25.09.2013 Views

Parameterlijst Micromaster MM55

Parameterlijst Micromaster MM55

Parameterlijst Micromaster MM55

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

TABEL MET DE INSTEL PARAMETERS <strong>MM55</strong><br />

Nummer Functie Waarde Instelling<br />

POOO Meetfunctie (afleesscherm)<br />

PO01 * Keuze van de meetfunctie 0 – 4 0<br />

PO02 * Aanlooptijd 0 - 650 s 10.0 s<br />

PO03 * Uitlooptijd 0 - 650 s 10.0 s<br />

PO04 * Afronding 0 - 40 s 0.0 s<br />

PO05 * Frequentie-instelling (digitaal) 0 - 650 Hz 0.0 Hz<br />

PO06 Keuze voor frequentie-instelling 0 – 2 0<br />

PO09 * Parametersleutel 0 – 3 0<br />

P011 Geheugen frequentie-instelling 0 – 1 0<br />

P012 * Minimale motorfrequentie 0 - 650 Hz 0.0 Hz<br />

P013 * Maximale motorfrequentie 0 - 650 Hz 50.0 Hz<br />

P014 * Overslagfrequentie 0 - 650 Hz 0.0 Hz<br />

P015 * Automatische heraanloop 0 – 1 0<br />

P016 * Vangaanloop 0 – 2 0<br />

P021 * Minimale frequentie (analoog) 0 - 650 Hz 0.0 Hz<br />

P022 * Maximale frequentie (analoog) 0 - 650 Hz 50.0 Hz<br />

P023 * Keuze analoge ingang 0 – 1 0<br />

P024 * Optellen analoge ingang 0 – 1<br />

P031 * Aanraakinstelling rechts 0 - 650 Hz 5.0 Hz<br />

P032 * Aanraakinstelling links 0 - 650 Hz 5.0 Hz<br />

P033 * Aanlooptijd aanraakinstelling 0 - 650 s 10.0 s<br />

P034 * Uitlooptijd aanraakinstelling 0 - 650 s 10.0 s<br />

P041 * Vaste frequentie 1 0 - 650 Hz 5.0 Hz<br />

P042 * Vaste frequentie 2 0 - 650 Hz 10.0 Hz<br />

P043 * Vaste frequentie 3 0 - 650 Hz 20.0 Hz<br />

P044 * Vaste frequentie 4 0 - 650 Hz 40.0 Hz<br />

P045 Omkering vaste frequenties 0 – 7 0<br />

P051 Keuze stuurfunctie DIN1 1 – 2 1<br />

P052 Keuze stuurfunctie DIN2 0 – 12 2<br />

P053 Keuze stuurfunctie DIN3 0 – 12 6<br />

P054 Keuze stuurfunctie DIN4 0 – 12 6<br />

PO55 Keuze stuurfunctie DIN5 0 – 12 6<br />

P061 Keuze meldfunctie RL1 0 – 6 6<br />

P062 Keuze meldfunctie RL2 0 – 8 8<br />

P063 Inschakelvertraging externe rem 0 - 20 s 1.0 s<br />

P064 Uitschakelvertraging externe rem 0 - 20 s 1.0 s<br />

P071 * Slipcompensatie 0 - 200 % 0 %<br />

P072 * Slipbegrenzing 0 - 500 % 250 %<br />

P073 * Gelijkstroomremming 0 - 250 % 0 %<br />

P074 * Reductie motorvermogen 0 – 3 0<br />

P075 * Remweerstand 65 -250 Ω 0 Ω<br />

P076 * Pulsfrequentie 0 – 10 0<br />

P077 Regelmode 0 – 2 1<br />

P078 * Continue stroomverhoging 0 - 250 % 100 %<br />

P079 * Losbreekkoppel 0 - 250 % 0 %<br />

P081 Nominale motorfrequentie 0 - 650 Hz 50.0 Hz<br />

P082 Nominaal motortoerental 0 -9999 rpm * rpm<br />

P083 Nominale motorstroom 0.1 -50 A * A<br />

P084 Nominale motorspanning 0 - 500 V 220 V<br />

P085 Nominaal motorvermogen 0 - 20 kW * kW<br />

P086 * Motorstroombegrenzing 0 - 250 % 150 %<br />

P087 * PTC-motorbeveiliging 0 – 1 0<br />

P088 Automatische calibratie 0 – 1 0<br />

P089 * Weerstand statorspoel 0.1 – 100 Ω * Ω<br />

