29.09.2013 Views

Bijbelstudie Romeinen 1:18-32 - Hemels Brood

Bijbelstudie Romeinen 1:18-32 - Hemels Brood

Bijbelstudie Romeinen 1:18-32 - Hemels Brood

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Vers 19-20<br />

'...omdat wat van God gekend kan worden, hun bekend is.<br />

God Zelf heeft het hun immers geopenbaard.<br />

Want de dingen van Hem die onzichtbaar zijn,<br />

worden sinds de schepping van de wereld uit Zijn werken gekend en doorzien,<br />

namelijk én Zijn eeuwige kracht én Zijn Goddelijkheid,<br />

zodat (opdat) zij niet te verontschuldigen zijn.'<br />

De mens is bekend - of kan bekend zijn - met dat wat God over Zichzelf bekend heeft willen maken.<br />

Zijn kracht en Goddelijkheid (Goddelijke karakter) worden immers al vanaf de schepping van de<br />

wereld gekend en begrepen . We vinden de bewijzen hiervoor in de volgende teksten: Job 12:7-9<br />

(getuigenis in de natuur); Ps.19:2 (getuigenis van de hemel); Hand.14:15-17 en 17:24-27.<br />

Om te overdenken:<br />

God wil Zichzelf - nog steeds - bekend maken (Ef.1:9).<br />

Er wordt gesproken over de 'schepping van de wereld (kosmos)'. Het gaat hier dus ook over de<br />

Godsopenbaring voor de schepping van de mensheid (Gen.1:1-2). God openbaarde Zichzelf al<br />

voordat er mensen op deze aarde aanwezig waren.<br />

De mens heeft van God het vermogen gekregen (o.a. verstand) om deze zaken te begrijpen en daar<br />

de juiste conclusies uit te trekken over de plaats van God ten opzichte van zichzelf.<br />

Iedereen die dus ooit geleefd heeft, heeft een openbaring van God ontvangen. Dit noemen we het<br />

godsbesef. Een ander bewijs hiervoor vinden we in vers 23: mensen willen goden hebben.<br />

We moeten deze openbaring niet verwarren met de openbaring van het evangelie. Dat laatste moet<br />

namelijk gebeuren door de prediking (Rom.10:17).<br />

Mensen zijn dus niet te verontschuldigen voor het feit dat ze God niet de juiste plaats geven in hun<br />

leven. God spreekt hen aan op de verantwoordelijkheid die ze als schepsel voor Hem hebben.<br />

In de volgende verzen zien we hoe de mens gereageerd heeft op deze Godsopenbaring.<br />

Vers 21-23<br />

'Want zij hebben<br />

hoewel zij God kennen,<br />

Hem niet als God verheerlijkt of gedankt,<br />

maar zij zijn verdwaasd (tot dwaasheid vervallen) in hun overwegingen (overleggingen)<br />

en hun onverstandig hart is verduisterd geworden.<br />

Terwijl zij zich uitgaven voor wijzen, zijn zij dwaas geworden<br />

Ze hebben de heerlijkheid van de onvergankelijke God vervangen door een beeld<br />

dat lijkt op een vergankelijk mens, op vogels en op viervoetige en kruipende dieren.'<br />

Hoewel mensen God kennen, hebben ze Hem niet verheerlijkt of gedankt. Dat wil zeggen: ze hebben<br />

Hem niet de juiste plaats gegeven in hun leven.<br />

Om te overdenken:<br />

God verwacht van mensen dat ze Hem alle eer geven. Dat is ook wat Hem toekomt in óns leven.<br />

Het schepsel wat Zijn maker te kort doet en verwerpt, vervalt in dwaasheid. Dat is het<br />

onvermijdelijke gevolg. De mens is gemaakt om in relatie tot de Schepper te leven; niet om zelf het<br />

2

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!