10.05.2014 Views

Dimensie 3 nr. 2012/3 (mei-juni 2012) - Buitenlandse Zaken

Dimensie 3 nr. 2012/3 (mei-juni 2012) - Buitenlandse Zaken

Dimensie 3 nr. 2012/3 (mei-juni 2012) - Buitenlandse Zaken

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

HET MAGAZINE VAN DE BELGISCHE<br />

ONTWIKKELINGSSAMENWERKING<br />

dimensie<br />

Duurzaam<br />

zet de toon<br />

Rio+20<br />

BURUNDI<br />

EN RWANDA<br />

50 jaar onafhankelijk<br />

Nr 3 / <strong>2012</strong> • TWEEMAANDELIJKS MEI-JUNI-JULI <strong>2012</strong> • P308613 • AFGIFTEKANTOOR BRUSSEL X


Overzicht<br />

MEI-JUNI-JULI <strong>2012</strong><br />

OEGANDA<br />

Byumba<br />

Kivumeer<br />

Kibuye<br />

Nyanza<br />

Kigali<br />

RWANDA<br />

A<br />

Rwamagana<br />

Kirundo<br />

DR<br />

CONGO<br />

Muyinga<br />

Cibitoke<br />

Kayanza<br />

Ngozi<br />

Bubanza<br />

Karuzi<br />

Bujumbura<br />

BURUNDI<br />

Muramvya<br />

Gitega<br />

Ruyiga<br />

Mwaro<br />

TANZANIA<br />

Cankuzo<br />

6 ><br />

We zijn<br />

allen kinderen<br />

van Rio<br />

10/11/12 ><br />

Ontbossing<br />

op je bord<br />

18-19 ><br />

Burundi en Rwanda<br />

in een<br />

oogopslag<br />

> DOSSIERS<br />

RIO+20<br />

VN-Top<br />

voor een duurzame<br />

toekomst<br />

Burundi<br />

en Rwanda<br />

50 jaar onafhankelijk<br />

4-5 RIO+20<br />

8-9 “Rio+20 gaat niet<br />

over milieu maar<br />

over economie”<br />

13 Energie uit de grond<br />

14-15 Het Zuiden kleurt<br />

groen<br />

16 Broeikasgassen:<br />

de wereld op z’n kop?<br />

17 Kigali:<br />

een groene stad<br />

20 Burundese<br />

landbouw opnieuw<br />

in de startblokken<br />

21 Corruptie bestrijden<br />

om investeerders<br />

aan te trekken<br />

22 Agaseke amahoro,<br />

niet zomaar mandjes<br />

23 Twee gezichten<br />

van Burundi<br />

24-25 Burundi vernieuwt zijn<br />

wegennet na de crisis<br />

26-27 Design for Impact<br />

28-29 Youth are the future<br />

30 Prijs Belgische<br />

Ontwikkelingssamenwerking<br />

<strong>2012</strong><br />

Gratis<br />

abonnement op :<br />

www.dimensie-3.be<br />

of per mail aan :<br />

info.dgd@diplobel.fed.be<br />

31 Zicht op het leven<br />

32 Vrijwilligerswerk of<br />

vrijwilligerstoerisme?<br />

33-35 Puntkomma<br />

36 De Dagen van de<br />

Belgische Ontwikkelingssamenwerking<br />

2 MEI-JUNI-JULI <strong>2012</strong> I dimensie 3


dimensie3<br />

Nu of nooit!<br />

© FOTOLIA/Gunnar Assmy<br />

Tweemaandelijks<br />

tijdschrift uitgegeven<br />

door de Directie-Generaal<br />

Ontwikkelingssamenwerking<br />

(DGD)<br />

Redactie:<br />

DGD - DIRECTIE SENSIBILISE-<br />

RINGSPROGRAMMA'S<br />

Karmelietenstraat, 15<br />

B-1000 Brussel<br />

Tel. +32 (0)2 501 48 81<br />

Fax +32 (0)2 501 45 44<br />

E-mail : info.dgd@diplobel.fed.be<br />

www.diplomatie.be • www.dg-d.be<br />

Redactiesecretariaat:<br />

Elise Pirsoul, Jean-Michel Corhay,<br />

Chris Simoens<br />

Layout en productie:<br />

www.mwp.be<br />

De artikels geven niet noodzakelijk het<br />

officiële standpunt weer van DGD of<br />

van de Belgische regering. Overname<br />

van de artikels is toegestaan mits<br />

bronvermelding en een kopie voor de<br />

redactie.<br />

<strong>Dimensie</strong> 3 verschijnt 5 maal per jaar om<br />

de 2 maanden, behalve in de zomer.<br />

Gedrukt op 100% gerecycleerd papier.<br />

Abonnement:<br />

Gratis in België. In het buitenland enkel<br />

de elektronische versie.<br />

Griekenland staat onder economisch toezicht, de situatie in Spanje,<br />

Portugal, Italië wordt nauwlettend in het oog gehouden… Terwijl Europa<br />

het hoofd biedt aan een zware economische crisis en nadenkt over<br />

middelen om “de economie weer op gang te brengen”, lijkt de politiek weinig<br />

aandacht te hebben voor de milieuproblemen die zich hier en daar voordoen –<br />

natuurrampen, stijging van het waterpeil, hongersnoden, energieproblemen, het<br />

schaars worden van natuurlijke hulpbronnen. Economie en milieu zijn nochtans<br />

twee do<strong>mei</strong>nen die nauw met elkaar verweven zijn. De economie tast het milieu<br />

zwaar aan, maar zonder milieu is er geen economie.<br />

Op de Conferentie van Rio+20 van 22 <strong>juni</strong> <strong>2012</strong> is het hoofdthema dan<br />

ook de groene economie, waarbij het om meer zal moeten gaan dan het<br />

“groenwassen” van de economie. “We hebben geen andere keuze dan het<br />

ontwikkelingsparadigma op wereldschaal te wijzigen. Europa moet zijn sociaal<br />

model en zijn milieudoelstellingen verder ontwikkelen, maar niet op eigen houtje.<br />

De Conferentie van Rio is een goede gelegenheid om wereldwijd de verbintenis<br />

aan te gaan van een grotere coherentie van het beleid opdat de ontwikkeling,<br />

waarop iedereen recht heeft, zo duurzaam mogelijk zou zijn”, aldus de minister van<br />

Ontwikkelingssamenwerking. Hij zal in Rio daarom pleiten voor meer coherentie<br />

tussen economie, milieu en de solidariteit met de landen in het Zuiden.<br />

Om te beseffen hoe belangrijk deze conferentie wel is, moeten we maar enkele<br />

decennia teruggaan in de tijd. Wie had toen durven dromen dat “duurzame<br />

ontwikkeling” een gangbaar begrip zou worden; milieu een sociale, politieke<br />

en zelfs economische kwestie en de klimaatwijziging een echt maatschappelijk<br />

thema? De kentering kwam er op de doorslaggevende Top van Rio in 1992. En<br />

nu maar hopen dat de wereldleiders erin zullen slagen af te stappen van de<br />

gebruikelijke economische paden, de winsteconomie en haar inherente stimulans<br />

tot (over)consumptie om van Rio+20 opnieuw een positieve mijlpaal te maken<br />

voor de toekomstige generaties in het Zuiden en het Noorden.<br />

Laat ons nog verder terugkijken. 50 jaar geleden werden Burundi en Rwanda<br />

onafhankelijk, twee jaar na hun grote buurland Congo. De vreugde was echter<br />

van korte duur. Oorlogen teisterden het gebied en vernielden alles, de stenen,<br />

de mensen en hun zielen. Vandaag zwijgen de wapens wel, maar de uitdagingen<br />

blijven enorm groot. In deze landen die kleiner, maar dichter bevolkt zijn dan<br />

België, leeft 90% van de bevolking op het platteland en van het bewerken van de<br />

grond, die op de flanken van heuvels soms onbruikbaar is.<br />

Maar zowel op het platteland als in steden zoals Kigali en Bujumbura is er<br />

verandering. Beide landen vertonen momenteel groeicijfers die ons Westerse<br />

landen doen verbleken. Rwanda is een toonbeeld voor de strijd tegen corruptie<br />

en voor duurzame ontwikkeling in de hoofdstad. Beide landen, respectievelijk<br />

het tweede en het derde belangrijkste partnerland van de Belgische<br />

Ontwikkelingssamenwerking, krijgen steun van BTC in belangrijke sectoren, zoals<br />

wegeninfrastructuur en landbouw (Burundi) of energie (Rwanda).<br />

Met de Conferentie van Rio+20 en de onafhankelijkheidsvieringen van Burundi<br />

en Rwanda staan ons voor de vakantie nog veel werk en grote dingen te wachten.<br />

Afspraak in september!<br />

DE REDACTIE<br />

editoriaal<br />

dimensie 3 I MEI-JUNI-JULI <strong>2012</strong> 3


IO+20<br />

RIO+20<br />

Op 22 <strong>juni</strong> <strong>2012</strong> verenigt de hele<br />

wereld zich op een top die beslissend<br />

kan zijn voor de toekomst van de<br />

mensheid. Zal, 20 jaar na de Top van<br />

de Aarde in Rio de Janeiro, Rio+20 een<br />

nieuw keerpunt zijn naar duurzame<br />

ontwikkeling en armoedebestrijding?<br />

De top zal zich vooral buigen over twee thema’s:<br />

• Groene economie: Hoe kunnen we een groene economie uitbouwen die<br />

leidt tot duurzame ontwikkeling en armoedebestrijding? Hoe kunnen we<br />

ontwikkelingslanden helpen om een groen pad naar ontwikkeling te volgen?<br />

• Internationale coördinatie: Welke instelling of structuur laat toe om<br />

duurzame ontwikkeling internationaal te coördineren?<br />

De uitdagingen liggen in 7 prioritaire do<strong>mei</strong>nen (zie foto’s): jobs, energie,<br />

steden, voedsel, water, oceanen en natuurrampen.<br />

CHRIS SIMOENS<br />

1. STEDEN<br />

Vandaag al leeft de helft van de wereld<br />

in verstedelijkte gebieden, en dat zal<br />

alleen maar toenemen. 828 miljoen<br />

mensen wonen in sloppenwijken.<br />

2. RAMPEN<br />

Jaarlijks worden 250 miljoen mensen getroffen<br />

door natuurrampen. Dat aantal is de laatste 15<br />

jaar meer dan verdubbeld. De overbevolking,<br />

de milieuvervuiling en de klimaatverandering<br />

maken de impact alleen maar erger.<br />

3. ENERGIE<br />

2,7 miljard mensen sprokkelen hun energie om te<br />

koken en te verwarmen uit hun directe omgeving:<br />

hout, mest, resten van gewassen. 1,4 miljard<br />

mensen hebben geen toegang tot elektriciteit.


4. VOEDSEL<br />

Wereldwijd lijden 950 miljoen mensen<br />

honger. Dubbel zoveel mensen hebben een<br />

tekort aan mineralen en vitaminen. En 186<br />

miljoen kinderen zijn te klein voor hun leeftijd<br />

wat wijst op ondervoeding.<br />

5. JOBS<br />

Wereldwijd zitten bijna 200<br />

miljoen mensen zonder werk,<br />

6,2 % van de actieve bevolking.<br />

40 % ervan zijn jongeren.<br />

© Laurent Ballesta<br />

6. OCEANEN<br />

Vinden we straks in de oceanen<br />

nauwelijks vissen, maar wel heel veel<br />

algen, kwallen en plastic? Tegen 2100<br />

zou de teloorgang van de oceanen<br />

alleen al door de klimaatverandering<br />

1500 miljard euro per jaar bedragen.<br />

7. WATER<br />

2,6 miljard mensen – waaronder 1 miljard<br />

kinderen – hebben geen toegang tot sanitaire<br />

voorzieningen. Meer dan 1 miljard mensen<br />

moet het doen zonder veilig water. Tegen 2050<br />

leeft minstens 1 op 4 mensen in een land dat<br />

regelmatig een tekort heeft aan water.<br />

dimensie 3 I MEI-JUNI-JULI <strong>2012</strong> 5


We zijn allen kind<br />

De Aardetop die in 1992 in Rio de Janeiro plaatsvond, vormde een keerpunt in de<br />

opvattingen over de wisselwerking tussen ontwikkeling en milieu. Op deze top werd<br />

het voor die tijd vernieuwende begrip “duurzame ontwikkeling” officieel gemaakt en<br />

kwamen thema’s als woestijnvorming, klimaat en biodiversiteit aan bod. Vandaag,<br />

20 jaar later, zijn deze thema’s meer dan ooit actueel. Aan de vooravond van Rio+20<br />

nemen wij de hoofdbeginselen opnieuw onder de loep.<br />

De Verklaring<br />

van Rio<br />

Met de afkondiging van de Verklaring<br />

van Rio keurden de belangrijkste<br />

wereldleiders 27 beginselen<br />

goed die het begrip duurzame ontwikkeling<br />

omschrijven:<br />

“Mensen staan centraal in de zorg voor<br />

duurzame ontwikkeling. Zij hebben<br />

recht op een gezond en productief leven<br />

in harmonie met de natuur (beginsel 1).<br />

Teneinde duurzame ontwikkeling te<br />

bereiken, dient milieubescherming<br />

een integrerend bestanddeel van het<br />

ontwikkelingsproces te vormen en<br />

niet afzonderlijk daarvan te worden<br />

beschouwd (beginsel 4).”<br />

Agenda 21<br />

Agenda 21 werd opgevat als een uitvoerig<br />

actieplan dat ten doel heeft<br />

deze “duurzame ontwikkeling” in de<br />

21e eeuw te bereiken. Tot op heden<br />

geldt het programma Actie 21 als referentie<br />

voor duurzame ontwikkeling op<br />

vlak van ruimtegebruik.<br />

De Conferentie van Rio benadrukt<br />

tevens de rol van de verschillende<br />

actoren voor duurzame ontwikkeling:<br />

vrouwen, jongeren en kinderen,<br />

autochtone bevolkingsgroepen, ngo’s,<br />

lokale gemeenschappen, vakverbonden,<br />

ondernemingen, onderzoekers<br />

en landbouwers.<br />

Belangrijke<br />

thema’s<br />

De Conferentie van Rio keurde enkele Verdragen/Verklaringen<br />

goed met betrekking<br />

tot belangrijke ontwikkelingsthema’s.<br />

• Het Klimaatverdrag, waarin de noodzaak<br />

wordt bevestigd om de uitstoot<br />

van broeikasgassen te beperken, en<br />

die leidde tot de ondertekening van het<br />

Kyotoprotocol in 1997.<br />

• De Verklaring over de bossen.<br />

• Het Verdrag inzake de biologische<br />

diversiteit dat het gebruik van het genetisch<br />

patrimonium wereldwijd aan een<br />

aantal voorwaarden onderwerpt.<br />

• Het Verdrag ter bestrijding van de<br />

woestijnvorming.<br />

ELISE PIRSOUL<br />

ONLINE<br />

www.sei-international.org<br />

(© Wikipédia / Johann Dréo)<br />

ECONOMISCHE EN<br />

SOCIALE ONTWIKKELING<br />

MET RESPECT VOOR<br />

HET MILIEU<br />

Volgens de meest geciteerde definitie is duurzame ontwikkeling<br />

“ontwikkeling waarbij aan de behoeften van de huidige generatie<br />

tegemoet wordt gekomen zonder dat toekomstige generaties<br />

eenzelfde kans wordt ontnomen.” Het betreft een socioecologisch<br />

proces dat erop gericht is aan de noden van de mens<br />

te voldoen en tegelijk het natuurlijke milieu te beschermen.<br />

Het concept vond in 1987 ingang na de publicatie van het<br />

Rapport van de Commissie Brundtland.<br />

SOCIAAL<br />

LEEFBAAR<br />

MILIEU<br />

DUURZAAM<br />

RECHT-<br />

VAARDIG<br />

HOUDBAAR<br />

ECONOMISCH<br />

Op het raakvlak tussen de drie basisdoelstellingen, liggen<br />

de zogenaamde “Drie pijlers van duurzame ontwikkeling”.<br />

6 MEI-JUNI-JULI <strong>2012</strong> I dimensie 3


eren van Rio<br />

© UN Photo / Michos Tzavaros<br />

Toespraak op de VN-conferentie voor<br />

Milieu en Ontwikkeling in 1992<br />

© douniaroadtrip<br />

DUURZAME ONTWIK-<br />

KELING: LATEN<br />

WE COHERENT ZIJN<br />

In Afrika de kleinschalige landbouw ondersteunen terwijl<br />

de markten van het continent overspoeld worden door<br />

gesubsidieerde producten? Is dat coherent? Hoe kunnen<br />

we staande houden dat we de ontwikkelingslanden helpen<br />

als de steun die enerzijds via ontwikkelingsprojecten wordt<br />

verleend anderzijds verloren gaat door een ongunstig economisch<br />

of milieubeleid? Deze vragen, die steeds vaker<br />

terugkomen in debatten over de doeltreffendheid van de<br />

hulp, vormen een aandachtspunt dat de Belgische regering<br />

grondig wil bestuderen.<br />

“De conferentie van Rio zal een gelegenheid zijn om dit debat<br />

over de coherentie van het ontwikkelingsbeleid op wereldniveau<br />

te voeren”, verklaarde de minister van Ontwikkelingssamenwerking,<br />

Paul Magnette. Om duurzame ontwikkeling<br />

te verwezenlijken zijn inderdaad beleidsmaatregelen nodig<br />

die op verschillende fronten worden genomen met het oog<br />

op de mondiale uitdagingen: extreme armoede, ongelijkheid,<br />

voedselzekerheid, onderwijs, klimaatverandering, verontreiniging<br />

van zeeën en oceanen, en wanpraktijken in de financiële<br />

wereld. De instellingen moeten in die zin versterkt worden,<br />

aldus de minister, die ijvert voor een kader voor de “coherentie<br />

van het ontwikkelingsbeleid”. Zo stelt hij een interministeriële<br />

conferentie en een interdepartementale commissie voor,<br />

naast een mechanisme dat de impact van de beleidsmaatregelen<br />

op de ontwikkeling analyseert.<br />

De coherentie van het beleid vormde het thema van de<br />

Staten-Generaal van de Belgische Ontwikkelingssamenwerking,<br />

die op 8 <strong>mei</strong> <strong>2012</strong> plaatsvond en die alle<br />

actoren van de Belgische ontwikkelingssamenwerking<br />

samenbracht.<br />

EP<br />

Wij erven de<br />

aarde niet van<br />

onze voorouders,<br />

maar lenen ze van<br />

onze kinderen.<br />

ANTOINE DE SAINT-EXUPÉRY<br />

dimensie 3 I MEI-JUNI-JULI <strong>2012</strong> 7


“Rio+20 gaat niet<br />

over milieu maar<br />

over economie”<br />

CHRIS VANDEN BILCKE,<br />

VAN HET VN-MILIEUPROGRAMMA<br />

De balans van twee decennia duurzame ontwikkeling, van de aardetop in Rio in 1992 tot<br />

nu, valt voor Chris Vanden Bilcke van UNEP, het milieuprogramma van de VN, voorzichtig<br />

positief uit. Maar er is nood aan een grondige herziening van het groeimodel.<br />

