ziet het weekprogramma er als volgt uit:<br />

14


drie dagen stage,<br />

een halve dag AVO,<br />

één dag keuzevak/ inkoop ROC / certificeringtraject.<br />

Bovenbouw 3 is de eindgroep van de school. Aan het einde van dat schooljaar, of<br />

als de situatie daarom vraagt eerder, zal de leerling met een dienstverband de<br />

school verlaten. Dit kan in combinatie zijn met een vervolgopleiding (BBL op het<br />

ROC). Leerlingen die aan de criteria hebben voldaan, volgen dit schooljaar binnen<br />

de kaders van een inkooprelatie met ROC/AOC een assistent-opleiding (niveau 1).<br />

Deze komt in de plaats van het keuze vak. Tijdens de terugkomdag wordt aandacht<br />

besteed aan de opdrachten van ROC/AOC.<br />

In bovenbouw 3 kennen we het fenomeen van de mentorgroepen niet meer. De<br />

stageleraar is nu de mentor en in het geval de leerling het ROC bezoekt, ook daar<br />

het aanspreekpunt.<br />

Nazorgtraject<br />

Dit betreft de groep leerlingen die nog 1 jaar worden gevolgd en begeleid na het<br />

verlaten van de school. Zij staan niet meer als leerling ingeschreven. Gedurende dit<br />

overstapjaar van school naar werk worden ze begeleid door de stageleraar.<br />

4.4 De maatschappelijke stage<br />

In het tweede en derde leerjaar van de onderbouw gaan we aan de slag met<br />

maatschappelijke stages. Leerlingen zijn op een vrijwillige manier actief in de<br />

maatschappij. Samen met de leerkracht gaan de leerlingen activiteiten bedenken,<br />

organiseren en uitvoeren. Ze gaan diensten aanbieden aan anderen en<br />

ondertussen aan de eigen persoonlijke ontwikkeling werken.<br />

4.5 Wet en regelgeving overheid<br />

Het kabinet kiest er nadrukkelijk voor om in te zetten op het versterken van ambities<br />

en betere prestaties van leerlingen in het voortgezet onderwijs. In het actieplan:<br />

Beter Presteren: opbrengstgericht en ambitieus, wordt hier aandacht aanbesteed. In<br />

dit licht worden uiteenlopende nieuwe maatregelen getroffen.<br />

Voor ‟t <strong>Genseler</strong> betekent dit:<br />

de lijn voortzetten van de IOP‟s, waarin de opbrengst centraal staat;<br />

doorgaan met kwaliteitsbeleid (Stimulans);<br />

doorgaan met scholing en met de ontwikkeling van het actieplan leerkracht:<br />

investeringen in de leraar;<br />

gebruik maken van landelijke diagnostische tussentoets om de<br />

referentieniveaus te meten. Met name daar waar de leerling de ambitie heeft<br />

om door te stromen naar het ROC (Pilots rekentoets, eerste pilot 2012, tweede<br />

pilot 2013)<br />

Ontwikkelen kwaliteitscriteria leerlingvolgsystemen;<br />

voortzetten van de samenwerken tussen scholen en bedrijven over stages<br />

(2012);<br />

verminderen regeldruk en administratieve lasten (2013).<br />

Naast bovenstaande regelgeving, geldt ook voor het praktijkonderwijs:<br />

leerlingen met een Pro beschikking zijn toelaatbaar;<br />

leerlingen die de school verlaten worden gedurende twee jaren gevolgd<br />

(Uitstroommonitor).<br />

15


5 Zorgstructuur<br />

5.1 Mentoraat<br />

Binnen het pedagogisch klimaat is een belangrijke rol weggelegd voor de mentor.<br />

Hij/zij is het aanspreekpunt voor de leerlingen. De mentor probeert nabij te zijn voor<br />

leerling en ouder. De mentor verzorgt de AVO vakken en het mentoruur. vier keer<br />

per jaar voert de mentor een coachingsgesprek met elke leerling. Dit is een gesprek<br />

op basis van een gezamenlijke agenda en op basis van gelijkwaardigheid en<br />

vertrouwen. Van dit gesprek wordt een verslag gemaakt welke door mentor en<br />

leerling wordt ondertekend voor akkoord.<br />

Andere functionarissen als de zorgcoördinator, de internbegeleider, het zorgteam,<br />

de schoolleiding en het onderwijs ondersteunend personeel, ondersteunen en<br />

faciliteren de mentor zodat deze zo optimaal mogelijk invulling kan geven aan het<br />

mentoraat.<br />

5.2 Basiszorg/ speciale zorg<br />

Het praktijkonderwijs, nu voortgezet onderwijs maar met roots, historie en traditie in<br />

het speciaal onderwijs, is een onderwijs met extra bekostiging. Hierdoor is de school<br />

in staat haar onderwijs zodanig te individualiseren, dat zij inhoud kan geven aan het<br />

begrip „onderwijs op maat‟. Alle leerlingen van de school en ook hun achterban<br />

profiteren van deze extra faciliteiten.<br />

In pakweg 10 procent van de gevallen blijkt dat deze basiszorg onvoldoende is. Bij<br />

deze leerlingen is naast een leer- en of ontwikkelprobleem sprake van aanvullende<br />

problematiek of handicaps.<br />

Voor een deel van deze groep maakt de school gebruik van de LGF-middelen en<br />

valt deze groep onder de vier clusters. Het andere deel van deze groep bestaat uit<br />

leerlingen waarvoor (nog) geen beschikking is aangevraagd of deze is geweigerd.<br />

Bovengenoemde categorie wordt besproken in het wekelijkse zorgoverleg.<br />

Voorzitter is de zorgcoördinator wiens taak het nadrukkelijk is zich te richten op deze<br />

categorie.<br />

Voor de andere groep is de mentor het aanspreekpunt met de internbegeleider als<br />

ondersteuner in het proces.<br />

5.3 Samenstelling zorgteam<br />

Het zorgteam bestaat uit:<br />

zorgcoördinator,<br />

schoolmaatschappelijk werkende,<br />

orthopedagoog,<br />

twee intern begeleiders,<br />

teamleiders bovenbouw en onderbouw.<br />

5.4 De opdracht van het zorgteam<br />

Op verzoek van de mentor, of geïnitieerd door de zorgcoördinator of<br />

internbegeleider, wordt een leerling op de agenda van het zorgoverleg geplaatst.<br />

De mentor vervaardigt een document waar de problematiek/hulpvraag van de<br />

leerling centraal staat. Buiten het overleg bespreken de verschillende disciplines met<br />

elkaar wie welke hulp kan bieden.<br />

16


In eerste instantie wordt gezocht naar hulp binnen de school. Daarnaast is het<br />

mogelijk aanvullend onderzoek te laten verrichten. Ook is het mogelijk dat het<br />

zorgteam tot de conclusie moet komen dat een andere onderwijsvorm mogelijk<br />

meer passend is.<br />

5.5 Het zorgadviesteam<br />

Naast een zorgteam beschikt de school ook over een zorgadviesteam (ZAT). Het ZAT<br />

koppelt de interne zorg van de school aan de externe. Voor leerlingen die in het ZAT<br />

worden besproken, geldt dat zij vaak ook bekend zijn bij andere<br />

hulpverleningsinstanties. De opdracht van het ZAT is met elkaar af te stemmen om<br />

tot één plan van aanpak te komen.<br />

Soms worden leerlingen besproken die dreigen uit te vallen door grensoverschrijdend<br />

gedrag, multi-probleem thuissituatie of veelvuldig verzuim.<br />

Het ZAT bestaat uit:<br />

de leerplicht,<br />

de schoolarts,<br />

maatschappelijk werk Carint,<br />

maatschappelijk werk MEE Twente,<br />

zorgcoördinator ‟t <strong>Genseler</strong>,<br />

schoolmaatschappelijk werkende ‟t <strong>Genseler</strong>,<br />

directielid ‟t <strong>Genseler</strong> met zorg in de portefeuille (voorzitter)<br />

jeugdagent politie Twente midden.<br />

Het ZAT komt vier keer per jaar bijeen.<br />

17


6 Personeelsbeleid<br />

6.1 Doelstellingen Integraal personeelsbeleid<br />

Het personeelsbeleid is gericht op het behalen van de onderwijskundige doelen van<br />