P091 * Busadres 0 – 30 0<br />

P092 * Baudrate 3 – 7 6<br />

P093 * Time-out 0 - 240 s 0 s<br />

P094 * Systeem frequentie-instelling 0 - 650 Hz 50.0 Hz<br />

P101 * Bedrijf Europa/USA 0 – 1 0<br />

P910 * Locaal/afstandsbediening 0 – 1 0<br />

P922 Software versie 0 – 9999 *<br />

P923 * Systeemversie 0 – 9999 0<br />

P930 Geheugen voor foutnummer 0 - 9999<br />

P931 Geheugen voor waarschuwingsnummer 0 - 9999<br />

P944 Bedrijfsinstelling herstellen 0 – 1 0<br />

De met * aangeduide parameters kunnen ook tijdens bedrijf veranderd worden. De met * 1<br />

aangeduide parameter kan slechts tijdens bedrijf veranderde worden als parameter P011 op 1<br />

staat.De met * aangeduide instelling is afhankelijk van het type motor.De verklaringen van de<br />

instelwaarden vindt men terug op de volgende bladzijden.<br />

<strong>Parameterlijst</strong> <strong>MM55</strong> 1


AANWIJZINGEN OVER DE INSTELLINGEN<br />

P000 Meetfunctie<br />

Op het scherm wordt de meetwaarde afgelezen, die onder P001 wordt ingesteld. Als een<br />

storing optreedt, wordt de foutmelding volgens de tabel "Storingen en foutmeldingen"<br />

ingeschakeld. Bij het optreden van een waarschuwing, knippert het scherm. Als in P001<br />

de uitgangs-frequentie gekozen is, dan wordt in de uitstand ongeveer alle 1,5 s de<br />

gekozen frequentie getoond.<br />

P001 * Keuze van de meetfunctie (0)<br />

De uitlezing van het afleesscherm kan met de volgende waarde ingesteld worden:<br />

0 uitgangsfrequentie<br />

1 ingestelde frequentie<br />

2 motorstroom<br />

3 tussenkringspanning<br />

4 motorkoppel<br />

P002 * Aanlooptijd (10.0 s)<br />

Instelling van de aanlooptijd (0 tot fMAX) van 0 tot 650 s<br />

P003 * Uitlooptijd (10.0 s)<br />

Instelling van de uitlooptijd (fMAX tot 0) van 0 tot 650 s<br />

P004 * Afronding (0.0 s)<br />

Tijd van 0 tot 40 s tot de maximale (minimale) snelheid bereikt wordt door<br />

flankenafronding (zie tekening).<br />

P005 * Digitale frequentie-instelling (0.0 Hz)<br />

Digitale frequentie instelbaar tussen 0 en 650 Hz.<br />

P006 Keuze voor frequentie-instelling (0)<br />

Keuze voor de wijze waarop de frequentie wordt ingesteld:<br />

0 digitaal<br />

1 analoog<br />

2 motorpotentiometer (vaste frequentie), afhankelijk van de parameters van de binaire<br />

ingangen (P051 -P055).<br />

PO09 * Parametersleutel (0)<br />

Met behulp van deze instelling kunnen we bepalen welke parameters kunnen veranderd<br />

worden. De sleutelparameters zijn:<br />

0 Er kunnen enkel de parameters van P001 tot P009 gelezen en veranderd worden.<br />

1 Er kunnen alleen de parameters P001 tot P009 ingesteld worden en de parameters<br />

P011 tot P944 gelezen worden.<br />

2 Alle parameters kunnen ingesteld worden, maar bij de volgende inschakeling van<br />

de frequentieregelaar wordt de parameter PO09 automatisch terug op 0 gezet.<br />