Blauwvintonijnen zitten vast in de vangnetten<br />

van een vissersboot. Ondanks de quota’s voor<br />

visvangst, blijft deze diersoort met uitsterven<br />

bedreigd. Illegale vangsten zijn goed voor meer<br />

dan de helft van de totale visvangst.<br />

© Greenpeace<br />

De economie<br />

van de toekomst<br />

zal groen zijn of<br />

ze zal niet zijn.<br />

8 MEI-JUNI-JULI <strong>2012</strong> I dimensie 3


Chris Vanden Bilcke volgt al<br />

ruim dertig jaar het thema<br />

duurzame ontwikkeling op.<br />

Hij werkte jaren lang op de<br />

Federale Overheidsdienst <strong>Buitenlandse</strong><br />

<strong>Zaken</strong>. Sinds vorig jaar is hij directeur<br />

van het verbindingsbureau van UNEP<br />

bij de EU in Brussel. Het magazine MO*<br />

stelde hem enkele vragen naar aanleiding<br />

van Rio+20.<br />

Volgens sommigen is het concept<br />

duurzame ontwikkeling anno <strong>2012</strong><br />

een lege doos, een gemiste kans.<br />

Ikzelf zie het als 60 procent positief, 40<br />

procent negatief. Duurzame ontwikkeling<br />

is als concept doorgebroken, en<br />

de betrokkenheid van staatshoofden<br />

en regeringsleiders is onmiskenbaar<br />

gegroeid. Kijk naar de klimaatconferenties<br />

in Kopenhagen of de debatten bij de<br />

jaarlijkse septemberstart van de Algemene<br />

Vergadering van de VN. In 1992<br />

zaten de ontwikkelingslanden nog heel<br />

sterk in het defensief als het ging over<br />

mondiaal milieubeleid. De conferentie<br />

van Rio in 1992 heette niet conferentie<br />

over duurzame ontwikkeling maar over<br />

milieu en ontwikkeling. Ontwikkelingslanden<br />

waren er helemaal niet zeker van<br />

dat die twee een positief verband konden<br />

hebben.<br />

Het was een hele stap vooruit dat een Commissie<br />

voor Duurzame Ontwikkeling (CSD)<br />

gecreëerd kon worden. De CSD zelf werd<br />

echter een mislukking. Ze heeft geen<br />

impact gehad op beleidsbeslissing en van<br />

een instantie met gewicht zoals de VNlandbouw-<br />

en voedselorganisatie FAO.<br />

Vandaag is ze op een dood spoor beland<br />

en moet ze vervangen worden, hetzij door<br />

er een raad van te maken, hetzij door ze<br />

onder te brengen bij Ecosoc, de economische<br />

en sociale raad van de VN. Ook<br />

de zeven tijdsgebonden doelstellingen<br />

die werden afgesproken in Johannesburg<br />

(onder andere het afremmen van het biodiversiteitsverlies<br />

tegen 2010) werden<br />

niet gehaald.<br />

Duurzame productie en<br />

consumptie was een opvallend<br />

thema in Johannesburg, maar<br />

het werd nauwelijks uitgewerkt<br />

in de voorbije tien jaar.<br />

Dat heeft alles te maken met de positie<br />

van de VS. China is relatief overtuigd van<br />

de noodzaak ervan vanwege zijn eigen<br />

honger naar grondstoffen. Maar de VS<br />

heeft zich geweerd als een duivel in een<br />

wijwatervat om de tekst aan te passen. Het<br />

voorstel was de formulering 'niet-duurzame<br />

patronen veranderen' op te nemen in<br />

de tekst, maar de VS wilde dat vervangen<br />

zien door 'duurzame productie- en<br />

consumptiepatronen promoten', wat veel<br />

zwakker is. Maar dan nog wilde de VS het<br />

thema opbergen. Pas in de voorbije twee<br />

jaar trad het weer op de voorgrond, onder<br />

andere dankzij Zweden, dat het al die tijd<br />

op de agenda hield. En ook dankzij België,<br />

trouwens.<br />

Het hele verhaal over crisis,<br />

groei en vooruitgang wordt<br />

enkel afgemeten aan het<br />

bruto nationaal product,<br />

en dat moet gecorrigeerd<br />

worden, door ook te<br />

spreken over duurzame<br />

productie en consumptie.<br />

CHRIS VANDEN BILCKE<br />

Zal het in <strong>juni</strong> in Rio opnieuw aan<br />

bod komen?<br />

Twee thema’s die voor mij heel cruciaal<br />

zijn en waar het in Rio over móét gaan, zijn<br />

duurzame productie en consumptie en<br />

'voorbij bnp'. Het hele verhaal over crisis,<br />

groei en vooruitgang wordt enkel afgemeten<br />

aan het bruto nationaal product, en<br />

dat moet gecorrigeerd worden, door ook<br />

te spreken over duurzame productie en<br />

consumptie. Rio kan de aanzet zijn om de<br />

weerstand tegen de twee thema’s weg te<br />

nemen en om het proces in een stroomversnelling<br />

te brengen.<br />

Groene economie, daar zal het<br />

over gaan in Rio. Wat moeten we<br />

ons daar bij voorstellen?<br />

Iedereen vult dat begrip anders in, en dat<br />

baart me zorgen. In Rio zullen ongetwijfeld<br />

verschillende visies naar boven komen.<br />

UNEP-directeur Achim Steiner en EUmilieucommissaris<br />

Janez Potocnik zijn het<br />

er over eens dat groene economie geen<br />

© Alma De Walsche (MO*)<br />

milieuverhaal is maar een economisch<br />

verhaal, dat naar de kern gaat van ons<br />

maatschappelijk model. De conferentie<br />

van Rio+20 zal in die zin een economische<br />

conferentie zijn. De economie van de toekomst<br />

zal groen zijn of ze zal niet zijn. Als je<br />

niet beseft dat we met de enge bnp-analyses<br />

fout zitten, dat we moeten focussen op<br />

duurzame productie en consumptie en op<br />

een zuiniger gebruik van grondstoffen, als<br />

je dat niet inbouwt in de basis van je economisch<br />

systeem, dan zit je volkomen fout.<br />

Is groene economie voor u gelijk<br />

aan groene groei?<br />

Als je het hebt over groene groei, dan<br />

geef je in zekere zin aan dat je wilt doorgaan<br />

op de bekende weg. Dat is niet de<br />

oplossing. Het concept van groene economie<br />

creëert impliciet meer ruimte voor<br />

het herdenken van het groeiconcept. Het<br />

moet een economie zijn die de natuurlijke<br />

hulpbronnen integreert in haar vertrekbasis.<br />

Als je dat consequent doet,<br />

kom je tot de schokkende vaststelling dat<br />

veel van wat men altijd als economische<br />

groei bestempelde, verlies is.<br />

Overbevissing is daar een duidelijk voorbeeld<br />

van. Eén van de zeven doelstellingen<br />

van Johannesburg was om tegen<br />

2015 de visvoorraden terug te brengen<br />

tot het niveau van duurzame ontginning.<br />

Niemand heeft daar iets mee gedaan,<br />

terwijl er in werkelijkheid een verlies van<br />

miljarden euro mee gemoeid is. Het is<br />

dus heel belangrijk om de natuur mee in<br />

rekening te brengen. Het TEEB-rapport<br />

(The Economics of Ecosystems and Biodiversity)<br />

leverde een belangrijke bijdrage<br />

tot die nieuwe kijk.<br />

Houdt dit niet het risico in dat de<br />

natuur meteen ook in handen valt<br />

van de kapitaalkrachtige groepen,<br />

de Coca-Cola’s en de Nestlé’s?<br />

Ik denk dat de maatschappij en de politiek<br />

zich heel goed bewust zijn van het gevaar<br />

van de privatisering van de common goods<br />

door de financiële wereld. Men zal basisvoorzieningen<br />

zoals water en lucht niet<br />

zomaar ten prooi zal laten vallen van de<br />

kapitalistische benadering.<br />

Het is niet omdat de dienstverlening via<br />

een multinational gebeurt, dat de prijszetting<br />

noodzakelijkerwijs fout is. De prijszetting<br />

kan het midden houden tussen een<br />

privaat en een publiek oogmerk.<br />

ALMA DE WALSCHE<br />

Het interview is een verkorte versie van het uitgebreide<br />

zaterdaginterview dat verschenen is op<br />

www.MO.be, de website van MO*-magazine.<br />

dimensie 3 I MEI-JUNI-JULI <strong>2012</strong> 9


ONTBOSSING OP JE BORD<br />

DE TREK VAN PALMOLIE-<br />

PLANTAGES NAAR AFRIKA<br />

De uitbreiding van de palmolieplantages veroorzaakt een grootschalige ontbossing in<br />

Indonesië en Maleisië, de twee grootste palmolieproducenten ter wereld. Nadat palmolie de<br />

economieën van Zuidoost-Azië een enorme duw in de rug heeft gegeven, ook al ging dat ten<br />

koste van het milieu, doet ze nu ook haar herintrede in Afrika.<br />

De grote Aziatische palmolieproducenten<br />

kunnen hun<br />

palmolieplantages in Indonesië<br />

en Maleisië – goed voor<br />

80 % van de wereldproductie – om milieuredenen<br />

niet eindeloos uitbreiden. Maar<br />

de vraag naar palmolie in het Zuiden is<br />

aanzienlijk toegenomen. Vooral in China<br />

en India, die meer dan 80% van de consumptie<br />

voor hun rekening nemen. Ook<br />

in het Noorden, in de Verenigde Staten en<br />

Europa, is de vraag naar palmolie sinds<br />

2000 jaarlijks met 13% gestegen.<br />

Koploper is de levensmiddelenindustrie<br />

met 80% van de consumptie, gevolgd<br />

door de cosmetica-industrie met 19% en,<br />

ten slotte, brandstof met 1%. De palmolieconsumptie<br />

van een Europeaan bedraagt<br />

ongeveer 60 kilo/jaar, wereldwijd 20 kilo/<br />

jaar per persoon.<br />

Palmolie is de meest gebruikte olie in de<br />

wereld: 30% van alle plantaardige oliesoorten,<br />

gevolgd door sojaolie (24%), koolzaadolie<br />

(12%) en zonnebloemolie (7%). Dertig<br />

jaar lang is de productie van palmolie om<br />

de 10 jaar verdubbeld. Dit jaar bedraagt ze<br />

50 miljoen ton.<br />

Door de bevolkingsgroei en de ontwikkeling<br />

van biobrandstoffen wereldwijd, zou<br />

de vraag naar olie tegen 2020 nog met<br />

30 % toenemen.<br />

Ontbossing<br />

Volgens de FAO is in het laatste decennium<br />

jaarlijks 13 miljoen hectare bos van de aardbol<br />

verdwenen. Twee industrieën liggen<br />

daaraan ten grondslag: de houthandel en<br />

de palmolieontginning (Elaeis guineensis).<br />

De overheden grijpen niet in.<br />

Palmbomen worden gekweekt als een<br />

monocultuur op ontboste grond. De plantages<br />

putten de waterreserves uit en<br />

vergiftigen het water met pesticiden. Na<br />

twintig jaar ontginning verkeert de bodem<br />

in slechte staat. Op de plantages werken<br />

goedkope arbeidskrachten.<br />

Wereldwijd zijn er nog 60% familieplantages.<br />

De overige palmolieplantages zijn<br />

voornamelijk in handen van grote internationale<br />

groepen, zoals de Maleisische<br />

Sime Darby of de Indonesische Sinar Mas,<br />

die allebei worden gefinancierd met Chinees<br />

kapitaal. De westerse multinationals<br />

in levensmiddelen zoals Unilever (tot in<br />

2010 wereldwijd de grootste palmolieconsument),<br />

Procter & Gamble, Nestlé<br />

en Cargill hebben zich uit de productie<br />

teruggetrokken en doen nu een beroep<br />

op de voornoemde leveranciers.<br />

Indonesië bijna kaalgeplukt<br />

In Indonesië werd 90% van de bossen<br />

gekapt, eerst voor de houthandel en<br />

nadien voor de palmolieplantages. Volgens<br />

een studie van de Wereldbank verdwijnen<br />

jaarlijks nog steeds 1,8 miljoen hectare<br />

“PLANTAARDIGE OLIE : 15 % !”<br />

ADVIES VAN DE VOEDINGSDESKUNDIGE<br />

© P. Goux<br />

Ontbossing in Indonesië<br />

© alibaba.com<br />

10 MEI-JUNI-JULI <strong>2012</strong> I dimensie 3


© cincinnatizoo.org<br />

oerwoud. In dit tempo zullen alle valleibossen<br />

op het Eiland Borneo, met uitzondering<br />

van de beschermde gebieden, binnen de<br />

10 jaar volledig verdwenen zijn.<br />

Deze ontbossing leidt vanzelfsprekend<br />

ook tot de onteigening van de lokale<br />

bevolkingsgroepen, die daardoor worden<br />

beroofd van hun belangrijkste middelen<br />

van bestaan. Vaak zijn ze gedwong en de<br />

grond van hun voorouders af te staan aan<br />

buitenlandse investeerders, die daarbij<br />

kunnen rekenen op de hulp van de politieke<br />

autoriteiten en, zo nodig, van het<br />

leger. De rapporten van de World Rainforest<br />

Movement en van verenigingen<br />

zoals Survival International maken gewag<br />

van dreigementen, geweldpleging,<br />

schending en van de mense<strong>nr</strong>echten en<br />

vernietiging van eigendommen.<br />

Deze bossen zijn nochtans een bron van<br />

zeldzame biodiversiteit: 10 à 15% van<br />

de wereldwijd bekende planten, zoogdieren<br />

en vogels bevinden zich in Indonesië.<br />

Sommige diersoorten zoals de<br />

Extractie-eenheid van palmolie in Indonesië<br />

symbolische orang-oetang, de olifant en<br />

de Sumatraanse tijger zijn op korte termijn<br />

met uitsterven bedreigd.<br />

Toch plant de Indonesische regering, volgens<br />

een rapport van WWF, de palmolieplantages<br />

met 14 miljoen hectare uit te<br />

breiden. Ze zal 5,6 miljard dollar investeren<br />

in de grootste palmolieplantage ter wereld:<br />

meer dan 1 miljoen hectare. Daarnaast<br />

heeft de Association of Indonesian Palm Oil<br />

Producers aangekondigd dat de export in<br />

<strong>2012</strong> aanzienlijk zal toenemen en dat die<br />

export voornamelijk bestemd is om te voldoen<br />

aan de vraag van de groeilanden.<br />

Afrika<br />

Met zijn uitgestrekte oppervlakte vruchtbare<br />

grond, heeft ook Afrika een groot<br />

potentieel voor de productie van palmolie<br />

en is het een ideaal bruggenhoofd naar de<br />

markten van de Maghreb en Europa. Tal<br />

van Afrikaanse regeringen die door palmolieproductiebedrijven<br />

werden benaderd,<br />

zijn niet ongevoelig voor de potentiële<br />

exportinkomsten. Sinds een aantal maanden<br />

is er dan ook een toename van het<br />

aantal vestigingsprojecten.<br />

Het Singaporese bedrijf Olam zette met<br />

de Gabonese regering een joint-venture<br />

op voor een palmolieplantage van 300.000<br />

hectare. Het Maleisische bedrijf Sime Darby<br />

kreeg in Liberia een concessie van 63 jaar<br />

in handen voor eenzelfde oppervlakte en<br />

is zinnens zich ook in het zuidwesten van<br />

Kameroen te vestigen. De dorpsgemeenschappen<br />

aldaar vrezen dat 60.000 hectare<br />

bos zullen verdwijnen.<br />

Nigeria was tot in 1965 met 30% wereldwijd<br />

de grootste exporteur van palmolie,<br />

een derde van de totale productie van<br />

het land. Sinds 1985 bekleedt Maleisië<br />

deze plaats en moest Nigeria palmolie<br />

invoeren. De Nigeriaanse regering wil de<br />

palmolie-industrie weer op gang brengen<br />

maar het blijft wachten op particuliere<br />

investeerders.<br />

Vruchten van de oliepalm<br />

© neo-planete.com<br />

Vaak voorgesteld als 'plantaardige olie’ is palmolie aanwezig in heel veel<br />

bereide voedingswaren zoals pizza’s, fijne broodjes, koekjes en gebakjes,<br />

ontbijtgranen en graa<strong>nr</strong>epen, snoep, broodbeleg…<br />

Palmolie heeft voor de levensmiddelenindustrie immers twee heel belangrijke<br />

troeven: de lage kostprijs en de semi-vaste (romige) textuur bij kamertemperatuur.<br />

Dat is een zeer belangrijk kenmerk want de bereiding van fijne<br />

broodjes en andere zachte en fondant koekjes vereist semi-vaste vetstoffen.<br />