de school. Deze zijn geborgd middels onze collectieve ambitie. Naast goede en<br />

duidelijke arbeidsvoorwaarden in rechtspositionele zin, gaat het ook om een goed<br />

werkklimaat waarin het personeel zich geaccepteerd voelt. Een goede sfeer en<br />

onderlinge samenwerking zijn daarbij zeer belangrijke aspecten. Het verzorgen van<br />

kwalitatief goed onderwijs kan alleen worden waargemaakt als aan de genoemde<br />

voorwaarden voldoende aandacht wordt besteed.<br />

Het team van de school ziet zich, rekening houdend met de populatie en daaruit<br />

voortvloeiende problematiek, geplaatst voor een stevige opdracht. Deze opdracht<br />

wordt opgepakt vanuit een teamgerichte benadering. We hebben een<br />

gemeenschappelijke verantwoordelijkheid.<br />

‟t <strong>Genseler</strong> streeft er naar het beste uit medewerkers te halen, personeelsleden uit te<br />

dagen te doen waarin men goed is. Elke medewerker krijgt de gelegenheid zich te<br />

ontwikkelen en een bijdrage te leveren.<br />

In onze collectieve ambitie (2010) hebben we als team met elkaar vastgesteld dat<br />

we in de begeleiding van de leerling het team als meest belangrijke instrument zien.<br />

Dit betekent dat:<br />

we gebruik maken van elkaars kwaliteiten;<br />

we streven naar duidelijkheid in onze benadering naar leerlingen;<br />

we een uitdaging vinden in het voortdurend vernieuwen van ons<br />

onderwijs;<br />

we elkaar als collega‟s aanvullen zowel wat betreft leeftijd en<br />

en ervaring als vaardigheden;<br />

we ons onderwijs aanpassen aan de mogelijkheden van de leerling;<br />

we naar leerlingen maatwerk leveren.<br />

De schoolleiding streeft naar samenhang en duidelijkheid op het gebied van<br />

personeelsbeleid. Het gaat dan om:<br />

verschaffen van duidelijkheid in taken, bevoegdheden en<br />

verantwoordelijkheden van medewerkers (jaartaakgesprekken,<br />

functieomschrijvingen, gedifferentieerd taakbeleid);<br />

wederzijdse afstemming tussen schooldoelen en individuele doelen van<br />

medewerkers;<br />

aanpassing en verbetering van het huidige personeelsbeleid.<br />

De schoolleiding beoogt ontwikkeling van competenties op individueel, team-, en<br />

schoolniveau. Het gaat dan om:<br />

gericht met medewerkers werken aan de schooldoelen;<br />

competentieontwikkeling van medewerkers die vanzelfsprekend maar niet<br />

vrijblijvend is (individueel scholingsplan);<br />

faciliteren van scholingsbehoeften, vastgelegd in het scholingsplan.<br />

De schoolleiding wil werken aan verbetering van het onderwijsleerproces. Het gaat<br />

dan om:<br />

kwaliteitsverbetering van het onderwijs en nastreven van de doelstellingen<br />

van de school als omschreven in het schoolplan<br />

18


De schoolleiding wil gericht werken aan verbetering van de professionele cultuur.<br />

Dan gaat het om:<br />

het nemen van eigen verantwoordelijkheid door medewerkers van de<br />

school, waarover zij ook verantwoording moeten kunnen afleggen aan de<br />

schoolleiding;<br />

het stimuleren van een veilig en open klimaat, waarbinnen het<br />

vanzelfsprekend moet zijn elkaar gerichte feedback te geven;<br />

erkenning van het gegeven dat de kwaliteiten van medewerkers niet gelijk<br />

zijn en dat deze “erkende ongelijkheid”ook geaccepteerd wordt;<br />

het toewerken naar een proactieve houding van de medewerkers;<br />

het zichtbaar verhogen van het welbevinden van de medewerkers<br />

6.2 Nieuwe collega‟s<br />

Elke nieuwe aangestelde collega krijgt de beschikking over een persoonlijke coach;<br />

een ervaren leerkracht die in sommige gevallen de taak van co-mentor op zich<br />

neemt. Ook krijgt de nieuwe collega het “handboek nieuwe collega‟s “aangereikt.<br />

Dit boek verschaft veel informatie over de gang van zaken op school. Om zich goed<br />

te kunnen inwerken, de lessen voor te bereiden en de schoolcultuur eigen te maken,<br />

krijgt elke nieuw aangestelde collega 20 procent vrijstelling van lessen.<br />

Tevens is er het tweemaandelijks “overleg nieuwe collega‟s”. Bij dit overleg schuiven<br />

niet alleen nieuwe collega‟s aan maar juist ook de collega‟s die al enige jaren in<br />

dienst zijn. Dit vergemakkelijkt de uitwisseling van ervaringen.<br />

Ten slotte zijn er de gesprekken met de teamleider van de afdeling.<br />

Alle hierboven genoemde acties zijn er op gericht de nieuwe collega zich zo snel<br />

mogelijk thuis te laten voelen en zich gesteund te weten bij de uitvoering van de<br />

werkzaamheden.<br />

6.3 Taakbeleid<br />

Onderzoeken in het kader van de Risico Inventarisatie en Evaluatie (R, I en E) wijzen<br />

telkens weer op de werkdruk die door het personeel als belastend wordt ervaren. Dit<br />

thema komt ook altijd aan bod bij de jaartaakbespreking en bespreking van het<br />

bekwaamheidsdossier.<br />

Daarnaast kent de school een overzicht van alle taken met de daarbij behorende<br />

faciliteiten. Op basis hiervan wordt gestreefd naar een zo evenwichtig mogelijke<br />

verdeling van taken, het zgn. taaktoedelingsbeleid. Indien wenslijk worden<br />

persoonlijke bijstellingen gedaan om het werk op een gezonde en verantwoorde<br />

wijze te kunnen uitvoeren.<br />

6.4 Arbeidsomstandigheden<br />

Het welbevinden van elke medewerker werkzaam binnen de school, heeft voor de<br />

schoolleiding een hoge prioriteit waarop actief gestuurd wordt.<br />

Niet alleen worden de arbeidsomstandigheden middels het kwaliteitsonderzoek en<br />

de R, I en E regelmatig onderzocht, ook de opbrengsten uit de periodieke<br />

gesprekken met individuele collega‟s leveren voldoende resultaten om hierop het<br />

personeelsbeleid en taaktoedelingsbeleid aan te passen. Bekwaamheidsdossier en<br />

taaktoedelingsformulier zijn hiervoor uitgangspunt. Gezond zijn en blijven is beter dan<br />

weer gezond worden.<br />

19


Voor wat betreft dat laatste onderhoudt de school intensief contact met de<br />

arbodienst. Dit gebeurt telefonisch, schriftelijk en middels het SMO (Sociaal Medisch<br />

Overleg). In de uitvoering van het arbobeleid volgt de school de wettelijke kaders.<br />

20


7 Kwaliteitsbeleid<br />

7.1 Stimulans<br />

Scholen voor Praktijkonderwijs ontwikkelen samen met het Platform Praktijkonderwijs<br />

“Stimulans”. Dit is een traject waarmee gericht wordt gewerkt aan betere<br />

kwaliteitszorg, aan het in beeld brengen van opbrengsten en aan een goede<br />

verslaglegging.<br />

7.2 Kwaliteitszorgmeter Praktijkonderwijs<br />

In 2007 is ‟t <strong>Genseler</strong> van start gegaan met de kwaliteitsmeter van Stimulans. Dit<br />

systeem van kwaliteitszorg is geschreven voor het praktijkonderwijs en onderzoekt en<br />

bevraagt vijf doelgroepen:<br />

management en personeel,<br />

leerlingen,<br />

ouders,<br />

relaties,<br />

stagebedrijven.<br />

Dit traject is doorlopen op advies en ondersteuning van het Landelijk Werkverband<br />

en leidt op ‟t <strong>Genseler</strong> tot een jaarlijkse ontwikkelagenda. Teambreed en in<br />

werkgroepen is hier hard aan gewerkt.<br />

Eind schooljaar 2009-2010 zijn alle onderdelen van de ontwikkelagenda<br />

geëvalueerd. Naar aanleiding daarvan is het ontwikkelplan 2010-<strong>2011</strong> ontstaan. Ook<br />

een deel van de projecten 2010-<strong>2011</strong> zijn daaruit voortgekomen.<br />