3 Alle parameters kunnen, ook na uitschakeling ingesteld worden.<br />

P011 Niet-vluchtig geheugen voor de frequentie-instelling (0)<br />

0 niet werkzaam<br />

1 werkzaam na uitschakeling (de verandering van de instelling via de hoger/lagertoetsen<br />

of de motorpotentiometer worden ook na de uitschakeling van de regelaar<br />

bewaard).<br />

P012 * Minimale motorfrequentie (0.0 Hz)<br />

instelbaar van 0 tot 650 Hz.<br />

P013 * Maximale motorfrequentie (50.0 Hz)<br />

instelbaar van 0 tot 650 Hz<br />

P014 * Doorloopfrequentie (0.0 Hz)<br />

Met deze parameter kan voor de vermijding van resonantieverschijnselen van de<br />

aandrijving een frequentie ingesteld worden, waarbij een frequentiebereik van ±2 Hz<br />

wordt ingeschakeld. In het ingeschakelde frequentiebereik is een stationair bedrijf<br />

niet mogelijk. Dit bereik wordt alleen doorlopen.<br />

P015 * Automatische heraanloop (0)<br />

0 uitgeschakeld<br />

1 ingeschakeld en werkzaam na stroomuitval.<br />

P016 * Vangaanloop (0)<br />

Met deze parameter wordt het inschakelen van de omvormer op een draaiende motor<br />

mogelijk.<br />

0 uitgeschakeld<br />

1 werkzaam na spanningsinschakeling, fout of UIT2<br />

2 altijd werkzaam<br />

P021 * Minimale ana1oge instelwaarde van de frequentie (0.0 Hz)<br />

Ingestelde frequentie die overeenkomt met 0 V (0 mA, 2 V of 4 mA afhankelijk van P023)<br />

tussen 0 en 650 Hz. Deze frequentie kan groter zijn als de waarde aangegeven met P022.<br />

Frequentieregelaars 2


P022 * Maximale analoge instelwaarde van de frequentie (50.0 Hz)<br />

Frequentie ingesteld tussen 0 en 650 Hz, die overeenkomt met een analoge waarde van<br />

10V (of 20 mA). De ingestelde waarde kan ook kleiner zijn als de waarde aangegeven met<br />

P021 (zie diagram 1).<br />

P023 * Keuze analoge ingangsbereik (0)<br />

0 0 tot 10 V (0 tot 20 mA)<br />

1 2 tot 10 V (4 tot 20 mA)<br />

P024 * Optellen van de analoge ingangswaarde (0)<br />

0 geen optelling<br />

1 optelling van de analoge waarde met de vaste frequentie en met de motorpotentiometerfrequentie.<br />

P031 * Aanraakinstelling rechts (5.0 Hz)<br />

De aanraakinstelwaarde rechts legt de frequentie van 0 tot 650 Hz vast, waarmee de<br />

omvormer moet werken, als de ingang aanraakbedrijf rechts geactiveerd wordt. Deze<br />

waarde kan kleiner zijn als de minimale frequentie.<br />

P032 * Aanraakinstelling links (5.0 Hz)<br />

De aanraakinstelwaarde links legt de frequentie van 0 tot 650 Hz vast, waarmee de<br />

omvormer moet werken, als de ingang aanraakbedrijf links geactiveerd wordt. Deze<br />

waarde kan kleiner zijn als de minimale frequentie.<br />

P033 * Aanlooptijd aanraakinstelling (10.0 s)<br />

instelbaar tussen 0 en 650 s gebaseerd op fMAX.<br />

P034 * Uitlooptijd aanraakinstelling (10.0 s)<br />

instelbaar tussen 0 en 650 s gebaseerd op fMAX.<br />

P041 * Vaste frequentie 1 (5.0 Hz)<br />

instelbaar tussen 0 en 650 Hz<br />

P042 * Vaste frequentie 1 (10.0 Hz)<br />

instelbaar tussen 0 en 650 Hz<br />

P043 * Vaste frequentie 1 (20.0 Hz)<br />

instelbaar tussen 0 en 650 Hz<br />

P044 * Vaste frequentie 1 (40.0 Hz)<br />

instelbaar tussen 0 en 650 Hz<br />

P045 Omkering vaste frequenties (0)<br />

Met deze parameter kan de draaizin voor de vaste frequenties vastgelegd worden.<br />

zie tabel 1.<br />

PO51 Keuze stuurfunctie DIN1 (1)<br />

keuze van de functie van digitale ingang 1: in te stellen op 1 of 2 (zie tabel 2).<br />