Als de industrie gebruik zou maken van (bij kamertemperatuur) volledig<br />

vloeibare oliën, zouden deze voedingswaren er immers veel droger uitzien,<br />

het broodbeleg zou vloeibaar zijn enz.<br />

De vastheid van een vetstof bij kamertemperatuur hangt af van de vetzuursamenstelling:<br />

hoe meer verzadigde vetzuren (VVZ) – de 'slechte vetten'<br />

– hoe vaster de vetstof zal zijn. Palmolie bestaat voor 50% uit verzadigde<br />

vetzuren, reuzel uit 40%, boter uit 65%, kopraolie (coco) uit 90%. Vloeibare<br />

oliën bestaan daarentegen grotendeels uit onverzadigde vetzuren,<br />

met een neutraal of positief effect op de gezondheid. Voorbeelden hiervan<br />

zijn: olijfolie met slechts 16% VVZ, zonnebloemolie met 11% of koolzaadolie<br />

met 8%.<br />

De levensmiddelenindustrie heeft dus niet zoveel keuze om bij de consument<br />

in de smaak te vallen. Ze gebruikt:<br />

• ofwel boter, wat duur is en 50 gr. VVZ per 100 gr bevat,<br />

• ofwel vloeibare oliën, die grotendeels uit onverzadigde vetzuren bestaan<br />

en die gehydrogeneerd moeten worden. Door dit proces worden de<br />

onverzadigde vetzuren in verzadigde vetzuren omgezet en krijgt de vetstof<br />

een vastere vorm (door de hoeveelheid VVZ te verhogen),<br />

• ofwel, oliën met een semi-vaste structuur, zoals palmolie of kopraolie.<br />

Deze drie bewerkingen hebben hoe dan ook tot gevolg dat de vetstoffen in<br />

de voedingswaren voor ongeveer 50% uit VVZ bestaan.<br />

Het kan dus niet worden ontkend dat palmolie veel verzadigde vetzuren<br />

bevat. Het echte probleem is dat deze olie van dubieuze kwaliteit in alle<br />

hierboven beschreven voedingswaren aanwezig is. Om nog te zwijgen van<br />

het feit dat deze voedingswaren niet de noodzakelijke vitamines, minerale<br />

zouten, essentiële vetzuren en ander belangrijke voedingsstoffen bevatten.<br />

Het is zaak bereide voedingswaren te controleren op de aanwezigheid van<br />

gedeeltelijk gehydrogeneerde vetstoffen, omdat deze schadelijk kunnen<br />

zijn voor de gezondheid.<br />

Het is tijd dat wij, als consument,<br />

ons er rekenschap van geven dat de<br />

meeste van deze voedingswaren te<br />

veel vetstoffen bevatten en dat we er<br />

best niet te veel van eten, ongeacht of<br />

ze bereid zijn met palmolie, kopraolie,<br />

boter of een andere vetstof.<br />

MARIE VANDENBERGHE<br />

Diëtetiste, bestuurster van de<br />

Union Professionnelle des diplômés<br />

en Diététique.<br />

dimensie 3 I MEI-JUNI-JULI <strong>2012</strong> 11


Ook Ivoorkust houdt zich al vijftig jaar<br />

bezig met de productie van palmolie; 69<br />

% daarvan is afkomstig van traditionele<br />

dorpsplantages en 31% van industriële<br />

plantages. De palmolieproductie stelt<br />

meer dan twee miljoen mensen rechtstreeks<br />

of o<strong>nr</strong>echtstreeks te werk. Dorpelingen<br />

en bedrijven zijn momenteel bezig<br />

met het vervangen van palmbomen op<br />

braakliggende grond. Hun doel is het rendement<br />

van vier ton palmolie per hectare<br />

(tegen zeven tot negen ton in Zuidoost-<br />

Azië) op te voeren en nog beter te doen<br />

dan de Aziatische landen.<br />

Door de grote binnenlandse vraag en<br />

de geringe productie vergeleken bij die<br />

van de Zuidoost-Aziatische grootproducenten,<br />

heeft de Ivoriaanse palmolie het<br />

moeilijk om de belangrijkste importgebieden<br />

zoals Europa, India en China te<br />

veroveren. En op de binnenlandse en<br />

subregionale markt moet ze optornen<br />

tegen de oneerlijke concurrentie van<br />

palmolie die op frauduleuze wijze wordt<br />

ingevoerd.<br />

In de jaren 20 van de vorige eeuw had<br />

Belgisch-Congo de grootste palmolieplantage,<br />

met name die van de gebroeders<br />

Lever, de grondleggers van een van de<br />

machtigste multinationals. Vandaag gaat<br />

het Chinese telecommunicatiebedrijf ZTE<br />

in DR Congo van start met 100.000 ha, via<br />

haar filiaal ZTE Agribusiness Congo. Palmolie<br />

doet dus een opgemerkte herintrede<br />

in Afrika, haar continent van oorsprong, na<br />

een lange tussenstop in Azië met de welbekende<br />

gevolgen.<br />

Greenpalm, RSPO…<br />

Palmolie is in trek bij ondernemers vanwege<br />

haar chemische eigenschappen en<br />

lage kostprijs in vergelijking met andere<br />

plantaardige oliesoorten (soja, koolzaad,<br />

arachide). Het rendement van palmolie<br />

ligt immers 10 maal hoger dan dat van<br />

soja. Toch heerst er almaar meer wantrouwen<br />

voor het product. Want naast de<br />

negatieve impact van palmolieplantages<br />

op het milieu, zou ook de gezondheid<br />

lijden onder het jarenlange gebruik van<br />

palmolie (zie kader).<br />

Sommige levensmiddelenbedrijven<br />

slaan nu zelfs een mea culpa. Toch moeilijk<br />

te geloven… Deze reuzen van de<br />

levensmiddelenindustrie traden toe tot<br />

GreenPalm, een programma dat ontbossing<br />

bestrijdt, maar ze betalen slechts het<br />

(veeleer lage) bedrag van 1 dollar per<br />

ton gebruikte olie. Dankzij dit initiatief<br />

kan het bedrijf in kwestie palmolie blijven<br />

gebruiken en op de verpakking een label<br />

plaatsen: “Neemt deel aan de strijd tegen<br />

de ontbossing”. Er wordt dus helemaal<br />

niets gezegd over “duurzame palmolie”,<br />

Sommige<br />

diersoorten zoals<br />

de symbolische<br />

orang-oetang, zijn<br />

op korte termijn<br />

met uitsterven<br />

bedreigd.<br />

een nuance die de consument vaak ontgaat.<br />

Het is eens te meer niet meer dan<br />

een kwestie van woorden.<br />

In 2004 organiseerden de actoren van<br />

de sector en de ngo’s een Ronde Tafel<br />

over duurzame palmolie (RSPO) om de<br />

duurzaamheidscriteria voor de productie<br />

van palmolie vast te leggen. Het was<br />

een eerste stap in de richting van een<br />

regulering van deze markt. De grote<br />

afwezigen, zonder wie geen vooruitgang<br />

kan worden geboekt, waren evenwel de<br />

Chinese levensmiddelenbedrijven en de<br />

regering en in het algemeen.<br />

Volgens sommige verenigingen kan deze<br />

RSPO worden vergeleken met greenwashing.<br />

In 2009 publiceerde Greenpeace<br />

een rapport onder de titel “La face cachée<br />

de Sinar Mas”, waarin de illegale ontbossingspraktijken<br />

van dit bedrijf worden<br />

aangeklaagd (geen ontbossingsvergunning,<br />

geen milieu-effectevaluatie, vernietiging<br />

van de turfvoorraad), terwijl twee<br />

dochtermaatschappijen toch tot de RSPO<br />

zijn toegetreden.<br />

Het Belgisch ontwikkelingsagentschap<br />

BTC beëindigde zijn rapport van 2011<br />

over palmolie in het wereldwijde handelsverkeer<br />

met deze woorden: “Duurzame<br />

palmolie heeft een marktaandeel<br />

van slechts 7,5%. Van de 7,5% gecertificeerde<br />

duurzame olie wordt evenwel<br />

verwacht dat ze de komende jaren snel<br />

zal toenemen. De vraag blijft echter wat<br />

de kwaliteit van haar certifi catie zal zijn.<br />

'Gesegregeerde' olie, de enige olie die<br />

werkelijk als duurzaam beschouwd kan<br />

worden, maakt slechts een klein deel van<br />

deze 7,5% uit en raakt slechts met moeite<br />

verkocht. De markt van 'bio' palmolie is<br />

zeer beperkt (0,2%). In een communiqué<br />

van 18 maart 2010 verklaarde FLO, die<br />

tal van organisaties met een 'eerlijk' label<br />

verenigt, waaronder Max Havelaar, dat<br />

er geen eerlijke handelsstandaard voor<br />

palmolie bestaat die internationaal erkend<br />

is. Dit belet echter niet dat voedingsproducten<br />

die voor andere bestanddelen uit<br />

hun samenstelling als eerlijk erkend werden,<br />

palmolie zouden bevatten.”<br />

Het rapport “Arnaque à l’huile de palme<br />

durable” (2011) van Les Amis de la Terre<br />

stelt: “Er moet worden vastgesteld dat de<br />

Europese invoer van palmolie is blijven<br />

stijgen hoewel een aantal bedrijven en<br />

grootwarenhuizen hadden aangekondigd<br />

ze niet langer in de handel te zullen bre ng -<br />

en. [...] De belangrijkste reden voor de<br />

invoer van palmolie in Europa is in werkelijkheid<br />

de ontwikkeling van biobrandstoffen.”<br />

Les Amis de la Terre is van mening<br />

dat “het grootste deel van de Europese<br />

productie van koolzaad- en zonnebloemolie<br />

wordt aangewend voor biobrandstoffen<br />

en dat de levensmiddelenbedrijven en<br />

andere sectoren ter vervanging hiervan<br />

meer palmolie invoeren.”<br />

In verband met 'duurzame' palmolie en de<br />

RSPO, luidt het dan ook dat de criteria te<br />

zwak zijn. “Deze certificering wordt in de<br />

eerste plaats gebruikt om het probleem<br />

van overconsumptie in de rijke landen te<br />

omzeilen.” In plaats van zich te laten leiden<br />

door de denkbeeldige ontwikkeling van<br />

een duurzame voor de export bestemde<br />

monocultuur, zouden de westerse landen<br />

er beter aan doen hun te grote olieconsumptie<br />

terug te dringen en meer gebruik<br />

te maken van lokale oliesoorten.<br />

JEAN-MICHEL CORHAY<br />

© environment.co.za<br />

12 MEI-JUNI-JULI <strong>2012</strong> I dimensie 3


Energie uit de grond<br />

Dankzij de bouw van mini- en micro-elektriciteitscentrales 1 is de<br />

elektriciteitsproductie in Rwanda er sterk op vooruitgegaan. Toch hebben veel<br />

Rwandezen nog steeds geen aansluiting op het elektriciteitsnet. Geothermie<br />

(warmwaterbronnen) en gas kunnen een oplossing bieden.<br />

“ Wkijken tv en kunnen probleemloos<br />

de batterijen<br />

van onze gsm opladen",<br />

vertelt Donatien Ndorayabo.<br />

Hij woont in het district Rubavu<br />

in het westen van Rwanda, dicht bij de<br />

mini-elektriciteitscentrale van Keya.<br />

Deze centrale levert 2,2 MW (3% van<br />

de elektriciteit die in Rwanda wordt<br />

geproduceerd).<br />

Jean Berchmans Bahige van het overheidsbedrijf<br />

EWSA (Energy, Water and<br />

Sanitation Authority) in Rubavu, vertelt<br />

mij dat meer dan 80 families elektriciteit<br />

hebben dankzij deze minicentrale. De<br />

gezondheidscentra van Biruyi, Kivumu,<br />

Kimbiri en Nyamyumba, de kantoren van<br />

de lokale administratie,<br />

de centres de<br />

négoce en de kerken<br />

hebben nu licht.<br />

© Infosud / Syfia<br />

De bouw van de miniwaterkrachtcentrale<br />

van Keya, en van Nkora en Cyimbili in<br />

dezelfde streek, werd door de Belgische<br />

Ontwikkelingssamenwerking gefinancierd<br />

(11 miljard FRW). De Belgische regering<br />

beloofde overigens voor de komende vier<br />

jaar 55 miljoen euro steun voor de ontwikkeling<br />

van de energiesector in Rwanda.<br />

Volgens Jean-Yves Saliez (BTC) gaat de<br />

komende vier jaar 27 miljoen euro naar<br />

projecten voor geothermische energie,<br />

17 miljoen naar het bevorderen van de<br />

toegang tot energie, 6 miljoen naar het<br />

uitbreiden van het aandeel van de privésector<br />

in de energieproductie en 5<br />

miljoen naar het verder uitbouwen van<br />

de bevoegdheden van het ministerie van<br />

Infrastructuur.<br />

Zeven mini- en microcentrales<br />

leveren 17,75% van<br />

de elektrische stroom.<br />

Toch is volgens de meest<br />

recente statistieken slechts<br />

10,8% van de Rwandese<br />

bevolking op het elektriciteitsnet<br />

aangesloten.<br />

Hernieuwbare energie<br />

Om meer Rwandezen toegang te<br />

geven tot elektriciteit onderzoekt<br />

het ministerie van Infrastructuur<br />

andere energiebronnen. Volgens<br />

Emmanuel Hategeka, directeur<br />

van het exploitatieproject voor<br />

geothermische energie, zouden<br />

in het noorden van het land,<br />

met name in Karisimbi en Kinigi,<br />

twee warmwaterbronnen kunnen<br />

worden geëxploiteerd. “Tegen<br />

de maand september moet het<br />

mogelijk zijn tot aan de bronnen te<br />

boren. De werken zullen door een<br />

Chinese firma worden uitgevoerd”,<br />

zegt Hategeka. Volgens de prognoses<br />

zouden deze bronnen meer<br />

dan 700 MW kunnen leveren. De<br />

regering wil er minstens 300 MW uithalen.<br />

Eén van de partners van het project is de<br />

Belgische Ontwikkelingssamenwerking.<br />

Naast de aanleg van hydro-elektrische stuwdammen<br />

en van koppellijnen financierde<br />

de Belgische Ontwikkelingssamenwerking<br />

de uitbreiding van elektriciteitslijnen op het<br />

platteland in de oostelijke provincie en de<br />

lijn Kigali-Kiyumba over een lengte van 84<br />

km in de zuidelijke provincie.<br />

Daarnaast is de Rwandese overheid<br />

begonnen met de ontginning van methaangas<br />

in het Kivumeer. De ontginningsinstallatie<br />

werd door de Israëlische firma Ludan<br />

Engineering gebouwd. Op een diepte van<br />

350 m gaat het gas via een gasleiding naar<br />

de centrale van Rubavu, waar het in elektriciteit<br />

wordt omgezet.<br />

Niet ver van Kibuye zet Contour Global<br />

een project op voor de productie van 25<br />

MW elektrische energie uit methaangas.<br />

Opnieuw met de steun van de Belgische<br />

regering (10 miljoen euro) via BIO, haar<br />

Ontwikkelingsbank.<br />

Volgens Laurent Sibomana, technisch directeur<br />

van het ontginningsplatform, levert de<br />

centrale van Rubavu elke dag minimaal 26<br />

MW. Momenteel kost 1 kW meer dan 120<br />

FRW (0,25 dollar) voor de gewone klanten<br />

en 105 FRW voor de bedrijven.<br />

Sibomana spreekt over enorme gasreserves<br />

in het Kivumeer: 39 miljard<br />

ontginbare kubieke meter. Volgens een<br />

technicus van het ministerie van infrastructuur<br />

“hernieuwt het gas zich met een<br />

tempo van 120 miljoen kubieke meter per<br />

jaar, waardoor het een praktisch onuitputtelijke<br />

energiebron is.”<br />

SOLANGE AYANONE<br />

Infosud Belgique-Syfia Grands-Lacs<br />

1<br />

Tussen 50 en 500 kW voor een microcentrale, en<br />

tussen 500kW en 10MW voor een minicentrale, volgens<br />

de meest gebrukelijke classifi catie.<br />

dimensie 3 I MEI-JUNI-JULI <strong>2012</strong> 13


HET ZUIDEN<br />

KLEURT GROEN<br />

Eetbare daken, oud krantenpapier als grondstof voor<br />

elegante ambachtelijke voorwerpen, bomen planten om<br />

de vissen in het Tanganyikameer te voeden…<br />

Het is frappant: meer en meer mensen in het Zuiden<br />

nemen groene initiatieven. Maak kennis met de projecten<br />

van enkele pioniers.<br />

Eetbare<br />

groene daken<br />

Misschien hebben we de indruk dat de mensen in het Zuiden zich weinig<br />

om het milieu bekommeren. Maar vaak putten de mensen de bodem uit<br />

of kappen ze bos uit pure noodzaak: om te overleven. Daarom spitsen<br />

veel initiatieven zich toe op werkgelegenheid.<br />

Duurzaam licht<br />

De ngo Bapesu van Christian Tabifor (Kameroen) wil zowel het milieu beschermen als<br />

de minstbedeelden helpen. “Armoede is de belangrijkste oorzaak van milieuschade in<br />

Zwart Afrika”, zegt Tabifor. “En milieuschade zoals woestijnvorming zorgt op zijn beurt<br />

voor meer armoede.” In een proefproject heeft de ngo in twee dorpen zonder elektriciteit<br />

'zonnekits' uitgedeeld: lampen die met de zon herladen kunnen worden, zonnepanelen,<br />

telefoonconnectoren… Kinderen kunnen nu 's avonds hun huiswerk maken en de mensen<br />

kappen niet langer bomen om 's nachts hun huizen te verlichten. Bovendien kunnen ze<br />

zich, als het donker is, wijden aan winstgevende activiteiten. Later zal Bapesu ook andere<br />

dorpen helpen. Ze wil er arme mensen winkeltjes laten opstarten die 'zonneproducten'<br />

verkopen of verhuren.<br />

© Bapesu<br />

© Carolina Forero<br />

In Colombia slaan veel mensen op de<br />

vlucht voor milieuproblemen (zoals<br />

zware regenval) of om veiliger oorden<br />

op te zoeken. Maar in de steden waar<br />

ze terecht komen begint een nieuwe<br />

overlevingsstrijd. Carolina Forero van<br />

de universiteit Javeriana (faculteit ecologie)<br />

wilde daar iets aan doen. “We<br />

moeten onze kennis in dienst stellen van<br />

hen die het nodig hebben zodat ook<br />

zij een menswaardig leven kunnen leiden”,<br />

vindt ze. Ze leerde 100 families<br />

uit Soacha biologische groenten kweken<br />

op hun dak: sla, spinazie, radijsjes,<br />

ajuin en peterselie. De groenten worden<br />

gezaaid in gerecycleerde plastic fl essen<br />

die met elkaar verbonden zijn door<br />

buisjes. De buisjes voeren regenwater<br />

aan. Elk dak kan tot 576 planten dragen<br />

die om de 2 maanden geoogst worden.<br />

In tijden van hoge voedselprijzen kan<br />

dat tellen. De daken vangen ook water<br />

op dat anders erosie zou veroorzaken.<br />

“En er is nog een voordeel”, zegt een<br />

tevreden Rosa Murillo, moeder van<br />

5 kinderen. “Het is veel koeler in huis<br />

sinds we groenten kweken op het dak.”<br />

14 MEI-JUNI-JULI <strong>2012</strong> I dimensie 3


Bomen voeden vissen<br />

Klimaatverandering zorgt niet alleen voor droogtes, overstromingen en rampzalige orkanen.<br />

Er kan ook te weinig wind waaien. Dat ondervinden de talloze vissers die hun vis, en hun<br />

inkomen, uit het Tanganyikameer halen. Normaal zorgt de wind voor een stevige vermenging<br />

van het water in het meer. Hierdoor komt voedsel uit de diepere lagen (tot 1.800 m!)<br />

ter beschikking van de vissen die hoger leven. Maar de laatste jaren is er steeds minder<br />

wind. Het voedsel bezinkt en de vissen sterven van honger. Meer dan 30 % van de visproductie<br />

is al verloren gegaan, en 1 miljoen vissers dreigen hun baan te verliezen. Dat zou<br />

honger betekenen voor ruim 10 miljoen mensen. Deo Baribwegure (Tanzania) wacht alvast<br />

niet op de politiek. Met man en macht wil hij bomen planten aan de oevers zodat er meer<br />

voedingstoffen in het oeverwater terecht komen. Hij wil ook de plaatselijke bevolking en de<br />

internationale gemeenschap sensibiliseren. “De vissers moeten het belang van bomen<br />

en milieuvriendelijk vissen inzien, en de wereld moeten we wakker schudden met de<br />

concrete, nefaste gevolgen van de klimaatverandering”, zegt Baribwegure.<br />

Bijen beschermen<br />

woud<br />

© Yedityah Mella<br />

© Chris Simoens<br />

Nadat ze vele jaren werkte voor internationale<br />

ngo’s zoals World Vision, richtte<br />

Yedityah Mella (Indonesia) in 2010 haar<br />

eigen ngo op: Tri Mutiara Foundation. In<br />

het afgelegen Polen-district wil ze arme<br />

boeren helpen die hun school niet hebben<br />

afgemaakt. Onder andere met spelletjes<br />

brengt ze hen bij dat het belangrijk is het<br />

bos te beschermen en bosbrand en illegale<br />

houtkap te voorkomen. Bovenal leert<br />

ze hen bijen houden en honing oogsten.<br />

Dat levert een inkomen op, en meteen<br />

begrijpen de boeren dat ze daarvoor bossen<br />

nodig hebben. “En het werkt”, zegt<br />

een glunderende Mella. “Ik merk dat de<br />

mensen begaan zijn met de bossen en<br />

dat de bijen het goed doen.”<br />

Een inkomen<br />

uit afval<br />

Een tijd terug sloeg een tyfoon hard toe in<br />

de provincie Benguet (Filippijnen), woonplek<br />

van de Ibaloi-stam. Daarop bood<br />

Soledad Valencia hen groen werk aan. Ze<br />

leerde hen weven met reepjes oud krantenpapier.<br />

Manden, tassen, siervoorwerpen,<br />

meubels… stuk voor stuk elegant ambachtelijk<br />

werk was het resultaat. Vooral achtergestelde<br />

vrouwen halen er een inkomen uit.<br />

Ondertussen werd Valencia overladen met<br />

onderscheidingen, onder meer voor het<br />

'best gerecycleerde product' van de stad<br />

Baguio. De etnische voorwerpen worden<br />

ook verkocht in Europa en de VS.<br />

© Soledad Valencia<br />

CHRIS SIMOENS<br />

dimensie 3 I MEI-JUNI-JULI <strong>2012</strong> 15


BROEIKASGASSEN:<br />

DE WERELD OP Z’N KOP?<br />

GROOTSTE VERVUILERS BETALEN TE WEINIG<br />

De klimaatverandering is vooral te wijten aan de broeikasgassen die de geïndustrialiseerde,<br />

vaak Westerse, landen uitstoten. Terwijl het net de ontwikkelingslanden zijn die het meest<br />

zullen lijden onder de gevolgen ervan. De conclusie lijkt evident: de grootste vervuilers<br />

moeten de meeste inspanningen leveren om het tij te keren. Het gereputeerde Stockholm<br />