In het schooljaar 2010-<strong>2011</strong> hebben wij de volledige cyclus weer laten draaien.<br />

Resultaten zijn nu te vergelijken en conclusies kunnen worden getrokken. We kunnen<br />

kijken of de verrichte arbeid effect heeft gehad. Ook zullen er (nieuwe) zaken aan<br />

de orde komen die extra aandacht vragen. Dankzij de kwaliteitszorgmeter kunnen<br />

wij aan benchmarking doen. We kunnen ons meten met andere scholen voor<br />

praktijkonderwijs, zowel landelijk als regionaal.<br />

7.3 Ouderplatform<br />

Naast de opbrengsten van de kwaliteitszorgmeter(de “harde”gegevens) zijn er ook<br />

opbrengsten te halen uit andere contacten met onze gebruikers. Een voorbeeld<br />

daarvan is het ouderplatform; een werkvorm om de communicatie tussen ouders en<br />

school in stand te houden en waar mogelijk uit te breiden.<br />

Een plek waar de school van de ouders mag vernemen of zij:<br />

de goede dingen doet,<br />

deze dingen goed doet.<br />

Twee keer per jaar nodigen de leden van de ouderraad 25 ouders uit om op school<br />

met elkaar en de schoolleiding van gedachten te wisselen. De thema‟s worden door<br />

de ouders zelf aangedragen en door de gespreksleiders van de avond verder<br />

uitgewerkt en voorbereid. Omdat de school graag de mening van elke ouder hoort,<br />

kiezen de leden van de ouderraad steekproefsgewijs de namen van de ouders die<br />

worden uitgenodigd.<br />

21


Besproken thema‟s zijn o.a. :<br />

Samenwerking tussen ouders en school: waar liggen de kansen?<br />

Ouders en puberteit<br />

Toekomstmogelijkheden van onze leerlingen<br />

Acceptatieproblematiek<br />

7.4 Leerlingenraad<br />

De school heeft twee leerlingenraden, namelijk de leerlingenraad onderbouw en de<br />

leerlingenraad bovenbouw. Aan beide raden zijn elk twee docenten verbonden die<br />

de agendering en verslaglegging voor hun rekening nemen. Tevens zijn ze adviseur<br />

van de leerlingenraad. De leerlingenraden zijn samengesteld uit de<br />

klassenvertegenwoordigers van elke groep.<br />

De leerlingenraad vergadert maandelijks. In de maand voorafgaand aan de<br />

vergadering bespreken de klassenvertegenwoordigers de agendapunten met hun<br />

groepsgenoten, zodat ze gevoed worden met meningen en tips vanuit de groep.<br />

De leerlingenraad is niet meer weg te denken uit de school. Het is het orgaan waar<br />

leerlingen zich kunnen laten horen. Wij noemen het de leerling “een stem geven”. Ze<br />

leren hun mening geven. Daarnaast bemerken ze dat de school er ook wat mee<br />

doet. Zo geven ze mede vorm en inhoud aan de school. In dat opzicht heeft de<br />

leerlingenraad een positief effect op het pedagogisch klimaat.<br />

De raad heeft al veel bereikt. Zo heeft ze mogen meepraten over<br />

kledingvoorschriften voor leerlingen en personeel, het gebruik van mobiele telefoons<br />

binnen de school, de herinrichting van het plein en de kantine en de mogelijke<br />

realisatie van een draadloos wifi netwerk ten behoeve van het plein en de kantine.<br />

7.5 Uitstroommonitor<br />

Elke schoolverlater van het praktijkonderwijs wordt bij uitschrijving van de school<br />

ingevoerd bij de uitstroommonitor. Het betreft dan niet slechts leerlingen die met<br />

succes zijn bemiddeld naar werk (eventueel aangevuld met scholing). Ook zgn.<br />

verhuisleerlingen of leerlingen die een passender alternatief geadviseerd krijgen,<br />

worden aangemeld. Hierdoor kunnen de uitstroomresultaten van de school goed<br />

vergeleken worden met de landelijke resultaten of met die van collega scholen in<br />

de regio.<br />

Van belang vinden wij het voortijdig schoolverlaten te onderzoeken maar ook de<br />

resultaten van leerlingen die het gehele schooltraject afmaken.<br />

Bij voortijdig schoolverlaten willen we zicht houden op naar waar deze leerlingen zijn<br />

verwezen. Eventueel moeten de toelatingscriteria daarop worden afgestemd.<br />

Voor leerlingen die het schooltraject volledig hebben afgerond en zijn bemiddeld<br />

naar werk en/of verdere scholing willen we natuurlijk weten hoe het ze vergaat en of<br />

ze na twee jaar nog op dezelfde plek werkzaam zijn (toets van bestendiging).<br />

De opbrengsten van de uitstroommonitor worden binnen het managementteam<br />

besproken. De bevindingen hieruit worden met de leden van het zorgteam en het<br />

stageteam gedeeld.<br />

Uit de opbrengsten van deze discussie worden de plannen voor het komend<br />

schooljaar geformuleerd en als speerpunt meegenomen voor toekomstig beleid.<br />

22


7.6 Managementverantwoording<br />

Elke directeur van een school heeft een managementcontract afgesproken met de<br />

directeur/ bestuurder van de <strong>OSG</strong>. Dit managementcontract heeft een<br />

geldigheidsduur van twee jaar.<br />

Het managementcontract bevat twee delen. Het eerste deel gaat uit van de<br />

uitgangspunten van ‟t <strong>Genseler</strong>. Het tweede deel gaat over het onderwijskundig<br />

beleid, het personeelsbeleid, het strategische beleid, het financieel beleid en het<br />

organisatorisch beleid. Hierin zijn indicatoren en ontwikkelpunten opgenomen. In een<br />

tweejaarlijkse cyclus worden de ontwikkelpunten besproken en gekeken naar de<br />

vorderingen op elk gebied. Tevens wordt er gekeken naar de prijs en de juiste<br />

prioriteitsstelling. Op deze wijze worden de activiteiten van de school verantwoord.<br />

7.7 Vensters voor Verantwoording<br />

‟t <strong>Genseler</strong> heeft zich aangemeld bij Vensters voor Verantwoording van de VO-raad.<br />

Stimulans en de Uitstroommonitor hebben een plek binnen Vensters. De komende<br />

jaren zullen we gebruiken om Vensters steeds verder in te vullen.<br />

23


8 Financieel beleid en huisvestingsbeleid ’t <strong>Genseler</strong><br />

8.1 Financieel beleid<br />

De stichting <strong>OSG</strong> <strong>Hengelo</strong> ontvangt de financiering van de overheid. De middelen<br />

worden voor het grootste gedeelte doorgesluisd naar de scholen. Dit onder<br />

inhouding van een bepaald percentage voor het bestuursbureau van de <strong>OSG</strong>. De<br />

middelen worden door het CFI toegekend op basis van aantallen en soorten<br />

leerlingen.<br />

De toedeling van financiële middelen bestaat uit een personele en een materiële<br />

component. Uit de personele component worden de salarissen van het personeel<br />

bekostigd. Voor het vaststellen van het personele budget per school wordt een<br />

formatieplan gemaakt, op basis van het aantal en de soort leerlingen per school.<br />