PO52 Keuze stuurfunctie DIN2 (2)<br />

keuze van de functie van digitale ingang 2: in te stellen van 1 tot 12 (zie tabel 2).<br />

PO53 Keuze stuurfunctie DIN3 (6)<br />

keuze van de functie van digitale ingang 3: in te stellen van 0 tot 12 (zie tabel 2).<br />

PO54 Keuze stuurfunctie DIN4 (6)<br />

keuze van de functie van digitale ingang 4: in te stellen van 0 tot 12 (zie tabel 2).<br />

PO55 Keuze stuurfunctie DINS (6)<br />

keuze van de functie van digitale ingang 5: in te stellen van 0 tot 12 (zie tabel 2).<br />

P061 Keuze meldfunctie RL1 (6)<br />

Met deze instelling wordt de configuratie van het uitgangsrelais RL1 ingesteld tussen<br />

0 en 6 (zie tabel 3).<br />

P062 Keuze meldfunctie RL2 (8)<br />

Met deze instelling wordt de configuratie van het uitgangsrelais RL1 ingesteld tussen<br />

0 en 8 (zie tabel 3).<br />

P063 Inschakelvertraging externe rem (1.0 s)<br />

Er wordt een tijd ingesteld tussen 0 en 20 s, waarbij na het inschakelen van de<br />

aandrijving de externe rem via het remrelais gesloten blijft en de motor met de in<br />

P012 - ingestelde minimale frequentie aangedreven wordt (zie diagram 2).<br />

P064 Uitschakelvertraging externe rem (1.0 s)<br />

Er wordt een tijd ingesteld tussen 0 en 20 s, waarbij de motor na het sluiten van de<br />

externe rem verder met de in P012 ingestelde minimum frequentie aangedreven wordt (zie<br />

diagram 2).<br />

Frequentieregelaars 3


P071 * Slipcompensatie (0 %)<br />

Met deze parameter wordt de bij de belasting optredende slip van een asynchrone motor<br />

in een bereik van 0 % tot 200 % van de nominale slip gecompenseerd.<br />

Belangrijk: Bij aandrijving van een synchrone motor of parallelgeschakelde motoren<br />

(groepsaandrijving) moet de slipcompensatie op 0 gezet worden.<br />

P072 * Slipbegrenzing (250 %)<br />

Met deze parameter kan de slip in een bereik van 0 % tot 500 % van de nominale slip<br />

begrensd worden en daarmee het 'kippen' van de aandrijving vermeden worden. Bij het<br />

bereiken van de slipgrens zal de omvormer de uitgangsfrequentie laten afnemen.<br />

P073 * Gelijkstroomremming (0 %)<br />

Hier wordt de voor de gelijkstroomrem ingestelde remstroom van 0 % tot 250 % van de<br />

nominale motorstroom ingegeven. Stellen we 0 % in, dan wordt de gelijkstroomrem<br />

uitgeschakeld. De remtijd wordt door PO03 ingesteld. Deze functie is niet werkzaam als<br />

P061 of P062 op 4 gezet wordt (externe rem).<br />

P074 * Reductie motorvermogen als temperatuursbeveiliging (0)<br />

Om een oververhitting van zelfkoelende motoren bij kleine toerentallen te verhinderen,<br />

kan hier een reductiecurve voor de duuruitgangsstroom gekozen worden. De bijgevoegde<br />

overbelastbaarheid wordt door de interne I 2 t-berekening vastgelegd (150 % nominale<br />

motorstroom voor 1 minuut). Zie diagram.<br />

P075 * Remweerstand (0 Ω)<br />

Hier moet bij het inzetten van een remweerstand de toegepaste weerstandswaarde in het<br />

bereik van 65 tot 250 Ω ingegeven worden. De waarde O Ω deactiveert de functie.<br />

