30.09.2013 Views

Bijlage 8: Overzicht van archeologisch waardevolle gebieden ...

Bijlage 8: Overzicht van archeologisch waardevolle gebieden ...

Bijlage 8: Overzicht van archeologisch waardevolle gebieden ...

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Naam gebied : Dommel, Vresselsche Bosch, Breugelse Beemden,<br />

Nuenens Broek<br />

Oppervlakte : 3232 ha<br />

Reliëf max. : 12 m<br />

Aardkundige betekenis : Mooi voorbeeld <strong>van</strong> klein rivierdal in<br />

dekzandlandschap, met verscheidenheid aan<br />

fluviatiele landvormen, en bijhorende aardkundige (en<br />

cultuurhistorische) landschapselementen in de directe<br />

omgeving.<br />

Aardkundige fenomenen : Beekdal met overstromingsvlakte, actieve bedding,<br />

stootoevers, kronkelwaard, oeverwallen, afgesneden<br />

meanders; rivierduinen; stuifduinen; stuifzandwallen<br />

Actuele processen : Riviererosie en -sedimentatie; verstuiving,<br />

verlanding, veenvorming, meerafzetting, hellingerosie<br />

Geologische formaties en afzettingen : Formatie <strong>van</strong> Boxtel (Nuenen Groep, Brabantse<br />

leem, dekzand, fluvioperiglaciale afzettingen);<br />

bedekking met Laagpakket <strong>van</strong> Kootwijk (stuifzand),<br />

Laagpakket <strong>van</strong> Singraven (beekafzettingen, vennen)<br />

Geologische ontstaansperiode : Formatie <strong>van</strong> Boxtel: Weichselien, Laagpakket <strong>van</strong><br />

Singraven: Laatglaciaal/Holoceen, Laagpakket <strong>van</strong><br />

Kootwijk: Holoceen (tot actueel)<br />

Geomorfologische fenomenen : Beekdalbodem; dalvormige laagte;<br />

Beekoverstromingsvlakte; (verspoelde)<br />

dekzandvlakte; glooiing beekdalzijde,<br />

dekzandrug(gen); laagte zonder randwal<br />

Bodemtypen : Beekeerdgrond, Duinvaaggrond, Gooreerdgrond,<br />

Hoge bruine enkeerdgrond, Hoge zwarte<br />

enkeerdgrond, Koopveengrond, Laarpodzolgrond,<br />

Lage enkeerdgrond, Madeveengrond,<br />

Meerveengrond, Moerige eerdgrond,<br />

Veldpodzolgrond, Vlakvaaggrond, Vlierveengrond<br />

Wetenschappelijke & educatieve betekenis : Dit overzichtelijke rivierdal toont ons naast actieve<br />

rivierdynamiek in wisselwerking met het omliggende<br />

dekzand- en stuifduinlandschap (afgesneden<br />

meanders, stootoevers, oeverwallen, actieve<br />

overstromingsvlakte) , ook de interactie met de<br />

menselijke invloed (bv. percelering, watermolens).<br />

Zowel het geologisch als het <strong>archeologisch</strong><br />

bodemarchief zijn interessant.<br />

Algemeen<br />

Dit aardkundig <strong>waardevolle</strong> gebied (deelkaart 31 tot en met 34) omvat het Dommeldal tussen Boxtel in<br />

het noordwesten en Geldrop in het zuidoosten, en een aantal ermee geassocieerde nabijgelegen<br />

dekzand- en stuifzandgebiedjes en bolle akkercomplexen (esdekken). Het vlakbij gelegen bos-, heide-<br />

en stuifzandgebied <strong>van</strong> het Vresselsche Bosch en de laaggelegen Breugelse Beemden (of -Broek) en<br />

Nuenens Broek zijn eveneens in het gebied begrepen. Het gebied is relatief lang en smal,<br />

onregelmatig <strong>van</strong> vorm en wordt onderbroken door de bewoningskern <strong>van</strong> Sint-Oedenrode.<br />

Aardkunde<br />

De Dommel is omwille <strong>van</strong> de grootte <strong>van</strong> zijn stroomgebied, zijn dal en de daarin aanwezige<br />

reliëfvormen eerder te bestempelen als een kleine rivier dan als een beek. De meest opvallende<br />

aardkundige fenomenen in het Dommeldal hebben dan ook te maken met Holocene of Laatglaciale<br />

rivierwerking: het rivierdal met komgronden, oeverwallen langs afgesneden of actieve delen <strong>van</strong> de<br />

bedding, en dikwijls goed zichtbare glooiingen of zelfs steilranden die de overgang vormen <strong>van</strong> het dal<br />

naar het hoger gelegen dekzandlandschap. Lokale boogvormige verbredingen <strong>van</strong> het dal geven de<br />

plaats aan waar op het einde <strong>van</strong> de laatste ijstijd (Laatglaciaal) grote meanders de actief waren en de<br />

dalwand sterk erodeerden (bijvoorbeeld Moerkuilen, een veengebied waar<strong>van</strong> het bodemarchief<br />

paleobotanische informatie bevat). Ook is er de interactie <strong>van</strong> de vroegere en/of actuele<br />

23

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!