Verder wordt rekening gehouden met de GPL (Gemiddelde Personeel Last) bij de<br />

inkomsten, en de SGPL (School GPL) bij de uitgaven.<br />

Er wordt vóór de verdeling aan de school een bedrag voor de werkzaamheden van<br />

het bestuursbureau in mindering gebracht.<br />

De materiële component wordt op dezelfde manier doorgesluisd naar de school. De<br />

materiële uitgaven per school zijn onder te verdelen in investeringskosten en<br />

exploitatiekosten.<br />

Naast de gelden van de overheid heeft de school de beschikking over andere<br />

financiële middelen.<br />

Dit zijn:<br />

Leerlingen met PrO: Het <strong>Genseler</strong> krijgt voor de leerlingen PrO bekostiging. De<br />

extra PrO bekostiging wordt gebruikt om de zorgstructuur neer te zetten en<br />

het zorgaanbod te realiseren.<br />

Middelen verkregen uit de ouderbijdrage: Hieruit worden zaken bekostigd ten<br />

behoeve van doelen waartegenover geen bekostiging van de overheid<br />

bestaat. Dit heeft betrekking op kosten van de mediatheek, kopieerkosten,<br />

bedrijfsbezoeken, excursie en werkweken.<br />

Ook maakt de school gebruik van scholingsmiddelen. Scholingsgelden<br />

worden gefinancierd uit de bekostiging van het CFI.<br />

Daarnaast worden een aantal projecten medegefinancierd door de<br />

overheid of de plaatselijke overheid. Dit geldt bv. voor de projecten: ESF,<br />

peermediation, ouderparticipatie, doorontwikkeling praktijkonderwijs,<br />

Regeling Kwaliteit VO<br />

De Kamer <strong>Hengelo</strong> financiert ook initiatieven van scholen in het kader van de<br />

zorg. De scholingsmiddelen en PAR gelden zijn bedoeld om de zorg op de<br />

locatie verder te ontwikkelen. De school ontvangt bescheiden middelen voor<br />

werkzaamheden van de praktijkvakken voor derden.<br />

24


Jaarlijks wordt er een begroting, een meerjarenbegroting en een financieel<br />

jaarverslag opgesteld. Deze documenten worden verzorgd door het bestuursbureau.<br />

De directeur van de school denkt mee in de opgestelde begroting.<br />

8.2 Huisvestingsbeleid<br />

De gemeente is verantwoordelijk voor het beschikbaar stellen van gebouwen voor<br />

onderwijshuisvesting. Voor ‟t <strong>Genseler</strong> is uitbreiding noodzakelijk. Het aantal<br />

leerlingen dat gehuisvest moet worden is meer dan 10 procent hoger dan de<br />

capaciteit van het gebouw. Dat betekent dat het gebouw ontoereikend is voor het<br />

huidige aantal van 225 <strong>–</strong> 230 leerlingen en dat er een duidelijke ruimte behoefte is<br />

ontstaan. Daarbij is de prognose voor de komende 10 jaren dat het leerlingen aantal<br />

constant is.<br />

Het huidige gebouw is niet geschikt te maken vandaar dat er gekozen is voor een<br />

uitbreiding. De uitbreiding van het gebouw wordt gebaseerd op de regelgeving. De<br />

criteria voor oppervlakte en indeling zijn gebaseerd op het VNG model voor<br />

voorgezet onderwijs met de specificatie van praktijkschool.<br />

De school heeft tot taak huisvestingbeleid te formuleren voor de verwezenlijking van<br />

de uitbreiding van het gebouw. De gemeente en de wethouder van onderwijs<br />

hebben daartoe het signaal gegeven in <strong>2011</strong>.<br />

Belangrijke punten in het plan van eisen zijn:<br />

het klassenmanagement en de onderwijskundige inrichting van de<br />

theorielokalen;<br />

de positionering van de sectoren en de vakken daarbinnen;<br />

de plaats van de interne stage;<br />

de beheersbare logistiek van de school;<br />

de rol van ICT in de school;<br />

het dagritme.<br />

Het plan van eisen wat betreft de ruimte behoeften zal concreet ingevuld worden.<br />

De komende jaren zal ‟t <strong>Genseler</strong> werken aan de realisatie van de plannen.<br />

25


9 Netwerken<br />

9.1 Ouders<br />

De ouders vormen voor ons een belangrijk netwerk. Middels verschillende vormen<br />

van ouderavonden wordt hun medewerking gevraagd in het meedenken met hun<br />

kind op school. Daarnaast zijn de ouders vertegenwoordigd in de ouderraad. Zij<br />

vervullen hier een actieve rol in de activiteiten van de school en de leerlingenraad.<br />

In het project ouders voor ouders begeleiden een groep “oude” ouders een groep<br />

“jonge” ouders. Zij maken hen wegwijs in de school en bespreken kwesties die<br />

specifiek ouders van praktijkschoolkinderen meemaken en beleven.<br />

9.2 Stagebedrijven<br />

Een goede communicatie met de stagebedrijven is van groot belang voor de<br />

school. Zij zijn het immers die onze leerlingen de gelegenheid geven het op school<br />

geleerde in de praktijk toe te passen. Binnen de oriënterende stage maken<br />

leerlingen kennis met het fenomeen stage en alles wat daar bij hoort aan afspraken<br />

over op tijd komen, het vervoer, wat te doen als je ziek bent, etc. Bij de<br />

daaropvolgende vervolgstage gaat het meer om een keuze te maken uit de<br />

verschillende beroepsrichtingen en te kijken wat voor de leerling de meest passende<br />

is. Bij de eindstage, tenslotte, gaat het om in te groeien in een bedrijf en met werk de<br />

school te verlaten.<br />

Niet alleen worden de bedrijven regelmatig bezocht in het kader van de<br />

stagebegeleiding, ook worden zij uitgenodigd bij verschillende activiteiten op school<br />

(open huis).<br />

9.3 Collega-scholen<br />

9.3.1 Toeleverende scholen<br />

Toeleverende scholen zijn:<br />

scholen voor speciaal basisonderwijs,<br />

Mytylscholen,<br />

scholen voor langdurig zieke kinderen,<br />

scholen voor kinderen met spraak en/of gehoorproblemen,<br />

v.o. scholen voor vmbo,<br />

basisscholen,<br />

internationale schakelklas,<br />

OPDC<br />

9.3.2 Scholen waarnaar wij verwijzen<br />

Wij verwijzen leerlingen naar de volgende scholen:<br />

ROC,<br />

VMBO,<br />

ZMLK,<br />

ZMOK,<br />

scholen voor leerlingen met een psychiatrische stoornis.<br />

26


9.3.3 Scholen voor Praktijkonderwijs in de regio<br />

Er zijn intensieve contacten met de collega praktijkscholen in de regio. Directeuren<br />

spreken elkaar regelmatig tijdens het regionale directeurenoverleg Salland-Twente.<br />

Vakgroepen komen op gezette tijden bij elkaar. Ook kennen we de regio<br />

studiedagen waar alle scholen aan de hand van thema‟s bij elkaar komen.<br />

9.4 Overig<br />

De school participeert in de regio in tal van overleggen die incidenteel of structureel<br />

samen komen. De school ziet zich zelf als maatschappelijke partner en probeert op<br />

deze wijze van betekenis door middel van sociale betrokkenheid. De school<br />

participeert o.a. in het Sociaal Café in de Berflo-Es, Pact MVO, PAOO en is lid van de<br />

Slinger.<br />

27


10 Bijlagen<br />

10.1 Ontwikkelagenda<br />

<strong>OSG</strong> ’t <strong>Genseler</strong> - <strong>Hengelo</strong> -<br />