Environment Institute, echter, stelt vast dat de realiteit compleet anders is.<br />

Met 'mitigatie' worden de<br />

maatregelen bedoeld die<br />

leiden tot het verminderen<br />

van de hoeveelheid<br />

broeikasgassen. Dat gebeurt op verschillende<br />

manieren: voorkomen dat bossen<br />

verdwijnen, herbebossen, verminderen<br />

van de uitstoot van broeikasgassen<br />

door fabrieken, auto’s… enzovoort.<br />

Van SEI tot UN, en verder<br />

Het gereputeerde Stockholm Environment<br />

Institute (SEI) kreeg van Oxfam de opdracht<br />

een vergelijkende studie te maken omtrent<br />

genomen mitigatie-maatregelen. Het instituut<br />

maakte daartoe gebruik van vier zeer<br />

gerespecteerde bronnen: United Nations<br />

Environment Programme (UNEP), McKinsey<br />

& Company Climate Desk, klimaatexpert Dr.<br />

Frank Jotzo, en Climate Action Tracker.<br />

De vervuiler betaalt… te weinig<br />

Het SEI stelt in zijn eindrapport dat Westerse<br />

landen verantwoordelijk zijn voor 75<br />

% van de historische emissies. Vandaag<br />

spuwen ze nog 60 % ervan uit. Bovendien<br />

beschikken die landen over meer financiële<br />

middelen dan ontwikkelingslanden. Desondanks<br />

tonen alle vier de geraadpleegde<br />

bronnen aan dat de ontwikkelingslanden<br />

zich intussen tot méér mitigatie-inspanningen<br />

hebben geëngageerd dan hun rijkere<br />

tegenvoeters. Onder meer is de kans reëel<br />

dat Brazilië, Zuid-Afrika, India en China (de<br />

zogenaamde BASIC-landen) tegen 2020<br />

hun uitstoot drastischer zullen verminderen<br />

dan de Verenigde Staten, Europa, Japan,<br />

Canada, Australië, Nieuw-Zeeland en Rusland.<br />

Dat is des te frappanter wanneer we<br />

beseffen dat deze laatste intussen een groot<br />

Brigitte Gloire tijdens de United Nations Climate<br />

Change Conference, eind 2011 te Durban,<br />

Zuid-Afrika.<br />

deel van hun broeikasgasuitstoot hebben<br />

‘geëxporteerd’ naar ontwikkelingslanden.<br />

Steeds vaker, namelijk, laten ze daar hun<br />

goederen produceren.<br />

Derde wereld in actie<br />

Brigitte Gloire, experte 'Klimaat en Duurzame<br />

Ontwikkeling' bij Oxfam, geeft enkele<br />

voorbeelden van mitigatie-maatregelen.<br />

“Om te beginnen zijn er Brazilië en Indonesië,<br />

die heel wat maatregelen nemen om<br />

ontbossing tegen te gaan”, stelt ze. “De Chinezen<br />

willen dan weer tegen 2020 dubbel<br />

zoveel hernieuwbare energie gebruiken als<br />

vandaag. Ook verstrengen ze energie-efficientienormen<br />

voor gebouwen en toestellen.<br />

© K. Vandepopuliere<br />

Fabrieken die onvoldoende energie-efficiënt<br />

zijn, worden gesloten. Bovendien willen de<br />

Chinezen meer bos op hun grondgebied.<br />

In India is er dan weer het 'National Action<br />

Plan on Climate Change'. Dat plan streeft<br />

naar een productieverhoging van 1.000<br />

MW fotovoltaïsche panelen per jaar, en het<br />

plaatsen van minstens 1.000 MW thermische<br />

zonnesystemen. Voorts zijn er maatregelen<br />

die moeten leiden tot een grotere energieefficiëntie<br />

van gemeenten en steden, bouwen<br />

agrarische sector, en energie-intensieve<br />

industriële sectoren. Apparaten die energieefficiënt<br />

zijn, krijgen belastingsvoordelen. De<br />

Indiërs streven ook naar energiezuinigere<br />

mobiliteit: auto’s mogen alsmaar minder<br />

verbruiken, het openbaar vervoer wordt<br />

gepromoot…”<br />

Derde wereld in actie<br />

In drie van de vier SEI-bronnen is te vinden<br />

in hoeverre de huidige mitigatie-engagementen<br />

vermijden dat de gevaarlijke grens<br />

van 2°C opwarming wordt overschreden.<br />

Alle drie komen ze tot de conclusie dat<br />

de temperatuursverhoging groter zal zijn:<br />

ze zou namelijk 2,5 à 5° C bedragen. Een<br />

deel van de verklaring ligt uiteraard bij de<br />

magere inspanningen van de grootste vervuilers.<br />

Maar ook de ontwikkelingslanden<br />

zouden nog onvoldoende inspanningen<br />

leveren. Ze moeten meer financiële en technische<br />

hulp krijgen, zodat ze in staat zijn<br />

nog meer mitigatie-maatregelen te nemen,<br />

besluit het rapport.<br />

KOEN VANDEPOPULIERE<br />

ONLINE<br />

www.sei-international.org<br />

16 MEI-JUNI-JULI <strong>2012</strong> I dimensie 3


© Infosud / Syfia<br />

BURUNDI EN RWANDA<br />

50 JAAR<br />

ONAFHANKELIJK<br />

Kigali<br />

een groene stad<br />

Na de genocide van 1994 vielen hele bossen ten prooi aan de bouw en aan<br />

het grote energieverbruik. In 2003 startte de regering in Kigali dan ook een<br />

daadkrachtig herbebossingsbeleid en werd de verfraaiing ingezet.<br />

Bomen voor iedereen! Voortaan<br />

moet elke eigenaar in<br />

Kigali ten minste vijf bomen<br />

op zijn stuk grond planten. De<br />

plantjes zijn zeer in trek bij leerlingen<br />

en leerkrachten, landbouwers<br />

en handelaars<br />

die hun gebouw van<br />

een groene rand willen<br />

voorzien. Op school<br />

krijgen alle kinderen de<br />

dagelijkse zorg toegewezen<br />

voor een boom<br />

die ze dan kunnen zien<br />

groeien, net als zij. Bij<br />

gezinnen en schoolcentra<br />

genieten fruitbomen<br />

de voorkeur.<br />

De dorpelingen daarentegen zijn tuk op<br />

bomen die geschikt zijn als brandhout<br />

of voor de bouw: cipressen, zilvereiken,<br />

eucalyptusbomen…<br />

De Rwandezen zorgen goed voor hun<br />

bomen, en dat mag iedereen weten. Grote<br />

vestigingen zoals SULFO, een zeepfabriek<br />

in Kigali, gaan zelfs zo ver dat ze hun protégés<br />

van een naamkaartje voorzien. Op de<br />

kleine cipressen, dennen en sparren die<br />

voor de fabriek met de wind meewiegen,<br />

is een kaartje aangebracht waarop te lezen<br />

staat: “bomen SULFO”.<br />

Handelaars proberen elkaar de loef af te<br />

steken door de bomen voor hun winkel<br />

zo goed mogelijk te verzorgen. “Ik heb<br />

een arbeider moeten aanwerven om mijn<br />

Op school krijgen<br />

alle kinderen de<br />

dagelijkse zorg<br />

toegewezen voor<br />

een boom die ze<br />

dan kunnen zien<br />

groeien, net als zij.<br />

bomen regelmatig te begieten, want in de<br />

hitte zorgen ze voor verkoeling en bovendien<br />

doen ze mijn stukje grond veel beter<br />

tot zijn recht komen”, zegt een groothandelaar<br />

die in de handelswijk is gevestigd.<br />

“Deze bomen zijn een<br />

uithangbord voor de handelaars“,<br />

merkt een ambtenaar<br />

van het Ministerie<br />

van Natuurlijke Rijkdommen<br />

op.<br />

Een uithangbord, ook voor<br />

Kigali: ”Het imago van de<br />

stad moet worden opgekrikt<br />

want ze is immers<br />

de toegangspoort tot het<br />

land!”, zegt een verantwoordelijke<br />

van het district<br />

Nyarugenge. Deze groene passie is een<br />

buitenkans voor Norman Gatarayiha, een<br />

tuinbouwingenieur van 61. Hij zegt: “Ik ben<br />

fier dat ik gekozen werd om de stad Kigali,<br />

een van mijn grootste klanten, op te tooien”.<br />

Bijna alle bomen en bloemen langs de<br />

weg en rond de villa’s van de hoofdstad<br />

komen uit zijn kwekerij. Sinds bijna 20 jaar<br />

teelt Gatarayiha planten die hij nu voor een<br />

goudprijs aan de man brengt.<br />

Zware boetes<br />

Ook al zijn de straten in de steden<br />

omzoomd met bomen, iedereen laat ze<br />

ongemoeid. Een boom al dan niet per<br />

ongeluk beschadigen, kan met name<br />

een boete tot 1700 dollars opleveren.<br />

“Wanneer er geld in het spel is, houden<br />

de mensen zich aan de regels”, luidt de<br />

mening van een verantwoordelijke van<br />

de stad. Sommige straten van Kigali bieden<br />

een prachtige aanblik: viervaksbanen<br />

over zowat dertig kilometer zijn gescheiden<br />

door een middenberm met honderden<br />

palmbomen en geven uit op rotondes<br />

die met bloemen zijn versierd.<br />

Groen – en hygiëne. Sinds vijf jaar zijn<br />

overtredingen van de netheidsvoorschriften<br />

in de stad wettelijk geregeld, met<br />

boetes die kunnen oplopen van 1.500 à<br />

80.000 Rwf (2,5 tot 130 dollar). Op straat<br />

plassen of spuwen bijvoorbeeld, kan worden<br />

bestraft met een boete van 1.500 Rwf.<br />

Afval storten op een plaats die daar niet<br />

voor bestemd is kost 40.000 Rwf, oftewel<br />

65 dollar. Schoonmaakbedrijven maken<br />

de lanen elke dag schoon.<br />

Kigali zag haar oppervlakte in 15 jaar verdrievoudigen;<br />

het bevolkingsaantal ligt vier<br />

keer hoger dan in 1994 en de stad telt nu 1<br />

miljoen inwoners. Overal duiken imposante<br />

gebouwen en villa’s met een exotische<br />

beplanting op. De huizen zijn tegen de heuvels<br />

aangebouwd. Maar ondanks dit daadkrachtig<br />

verfraaiingsbeleid, is er nog veel<br />

werk aan de winkel. De elektriciteits- en<br />

drinkwaterinstallaties zijn nog ontoereikend<br />

en verkeren in slechte staat, en 90 % van de<br />

wegen zijn onverhard.<br />

ALBERT-BAUDOUIN TWIZEYIMANA<br />

Infosud Belgique - Syfia Grands Lac<br />

dimensie 3 I MEI-JUNI-JULI <strong>2012</strong> 17


Burundi en Rwanda<br />

in een oogopslag<br />

Burundi en Rwanda : 50 jaar geleden werden deze Centraal-Afrikaanse landen onafhankelijk. Er ontvouwde zich een woelige geschiedenis<br />

met gewelddadige interne conflicten die uitmondde in het herstel van de staatsstructuur en het sociale weefsel. Vandaag<br />

bloeien de twee jonge staten opnieuw op met een economische groei van 4 à 7 %. Maar de heropbouw is hiermee niet ten einde.<br />

Beide landen staan voor zware uitdagingen, veroorzaakt door de enorme bevolkingsdruk op het akkerland en een gebrek aan<br />

energiebronnen. We stellen u een actueel panorama voor van deze oude partners van de Belgische ontwikkelingssamenwerking,<br />

via gezichten, landschappen, uitdagingen en hoop van de ‘Duizend heuvels’ gelegen in het hart van het Grote Merengebied.<br />

RWANDA<br />

Bevolking : ................................................10,9 miljoen<br />

Oppervlakte : .............................................26.338 km²<br />

Hoofdstad (2009) : ................ Kigali, 909.000 inwoners<br />

Demografie<br />

Dichtheid : ........................................415 inwoners/km²<br />

Bevolking 2050 : ......................................23,1 miljoen<br />

Aantal kinderen per vrouw : ...................................4,6<br />

Stadsbevolking : .................................................. 19 %<br />

HISTORISCHE DATA<br />

XV de eeuw<br />

1899<br />

Gezondheid en ontwikkeling<br />

Levensverwachting : ... 55 (mannen : 54, vrouwen : 57)<br />

Kindersterfte (< 5 jaar oud) per 1.000 ...................50<br />

HIV-besmettingsgraad (2009) : ......................... 2,9 %<br />

Geneesheren per 1000 (2005) : ......................... 0,024<br />

Alfabetisering (2003) : ...................................... 70,4 %<br />

Internetgebruikers (2009) : ............................ 450.000<br />

Politiek<br />

Regeringstype : republiek, presidentieel, meerpartijen<br />

President : ................................................Paul Kagame<br />

Economie<br />

BNP (2010) : ...................................540 USD per capita<br />

Economische groei : ........................................... 8,6 %<br />

Werkgelegenheid (2001) : landbouw ................ 90 %,<br />

industrie en diensten 10 %<br />

Percentage bevolking onder 2 USD/dag<br />

(2000/2009) : ........................................................ 90 %<br />

Belangrijkste exportproducten :<br />

koffi e, thee, dierenhuiden, tinerts<br />

Belangrijkste energiebron : .............hydro-electriciteit<br />

1 ste Juli<br />

1914 1959 1962 1963 1973 1990 1994<br />

Tutsi-veehouders uit<br />

Oeganda en Ethiopië<br />

veroveren gebied bewoond<br />

door Hutu-landbouwers<br />

en pygmeeën<br />

Rwanda-Urundi<br />

wordt Duitse<br />

kolonie<br />

België krijgt<br />

mandaat over<br />

Rwanda en<br />

Burundi<br />

Hutu’s zetten<br />

Tutsi-koning af<br />

- burgeroorlog<br />

Onafhankelijkheid<br />

Gregoire Kayibanda<br />

wordt eerste<br />

president<br />

Generaal<br />

Habyarimana komt<br />

aan de macht na<br />

staatsgreep<br />

Burgeroorlog door<br />

Front Patriotique<br />

Rwandais (= Tutsivluchtelingen)<br />

Genocide na moord op<br />

generaal Habyarimana<br />

(800.000 slachtoffers)<br />

Juli 1994: Pasteur<br />

Bizmungu wordt<br />

president en Paul<br />

Kagame minister van<br />

landsverdediging en<br />

vicepresident<br />

BURUNDI<br />

Bevolking : ................................................10,2 miljoen<br />

Oppervlakte : .............................................25.680 km²<br />

Hoofdstad (2009) : ........Bujumbura, 455.000 inwoners<br />

Demografie<br />

Dichtheid : ........................................367 inwoners/km²<br />

Bevolking 2050 : ......................................27,1 miljoen<br />

Aantal kinderen per vrouw : ...................................6,4<br />

Stadsbevolking : .................................................. 11 %<br />

Gezondheid en ontwikkeling<br />

Levensverwachting : ... 57 (mannen : 56, vrouwen : 59)<br />

Kindersterfte (< 5 jaar oud) per 1000 : ...................66<br />

HIV-besmettingsgraad (2009) : ........................ 3,3 %)<br />

Geneesheren per 1000 (2006) : ...........................0,03)<br />

Alfabetisering (2003) : ...................................... 59,3 %<br />

Internetgebruikers (2009) : ............................ 157,800<br />

Politiek<br />

Regeringstype : republiek, presidentieel, meerpartijen<br />

President : .........................................Pierre Nkurunziza<br />

Economie<br />

BNP : ...............................................400 USD per capita<br />

Economische groei (2011) : ............................... 4,2 %<br />

Werkgelegenheid (2002) : landbouw ............... 93,6 %<br />

industrie ................... 2,3 %<br />

diensten ................. 4,1 %)<br />

Percentage bevolking onder 2 USD/dag<br />

(2000/2009) : ...................................................... 94 % )<br />