P076 * Pulsfrequentie (0)<br />

De pulsfrequentie in het bereik van 2 tot 16 kHz en de PWM mode voor de<br />

uitgangsspanning wordt door deze parameter bepaald. Als geruisloze werking niet<br />

absoluut noodzakelijk is, dan kunnen de verliezen in de omvormer en de motor alsook de<br />

stooremissie gereduceerd worden door lagere pulsfrequenties te kiezen. Modulatiemode 1<br />

zorgt dat de motor meer zachter loopt bij heel kleine toerentallen, terwijl<br />

modulatiemode 2 zorgt voor lagere verliezen in motor en omvormer.<br />

0 16 kHz / mode 1<br />

1 16 kHz / mode 2<br />

2 8 kHz / mode 1<br />

3 8 kHz / mode 2<br />

4 4 kHz / mode 1<br />

5 4 kHz / mode 2<br />

6 2 kHz / mode 1<br />

7 2 kHz / mode 2<br />

8 8-16 kHz / mode 3<br />

9 4- 8 kHz / mode 3<br />

10 2- 4 kHz / mode 3<br />

Nota: Als 0 ingesteld is, dan is het aflezen van de stroom op het scherm, voor<br />

frequenties lager dan 10 Hz niet nauwkeurig.<br />

P077 Regelmode (1)<br />

Keuze van de werking van de micromaster volgens een spanningsfrequentiecurve of<br />

volgens fluxcurrentcontrol (FCC):<br />

0 lineaire spanningsfrequentiecurve<br />

1 FCC<br />

2 kwadratische spanningsfrequentiecurve (te gebruiken voor Dampen en ventilatoren).<br />

Nota: bij gebruik van synchrone motoren en motoren in parallelwerking, moet een U/fcurve<br />

gebruikt worden.<br />

P078 * Continue stroomverhoging (100 %)<br />

Om het koppel voor het starten en voor werking met lage frequenties aan te passen, kan<br />

de aanloopstroom in een bereik van 0 tot 250 % van de waarde van de motorstroom<br />

ingesteld worden. Opgelet voor oververhitting van de motor als de waarde te hoog is<br />

ingesteld.<br />

P079 * Losbreekkoppel (0 %)<br />

Voor aandrijvingen die een hoog aanloopkoppel vereisen,is het mogelijk een extra<br />

spanningsverhoging in te stellen, door de aanloopstroom te boosten met een waarde<br />

tussen 0 en 250 % van de nominale motorstroom. De verhoging is alleen effectief<br />

gedurende de aanloop en tot de ingestelde frequentie is bereikt. Deze verhoging wordt<br />

opgeteld bij P078.<br />

P081 Nominale motorfreQuentie (50.0 Hz)<br />

Deze waarde moet ingesteld worden volgens de gebruikte motor tussen 0 en 650 Hz. De<br />

specificaties van de motor worden teruggevonden op het naamplaatje van de motor.<br />

P082 Nominaal motortoerental (* rpm)<br />

instelling tussen 0 en 9999 rpm (zie motorkenplaatje).<br />

P083 Nominale motorstroom (* A)<br />

Instelling tussen 0.1 en 50 A volgens het kenplaatje van de motor.<br />

Frequentieregelaars 4


P084 Nominale motorspanning (220 V)<br />

instelling tussen 0 en 500 V volgens de gegevens van het motorkenplaatje.<br />

P085 Nominaal motorvermogen (* kW)<br />

instelling volgens de gegevens van het kenplaatje van de motor tussen 0 en 20 kW.<br />

P086 * Motorstroombegrenzing (150 %)<br />

Door de instelling van deze parameter tussen 0 en 250 % kan de motorstroom begrensd<br />

worden en oververhitting van de motor voorkomen. Als de ingestelde waarde overschreden<br />

wordt, den zal de omvormer de uitgangsfrequentie laten dalen, tot de stroom onder de<br />

grens komt. Gedurende dit proces zal het afleesscherm flikkeren als waarschuwing.<br />