ONTWIKKELPLAN <strong>2011</strong> <strong>–</strong> 2012<br />

Naar aanleiding van:<br />

De uitslag van de enquêtes van Stimulans <strong>2011</strong>, de evaluatie van de<br />

ontwikkelagenda 2010 <strong>–</strong> <strong>2011</strong>, document collectieve ambitie en de<br />

clustervergadering en personeelsvergadering in juni.<br />

WAT<br />

WIE WANNEER HOE RESULTAAT<br />

in beeld<br />

Portfolio<br />

Collectieve<br />

ambitie<br />

Huisvestings<br />

plan<br />

Strategisch<br />

plan<br />

Swb (Start,<br />

werk en blijf<br />

veilig)<br />

Herbert;<br />

José,<br />

Pauli,<br />

Yvonne<br />

Gerard/<br />

Astrid;<br />

Ketty,<br />

Yvonne,<br />

Gerhard<br />

Astrid/<br />

Gerard;<br />

Herbert,<br />

Bert,<br />

Elly,<br />

Erik D,<br />

Yvonne,<br />

Albert,<br />

Martijn<br />

Eric/<br />

Gerard,<br />

René<br />

Herbert/<br />

Gerard,<br />

sectie<br />

voorzit-<br />

ters<br />

<strong>2011</strong>-2012 In de werkgroep en<br />

tijdens de cluster<br />

vergaderingen samen<br />

portfolio samenstellen<br />

stellen en implemen-<br />

tatie plan maken voor<br />

<strong>2011</strong> <strong>–</strong> 2012.<br />

<strong>2011</strong>-2014 Onderhoud van de<br />

collectieve ambitie. Door<br />

thema’s aan de orde te<br />

stellen. Studiemiddag.<br />

Cluster vergaderingen<br />

<strong>2011</strong>-2013 Uitwerken van het plan:<br />

sectoraal werken.<br />

Opstellen plan van eisen.<br />

Benaderen aannemer.<br />

Bouwplan<br />

<strong>2011</strong>-2013 Op grond van de<br />

uitslagen van de<br />

enquêtes uit <strong>2011</strong> een<br />

plan maken en acties<br />

ondernemen om een<br />

beter beeld van ‘t<br />

<strong>Genseler</strong> neer te zetten<br />

op het.<br />

<strong>2011</strong>-2012 Er wordt een<br />

veiligheidscertificaat<br />

ontwikkeld voor het<br />

eigen vakgebied/ eigen<br />

lokaal gekoppeld aan een<br />

lessencyclus<br />

28<br />

Voorbeeld map<br />

onderbouw, voorbeeld map<br />

voor bovenbouw,<br />

implementatieplan<br />

Thema: onderwijskundige<br />

uitgangspunten. In het<br />

team en de clusters<br />

bespreken wat dit betekent<br />

voor ’t <strong>Genseler</strong> en wat we<br />

gaan doen.<br />

Plannen en voorbereiding<br />

treffen voor de aanbouw<br />

aan bestaande locatie<br />

Plan en doelgerichte acties<br />

naar bedrijfsleven en<br />

instellingen over de<br />

doelstellingen en de<br />

werkwijze van ’t <strong>Genseler</strong>.<br />

Uiteindelijke resultaat is<br />

dat medewerkers zicht<br />

hebben gekregen op<br />

mogelijk gevaarlijks<br />

situaties binnen hun<br />

lokaal/afdeling en dit<br />

kunnen overbrengen op<br />

leerlingen


Interne<br />

stages<br />

Leerling<br />

Bemid-<br />

deling<br />

Ouders voor<br />

ouders<br />

Zelfstandig<br />

werken<br />

Gerard,<br />

sectie<br />

voorzit-<br />

ters<br />

Gerard<br />

Joyce<br />

Tamara<br />

Marian<br />

K.<br />

Gerard<br />

Ouder-<br />

raad<br />

Eric, de<br />

clusters<br />

IOP Eric,<br />

Gijs,<br />

Martijn,<br />

Bert,<br />

<strong>2011</strong>-2012 Gebruik maken van<br />

ervaring en<br />

deskundigheid van<br />

oudere leerlingen binnen<br />

de lessen of de school<br />

door hen te laten<br />

assisteren of facilitaire<br />

werkzaamheden<br />

zelfstandig te laten<br />

uitvoeren<br />

<strong>2011</strong>-2012 8 leerlingen volgen de<br />

cursus<br />

leerlingbemiddeling<br />

samen met Tamara en<br />

Joyce (train de trainer)<br />

<strong>2011</strong>-2012 Ouders van leerlingen uit<br />

onderbouw 3 en<br />

bovenbouw 1 coachen<br />

ouders van nieuwe<br />

leerlingen<br />

<strong>2011</strong>-2012 Verfijning van het<br />

systeem van zelfstandig<br />

werken, afspraken met<br />

betrekking tot<br />

pedagogisch / didactisch<br />

handelen<br />

<strong>2011</strong>-2012 Verbetering van het<br />

format. Format koppelen<br />

aan portfolio.<br />

29<br />

Binnen de school is de<br />

interne stage een variant/<br />

voorloper op de stage<br />

buiten de school.<br />

Competenties van<br />

leerlingen worden<br />

geobserveerd en/of benut.<br />

De school kan hierdoor<br />

haar onderwijs<br />

(individualisering) beter<br />

organiseren. De<br />

leermomenten van de<br />

leerling kunnen variëren<br />

van versterken van de<br />

persoonlijkheid, vergroten<br />

van de<br />

arbeidsvaardigheden,<br />

werkhouding en<br />

verantwoordelijkheid tot<br />

vakinhoudelijke verdieping.<br />

Dreigende conflictjes<br />

tussen leerlingen onderling<br />

kunnen door tussenkomst<br />

van de<br />

leerlingbemiddelaars<br />

worden besproken en<br />

mogelijk opgelost<br />

Nieuwe ouders leren zo<br />

sneller kennismaken met<br />

de nieuwe school waardoor<br />

het leer-, en<br />

ontwikkelingsproces van<br />

hun kind sneller kan<br />

worden opgestart.<br />

Wegnemen van<br />

acceptatieproblematiek en<br />

mogelijk negatieve<br />

beeldvorming.<br />

Integrale invoering van de<br />

inhoud van zelfstandig<br />

werken.<br />

Document in meetbare<br />

(eind) termen voor elke<br />

leerling gedurende de<br />

gehele loopbaan,<br />

gekoppeld aan het PF


10.2 Projectplannen<br />

Projecten <strong>2011</strong> <strong>–</strong> 2012:<br />

<strong>OSG</strong> ’t <strong>Genseler</strong> - <strong>Hengelo</strong><br />

PLANNEN <strong>2011</strong> <strong>–</strong> 2012 Naar aanleiding van: regelgeving, subsidies en eerdere projecten<br />

WAT WIE WANNEER HOE RESULTAAT<br />

doen we<br />

in beeld<br />

ESF Gerard/ <strong>2011</strong> - 2012 Avondschool ontwikkelen met Ontwikkelplan voor de opzet van de avondschool<br />

Harry/<br />

plan van invoering<br />

Herbert,<br />

Sectoraal werken: inhoudelijk Plan voor sectoraal werken<br />

René,<br />

plan en invoeringsplan<br />

huisves-<br />

assessment uitontwikkelen naar Maatwerktrajecten ontwikkelen facultatief als<br />

tings<br />

de gevolgen voor het onderwijs maatwerk aanbod. Aangepast assessment<br />

werk<br />

in de bovenbouw,<br />

groep,<br />

instrumentarium aanpassen Afspraken en opdrachten voor klussen binnenhalen<br />

nieuwe<br />

netwerkvorming uitbreiden o.a.<br />

groepen<br />

FC Twente,<br />

Regeling Eric/ <strong>2011</strong> - 2012 Maatschappelijke stage<br />

Draaiboek MaS onderbouw 2 en 3, aanbevelingen en<br />

kwaliteit AVO/<br />

doorontwikkeling en<br />

evaluatie voor onderbouw 2 en 3 en bovenbouw 1<br />

VO<br />

men-<br />

implementatie in onderbouw 2<br />

toren 2<br />

en 3<br />

Ontwikkeling Leefstijl voor alle<br />

klassen.<br />

Ontwikkelplan en implementatie Leefstijl<br />

Ontwikkelen Nieuwsbegrip en<br />

Maatwerk voor alle klassen<br />

Ontwikkelplan en implementatieplan Nieuwsbegrip<br />

Zorgpilot Astrid/ <strong>2011</strong> - 2012 Vervolg zorgtraject op locatie, Certificeringtraject met branche erkenning.<br />

(exper- José/<br />

gebruikmakend van het<br />

Doorontwikkeling van 2010 <strong>–</strong> <strong>2011</strong>. Projectdoel. 7<br />

imenten Gerhard<br />

ontwikkelde lesmateriaal,<br />

leerlingen werkzaam in de zorg (<strong>2011</strong> <strong>–</strong> 2013)<br />

regeling)<br />

toetsing,<br />

Dooront- Astrid/ <strong>2011</strong> - 2012 Vakgroepontwikkeling regiobreed Uitwerken thema’s: meidenwerking, coaching,<br />

wikkeling José<br />

Netwerken met als doel: het zelfstandig werken/ zelfstandigheid, rekenen en taal<br />

praktijknet<br />

regio<br />

werken aan 4 thema’s<br />

30


10.3 Scholingsplan<br />

Concept<br />

Evaluatie scholing en deskundigheidsbevordering voor 2010 <strong>–</strong> <strong>2011</strong>.<br />