Belangrijkste exportproducten :<br />

koffi e, thee, suiker, katoen, dierenhuiden<br />

Belangrijkste energiebron : .............hydro-electriciteit<br />

HISTORISCHE DATA<br />

XV de eeuw 1899 1914<br />

1 ste Juli<br />

1962 1966 1973 1993<br />

Tutsi-veehouders (Oeganda,<br />

Ethiopië) veroveren gebied<br />

bewoond door Hutu-landbouwers<br />

en pygmeeën<br />

Rwanda-Urundi<br />

wordt Duitse<br />

kolonie<br />

België krijgt<br />

mandaat over<br />

Rwanda en<br />

Burundi<br />

Onafhankelijkheid<br />

Kapitein Michael<br />

Micombero zet<br />

laatste mwami<br />

(koning), Ntare<br />

V, af en roept<br />

republiek uit<br />

Slachtpartij Hutu’s<br />

(350.000 slachtoffers)<br />

Eerste democratisch<br />

verkozen president<br />

Melchiro Ndadaye wordt<br />

vermoord na 100 dagen<br />

dienst, gevolgd door<br />

burgeroorlog (200.000<br />

slachtoffers)<br />

18 MEI-JUNI-JULI <strong>2012</strong> I dimensie 3


BURUNDI EN RWANDA<br />

50 JAAR<br />

ONAFHANKELIJK<br />

OEGANDA<br />

Byumba<br />

Ontwikkelingssamenwerking<br />

met België<br />

Totale officiële hulp (ODA) : .............56,7 miljoen euro<br />

Gouvernementeel samenwerkingsprogramma<br />

2011-2014 : ........................................160 miljoen euro<br />

Kivumeer<br />

Kibuye<br />

Kigali<br />

Rwamagana<br />

GEZONDHEID<br />

(55 miljoen)<br />

34,4 %<br />

Nyanza<br />

ENERGIE 34,4 %<br />

(55 miljoen)<br />

17,5 % DECENTRALISATIE<br />

(28 miljoen)<br />

13,8 %<br />

ANDER<br />

(22 miljoen)<br />

Kirundo<br />

2000 2003 2009<br />

Cibitoke<br />

Kayanza<br />

Ngozi<br />

Muyinga<br />

TANZANIA<br />

Paul Kagame<br />

wordt president<br />

Eerste postgenocide<br />

presidentiële<br />

verkiezingen –<br />

Paul Kagame blijft<br />

aan de macht<br />

Toetreding tot<br />

Commonwealth<br />

DR<br />

CONGO<br />

Bujumbura<br />

Bubanza<br />

Muram<br />

Karuzi<br />

Cankuzo<br />

Mwaro<br />

Gitega<br />

Ruyiga<br />

Ontwikkelingssamenwerking<br />

met België<br />

Totale officiële hulp (ODA) : ................45 miljoen euro<br />

Gouvernementeel samenwerkingsprogramma<br />

2010-2013 : ........................................150 miljoen euro<br />

Tanganyikameer<br />

Bururi<br />

Makamba<br />

Rutana<br />

ENERGIE<br />

27,9 % 32,6 %<br />

(42 millions)<br />

LANDBOUW<br />

(49 millions)<br />

ONDERWIJS<br />

(22 millions) 22,8 %<br />

16,7 %<br />

GEZONDHEID<br />

(25 millions)<br />

RWANDA BURUNDI BELGIË<br />

415<br />

367<br />

363<br />

inw./km 2<br />

inw./km 2 inw./km 2<br />

2000 2005 2010<br />

Einde burgeroorlog<br />

- vredesovereenkomst<br />

Hutu-rebellen<br />

en president<br />

Buyoya<br />

Nieuwe<br />

grondwet - Na<br />

verkiezingen wordt<br />

ex-rebellenleider<br />

Pierre Nkurunziza<br />

president<br />

Herverkiezing<br />

Nkurunziza<br />

26.338 km 2 27.834 km 2 30.528 km 2<br />

10,9 miljoen inwoners 10,2 miljoen inwoners 11 miljoen inwoners<br />

Alle cijfers slaan op 2011, tenzij anders vermeld.<br />

Bronnen: Population reference bureau (www.prb.org) , CIA Factbook (www.cia.gov)<br />

en Nationaal Instituut Statistiek Rwanda.<br />

dimensie 3 I MEI-JUNI-JULI <strong>2012</strong> 19


BURUNDI EN RWANDA<br />

50 JAAR<br />

ONAFHANKELIJK<br />

BURUNDESE<br />

LANDBOUW OPNIEUW IN<br />

DE STARTBLOKKEN<br />

© Infosud / Syfia<br />

Meer dan 90 % van de Burundese<br />

bevolking is rechtstreeks<br />

afhankelijk van de landbouw.<br />

De landbouwsector wordt<br />

evenwel ondermijnd door de<br />

versnippering van de landbouwbedrijven,<br />

met name<br />

wegens de bevolkingsdruk<br />

en de lage opbrengst. Met de<br />

steun van haar partners, waaronder<br />

België, doet de regering<br />

inspanningen om deze<br />

noodlijdende sector nieuw<br />

leven in te blazen.<br />

Hoewel landbouw slechts 10 %<br />

uitmaakt van de overheidsbegroting,<br />

is het één van<br />

de belangrijkste pijlers van<br />

de Burundese economie. Volgens het<br />

Burundese ministerie van Landbouw en<br />

Veeteelt schommelt het aandeel van de<br />

landbouwsector in het BBP in 2011 rond<br />

de 50%. Momenteel laat de productiviteit<br />

nog te wensen over. De landbouw<br />

is immers in hoofdzaak een zelfvoorzieningslandbouw<br />

die voor 90% in stand<br />

wordt gehouden door de grote krachtinspanningen<br />

van de plattelandsbevolking.<br />

Daarenboven wordt de versnippering<br />

van de landbouwbedrijven (gemiddeld<br />

minder dan 0,5 ha) verergerd door de<br />

bevolkingsaangroei.<br />

Betere landbouw dankzij<br />

ontwikkelingssamenwerking<br />

Om zijn landbouw te ondersteunen<br />

rekent Burundi vooral op externe hulp.<br />

Maar door de sociaal-politieke crisis die<br />

het land tien jaar lang heeft geteisterd,<br />

werd de ontwikkelingssamenwerking<br />

stopgezet. Vandaag wil men de landbouw<br />

nieuw leven inblazen. Voor de periode<br />

<strong>2012</strong>-2017 zou de externe hulp voor<br />

de landbouw 670 miljard FBU bedragen.<br />

De verwachte steun kadert in het Plan<br />

national d’investissement agricole (PNIA).<br />

“Het plan coördineert de investeringen in<br />

de landbouwsector voor de komende zes<br />

jaar”, aldus Odette Kayitesi, minister van<br />

Landbouw en Veeteelt. Het aandeel van<br />

België in dit omvangrijk initiatief is aanzienlijk.<br />

Als tweede bilaterale donor van<br />

Burundi na Frankrijk (2010) wil België de<br />

landbouw opkrikken. “Sinds de Belgisch-<br />

Burundese samenwerking enkele jaren<br />

geleden opnieuw werd opgestart,<br />

engageert dit land zich buitengewoon<br />

sterk in de landbouw. Met name via de<br />

ver s terking van het Ministerie van Landbouw<br />

en van het Institut des sciences agronomiques<br />

(ISABU), en via de ontwikkeling<br />

van de landbouw in de provincies Cibitoke,<br />

Ruyigi en Kirundo”, getuigt Pierre<br />

Bayubahe, landbouwingenieur. Zo heeft<br />

het Belgisch ontwikkelingsagentschap<br />

BTC in september 2011 het Programme<br />

d’appui institutionnel et organisationnel au<br />

secteur agricole (PAIOSA) opgestart om<br />

de resultaten van de vroegere projecten<br />

niet verloren te laten gaan. Met een financiering<br />

van 49 miljoen euro, zal het programma<br />

de landbouw professionaliseren<br />

en landbouwinstellingen versterken.<br />

SILVÈRE HICUBURUNDI<br />

Infosud Belgique - Syfia Grands Lacs<br />

20 MEI-JUNI-JULI <strong>2012</strong> I dimensie 3


CORRUPTIE<br />

BESTRIJDEN<br />

om investeerders aan te trekken<br />

BURUNDI EN RWANDA<br />

50 JAAR<br />

ONAFHANKELIJK<br />

De strijd tegen corruptie, het stokpaardje van de Rwandese regering, maakt<br />

justitie geloofwaardiger en trekt investeerders aan. Maar de basisorganisaties<br />

zijn nog niet helemaal corruptievrij.<br />

Op een affiche aan de ingang<br />

van de rechtbanken in Kigali<br />

staat het volgende: “Corruptie<br />

is strafbaar. Als onze<br />

ambtenaren zich laten omkopen of iemand<br />

anders proberen om te kopen, rekenen<br />

wij op u om ze aan te geven.” Zelfs in de<br />

rechtszalen hangen affiches met de boodschap:<br />

“Laten we de strijd aanbinden met<br />

corruptie. Onze rechtbanken maken komaf<br />

met corruptie.” De dienst van de nationale<br />

ombudsman publiceert tweemaal per<br />

jaar de lijst van personen die zich schuldig<br />

maakten aan corruptie en die hiervoor<br />

werden veroordeeld.<br />

Begin 2009 werd de Conseil consultatif<br />

anti-corruption in het leven geroepen.<br />

Deze is samengesteld uit vertegenwoordigers<br />

van de verschillende<br />

overheidsagent schappen. De ombudsman<br />

coördineert de activiteiten van de<br />

adviesraad. Deze heeft als hoofdtaak<br />

toezicht uit te oefenen op het gebruik van<br />

overheidsgeld. “Rwanda wil de nultolerantie<br />

hanteren voor corruptie. Daarom is<br />

de strijd tegen corruptie ook van toepassing<br />

op zij die tot nog toe als onaantastbaar<br />

werden beschouwd (nvdr: personen uit de<br />

onmiddellijke omgeving van de partij die<br />

aan de macht is)”, zegt een officier van<br />

de gerechtelijke politie<br />

van Kigali.<br />

Hoge overheidsverantwoordelijken<br />

komen dus net<br />

zo goed in de gevangenis<br />

terecht als verantwoordelijken<br />

van de basisorganisaties.<br />

Het Hoog Gerechtshof<br />

trekt jaarlijks een week uit<br />

om voorrang te geven aan<br />

dossiers rond geldverduistering.<br />

Deze ontwikkeling<br />

ging niet onopgemerkt voorbij<br />

aan Transparency International,<br />

de internationale<br />

organisatie die zich inzet voor de strijd tegen<br />

corruptie. Volgens haar rangschikking staat<br />

Rwanda in de strijd tegen corruptie op de<br />

4 de plaats als Afrikaans land, en op de 49 ste<br />

plaats wereldwijd.<br />

Basisorganisaties niet<br />

corruptievrij<br />

Uit het rapport van de ombudsman van<br />

2011 blijkt dat 53% van de geregistreerde<br />

gevallen van corruptie zich voordoen in de<br />

basisorganisaties, 43% in het gerechtelijk<br />

apparaat en 28% bij overheidsopdrachten.<br />

Volgens een mense<strong>nr</strong>echtenactivist<br />

van Kigali worden te veel instanties geleid<br />

door personen die niet voor hun werk worden<br />

betaald. En dat werkt corruptie in de<br />

hand, vindt hij. “De verantwoordelijken van<br />

de administratieve basisorganisaties (Imidugudu),<br />

de bemiddelaars (Abunzi) die<br />

moeten oordelen over alle financiële zaken<br />

tot drie miljoen RWF (5.400 dollars), en de<br />

'integere rechters' (Inyangamugayo) van de<br />

Gacaca-volksrechtbanken die levenslange<br />

straffen kunnen uitspreken, kunnen bijna<br />

niet anders dan smeergeld aannemen,<br />

omdat ze veel tijd in<br />

hun werk steken zonder<br />

betaling.”<br />

Rwanda wil de<br />

nultolerantie hanteren<br />

voor corruptie.<br />

Daarom is de strijd<br />

tegen corruptie ook<br />

van toepassing op<br />

zij die tot nog toe<br />

als onaantastbaar<br />

werden beschouwd.<br />

Online diensten<br />

Sinds ongeveer vijf jaar kan een buitenlander<br />

zijn visum via internet verkrijgen<br />

zonder dat hij daarvoor contact moet<br />

opnemen met de ambtenaren van de<br />

immigratiediensten. Een commercieel<br />

bedrijf kan een registratiecertificaat<br />

online aanvragen; overheidsopdrachten<br />

alsook de selectiecriteria worden<br />

op internet bekendgemaakt. “De online<br />

diensten zorgen ervoor dat de aanvrager<br />

niet in contact moet komen met een ambtenaar<br />

die smeergeld kan eisen”, zegt<br />

een ambtenaar van het ministerie van het<br />

lokale bestuur. Een Aziatische ondernemer<br />

die zopas een bedrijf opstartte in het<br />

oosten van het land, deelt deze mening:<br />

“Ik heb alle wettelijke documenten verkregen<br />

zonder een beroep te moeten doen op<br />

een ambtenaar. En zodra zakenlui begrepen<br />

hebben dat ze niet gedwongen worden om<br />

telkens smeergeld te geven, voelen ze zich<br />

al veel beter op hun gemak…”, zegt hij.<br />

ALBERT-BAUDOUIN TWIZEYIMANA<br />

Infosud Belgique- Syfia Grands-Lacs<br />

dimensie 3 I MEI-JUNI-JULI <strong>2012</strong> 21


BURUNDI EN RWANDA<br />

50 JAAR<br />

ONAFHANKELIJK<br />

AGASEKE<br />

AMAHORO,<br />

niet zomaar mandjes<br />

Uduseke 1 zijn mandjes geweven uit sisal. In Afrika en ook in<br />

het Westen zijn ze hoe langer hoe meer een voorwerp voor<br />

dagelijks gebruik. Maar wat is de geschiedenis van deze<br />

mandjes? Waarom zijn ze zo bekend? We namen een kijkje in<br />

Kigali bij African Handicraft.<br />

Tot voor een paar jaar waren<br />

uduseke gewoon… mandjes.<br />

Ze zijn handig om levensmiddelen<br />

zoals bloem of bonen in<br />

te vervoeren. “Ze worden vooral door de<br />

vrouwen op het platteland gemaakt”, zegt<br />

mandenvlechtster Mukanyarwaya Euphrasie<br />

van African Handicraft. De grondstof is<br />

sisal, een plant met sterke vezels die erg<br />

geschikt is voor vlechtwerk. “Een agaseke<br />

vlechten duurt een week”, voegt<br />

Mukeshimana Félicité eraan toe.<br />

Vóór de kolonisatie was manden leren<br />

vlechten een verplicht onderdeel van<br />

de opleiding van <strong>mei</strong>sjes. “Maar met de<br />

komst van de Belgen bleven de <strong>mei</strong>sjes<br />

niet meer thuis” vertelt François Ingabire,<br />

een van de projectverantwoordelijken bij<br />

African Handicraft. “Ze gingen naar school<br />

en zo leerden ze niet langer manden<br />

vlechten.” De mandjes in de vorm van een<br />

hut zijn echter nooit verdwenen. “Onze<br />

moeders en grootmoeders bewaarden<br />

er niet alleen levensmiddelen in maar<br />

ook persoonlijke spulletjes, wat dan weer<br />

de mannen nieuwsgierig maakt”, vertelt<br />

Euphrasie. “Zoiets als een schatkamertje<br />

alleen voor vrouwen!”, voegt Mukarugira<br />

Esperance er lachend aan toe.<br />

Vrede<br />

En vandaag? Wie vlecht nu uduseke en<br />

waarom zie je ze overal in Kigali? Euphrasie<br />

moet even glimlachen: “Agaseke<br />

Amahoro is voor de buitenwereld het<br />

symbool van het nieuwe Rwanda.” Na<br />

de genocide en de rampzalige gevolgen<br />

ervan, zijn uduseke omgedoopt tot<br />

© changents.com<br />

uduseke amahoro, wat zoveel betekent<br />

als “uduseke van vrede”. En ze hebben<br />

nog een extra betekenis gekregen: mandenvlechten<br />

brengt vrouwen uit de stad<br />

en van het platteland samen. De meesten<br />

onder hen maakten de genocide mee en<br />

hadden werk nodig.<br />

African Handicraft is een coöperatieve<br />

ambachtelijke vereniging. Het idee dat<br />

in 2009 ontstond kreeg in 2011 vorm. Het<br />

opzet was de ambachtelijke sector een<br />

stevige en duurzame basis te geven en<br />

een ander beeld van Rwanda te scheppen.<br />

“De toeristen vonden de mandjes mooi<br />

en namen ze mee naar hun land”, zegt<br />

Euphrasie. “De vereniging telt nu meer<br />

dan veertig vrouwen die hier dagelijks bij<br />

African Handicraft uduseke vlechten. Zoals<br />

u ziet nemen deze mandjes in ons leven<br />

een heel belangrijke plaats in!”<br />

Alomtegenwoordig<br />

Intussen wemelt het in de straten van<br />

Kigali van uduseke. De mandjes zijn uitgegroeid<br />

tot het symbool van het nieuwe<br />

Rwanda, je ziet ze echt overal. Wie twee<br />

stappen buiten de luchthaven zet, ziet<br />

meteen de reclameborden met de mandjes.<br />

De affiches komen je tegemoet in de<br />

stad, in hotels en handelszaken. Maar<br />

het mandje is ook een inspiratiebron<br />

voor andere producten: van oorbellen en<br />

onderzetters tot kerstballen, te veel om op<br />

te noemen. De agaseke komt zelfs voor in<br />

het wapen van Rwanda en sinds 2009 staat<br />

dit wapen afgebeeld op het bankbiljet van<br />

5.000 francs.<br />

Het gerucht gaat zelfs dat het succes<br />

van deze mandjes de namaakindustrie<br />

in China niet is ontgaan. Wat is hiervan<br />

aan? De Rwandese regering heeft in elk<br />

geval het voortouw genomen door te<br />

eisen dat elke agaseke en elk afgeleid<br />

product het label “Made in Rwanda”<br />

moet krijgen.<br />

WENDY BASHI<br />

Infosud Belgique - Syfia Grands Lacs<br />

1<br />

Agaseke betekent kleine mand, Uduseke is de meervoudsvorm<br />

van Agaseke en Ibiseke is een mand die<br />

groter is dan het doorsneemodel.<br />

22 MEI-JUNI-JULI <strong>2012</strong> I dimensie 3


Twee gezichten van Burundi<br />

Marie-Louise en Sybille: twee grote Burundese artiesten. De eerste was getuige van<br />

de pijnlijke geschiedenis van haar land en drukte er haar stempel op; de tweede is<br />

het gezicht van de sterke nieuwe garde, ze is creatief en veelbelovend. Hoewel beide<br />

vrouwen tegenwoordig in België leven, blijft hun blik vol hoop gericht op vrede en<br />

ontwikkeling in hun verre land van herkomst.<br />

Marie-Louise<br />

Sybille<br />

© Sybille<br />

Je merkt haar nauwelijks op in de gangen van de ambassade van Burundi<br />

waar ze momenteel werkt. Net als haar Burundese zusters is ze discreet,<br />

ze praat zachtjes en behoedzaam. Ze is nochtans een ster in haar eigen<br />

land: elke Burundees kent Marie-Louise. Toneelschrijfster, actrice,<br />

vertelster, auteur, politica, militante… Bekend als een van de belangrijkste<br />

Burundese auteurs stelde ze haar pen en wijze woorden heel vaak ten<br />

dienste van de vrede in haar land.<br />

Ze beleefde de pijnlijke geschiedenis van haar land, de 10 jaar durende burgeroorlog,<br />

van dichtbij. “Tijdens de oorlog werd mijn man in ons huis aangevallen en voor<br />

dood achtergelaten. Nadien moest hij naar België vluchten. Ondertussen moest ik<br />

me verstoppen telkens er gevaar dreigde, tot ik mijn man eind jaren '90 in België<br />

vervoegde.” Ze voegt daaraan toe: “Ik leef hier maar mijn ziel is in Burundi. Telkens als<br />

ik uitgenodigd word, keer ik terug naar mijn land”.<br />

Op de vraag hoe ze van een artieste een militante werd, antwoordt ze: “Mijn credo is<br />

'met elkaar praten' want de meeste problemen (Nvdr: etnische confl icten, slachtpartijen)<br />

in Burundi worden veroorzaakt door het feit dat we onze gevoelens niet genoeg uiten.<br />

Als het er dan uitkomt, ontploft de boel. In onze cultuur 'wenen we in ons binnenste',<br />

we kroppen onze frustraties op, we zijn uit op wraak.” Met haar toneelgroep speelde<br />