P087 * PTC-motorbeveiliging (0)<br />

0 niet werkzaam<br />

1 werkzaam<br />

P088 Automatische calibratie (0)<br />

Als de parameter op 1 gezet wordt, dan zal wanneer de motor de volgende keer wordt<br />

aangeschakeld een automatische meting plaatsvinden van de weerstand van de statorspoel<br />

van de motor en de waarde opgeslagen in P089. De parameter wordt vervolgens terug op<br />

nul gezet.<br />

P089 * Weerstand statorspoel (*Ω)<br />

Waarden tussen 0.1 en 100~ kunnen manueel ingevoerd worden.<br />

P091 * Busadres (0)<br />

Als de MicroMaster moet werken door afstandsbediening via een RS485 seriele interface,<br />

dan moet het busadres tussen 0 en 30 in deze parameter ingevoerd worden.<br />

P092 * Baudrate (6)<br />

3 1200 baud<br />

4 2400 baud<br />

5 4800 baud<br />

6 9600 baud<br />

7 19200 baud<br />

P093 * Time-out (0 s)<br />

De time-out is het toegelaten tijdsinterval tussen 2 binnenkomende datatelegrams. Het<br />

begint na de ontvangst van de gegevensboodschap en kan ingesteld worden tussen 0 en<br />

240 s. De 0 waarde schakelt de controle uit.<br />

P094 * Systeem frequentie-instelling (50.0 Hz)<br />

Ingestelde waarden worden verzonden in de datatelegrams in %. Daarvoor wordt de<br />

vereiste frequentie in Hz overeenkomende met 100 % in deze parameter gezet worden (0<br />

tot 650 Hz).<br />

P101 * Bedrijf Europa/USA (0)<br />

Deze parameter selecteert ofwel de Europese ofwel de USA-standaard. Het selecteert<br />

eveneens de correcte motorstandaard 50 of 60 Hz. Om deze parameter te aanvaarden na<br />

het instellen, moet een P944-reset uitgevoerd worden:<br />

0 Europa<br />

1 USA<br />

P910 * Locaal/afstandsbediening (0)<br />

Met deze parameter kan ofwel de locale bediening of de afstandsbediening via de RS485<br />

interface geselecteerd worden:<br />

0 locaal<br />

1 afstandsbediening<br />

P922 Software versie (*)<br />

Deze parameter bevat de software versie van de uitrusting (0 -9999).<br />

P923 * Systeemversie (0)<br />

systeemversie van de uitrusting tussen 0 en 9999.<br />

P930 Geheugen voor foutnummer<br />

Deze parameter bewaart de laatst opgetreden foutcode (0 tot 9999).<br />

P931 Geheugen voor waarschuwingsnummer 0 -9999<br />

De laatste waarschuwing die opgetreden is wordt bewaard in deze parameter totdat de<br />

spanning wordt weggenomen:<br />

2 stroombegrenzing<br />

3 spanningslimiet<br />

4 sliplimiet overschreden<br />

5 motorovertemperatuur<br />

P944 Bedrijfsinstelling herstellen (0)<br />

De fabrieksinstellingen kan met alle parameters terug gezet worden:<br />

Frequentieregelaars 5


FUNCTIEKEUZE VAN DE DIGITALE INGANGEN<br />

PARAMETER POS1 POS2 POS3 POS4 POS5<br />

Waarde Functie DIN1 DIN2 DIN3 DIN4 DIN5 Actief<br />

0 geen ingang x x x x<br />

1 naar rechts x Hoog<br />

2 naar links x x Hoog<br />

3 omkering x x x x Hoog<br />

4 AF2 x x x x laag<br />

5 AF3 x x x x laag<br />

6 vaste frequentie f4 f3 f2 fl Hoog<br />

7 rechts joggen x x x x Hoog<br />

8 links joggen x x x x Hoog<br />

9 afstandsbediening x x x x Hoog<br />

10 foutcode opheffen x x x x L->H<br />

11 verhoog frequentie x x x x Hoog<br />

12 verlaag frequentie x x x x Hoog<br />

CONFIGURATIE VAN DE RELAISUITGANGEN<br />

PARAMETER PO61 PO62<br />

Waarde Functie RL1 RL2 Actief<br />

0 geen uitgang x x Laag<br />

1 omvormer werkt x x Hoog<br />

2 frequentie = 0 Hz x x Laag<br />

3 rechtse draaizin x x Hoog<br />

4 rem aan x x Laag<br />

5 frequentie = fmin x x Laag<br />

6 fout x Laag<br />

6 motorstroomlimiet x Laag<br />

7 motorovertemperatuur x Laag<br />

8 waarschuwing x Laag<br />

Frequentieregelaars 6

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!