Tabel collectieve scholing:<br />

1 Oplossingsgericht werken<br />

De cursus oplossingsgericht werken van Jos Kienhuis is<br />

uitgesteld. In de praktijk bleek dat het programma voor dit<br />

schooljaar te veel werd. De cursus is verschoven naar<br />

schooljaar <strong>2011</strong> - 2012<br />

2 Ik, en het visitekaartje van de school.<br />

In de cursus is gesproken over probleemgedrag en<br />

grensoverschrijdend gedrag. Er zijn cases besproken en<br />

tips om te werken aan oplossingen. De deelnemers hebben<br />

een aantal zaken in de praktijk uitgetest. Met name ook<br />

gekeken naar oplossingen buiten de bekende<br />

pedagogische paden, rekening houdend met meerdere<br />

omstandigheden. De deelnemers hebben de cursus als<br />

zeer waardevol ervaren en aanvullend aan hun<br />

pedagogisch handelen.<br />

3 Start veilig<br />

De cursus werd verzorgd door Luuk Oosting en Ronald<br />

Kuijn van SWB bv. De cursus is praktisch van aard en<br />

collega’s hebben daarin zelfstandig gewerkt om een eigen<br />

risicotour voor hun lokaal te maken. Materiaal dat ingezet<br />

kan worden als lesstof voor leerlingen. De cursus werd als<br />

nuttig ervaren en met name de brede aanpak binnen de<br />

gehele school maakt leerlingen en collega’s bewust voor<br />

hun veilig handelen.<br />

4 Cursus biebbundel<br />

De cursus maakte onderdeel uit van de bundel. De cursus<br />

was er op gericht om met behulp van sociale media de<br />

onderlinge communicatie verder te digitaliseren en<br />

lesmateriaal samen te bundelen. De cursus was zeer<br />

tijdsintensief en ingewikkeld. Een aantal collega’s heeft de<br />

cursus kunnen afmaken. Besloten is om de cursus niet te<br />

gaan aanbieden aan de bovenbouw.<br />

5 Leefstijl<br />

De cursus is uitgesteld. In de praktijk bleek dat het<br />

programma voor dit schooljaar te veel werd. De cursus is<br />

verschoven naar schooljaar <strong>2011</strong> - 2012<br />

6 Pedagogische handelingsadviezen<br />

De cursus werd verzorgd door Marjan Hamburg i.s.m.<br />

Frans Brïere en Marleen Koster. Beide laatsten zijn<br />

medewerkers afkomstig van Attendiz. De cursus ging in op<br />

de handelingsplannen en het verwoorden van<br />

smartgerichte doelen. De cursus werd als zinvol ervaren<br />

om de formuleringen scherper te kunnen verwoorden,<br />

alleen dat op te schrijven wat nodig en to-the-point en<br />

haalbaar is.<br />

31<br />

Deelnemers: Mirjam, Gijs,<br />

Arjan, Bert, Daniëlle, Tamara,<br />

Pauli, José, Marieke, Erik D,<br />

José, Wessel, Foeke (Karin,<br />

Freke)<br />

Roy, Wessel, Pauli, Gijs,<br />

Tamara, Erik D, Foeke,<br />

Luciënne, Daniëlle, Henk,<br />

Arjan, Bert, Dini<br />

Yvonne, Mirjam, Ketty, Joyce,<br />

Dennis, Erik D, Erik B, Bert,<br />

Martin, José, Herbert,<br />

Annemiek, Anita, Gerard<br />

Gijs, Zoya, Erik B, Erik D,<br />

Mirjam, Bert, Jan, Martin,<br />

Eric, Martijn, Daniëlle,<br />

Yvonne, Astrid<br />

Alle mentoren<br />

Alle OP


7 Poëzie<br />

De cursusmiddag werd verzorgd door Mirjam Janssen. De<br />

cursus werd deels herhaald en deels voorzien van nieuwe<br />

opdrachten. Allerlei werkvormen werden gepresenteerd en<br />

geoefend om tijdens de lessen Nederlands middels<br />

gedichten op een andere manier bezig te zijn met taal. De<br />

meeste collega’s hebben de werkvormen in de les<br />

toegepast maar vonden de cursus voor de tweede maal<br />

niet zinvol.<br />

8 BHV herhaling.<br />

De cursus wordt door de collega’s als zeer zinvol ervaren.<br />

Jammer is dat de leraar elk jaar verschild. De cursusleider<br />

van dit jaar was zeer deskundig. Aan het einde van de<br />

middag werden alle nog aanwezige collega’s bij de cursus<br />

uitgenodigd voor een demonstratie van het AED apparaat.<br />

Ook dat werd zeer gewaardeerd.<br />

9 Cursus OOP<br />

Cursus wordt georganiseerd door het SWV <strong>Hengelo</strong>.<br />

Middels thema’s worden 2 workshops verzorgd: autisme en<br />

veiligheid. Het is vooral ook een samenkomen met andere<br />

OOP-ers en over het algemeen waardeert men het zeer om<br />

op deze wijze te kunnen werken aan zijn/haar netwerk.<br />

10 Studiedag assessment<br />

11 Beeldende vorming (CKV) en burgerschap<br />

In het kader van CKV en burgerschap hebben we<br />

onderleiding van Regine Hilhorst gekeken naar de beide<br />

thema’s. Bewustwording van collega’s om het thema breed<br />

te zien in het leven, op school en in de lessen. Samen is er<br />

uitgezocht wat er op het gebied van CKV al werd gedaan.<br />

De activiteiten vertonen veel raakvlak en ook overlap met<br />

burgerschap. De AVO commissie komt met beleid voor<br />

burgerschap en CKV en zet dit weg in de lessen<br />

schoolbreed.<br />

12 Teambuilding<br />

Zinvolle dag om met elkaar aan de hand van een thema op<br />

andere en informele wijze bezig te zijn met aandacht voor<br />

elkaar.<br />

13 Intervisie (extra opgenomen)<br />

De groep heeft weer een jaar succesvol gewerkt. Men is<br />

enthousiast over de behaalde diepgang en het vertrouwen<br />

dat men van elkaar ondervindt wat betreft de ingebrachte<br />

kwesties. Advies doorgaan in de zelfde samenstelling.<br />

Eventueel opstarten andere, extra groep, zodat meerdere<br />

collega’s deze unieke ervaring met elkaar kunnen delen of<br />

kiezen voor verdere diepgang.<br />

32<br />

Alle mentoren<br />

Eric, Gerard, Martin, Pauli,<br />

Henk, Roy, Jan C, Daniëlle,<br />

Arjan, Erik D, Tamara<br />

Daniëlle, Ina, Willie, Arjan,<br />

Manon, Lucienne, Dini<br />

Hele team en AVO commissie<br />

specifiek<br />

Hele team<br />

Jolanda, Dennis, Ingrid, Zoya,<br />

Martin, Eric, Marian Hi


Tabel Individuele scholing<br />

1 Voorscholing SVA detail<br />

Is niet aangeboden<br />

2 Docent master kunsteducatie<br />

Cursus loopt naar wens. Tot nu toe de beoogde resultaten<br />

behaald.<br />

33<br />

Yvonne<br />

3 Docent consumptieve techniek.<br />

Gaat cursus in januari afronden Martin<br />

4 Cursus preventie medewerker<br />

Kandidaat is geslaagd Herbert<br />

5 EHBO<br />

Het EHBO deel in de BHV vinden we onvoldoende. In het<br />

nieuwe schooljaar zoeken we hiervoor naar een aparte<br />

cursus.<br />

6 Master SEN<br />

Cursus loopt naar wens. Tot nu toe de beoogde resultaten Dennis<br />

behaald.<br />

7 Coachingstraject<br />

Traject waarbij middels gesprekstechnieken, video<br />

opnames gewerkt is aan de deskundigheidsbevordering.<br />

Met als thema o.a.: werken in een team, werken in de<br />

onderwijssector, feedback geven en krijgen.<br />

8 Pabo<br />

Vanwege de cursus inhoud is kandidaat gestopt. Heeft zich<br />

dit schooljaar verder verdiept in de cursus omgangskunde<br />

om deze in schooljaar 11 <strong>–</strong> 12 te gaan volgen<br />

9 Kettingzagen<br />

Cursus is gevolgd en naar behoren afgesloten. De<br />

kandidaten zijn geslaagd<br />

10 Klimwanddiploma<br />

Cursus is gevolgd en naar behoren afgesloten. De<br />

kandidaat is geslaagd<br />

Arjan<br />

Wessel<br />

Eric, Bert<br />

Erik D<br />

11 Cursus plantenkennis<br />

Kandidaat is geslaagd Bert, Anita<br />

12 Cursus schoonmaken in de groothuishouding<br />

Kandidaat is geslaagd Luciënne, Tamara<br />

13 Opleiding 2 e graads Nederlandse taal<br />

Kandidaat is geslaagd Tamara


10.4 Evaluatie ontwikkelagenda<br />

<strong>OSG</strong> ’t <strong>Genseler</strong> - <strong>Hengelo</strong> -<br />