Marie-Louise stukken over aids of over geweld tegen vrouwen. Ze is de auteur van en<br />

verantwoordelijke voor het op de radio uitgezonden feuilleton Umubanyi niwe muryango<br />

(“Onze buren zijn onze familie”) dat pleit voor tolerantie en etnische verzoening en dat<br />

al snel veel bekendheid verwierf in Burundi. Daarna volgden nog een aantal andere<br />

feuilletons en nam ze deel aan een vredeskaravaan die in de dorpen fi lms vertoonde<br />

om de bevolking tot spreken aan te sporen.<br />

Ze ziet ook wel dat haar land gunstig evolueert: “De veiligheid is erop vooruitgegaan,<br />

er sterven nog steeds mensen en door de kwetsbaarheid van het grootste deel van de<br />

bevolking is de situatie nog lang niet stabiel. Maar ik koester hoop en zie een aantal<br />

bemoedigende tekens: de laatste vluchtelingen zijn naar het land teruggekeerd, en<br />

zelfs studenten die in België een studiebeurs kregen beslissen na hun studies naar hun<br />

land terug te keren.”<br />

Toch blijft Marie-Louise zich voor haar land inzetten: “Ik ben nog steeds nauw betrokken<br />

bij culturele activiteiten ten voordele van Burundi: ik schrijf toneelstukken voor<br />

verenigingen. Verleden week was ik met mijn groep volksdansers op de “Beau vélo de<br />

Ravel” (die in oktober in Burundi zal plaatshebben), samen met een Zwitserse vereniging<br />

maakte ik een bloemlezing van de schrijvers van de 3 landen (Burundi, Rwanda en<br />

Congo). En tot slot wil ik in de toekomst nog een nieuw boek publiceren, een soort<br />

historische roman over de geschiedenis van een vrouw tijdens de burgeroorlog.”<br />

Ze is zangeres vanaf haar prilste jeugd. Dan werd ze ook producer en<br />

cineaste… Op haar 29 e kan Sybille prat gaan op massa’s ervaring én een<br />

overvloed aan energie.<br />

“Ik droom ervan om als zangeres internationale erkenning te genieten”, vertrouwt<br />

Sybille mij toe. “Miriam Makeba, Angélique Kidjio… dat zijn vrouwen die hun<br />

talent gebruiken om iets te betekenen voor hun land. Ik zie mezelf immers niet<br />

alleen in een vertolkende rol: ik droom ervan om de Burundese cultuur ver over<br />

de landsgrenzen heen uit te dragen. Daartoe zijn projecten nodig die op een<br />

internationale leest zijn geschoeid.”<br />

En het blijft niet bij vrome wensen: in Burundi zet Sybille zich in voor de ngo Menya<br />

Media, actief in cultuurproductie en gemeenschapsontwikkeling. Om haar doel beter<br />

te bereiken, volgde zij hogere studies in dit vakgebied en in november 2011 behaalde<br />

zij een master in audiovisuele productie.<br />

Ik zie mezelf immers<br />

niet alleen in een<br />

vertolkende rol: ik<br />

droom ervan om de<br />

Burundese cultuur ver<br />

over de landsgrenzen<br />

heen uit te dragen.<br />

Aansluitend producete zij voor Télé<br />

Bruxelles de socioculturele uitzending<br />

“Un Peu de Tous”. “En nu keer ik terug naar<br />

Burundi om me daar toe te leggen op de<br />

‘zuiver’ cinematografi sche productie, wat<br />

zeer moeilijk is omdat de sector in Burundi<br />

nog in zijn kinderschoenen staat.”<br />

"Ik voel me thuis in België, want ik word<br />

hier niet als vreemdelinge beschouwd.<br />

Alles bevalt me hier, behalve het weer.<br />

Ideaal zou zijn dat ik in Burundi kon wonen<br />

en af en toe naar België kon komen voor<br />

opdrachten van bepaalde duur. Momenteel moet ik nog samenwerken met mensen uit<br />

het vak om meer ervaring op te doen en om contacten te leggen die mij helpen om de<br />

projecten in Burundi op de juiste manier aan te pakken.”<br />

Voor Sybille is er immers een heel duidelijke link tussen cultuur en ontwikkeling:<br />

“Cultuur heeft in de eerste plaats een ontspanningsfunctie: mensen hebben nood aan<br />

ontspanning, zeker in mijn land; daarnaast heeft cultuur een economische functie, want<br />

zij creëert jobs; tot slot heeft cultuur een opvoedende functie: zij brengt boodschappen<br />

over, geeft de problemen van een periode weer, zet aan tot nadenken.”<br />

En als je het waagt te vragen wat haar plannen zijn…, komt er wellicht nooit een<br />

eind aan het gesprek! Op het programma: Menya Media verder uitbouwen en nieuwe<br />

projecten ontwikkelen, een muziekzender opstarten om de Burundese muziek te<br />

promoten en als haar wens uitkomt, een centrum voor audiovisuele vorming openen…<br />

Een aflevering van de uitzending die Sybille producete gaat over Marie-Louise. Klik hier:<br />

http://www.telebruxelles.net/portail/emissions/magazines-a-voir-en-ligne/un-peu-de-tous/17902-120212-marie-louise-du-burundi<br />

Sybille is te zien en te horen met haar liedjes “GAHUNGA WA NDORE” en “KARIRE” op YouTube.<br />

ELISE PIRSOUL<br />

dimensie 3 I MEI-JUNI-JULI <strong>2012</strong> 23


BURUNDI VERNI<br />

Het al slecht onderhouden wegennet in Burundi had zwaar<br />

te lijden onder de aanhoudende crisis. Gelukkig is er verbetering<br />

in zicht. In de hoofdstad Bujumbura worden de wegen<br />

in de volkswijken opnieuw geplaveid dankzij de financiële<br />

hulp van België en de EU. Dat komt niet alleen de hygiëne<br />

ten goede, maar stelt ook veel mensen te werk.<br />

Van de 12.000 km wegen die<br />

Burundi doorkruisen is 2.000<br />

km geplaveid. Het stadsbestuur<br />

van Bujumbura beheert<br />

slechts een vijftigtal km. De 'geklasseerde<br />

wegen' (zijnde nationale, gemeentelijke<br />

of provinciale wegen) worden normaliter<br />

onderhouden door de Burundese wegendienst.<br />

De lokale gemeenschappen zijn<br />

verantwoordelijk voor het beheer en het<br />

onderhoud van het ‘niet-geklasseerde<br />

wegennet’. Door tien jaar burgeroorlog<br />

(1993-2002) kwamen bijna alle onderhoudswerken<br />

op een laag pitje te staan.<br />

Sinds 2002 hebben de internationale<br />

instellingen de hulpactiviteiten in deze<br />

sector hervat. “De Wereldbank, de Afrikaanse<br />

Ontwikkelingsbank en België financieren<br />

de aanleg van geplaveide wegen in<br />

de grote steden van het land”, zegt Eusèbe<br />

Miburo, gewezen kaderlid bij het ministerie<br />

van Openbare Werken. In Bujumbura<br />

werd meer dan 40 km wegen hersteld,<br />

waarvan 15 km op het conto van de Belgische<br />

Ontwikkelingssamenwerking. In<br />

Kirundo bijvoorbeeld, 200 km ten noorden<br />

van Bujumbura, werd de nationale<br />

weg hersteld die door de stad loopt en<br />

Burundi met Rwanda verbindt. Daarnaast<br />

zullen nog eens 6 km straten geplaveid<br />

worden. Alles samen zal het Belgisch Ontwikkelingsagentschap<br />

BTC 21 miljoen<br />

euro investeren om de straten in Burundi<br />

te verharden.<br />

Het werk is zeer<br />

arbeidsintensief. Er werden<br />

dan ook honderden<br />

mensen in dienst genomen<br />

om stenen bijeen te rapen,<br />

ze in de steengroeve te<br />

kappen, er vervolgens de<br />

straten mee te plaveien.<br />

© Infosud / Syfia<br />

De bewoners zijn blij<br />

Overal in Bujumbura verheugt de bevolking<br />

zich over de geplaveide wegen die<br />

sinds 2008 worden aangelegd. De stad<br />

heeft letterlijk een gedaanteverandering<br />

ondergaan, vooral in de volkswijken<br />

en in de wijken van de voorstad.<br />

Het plaveien van de wegen biedt tal van<br />

voordelen: “Sinds de wegen in Bwiza<br />

geplaveid zijn, verloopt het verkeer vlotter.<br />

Ook zijn de plassen vuil water uit het<br />

straatbeeld verdwenen die een broeihaard<br />

zijn voor muggen en dus een bron<br />

van malaria. De wijk is veel schoner dan<br />

vroeger”, zegt Ndayahoze, de uitbater<br />

van een stalletje op de markt van Jabe<br />

in Bwiza. Iedereen heeft het over de<br />

betere hygiëne. “Nadat de straten in de<br />

Quartier VI van Ngagara werden geplaveid,<br />

is het hier zo schoon dat onze wijk<br />

nu de 'Zwitserse wijk' wordt genoemd”,<br />

zegt Lise Kaneza, een scholiere die in<br />

deze wijk woont.<br />

24 MEI-JUNI-JULI <strong>2012</strong> I dimensie 3


BURUNDI EN RWANDA<br />

50 JAAR<br />

ONAFHANKELIJK<br />

EUWT ZIJN<br />

wegennet na de crisis<br />

Ook de praktische aspecten werden<br />

niet uit het oog verloren. “De geplaveide<br />

wegen zijn zeer duurzaam, tussen dertig<br />

en veertig jaar, ze zijn makkelijker in het<br />

onderhoud, en ze kunnen worden open- en<br />

dichtgemaakt om ondergrondse water- en<br />

elektriciteitsleidingen of telefoonkabels te<br />

plaatsen. Dan is er nog de snelheidsbeperking<br />

in de woonwijken”, vertelt Artur<br />

Muhuzenge, wegenbouwdeskundige.<br />

Minder werkloosheid en meer<br />

economische bedrijvigheid<br />

Hygiëne, comfort, maar ook tewerkstelling.<br />

“We stellen vast dat het plaveien van<br />

de straten de armoede doen afnemen. Het<br />

zorgt immers voor werkgelegenheid en een<br />

verdeling van de inkomsten onder de bevolking”,<br />

zegt Eusèbe Miburo. Als bij toverslag<br />

verdween ook het beeld van werkloze jongeren<br />

die de gewoonte hadden om rond te<br />

hangen op de ligalas ('straathoek' of 'onder<br />

de mangoboom'), omdat ze nu aan het<br />

werk zijn. “Het werk is zeer arbeidsintensief.<br />

Er werden dan ook honderden mensen in<br />

dienst genomen om stenen bijeen te rapen,<br />

ze in de steengroeve te kappen, er vervolgens<br />

de straten mee te plaveien, enzovoort”,<br />

zegt een leider van de werkzaamheden<br />

in Kamenge.<br />

Keerzijde van de medaille: werk, jawel,<br />

maar wel precair werk. De 'vermindering<br />

van de armoede' is relatief. "Bedrijven<br />

doen vaak een beroep op dagloners<br />

die per opdracht of voor korte periodes,<br />

gaande van enkele dagen tot een maand,<br />

in dienst worden genomen", zegt Anicet<br />

Niyuhire, die meewerkte aan het plaveien<br />

van de straten in Bwiza. Hetzelfde geldt<br />

voor de meeste arbeiders die in de steengroeven<br />

rond Bujumbura werden in dienst<br />

genomen. “Weinig gewetensvolle ondernemers<br />

of hun tussenpersonen maken misbruik<br />

van de armoede van de arbeiders,<br />

ook al hebben deze zich verenigd, door de<br />

prijs van de stenen zo laag mogelijk te houden”,<br />

zegt Gervais Ndayongeje, een van<br />

de arbeiders.<br />

De bevolking betaalt mee<br />

Maar deze werkzaamheden leiden niet<br />

alleen tot werkgelegenheid. “Om te<br />

garanderen dat de wegen zo goed mogelijk<br />

onderhouden worden, moeten we de straatbewoners<br />

betrekken bij de bouw en het<br />

onderhoud van wegen en paden. Zo doen<br />

ze de know how op en eigenen ze zich de<br />

openbare nutsinfrastructuur toe”, zegt een<br />

gemeenteraadslid van Cibitoke, een<br />

gemeente van Bujumbura.<br />

Deze toe-eigening kan worden tot stand<br />

gebracht door van de bevolking een financiële<br />

bijdrage te vragen. Na een oproep<br />

van het stadsbestuur van Bujumbura en<br />

van BTC, zonden de lokale media op 19<br />

april jongstleden een spotje uit waarin de<br />

inwoners van Kinama, Kamenge en Cibitoke<br />

(noorden van Bujumbura) worden<br />

opgeroepen een centje bij te dragen aan<br />

de werken die in hun wijk worden uitgevoerd.<br />

Verwacht bedrag: 30.000 Burundese<br />

francs per gezin, of zowat 20 dollar.<br />

“Deze bijdrage werd altijd al gevraagd<br />

in de wijken waar de straten worden vernieuwd.<br />

Op die manier proberen we de<br />

bevolking van die wijken aan te sporen<br />

om zich deze infrastructuur toe te eigenen.<br />

De bijdrage wordt geraamd op basis van<br />

de middelen van de persoon in kwestie<br />

en van de standing van de wijk waar de<br />

werken worden uitgevoerd”, zegt een<br />

administratief verantwoordelijke van de<br />

gemeente Kinindo.<br />

De werkzaamheden bieden nog een<br />

ander voordeel: een einde maken aan<br />

de nogal chaotische ontwikkeling van<br />

Bujumbura dat almaar meer uitbreidt.<br />

“Tijdens de werkzaamheden werden sommige<br />

huizen afgebroken die bijna midden<br />

in de straat waren opgetrokken, om plaats<br />

te maken voor de nieuwe weg zodat het<br />

verkeer vlotter zou verlopen en de weg<br />

makkelijker kan worden onderhouden.<br />

Dat is dan ook de reden waarom in de<br />

nieuwe wijken aan de rand van de stad<br />

voldoende plaats voor de wegen wordt<br />

voorzien”, verklaart Salvator Ndayirorere,<br />

burgerlijk ingenieur.<br />

© Infosud / Syfia<br />

SILVÈRE HICUBURUNDI<br />

Info sud Belgique-Syfia Grands-Lacs<br />

dimensie 3 I MEI-JUNI-JULI <strong>2012</strong> 25


DESIGN<br />

DESIGN<br />

FOR<br />

IMPACT<br />

Creatieve studenten in Kortrijk bedenken producten in samenwerking met<br />

het Zuiden. Initiatiefnemer Oliver DeWolf doopte het pilootproject Design for<br />

Impact. Bedrijven en ngo’s hebben er oor naar.<br />

Enkele jaren geleden was Oliver<br />

DeWolf zelf student 'Industrieel<br />

productontwerpen' aan de<br />

Hogeschool West-Vlaanderen<br />

(Howest). Voor zijn eindwerk trok hij,<br />

samen met zijn vriendin-antropologe,<br />

naar Peru. Hij werkte er rond hernieuwbare<br />

energie en gezond wonen. “Een<br />

eye-opener”, zegt De Wolf. “We merkten<br />

dat een ontwerper levensverbeterende<br />

oplossingen kan bedenken door nauw<br />

samen te werken met de lokale gemeenschap<br />

(co-creatie). De combinatie van<br />

een ontwerper met een antropologe was<br />

daarbij een match made in heaven!”<br />

Cruciaal is dat je de noden en de gebruiken<br />

van de plaatselijke bevolking goed<br />

kent. En dat je weet welke materialen<br />

en kennis er ter beschikking is. De Wolf:<br />

“Neem het voorbeeld van een couveuse.<br />

Het lijkt een geavanceerd toestel. Vaak<br />

wordt het ingevoerd. Maar overal rijden<br />

auto’s. Kunnen we geen couveuse maken<br />

met auto-onderdelen? Het bleek mogelijk<br />

dankzij de Toyota-couveuse. De koplamp<br />

zorgt voor warmte, het alarmsysteem kan<br />

ingebouwd worden enzovoort. De kost is<br />

minder dan 1000 euro en het toestel kan<br />

overal hersteld worden.”<br />

Bedrijven, ngo’s, 4 de pijlerorganisaties en<br />

lokale overheden zijn vaak op zoek naar<br />

vernieuwende en duurzame oplossingen<br />

voor mensen in het Zuiden. Alleen<br />

zijn ze te weinig op de hoogte van wat<br />

een industrieel (product)ontwerper<br />

allemaal kan. Daarom stelde DeWolf<br />

een pilootproject voor binnen Howest:<br />

Design for Impact. In september 2011 gaf<br />

hij het startschot.<br />

Ondertussen toverden de studenten<br />

al heel wat creatieve ontwerpen uit de<br />

koker. En dat allemaal op vraag van<br />

diverse bedrijven en organisaties (zie<br />

voorbeelden). DeWolf is een tevreden<br />

man. “We zitten op de goede weg met<br />

onze innovatie die gedreven wordt door<br />

menselijke noden in plaats van door<br />

technologie.” En meteen is aangetoond<br />

dat een technisch beroep allerminst<br />

saai hoeft te zijn. Design for Impact kan<br />

zijn creativiteit botvieren om duurzame<br />

oplossingen te vinden voor heel concrete<br />

noden in het Zuiden. Design kan<br />

dus een sociale impact hebben. “Open,<br />

sociaal, lokaal geproduceerd, kennisuitwisseling<br />

en co-creatie, op maat en duurzaam<br />

design, dat is waar het project om<br />

draait.”<br />

CHRIS SIMOENS<br />

ONLINE<br />

www.designforimpact.be<br />

design-for-impact.blogspot.com<br />

Open, sociaal, lokaal<br />

geproduceerd,<br />

kennisuitwisseling en<br />

co-creatie, op maat en<br />

duurzaam design, dat<br />

is waar het project<br />

om draait.<br />

OLIVER DEWOLF<br />

26 MEI-JUNI-JULI <strong>2012</strong> I dimensie 3


TELEVISION FOR BOP<br />

TPVision wilde een aangepast (Philips) TV-toestel ontwerpen<br />

voor de armen – de 'base of the pyramid' - in India. 80 %<br />

van de bevolking leeft er met minder dan 2 dollar per dag.<br />

Ze kunnen zich geen huis of auto aanschaffen, maar een<br />

TV staat wel op hun verlanglijstje. Student Ruben De Baere<br />

ontwierp een basistoestel zonder overbodige snufjes.<br />

CASH FOR TRASH<br />

Via de stedenband Kortrijkpijnse<br />

ngo<br />

Cebu zocht de Filippijnse Pagtambayayong Foundation<br />

een goedkope en herbruikbare<br />

verpakking waarmee e klanten<br />

biologisch geteelde e rijst en<br />

andere voedingsmiddelen iddelen naar<br />

huis kunnen nemen. n.<br />

Student<br />

Floris Ampe ontwierp hiervoor<br />

een emmertje. De emmer zelf<br />

is een hergebruikte e verpakking<br />

van mayonaise en yoghurt. De<br />

handvaten worden geweven<br />

uit afval van stickerpapier.<br />

Momenteel is er een en<br />

testfase. De<br />

ngo verkoopt 200 stuks om te zien<br />

of het product aanslaat.<br />

aat.<br />

DESIGN FOR INCLUSION<br />

Santo Toribia is een school ol voor<br />

kinderen met beperkingen n in één<br />

van de armste buitenwijken van de<br />

stad Trujillo (Peru). Omdat ze geen<br />

overheidssteun krijgen was de school op<br />

zoek naar een inkomen, in combinatie<br />

met een educatieve tool om kinderen<br />

vaardigheden bij te brengen. Student<br />

Bob De Troy ontwierp originele mapjes<br />

uit palmboomschors, elk mapje draagt<br />

een afbeelding van een kind. Door de<br />

mapjes te maken, leren de kinderen niet<br />

alleen nieuwe technieken en (houtpersen)<br />

maar winnen ze ook aan an zelfvertrouwen<br />

en zelfstandigheid. Het geeft hen letterlijk<br />

een gezicht. De mapjes worden verkocht<br />

in de scholen van Trujillo.<br />

Alle foto’s: © Design for Impact – HOWEST<br />

dimensie 3 I MEI-JUNI-JULI <strong>2012</strong> 27


YOUTH<br />

are the<br />

FUTURE<br />

Jonge Palestijnse vluchtelingen<br />

Een tijdbom of een enorm potentieel?<br />

Ze zijn geboren en opgegroeid in vluchtelingenkampen, net zoals hun ouders. Velen<br />

