Sectie 1 colofon en inhoud - H. Joannes de Doper

En proeven? Ja zeker. We proeven van wat de Heer ons geeft. Niet alleen zijn
Woord maar nog meer zijn Sacrament.
Tot slot: In de liturgie aanbidden we God met alles wat of wie we zijn! Met onze
handen en voeten. Met onze oren en neus. Met hoofd, schouders, knieën,
teen, knieën, teen… ogen, oren, puntje van je neus! Precies zoals Jezus ons gevraagd
heeft: God lief te hebben met héél ons wezen! (Mc. 12,28-34).
pastoor Eric van Teijlingen
kapelaan Elroy Kaak
De Eucharistische doxologie (‘Door Hem, met Hem…’)
Mag het nu wel, of niet? Het mag best maar het hoort niet. De tekst ‘Door Hem,
met Hem, in Hem…’ als afsluiting van het grote dankgebed of Eucharistisch
gebed behoort enkel door de priester te worden uitgesproken. Want deze tekst
is het sluitstuk (= doxologie) van het grote gebed van de prefatie en de consecratie
waarmee de gedachtenis van Jezus wordt gevierd en God dank gezegd
voor het leven en voor Jezus’ leven, sterven en verrijzenis. Dat hele gebed bidt
de priester (namens de aanwezigen). De gelovigen beamen, bevestigen, dit hele
gebed met een welgemeend ‘amen’ (wat betekent: ‘ja, zo is het!’).
Er is wat verwarring of dit ‘Door Hem, met Hem’ wel of niet door iedereen uitgesproken
moet of mag worden. Die verwarring is ooit ontstaan. Waarschijnlijk
is het meespreken zelfs bevorderd. Maar het is niet juist. De priester (met eventuele
concelebranten) spreekt deze slottekst uit, zoals hij ook – m.u.v. de geloofsacclamatie
– het gehele Eucharistisch gebed (namens de gelovigen) uitspreekt.
Misschien goed toe te voegen dat ieder gebed dat de priester gedurende een
viering uitspreekt een doxologie kent. Want iedere keer eindigt zo’n gebed met
een aanroeping van de Allerheiligste Drie-eenheid. De meest gangbare tekst
hiervoor luidt: “Door onze Heer Jezus Christus uw Zoon, die met U leeft en
heerst in de eenheid van de Heilige Geest, God, door de eeuwen der eeuwen”.
Die aanroeping wordt uitgesproken door degene die ook het gebed uitspreekt
(niemand heeft aandrang dat gedeelte hardop te zeggen), waarop de overige
aanwezigen “amen” zeggen. Zo ook bij het Eucharistisch gebed, dat door de
priester alleen wordt uitgesproken. Die aanroeping (aan het slot van dit gebed)
vormt namelijk een onlosmakelijk deel van het gehele gebed.
9