Evaluatie ONTWIKKELPLAN 2010 <strong>–</strong> <strong>2011</strong><br />

Naar aanleiding van:<br />

Projecten in schooljaar 2010 <strong>–</strong> <strong>2011</strong>, werkgroepen, Besprekingen in MT,<br />

clustervergaderingen en teamvergaderingen.<br />

Concept<br />

Evaluatie<br />

Portfolio<br />

In de ontwikkelagenda hebben we de portfolio niet opgepakt. De te drukke<br />

agenda gaf hiertoe geen ruimt. Het project wordt opgepakt in schooljaar<br />

<strong>2011</strong> <strong>–</strong> 2012.<br />

IOP Het IOP is geïmplementeerd als document in de gehele school. Het<br />

document is op verschillende punten aangepast. Het document heeft<br />

meetbare (eind) termen voor elke leerling gedurende de gehele loopbaan.<br />

Nadeel van het document is dat het uitgaat van ontwikkel- en<br />

verbeterpunten van de leerling. Een positievere benadering zou wenselijk<br />

zijn. Dit kan ook gezocht worden in de uitwerking van de portfolio.<br />

Alle mentoren zijn ingevoerd in het IOP. Tevens is er een werkwijze IOP<br />

opgesteld.<br />

Het IOP is tot stand gekomen onder leiding van een werkgroep.<br />

Stimulans/<br />

Uitstroom<br />

Zelfstandig<br />

werken<br />

In dit schooljaar zijn alle enquêtes opnieuw afgenomen. Ook de<br />

uitstroommonitor is wederom ingevuld.<br />

Wat betreft de enquêtes voor personeel, leerlingen en ouders is een<br />

positieve ontwikkeling te zien. De positieve ontwikkeling is te zien zowel in<br />

de cijfers afgezet tegen de uitkomsten van de enquêtes in 2007 als in de<br />

cijfers in vergelijking met de regionale en landelijk cijfers. Wat betreft de<br />

enquêtes over de stage beschikken we over nieuwe informatie. In het<br />

strategisch plan <strong>2011</strong> <strong>–</strong> 2012 worden deze ontwikkelpunten afgesproken.<br />

In navolging van de onderbouw is schooljaar <strong>2011</strong> <strong>–</strong> 2012 het zelfstandig<br />

werken in het bovenbouw cluster geïmplementeerd. Het zelfstandig<br />

werken is daarmee op hoofdlijnen integraal ingevoerd. In het nieuwe<br />

schoolplan (<strong>2011</strong> <strong>–</strong> <strong>2015</strong>) zal dit worden opgenomen. In <strong>2011</strong> <strong>–</strong> 2012<br />

komt dit thema opnieuw op de agenda.<br />

PR Dit project liep van 2009 tot <strong>2011</strong>.<br />

Het is moeilijk om aan te geven of bedrijven een beter beeld hebben van<br />

de school op het gebied van doelstellingen en werkwijze. Uit de enquêtes<br />

van 20qq blijkt dit vooralsnog niet. In de nieuwe ontwikkelplannen voor<br />

<strong>2011</strong> <strong>–</strong> 2012 kan dit als strategisch plan worden meegenomen.<br />

Alle PR acties zijn in kaart gebracht. Een enkele actie is daaraan<br />

toegevoegd.<br />

De beeldvorming in de regio is moeilijker te beoordelen. Het bezoek aan<br />

de ouderavonden was voldoende en is niet sterk toegenomen. De<br />

ouderraad is in de loop van het jaar een zeer actieve raad geworden die<br />

actief meedenkt in de school.<br />

De Open Dag is relatief gezien meer door aspirant leerlingen en ouders<br />

bezocht. Het aantal basisschoolleerkrachten en IB’ers is toegenomen het<br />

afgelopen jaar en ook de belangstelling van ouders op de infoavonden in<br />

november is verdubbeld.<br />

34


Collectieve<br />

ambitie<br />

Huisvestingsplan<br />

Schooljaar <strong>2011</strong> <strong>–</strong> 2012 is ingezet op het onderhouden van de collectieve<br />

ambitie. Dit door thema’s aan de orde te stellen. Het afgelopen jaar is dit<br />

het thema ouder geworden. Voor dit thema hebben we een project<br />

aangevraagd. Het doel van het project was om ouders naar de school te<br />

krijgen. Met name de potentiële ouders en hen te laten delen in het gevoel<br />

om trots te zijn op ’t <strong>Genseler</strong>. Door scholing ouderparticipatie verzorgd<br />

door het KPC zijn team en ouderraad aan de slag gegaan om acties en<br />

ideeën te bedenken om de relaties met ouders te optimaliseren. Wat<br />

kunnen we d9oen als team, wat kunnen we doen als ouder. Dit laatste is<br />

uitgemond in het project ouders voor ouders voor schooljaar <strong>2011</strong> <strong>–</strong> 2012.<br />

In schooljaar 2010 <strong>–</strong> <strong>2011</strong> wilden we een plan opstellen, een plan van<br />

eisen. Een aannemer benaderen, een bouwplan maken om aan te bouwen<br />

aan de bestaande locatie. Zover is het nog niet gekomen. Wel zijn we in<br />

gesprek met de buren (van de kerk) om hun gebouw bij ’t <strong>Genseler</strong> te<br />

kunnen betrekken. Daartoe is er wel door de werkgroep een eenvoudig<br />

plan bedacht door de werkgroep voor het werken in sectoren.<br />

35


10.5 Evaluatie projectplannen<br />

Evaluatie projecten 2010 <strong>–</strong> <strong>2011</strong>:<br />

<strong>OSG</strong> ’t <strong>Genseler</strong> - <strong>Hengelo</strong><br />

PLANNEN 2010 <strong>–</strong> <strong>2011</strong><br />

Naar aanleiding van: regelgeving, subsidies en eerdere projecten<br />

WAT WIE WANNEER RESULTAAT<br />

ESF<br />

Regeling<br />

kwaliteit<br />

VO<br />

Zorgpilot<br />

(experimenten<br />

regeling)<br />

Doorontwikkelingpraktijknet<br />

regio<br />

Astrid/<br />

Harry<br />

Eric/<br />

AVO/<br />

men-<br />

toren 2<br />

Astrid/<br />

José/<br />

Gerhard<br />

Astrid/<br />

José<br />

2010 - <strong>2011</strong> Het assessment is verplaats van BB1 naar OB 3. De testen zijn gedigitaliseerd waar mogelijk.<br />

Brede leerlingbesprekingen zijn onderdeel van de assessment bespreking geworden.<br />

Netwerkvorming met FC Twente is gelukt. Er zijn afspraken gemaakt over de contacten en<br />

klussen voor onze leerlingen.<br />

Er is een intern stage traject ontwikkelt voor een groep leerlingen. Het totale aanbod interne<br />

stages moet nog verder uitgewerkt worden en organisatorisch in de school worden weggezet.<br />

Dat gaan we schooljaar <strong>2011</strong> <strong>–</strong> 2012 oppakken.<br />