van hen hebben gestudeerd maar vinden geen werk, niet in de kampen maar ook niet<br />

daarbuiten. Ze zijn aangewezen op humanitaire hulp. En dan te bedenken dat deze<br />

jongeren bijna 30 % uitmaken van de 5 miljoen vluchtelingen die in Palestijnse kampen<br />

in het Midden-Oosten leven. Een tijdbom of een enorm potentieel…<br />

Tussen muren<br />

In Nabloes - een historische stad op de<br />

Westelijke Jordaanoever, ver van de Israelische<br />

grenzen, maar omringd door<br />

checkpoints – is alles rustig, en toch is het<br />

geweld overal latent aanwezig. Je kunt het<br />

zien op de muren, op de talrijke affiches<br />

van jonge martelaren, met een argeloze<br />

blik en het geweer in de aanslag, omringd<br />

door wenende moeders. Het geweld is in<br />

de straten, in de grafstenen van de strijders,<br />

waar kinderen op spelen en waar<br />

jongeren langskomen wanneer ze naar<br />

school stappen. De herinnering aan de<br />

langdurige blokkade van de stad en de<br />

gevechten doemt als een spookbeeld op<br />

in de straatjes. Naast geweld heerst ook<br />

frustratie omdat de jongeren zich ervan<br />

bewust zijn dat ze geen noemenswaardige<br />

toekomst hebben en toch geen werk zullen<br />

vinden ook al hebben ze gestudeerd.<br />

De 'vervloekte' checkpoints maken elke<br />

verplaatsing tergend ingewikkeld, en de<br />

Palestijnse economische markt stelt nagenoeg<br />

niets meer voor. Sinds de bouw van<br />

de muur en het opzetten van de controles is<br />

de export immers sterk gedaald. Overigens<br />

bestaan de kampen nu al 60 jaar. Vluchteling<br />

zijn is dus geen tijdelijke status meer,<br />

maar veeleer een identiteit. In de kampen<br />

hangt een verstikkende sfeer. Hoe kun je<br />

uitgroeien tot een evenwichtige volwassene<br />

als je gedoemd bent op te groeien tussen<br />

fysieke, morele en mentale “muren”, vooral<br />

wanneer je jong en energiek bent, met een<br />

toekomst die nog voor je ligt?<br />

CONFERENTIE IN BRUSSEL<br />

Op 19 en 20 maart ontving het Egmontpaleis een internationale conferentie van UNRWA<br />

onder de titel “Engaging youth: Palestine refugees in a changing Middle East”. UNRWA had<br />

een twintigtal jonge Palestijnse vluchtelingen uitgenodigd om te wegen op de formulering<br />

van haar toekomstige projecten. Ze namen het woord voor een platform van prominenten<br />

uit de Arabische wereld en uit Europa, waaronder Didier Reynders, Salam Fayyad, Catherine<br />

Ashton, Martin Schulz, de ministers van <strong>Buitenlandse</strong> <strong>Zaken</strong> van Jordanië en Palestina, en<br />

de secretaris-generaal van de Arabische Liga. Info: http://www.engagingyouth.eu<br />

© Elise Pirsoul<br />

Om die reden besloot UNRWA, het VNagentschap<br />

voor hulpverlening aan<br />

Palestijnse vluchtelingen, dit jaar alle<br />

aandacht op de jonge Palestijnse vluchtelingen<br />

te richten. Dat het agentschap<br />

als eerste zal toegeven dat alleen de<br />

regeling van het Israëlisch-Palestijnse<br />

conflict soelaas kan bieden, neemt niet<br />

weg dat het leed moet worden verzacht.<br />

In afwachting blijft de bevolking in de<br />

kampen immers almaar toenemen en is<br />

30% daarvan tussen 18 en 29 jaar oud.<br />

Jonge vluchtelingen<br />

op zoek naar werk<br />

“Toen hun dorp in 48 door de Israëliers<br />

werd bezet, kwamen mijn grootouders<br />

voor een week naar Gaza. Jammer<br />

genoeg keerden ze nooit terug. Mijn<br />

vader groeide op in een vluchtelingenkamp;<br />

ik woon in Gaza-stad en behaalde<br />

zopas een master Business and Administration.<br />

Ik werk als docente aan de universiteit<br />

en ben nu actief bij een vereniging<br />

voor dove kinderen. Ik bof dat ik werk heb<br />

gevonden, want mijn vrienden die ook zijn<br />

afgestudeerd, sturen honderden sollicatiebrieven<br />

die onbeantwoord blijven. Al had<br />

ik meer geluk dan mijn vrienden, ook ik leef<br />

in onveiligheid.” Dat Yasmine, een jonge en<br />

briljante vrouw, veel geluk heeft in vergelijking<br />

met haar vrienden, neemt niet weg dat<br />

het permanente klimaat van onveiligheid<br />

en de beperking van de bewegingsvrijheid<br />

nog steeds een grote bron van frustratie<br />

zijn. “Ik woon in Hebron, op 20 km van<br />

Jeruzalem. Normaal ben je op een half uur<br />

in Jeruzalem, maar nu neemt de reis 2 uur in<br />

beslag als gevolg van de checkpoints”, zegt<br />

Ahmed. Tareq, een vluchteling in Jordanië,<br />

28 MEI-JUNI-JULI <strong>2012</strong> I dimensie 3


PALESTIJNSE GEBIEDEN<br />

© Elise Pirsoul<br />

van de bevolking in de vluchtelingenkampen<br />

en zijn voor de gemeenschap het<br />

menselijk kapitaal van morgen. Het is een<br />

bijzondere kwetsbare maar ook veelbelovende<br />

bevolkingsgroep.<br />

De Arabische Lente waartoe de aanzet werd<br />

gegeven door jonge werklozen, heeft aangetoond<br />

dat de jongeren in Noord-Afrika<br />

en het Midden-Oosten begeesterd zijn<br />

en grote veranderingen kunnen bewerkstelligen.<br />

In Palestina, meer nog dan in de<br />

andere Arabische landen, hebben veel van<br />

deze jongeren gestudeerd. In een vluchtelingenkamp<br />

is er niet veel afleiding. De<br />

jongeren besteden dan ook veel tijd aan<br />

hun opleiding, sommigen zijn zelfs overgekwalificeerd.<br />

Toch is een kwart, in de Gazastrook<br />

zelfs 39%, veroordeeld tot werkloosheid.<br />

Als ze al werk vinden, is het meestal<br />

onder hun niveau, en zijn de voorwaarden<br />

en lonen onaanvaardbaar. “Jonge Palestijnen<br />

willen hetzelfde als alle jongeren wereldwijd,”<br />

en ze hebben er recht op. Precies daarom<br />

heeft UNRWA-chef Filippo Grandi besloten<br />

om dit jaar veel aandacht te besteden aan<br />

de jongeren, “from spring to spring”, met de<br />

belofte elkaar binnen een jaar opnieuw te<br />

ontmoeten.<br />

ELISE PIRSOUL<br />

Martelaarsgraf in een straat van Nabloes<br />

is pas afgestudeerd als ingenieur: “Ik vond<br />

werk in een Golfstaat maar ik mag er niet<br />

heen reizen.” In sommige landen, vooral in<br />

Libanon, worden de fundamentele mense<strong>nr</strong>echten<br />

met voeten getreden. “Ik studeer<br />

ingenieurswetenschappen maar weet<br />

nu al dat ik niet aan de slag zal kunnen omdat<br />

ik een vluchteling ben. Hoe zal mijn toekomst<br />

eruit zien? De ene dag ben ik een vreemdeling,<br />

de andere een vluchteling, ik heb zelfs<br />

geen vaste identiteit terwijl ik nochtans in<br />

Libanon geboren ben“, zucht Faten.<br />

Potentieel en frustratie<br />

Yasmine, Ahmed, Tareq en Faten werden<br />

door UNRWA uitgekozen om deel uit te<br />

maken van een delegatie van jonge Palestijnen<br />

die moet wegen op de formulering van<br />

de toekomstige UNRWA-projecten. Jongeren<br />

(18-29 jaar) vormen de meerderheid<br />

L’UNRWA, het VN-agentschap<br />

voor hulpverlening<br />

aan Palestijnse vluchtelingen,<br />

werd onmiddellijk<br />

na de eerste Israëlische<br />

bezettingen opgericht,<br />

zogezegd maar tijdelijk.<br />

Zestig jaar later is de<br />

situatie van de Palestijnen er aanzienlijk<br />

op achteruit gegaan en zorgt UNRWA voor<br />

de meeste openbare basisvoorzieningen<br />

in een Palestina dat geen echte staat is en<br />

dat niet de minste autonomie heeft. Dankzij<br />

het geld van UNRWA zijn er momenteel<br />

ongeveer 700 scholen die jongens en<br />

<strong>mei</strong>sjes gelijke kansen geven en 137 ziekenhuizen.<br />

UNRWA beheert de kampen en<br />

de infrastructuur, biedt humanitaire hulp<br />

en noodhulp. Door de verslechtering van<br />

de situatie in de Gazastrook en de stijging<br />

van de energie- en voedselprijzen, heeft<br />

UNRWA veel meer lasten. In <strong>2012</strong> vertoont<br />

het algemene budget van het agentschap<br />

een tekort van 125,8 miljoen dollar. De Belgische<br />

bijdrage aan UNRWA is de jongste<br />

jaren aanzienlijk gestegen: van ongeveer<br />

6,3 miljoen euro in 2009 naar 9,5 miljoen<br />

euro in <strong>2012</strong>.<br />

EP<br />

Werkingsdo<strong>mei</strong>nen<br />

Aantal vluchtelingen per do<strong>mei</strong>n*<br />

1.217.519<br />

874.627<br />

Jordanië<br />

Libanon<br />

Syrië<br />

Westelijke Jordaanoever<br />

Gazastrook<br />

Totaal: 5.115.755<br />

510.444 465.798<br />

GAZASTROOK<br />

2.047.367<br />

• 874.627 geregistreerde personen<br />

• 19 bestaande kampen<br />

• 98 scholen<br />

• 42 basisgezondheidscentra<br />

• 1.217.519 geregistreerde<br />

personen<br />

• 8 bestaande kampen<br />

• 243 scholen<br />

• 21 basisgezondheidscentra<br />

MIDDELLANDSE ZEE<br />

ISRAËL<br />

MEER VAN<br />

TIBERIAS<br />

WESTELIJKE JORDAANOEVER<br />

LIBANON<br />

GOLAN<br />

• 465.798 geregistreerde personen<br />

• 12 bestaande kampen<br />

• 68 scholen<br />

• 28 basisgezondheidscentra<br />

• 510.444 geregistreerde<br />

personen<br />

• 9 bestaande kampen<br />

• 118 scholen<br />

• 23 basisgezondheidscentra<br />

JORDANIË<br />

SYRIË<br />

• 2.047.367 geregistreerde<br />

personen<br />

• 10 bestaande kampen<br />

• 172 scholen<br />

• 24 basisgezondheidscentra<br />

Vluchtelingenkamp<br />

* Alle cijfers van januari <strong>2012</strong><br />

dimensie 3 I MEI-JUNI-JULI <strong>2012</strong> 29


ONDERZOEK<br />

Prijs Belgische Ontwikkelingssamenwerking<br />

<strong>2012</strong><br />

De Prijs Belgische Ontwikkelingssamenwerking werd in 1998 in het<br />

leven geroepen op initiatief van de Belgische Ontwikkelingssamenwerking<br />

en wil studenten en jonge onderzoekers ertoe aanzetten oog te<br />

hebben voor de internationale samenwerking en zo een bijdrage te<br />

leveren aan duurzame ontwikkeling en armoedebestrijding in het Zuiden.<br />

In aanmerking komen licentie- of masterthesissen, doctoraatsthesissen<br />

of andere publicaties.<br />

De prijs bedraagt 15.000 euro voor de gelauwerde onderzoeker en<br />

5.000 euro voor de bekroonde student. Met dit bedrag kunnen de laureaten<br />

hun onderzoeksactiviteit (stage, aankoop van wetenschappelijke<br />

apparatuur) voortzetten of hun loopbaan verder uitbouwen (deelname<br />

aan congressen, opleidingen, enz.).<br />

Het Koninklijk Museum voor Midden-<br />

Afrika in Tervuren vormde op 16 maart<br />

<strong>2012</strong> het decor voor de jaarlijkse<br />

uitreiking van de Prijs Belgische<br />

Ontwikkelingssamenwerking. Deze prijs<br />

bekroont onderzoekers en studenten die<br />

via wetenschappelijk werk veelbelovende<br />

oplossingen aa<strong>nr</strong>eiken inzake duurzame<br />

ontwikkeling.<br />

© DGD / Ardelean<br />

Kakudji Kyungu<br />

De prijs <strong>2012</strong> in de categorie 'Onderzoekers’ mocht Aimé Kakudji Kyungu<br />

uit DR Congo in ontvangst nemen. Hij is beursstudent bij het Belgisch<br />

Ontwikkelingsagentschap BTC en behaalde in 2010 zijn doctorstitel in politieke en<br />

sociale wetenschappen aan de Vrije Universiteit Brussel met een onderzoek met als<br />

titel: “Sendwe Mining”, Socio-anthropologie du monde social de l'Hôpital à Lubumbashi<br />

(socio-antropologie van het sociale gebeuren in het ziekenhuis van Lubumbashi).<br />

Het ziekenhuis Sendwe is een toonaangevende referentieziekenhuis in de provincie<br />

Katanga. De auteur bracht er verschillende maanden door en observeerde<br />

en ondervroeg er zorgverstrekkers, patiënten en hun gezinsleden.<br />

Vertrekkende van de observatie van de patiënten maakt hij een kwalitatieve<br />

analyse van de relaties tussen de verschillende actoren die betrokken zijn bij de<br />

zorgverstrekker-patiënt-relatie.<br />

De auteur toont aan dat er gelijkenissen zijn tussen de interacties en<br />

spanningen tussen ziekenhuismedewerkers en patiënten enerzijds en tussen<br />

ambtenaren en burgers anderzijds. Met dat grote verschil dat in het<br />

ziekenhuis het leven van de patiënten van het resultaat van deze interacties<br />

kan afhangen.<br />

Ondanks het specifi eke kader zijn de situaties en relaties tussen zorgverstrekkers<br />

en patiënten in het ziekenhuis Sendwe kenmerkend voor andere ziekenhuisinstellingen<br />

in het land, ja zelfs in Afrika. De auteur koos de invalshoek van de<br />

sociale antropologie voor zijn onderzoek in de ziekenhuiswereld, en dit getuigt van<br />

originaliteit. Dit werk bewijst dat een dergelijk onderzoek waardevolle gegevens<br />

kan opleveren voor een hervorming van de manier waarop ziekenhuizen en de<br />

zorgverstrekking in Afrikaanse landen worden beheerd.<br />

JMC<br />

© DGD / Ardelean<br />

Marianne Hubeau<br />

Marianne Hubeau, bio-ingenieur land- en bosbeheer aan de Katholieke Universiteit<br />

Leuven ontving de prijs <strong>2012</strong> in de categorie 'Studenten' voor haar onderzoek met als<br />

titel: Land use and human activity patterns in relation to the plague disease in the West<br />

Usambara Mountains, Tanzania (ruimtegebruik en patronen van menselijke activiteit<br />

gerelateerd aan de builenpest in de bergachtige regio West-Usambara, Tanzania).<br />

Deze masterthesis kadert in een onderzoek van de KULeuven, de Universiteit Antwerpen<br />

en de Sokoine University in Tanzania over de verspreiding van de builenpest<br />

in Tanzania. Deze ziekte komt nog in heel de wereld voor, maar vaak in kleinere<br />

afgelegen gebieden.<br />

Marianne Hubeau onderzocht of er een verband bestaat tussen de verspreiding<br />

van de pest en het ruimtegebruik door de mens. Ze kwam tot de vaststelling<br />

dat de pest meer voorkomt in dorpen waar mensen in een breder<br />

gebied rond het dorp activiteiten uitvoeren alsmede in de buurt van plaatsen<br />

waar mensen hout sprokkelen. Deze laatste gegevens moeten nog verder<br />

worden onderzocht.<br />

Het onderzoek heeft nu al aangetoond dat de verspreiding van de builenpest niet<br />

enkel het gevolg is van natuurlijke omgevingsfactoren in een regio, maar ook van<br />

de manier waarop mensen gebruikmaken van deze omgeving. Deze informatie is<br />

zeer belangrijk voor het inschatten van het besmettingsrisico en komt ook van pas<br />

bij het opzetten van preventiecampagnes in de bergen van Usambara en in de<br />

andere regio’s van Tanzania waar de builenpest voorkomt.<br />

JMC<br />

ONLINE<br />

www.devcoprize.africamuseum.be<br />

30 MEI-JUNI-JULI <strong>2012</strong> I dimensie 3


© Dieter Telemans<br />

Zicht op het leven<br />

Een tentoonstelling over en voor blinden<br />

© Dieter Telemans<br />

In het kader van de Belgische<br />

Ontwikkelingsdagen heeft de vereniging<br />

Licht voor de Wereld van<br />

27 april tot 9 <strong>mei</strong> <strong>2012</strong> een tentoonstelling<br />

georganiseerd van fotograaf<br />

Dieter Telemans (Prijs ‘De Spiegel’) over<br />

blindheid en haar gevolgen in Afrika.<br />

De foto’s werden gemaakt in oogklinieken<br />

en instellingen voor blinden waar Licht<br />

voor de Wereld actief is. De vereniging<br />

bestrijdt blindheid, probeert de levenskwaliteit<br />

van mensen met een visuele<br />

handicap te verbeteren en verdedigt de<br />

rechten van mensen met een handicap in<br />

Afrika.<br />

De tentoonstelling was toegankelijk voor<br />

blinden dankzij een hoorbare beschrijving,<br />

een techniek die vooral in het theater<br />

wordt toegepast. Ze laat toe visuele<br />

effecten over te brengen met het gesproken<br />

woord.<br />

ONLINE<br />

www.lightfortheworld.be<br />

dimensie dimension 3 I MEI-JUNI-JULI 3 I <strong>2012</strong> 31


OP STAP MET<br />

VRIJWILLIGERSWERK OF<br />

VRIJWILLIGERSTOERISME?<br />

Internationaal vrijwilligerswerk trekt<br />

almaar meer jongeren aan.<br />

In goede en soms slechte tijden.<br />

© SVI<br />

Toen ik als informaticaconsulent<br />

werkte, een stabiele en goed<br />

betaalde job, leidde ik een vrij<br />

comfortabel leven, maar het<br />

was niet echt wat ik zocht. Ik wilde me<br />

nuttig maken en nieuwe uitdagingen aangaan.<br />

Daarom ging ik in op een oproep<br />

van de Belgische ontwikkelingssamenwerking<br />

en vertrok, een beetje bij toeval,<br />

naar Vietnam. Al wat ik van Vietnam afwist,<br />

had ik opgestoken van oorlogsfilms… Ter<br />

plaatse wachtte me een enorme cultuurschok:<br />

ik voelde me als een ruimtevaarder<br />

die op een onbekende planeet was<br />

terechtgekomen. Om me te integreren<br />

besliste ik me aan te sluiten bij een lokale<br />

vrijwilligersvereniging, die destijds bezig<br />

was met de oprichting van het eerste<br />

jeugdhuis in Hanoi voor kinderen die aan<br />

de Rode Rivier woonden. Op zekere dag<br />

besloten we onze projecten open te stellen<br />

voor internationale vrijwilligers. Zo<br />

zag de eerste internationale chantier in<br />

Vietnam het licht! Enkele maanden later<br />

had de opening plaats van SJ Vietnam,<br />

de eerste internationale vrijwilligersvereniging<br />

die wordt beheerd door en voor<br />

de jongeren ter plaatse. Zonder de Belgische<br />

ontwikkelingssamenwerking was<br />

dat nooit mogelijk geweest.<br />

Geen toerisme<br />

Ik wil hier meteen duidelijk stellen:<br />

een vrijwilligersvereniging heeft niets<br />

te maken met vrijwilligerstoerisme of<br />

“humanitair toerisme”, een nieuw zeer<br />

winstgevend concept dat ik als volgt zou<br />

samenvatten: “Armen zien en helpen, het<br />

kan al voor 2.000 euro!“<br />

Net omdat we konden vaststellen hoeveel<br />

schade dit soort toerisme kan berokkenen,<br />

hebben we besloten naar Europa<br />

te komen. Om een voorbeeld te geven:<br />

deze agentschappen doen een oproep<br />

aan jonge idealisten om, afhankelijk van<br />

het programma, “Frans aan de Vietnamezen<br />

te onderwijzen”… Twee weken<br />

lang, zonder enige vakkennis! Terwijl<br />

ze de leerlingen van de klas “Frère Jacques”<br />

aanleren, doet de onderwijzer er<br />

het zwijgen toe. Het agentschap deed de<br />

directeur van de school een “schenking”,<br />

dus oogjes dicht en snaveltjes toe… Twee<br />

weken later vertrekt alweer een nieuwe<br />

autocar met enthousiaste “humanitaire<br />

toeristen“ om ter plaatse onderwijzertje<br />

te spelen. Maar Frans onderwijzen improviseer<br />

je niet zo maar, dat is een echt<br />

beroep! Deze jongeren keren uiteindelijk<br />

heel ontgoocheld naar huis terug.<br />

Echt samen werken<br />

De internationale chantiers hebben<br />

niets met dat soort toerisme te maken,<br />

het gaat om projecten voor jongeren van<br />

18 tot 30 jaar die gaan samenwerken<br />

met jongeren van ginder. Een chantier<br />

is in de eerste plaats een avontuur, een<br />

ervaring, een les in het leven in gemeenschap,<br />

en een prachtige culturele uitwisseling.<br />

Vrijwilligerswerk is geen toeristisch<br />

product!<br />

© SVI<br />

Wie ?<br />

Pierre De Hanscutter, informaticus,<br />

voormalig coöperant voor<br />

United Nations Volunteers<br />

in Vietnam. Oprichter van de<br />

ngo SJ Vietnam en directeur<br />

van de jongerenvereniging<br />

International Volunteer Service.<br />

Wat ?<br />

1.600 vrijwilligersprojecten die<br />

zoveel mogelijk jongvolwassenen<br />

in meer dan 70 landen, met inbegrip<br />

van België, willen aanspreken.<br />

Waarom ?<br />

Omdat vrijwilligerswerk hier en<br />

ginder aan de basis ligt van actieve<br />

burgerzin en ontwikkeling.<br />

In het begin, toen onze jongerenvereniging<br />

uit het Zuiden zich voor het eerst in het<br />

Noorden vestigde, vroeg men ons wat we<br />

daar kwamen doen. We zijn evenwel van<br />

mening dat het verenigingsleven in Azië<br />

ons ook iets kan bijbrengen: een ander<br />

dynamisme, een andere invalshoek… En<br />

uiteindelijk valt dat vrij goed mee. Dit jaar<br />

vertrokken meer dan 300 jongeren naar<br />

het buitenland. En een aantal Vietnamezen<br />

kwam naar België om hier aan vrijwilligersprojecten<br />

deel te nemen.<br />

Ons eerste credo is dat een jongere zonder<br />

enige ervaring vrijwilligerswerk aankan.<br />

Als jongerenvereniging willen we het<br />

internationaal vrijwilligerswerk voor elke<br />

jongere openstellen. Wat voor ons telt is de<br />

motivatie, de zin om te leren en te delen. We<br />

zijn op zoek naar jongeren voor meer dan<br />

70 landen, ook België…<br />

Voor jongeren die ervan dromen als coöperant<br />

te werken, heb ik maar één raad:<br />

“Doen!” Maar wees geduldig en blijf met<br />

beide voeten op de grond. Het werk is niet<br />

altijd zo romantisch als je denkt. En probeer<br />

vooral een eerste ervaring op te doen via<br />

de internationale chantiers!<br />

ONLINE<br />

www.servicevolontaire.org<br />

32 MEI-JUNI-JULI <strong>2012</strong> I dimensie 3


Puntkomma<br />

JAARVERSLAG 2011<br />

van de Belgische Ontwikkelingssamenwerking<br />

Het nieuwe jaarverslag wil de resultaten<br />

tonen die de Belgische Ontwikkelingssamenwerking<br />

in 2011 bereikt heeft in<br />

haar strijd tegen de armoede.<br />

In het eerste, omvangrijke deel schetsen we de grote<br />

tendensen, crisissen en evenementen waarbinnen<br />

de belangrijkste activiteiten van de Belgische Ontwikkelingssamenwerking<br />

in 2011 plaatsvonden. Welke<br />

hervormingen drukt DGD intern door om in een veranderende<br />

wereld haar rol als draaischijf van de Belgische Ontwikkelingssamenwerking<br />

te verzekeren? Welke humanitaire<br />

crisissen vroegen een antwoord van onze hulp? Hoe evolueert<br />

de officiële ontwikkelingshulp (ODA) van België? Aan<br />

welke sectoren geven we prioriteit in de nieuwe samenwerkingsakkoorden<br />

met Rwanda, Vietnam en het Bezet<br />

Palestijns Gebied? Hoe helpt DGD het draagvlak voor ontwikkelingssamenwerking<br />

in België versterken? Welke rol<br />

speelde België op de Top in Busan over Hulpdoeltreffendheid?<br />

Bedreigt de klimaatverandering de ontwikkelingskansen?<br />

Hoe steunen we de Arabische volkeren in hun herwonnen<br />

hoop voor democratie en rechtvaardigheid? Wat leren<br />

we uit de evaluatie van de bilaterale projecten van BTC<br />

en de diverse kennisplatformen?<br />

Het tweede deel wijden we volledig aan Millenniumdoelen 4 en<br />

5. We tonen hoe België meehelpt aan de bestrijding van kindersterfte<br />

(MDG 4) en de verbetering van de gezondheid<br />

van moeders (MDG 5). Hoe we die strijd aangaan, met welke<br />

methodes en invalshoeken we dat doen, tonen we aan de hand<br />

van een tiental projecten die worden uitgevoerd, gefinancierd of<br />

begeleid door de Belgische Ontwikkelingssamenwerking. De<br />

voorbeelden komen onder meer uit Bangladesh, Bolivia, DR<br />

Congo, Mali en Rwanda.<br />

Het Jaarverslag 2011 is beschikbaar in het Nederlands, Frans en Engels.<br />

Bestellen kan door een mail te sturen naar vincent.tournay@diplobel.fed.be.<br />

U kunt het verslag ook raadplegen op www.dg-d.be<br />

dimensie 3 I MEI-JUNI-JULI <strong>2012</strong> 33


Puntkomma<br />

UNCTAD<br />

blijft ontwikkelingslanden<br />

ondersteunen<br />

BELGIË<br />

BLIJFT FONDO INDIGENA STEUNEN<br />

Op een vergadering van<br />

het Fondo Indigena in<br />

Brussel in maart <strong>2012</strong>,<br />

beloofde België 2 miljoen<br />

euro om het programma<br />

'Buen vivir' (goed leven)<br />

verder te zetten.<br />

Van 21 tot 26 april <strong>2012</strong> ging<br />

te Doha (Qatar) de 13de conferentie<br />

door van UNCTAD, de<br />

United Nations Conference on<br />

Trade and Development.<br />

Hoewel anders gevreesd bevestigde<br />

de slottekst de rol van UNCTAD als<br />

VN-instelling voor een coherente<br />

aanpak van handel en ontwikkeling,<br />

gericht op de integratie van de<br />

ontwikkelingslanden in de wereldeconomie.<br />

Klemtoon ligt op fi nanciën,<br />

technologie, investeringen en duurzame<br />

ontwikkeling. Ook minister<br />

van Ontwikkelingssamenwerking<br />

Magnette was aanwezig om er de rol<br />

van UNCTAD te verdedigen.<br />

© UNCTAD<br />

' Buen vivir' steunt privé-initiatieven<br />

van de Latijns-Amerikaanse<br />

inheemse bevolking rond ecotoerisme<br />

en voedselzekerheid.<br />

Dat alles binnen een vernieuwend ontwikkelingsmodel<br />

dat vooral in harmonie wil<br />

© DGD / Ardelean<br />

© DGD / Ardelean<br />

leven met de medemens en de natuur, en de<br />

rijkdom van de natuur op een evenwichtige<br />

manier wil benutten.<br />

Naast de Belgische bijdrage wist de vergadering<br />

400.000 dollar vrij te maken van de<br />

Interamerikaanse Ontwikkelingsbank. Daarmee<br />

kan de geldnood van het fonds gelenigd<br />

worden die ontstaan is door de mondiale<br />

financiële crisis.<br />

Het Fondo Indigena is een forum waar de<br />

inheemse volkeren van Latijns-Amerika en<br />

de Caraïben in overleg kunnen treden met<br />

hun overheid. De Europese landen die er<br />

deel van uitmaken zijn Spanje, Portugal en<br />

België.<br />

ONLINE<br />

www.fondoindigena.org<br />

BELGIË<br />

geeft 2 miljoen euro aan Sahellanden<br />

© UNCTAD<br />

Droogte bedreigt meer dan 10 miljoen mensen in de Sahel met voedselonzekerheid.<br />

Daarom heeft ons land 2 miljoen euro uitgetrokken. UNICEF kan rekenen op 1,25<br />

miljoen euro voor haar WASH-project (Water, Sanitaire voorzieningen en Hygiëne)<br />

in Burkina Faso, Niger en Mali. 750.000 euro gaat naar het Wereldvoedselprogramma voor<br />

steun aan Mali en Mauritanië. Naast noodhulp, zal er ook voldoende aandacht gaan naar<br />

oplossingen die de voedselzekerheid op lange termijn moeten verzekeren.<br />

34 MEI-JUNI-JULI <strong>2012</strong> I dimensie 3


Mede door de klimaatverandering<br />

zouden in 2020 al<br />

ruim 75 landen, vooral arme<br />

landen in Afrika en Azië,<br />

kampen met ernstige zoetwatertekorten.<br />

Dat blijkt uit het jongste Wereldwaterrapport<br />

dat in maart <strong>2012</strong> voorgesteld werd op het<br />

Wereldwaterforum in Marseille. Het rapport<br />

pleit voor een brede samenwerking tussen<br />

waterbeheerders, regeringen, ngo’s en<br />

bedrijven, zowel op plaatselijk, nationaal en<br />

internationaal vlak.<br />

Het Forum zelf bracht 35.000 mensen bijeen<br />

– staatshoofden, ministers, experten,<br />

ngo’s, jongeren… – om na te denken over<br />

Kunnen we het<br />

blauwe goud<br />

redden ?<br />

Meer dan één miljard mensen<br />

hebben geen toegang tot veilig<br />

water. En met de groeiende<br />

wereldbevolking zal het<br />

waterverbruik nog toenemen.<br />

het bedreigde blauwe goud. Hoe kunnen we<br />

water en sanitair ter beschikking stellen van<br />

iedereen, een universeel mense<strong>nr</strong>echt sinds<br />

2010? Hoe kunnen we water beter beschermen?<br />

1.400 oplossingen resulteerden in ruim<br />

100 concrete engagementen die alle zullen<br />

meegenomen worden naar de Rio+20-conferentie.<br />

Een alternatief Waterforum enkele<br />

kilometers verderop kantte zich tegen de<br />

privatisering van drinkwater.<br />

ONLINE<br />

www.unwater.org (rapport)<br />

www.worldwaterforum6.org (forum)<br />

Hulp daalt<br />

wereldwijd<br />

De ODA-volumes voor 2011 laten<br />

een globale daling van de ODA zien<br />

ten opzichte van 2010 met 2,17 %.<br />

België zakt naar de zevende plaats<br />

in termen van het percent ODA ten<br />

opzichte van BNP (0,53 %).<br />

• De 0,7-groep ; Denemarken, Luxemburg,<br />

Nederland, Noorwegen en Zweden<br />

houdt stand, ondanks het feit dat ook<br />

zij allemaal behalve Zweden een daling<br />

laten optekenen in hun ODA voor 2011.<br />

Er is een daling in 16 DAC-landen. In het<br />

totaal werd er in reële termen een daling<br />

van 2,17 % vastgesteld.<br />

• België staat in de rij van de dalers.<br />

In volgorde : Griekenland (-39 %), en<br />

Spanje (32 %). Japan, Ooste<strong>nr</strong>ijk en<br />

België (-13 %). ODA is nu voor België<br />

0,53 % van onze BNI waar het 0,64 %<br />

uitmaakte van het BNI in 2010.<br />

• De EU-instellingen laten in 2011 een<br />

daling optekenen van 6 %, voornamelijk<br />

door uitstel van budgetsteun vanwege<br />

de nog lopende beleidsdialogen.<br />

• ODA voor Noord-Afrika is gestegen met<br />

0,9 % maar met 0,9 % gedaald voor<br />

sub-Sahara Afrika.<br />

Erratum<br />

In ons vorige nummer is<br />

een fout geslopen.<br />

De auteur van het artikel ‘Als de ambulance<br />

niet komt’ (p. 10, 2/<strong>2012</strong>) behoort tot het<br />

Rode Kruis-Vlaanderen, en niet het CICR.<br />

De website is: http://ihr.rodekruis.be.<br />

Onze excuses aan de auteur en de<br />

organisatie!<br />

dimensie 3 I MEI-JUNI-JULI <strong>2012</strong> 35


Dagen van de Belgische<br />

Ontwikkelingssamenwerking<br />

In de marge van de 5e Staten-Generaal heeft de Belgische ontwikkelingssamenwerking<br />

voor het eerst “de Dagen van de Belgische Ontwikkelingssamenwerking” georganiseerd.<br />

Naast informeren wilden 'de Dagen' het publiek ook sensibiliseren. Bijzondere<br />

aandacht ging naar jongeren. Want vooral zij zijn op zoek naar antwoorden op hun<br />

vragen of willen zich engageren. Drie weken lang, van 25 april tot 15 <strong>mei</strong> <strong>2012</strong> pakten acht<br />

organisaties uit het verenigingsleven en de academische wereld uit met een bijzonder origineel<br />

programma waarin ze gebruik maken van nieuwe technologieën, fotografie, sociale<br />

netwerksites en straatacties.<br />

De thema’s die meer specifiek belicht werden tijdens deze eerste Dagen van de Ontwikkelingssamenwerking<br />

waren de gezondheid van moeders en de strijd tegen kindersterfte,<br />

twee van de acht Millenniumdoelstellingen die de Verenigde Naties in 2000 formuleerden en<br />

die België ook onderschrijft.<br />

De acht initiatiefnemers van het sensibiliseringsprogramma van de Dagen van de Belgische Ontwikkelingssamenwerking<br />

zijn: ADI (Aide au Développement International), het Fondation ABEO, Handicap<br />

International, Louvain Coopération, Licht voor de Wereld België, de vzw GREEN, de vzw SENSOA en<br />

de Universiteit Gent (UGent) - International Centre for Reproductive Health (ICRH). Een andere partner,<br />

het Museum voor Midden-Afrika in Tervuren, heeft een korting aangeboden op museumbezoeken<br />

gedurende de drie weken van de Dagen.<br />

WELCOME TO LIFE<br />

Foto expo<br />

HANDICAP INTERNATIONAL<br />

van 09/05 tot 29/05<br />

Warandepark Brussel<br />

www.welcometolife.be<br />

ZICHT OP HET LEVEN<br />

Foto expo<br />

LICHT VOOR DE WERELD<br />

van 27/04 tot 09/05 - Brussel Botanique<br />

www.lumierepourlemonde.be<br />

© DGD / Ardelean<br />

© DGD / Ardelean<br />

ELKE MAMA TELT!<br />

Elke mama telt!<br />

Campagne tegen moedersterfte<br />

(naar aanleiding van Moederdag)<br />

SENSOA<br />

10/05 - Brussel, Federaal Parlement<br />

11/05 - Brussel Centraal Station;<br />

Antwerpen-Centraal; Gent-Sint-Pieters<br />

15/05 - Kunstencentrum Vooruit, Gent<br />

www.elkemamatelt.be<br />

© DGD / Ardelean<br />

DGD - DIRECTIE-GENERAAL<br />

ONTWIKKELINGSSAMENWERKING<br />

Karmelietenstraat 15 • B-1000 Brussel<br />

Tel. +32 (0)2 501 48 81 • Fax +32 (0)2 501 45 44<br />

E-mail : info.dgd@diplobel.fed.be<br />

DGD - DIRECTIE-GENERAAL ONTWIKKELINGSSAMENWERKING<br />

www.diplomatie.be • www.dg-d.be<br />

Karmelietenstraat 15 • B-1000 Brussel<br />

E-mail : info.dgd@diplobel.fed.be<br />

Tel. +32 (0)2 501 48 81 • Fax +32 (0)2 501 45 44 www.diplomatie.be • www.dg-d.be

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!