2010 - <strong>2011</strong> Het rekenonderwijs is in een complete leerlijn weggezet. Er is een duidelijke opbouw gemaakt<br />

van het vakgebied. Doelstellingen zijn geformuleerd per bouw en per domein. Deze zijn gelinkt<br />

aan het IOP, coachen en portfolio.<br />

Het taalonderwijs is op dezelfde wijze vorm gegeven als leerlijn.<br />

Dit geldt tevens voor de leerlijn CKV/ burgerschap. Tesamen vormen zij 3 leerlijnen.<br />

Maatschappelijke stage is gestart. Bijeenkomsten zijn bezocht. Een <strong>OSG</strong> brede afstemming<br />

heeft plaatsgevonden. Een aantal maatschappelijke stages zijn uitgeprobeerd o.a. bij de<br />

brandweer en de straatspeeldag. Komend jaar moet de MaS doorontwikkeld worden en een<br />

onderdeel worden van de lessen van onderbouw 2 en 3. Evaluatie voor OB 2 en 3.<br />

2010 - <strong>2011</strong> De implementatie van het zorgtraject ‘woonhulp’ is een feit. De lessen zijn verzorgd op 2<br />

locaties van 2 zorginstellingen, het lesmateriaal is gearrangeerd en het toetsingskader<br />

vastgesteld. In het kader van de projectdoelstelling 7 leerlingen werkzaam in de zorg gaat het<br />

certificeringtraject in het nieuwe schooljaar door op de ingeslagen weg.<br />

2010 - <strong>2011</strong> Vakgroepontwikkeling regiobreed is een feit. Met name de praktijkgroepen waren zeer<br />

succesvol. Een enkele theoriegroep is gestopt.<br />

Netwerken met als doel aanbod certificeringtrajecten uit te breiden en te verbreden. Deze<br />

doelstelling moet je procesmatig bezien. Daadwerkelijke resultaten zijn momenteel nog niet<br />

zichtbaar. Er wordt ook in het komend schooljaar doorgewerkt om hieraan te blijven werken.<br />

36


10.6 Evaluatie scholingsplan<br />

Collectieve scholing<br />

Overzicht inzet middelen t.b.v. scholing/deskundigheidsbevordering ’t <strong>Genseler</strong> <strong>2011</strong> - 2012<br />

Nr Wat Voor wie Wanneer Verantwoord<br />

elijk<br />

Hoelang Doel<br />

1 Oplossingsgericht Collega’s die de cursus <strong>2011</strong> - Eric 7 bijeenkom- Werken aan de hand van de<br />

werken<br />

nog niet gedaan 2012<br />

sten, waarvan 6 methode. 1 Manier van werken door<br />

hebben: Mirjam, Gijs,<br />

na schooltijd en de school heen. Laatste 2<br />

Arjan, Bert, Pauli,<br />

2 bijeenkom- bijeenkomsten opfriscursus voor hele<br />

Tamara, Daniëlle, José,<br />

sten met het team. O.l.v. Jos Kienhuis (Fontys )<br />

Marieke, Erik D,<br />

Wessel, Foeke<br />

gehele team<br />

2 Start werk en blijf AVO docenten en <strong>2011</strong> - Herbert 3 middagen en Veiligheidscreening voor het eigen<br />

veilig<br />

OOP. Gijs, Pauli, Zoya, 2012<br />

examen lokaal maken. Veiligheidscertificaat<br />

Ton, Eric, Gerhard,<br />

ontwikkelen voor het eigen vak voor<br />

Harry, Dini, Henk,<br />

Freke, Tamara,<br />

Lucienne, Arjan,<br />

Marjan, René, Ingrid,<br />

Martijn, Manon,<br />

Wessel, (Marian Ka,<br />

Elly,)<br />

leerlingen. Cursus o.l.v. Edu Alert<br />

3 Leerlingen met een Mentoren <strong>2011</strong> - Gerard 2 middagen in Interne deskundigheidsbevordering<br />

specifieke<br />

2012<br />

september op het gebied van PDD-Nos en ASS<br />

hulpvraag<br />

problematiek. Cursus verzorgd door<br />

Marjan Hamburg in samenwerking<br />

met de SSTS<br />

4 Leefstijl Mentoren en IB’ers <strong>2011</strong> - Eric 2 middagen Inhoudelijke verdieping in de methode<br />

2012<br />

(Leefstijl) die we gebruiken. O.l.v. Pim Boswijk<br />

5 EHBO Eric, Lucienne, Bert, <strong>2011</strong> - Eric<br />

Erik D, Erik B, (<br />

Tamara, ) Henk<br />

2012<br />

6 BHV herhaling Eric, Gerard, Pauli, <strong>2011</strong> - Eric 1 dag in In stand houden van de<br />

Martin, Henk, Jan C,<br />

Daniëlle, Arjan, Erik D,<br />

Tamara<br />

2012<br />

oktober <strong>2011</strong> bevoegdheden<br />

37


7 Studiedag<br />

assessment<br />

Mentoren OB 3 en<br />

collega’s vak arbeid<br />

<strong>2011</strong> -<br />

2012<br />

8 Cursus OOP Alle OOP-ers <strong>2011</strong> -<br />

2012<br />

9 Teambuilding Allen <strong>2011</strong> -<br />

2012<br />

10 Dyslexie coach Mirjam, Gijs, Marieke, <strong>2011</strong> <strong>–</strong><br />

Martijn<br />

2012<br />

11 Implementatie Team <strong>2011</strong> -<br />

ouderbetrokkenheid<br />

2012<br />

12 Individueel Team <strong>2011</strong> -<br />

scholingsplan<br />

2012<br />

13 Intervisie Jolanda, Dennis, Ingrid, <strong>2011</strong> -<br />

Zoya, Martin, Eric,<br />

Marian Hi<br />

2012<br />

14 Boekbespreking Daniëlle, Arjan, Marian<br />

ka, Mirjam, Ina<br />

<strong>2011</strong> -<br />

2012<br />

Astrid 1 dag in<br />

oktober <strong>2011</strong><br />

38<br />

Afstemming/ kennisoverdracht op het<br />

gebied van arbeidsvoorbereiding en<br />

-toeleiding van de doelgroep<br />

Deskundigheidsbevordering<br />

(workshops) en netwerkvorming<br />

Astrid 1 Ochtend in<br />

oktober<br />

Gerard Mei/ juni 2010 Verdieping samenwerking,<br />

uitwisseling expertise extern<br />

Gerard 3 dagen Cursus coachen van dyslexie<br />

leerlingen.<br />

Gerard 1 middag Vervolg studiedag 11 mei. Afsluiting<br />

met tips en tricks van het traject<br />

ouderbetrokkenheid met het hele<br />

team<br />

Gerard Nader te Participatie in leerteams op grond van<br />

bepalen de collectieve ambitie<br />

Eric 1 maal per 6 Deelname aan sessies waarbij<br />

weken kwesties aan de orde worden gesteld<br />

en samen wordt besproken hoe hier<br />

mee om te gaan.<br />

Eric Nader te Deelname aan bijeenkomsten waarbij<br />

bepalen collega’s aan elkaar vertellen over<br />

een onderwerp dat ze nader<br />

bestudeerd hebben.<br />

Nr Wat Voor wie Wanneer Verantwoord<br />

elijk<br />

Hoelang Doel<br />

1 Docent master Yvonne 1 dag per Astrid 10 - 12 Behalen bevoegdheid<br />

kunsteducatie<br />

week<br />

Leraren beurs<br />

2 Docent 2 e graads Martin 1 dag per Gerard L 09 - 11 Behalen bevoegdheid<br />

cons. techniek<br />

week<br />

Leraren beurs<br />

3 Master Sen Dennis 1 dag per Gerard 10 - 12 Behalen bevoegdheid speciaal<br />

week<br />

onderwijs<br />

4 Arbo-scan Herbert 2 dagen Astrid 11 - 12<br />

5 Omgangskunde Wessel 1 dag per Gerard 11- 13/14 Lesbevoegdheid leerkracht<br />

tweedegraads<br />

week<br />

6 Stage coach Anita 3 dagen Gerard 11 - 12 Deskundigheidsbevordering<br />

7 Scholing MR Leden MR i.o. Astrid 11 - 12 Deskundigheidsbevordering

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!