25.10.2014 Views

OA DC 2 Intercultureel onderwijs - Profi-leren

OA DC 2 Intercultureel onderwijs - Profi-leren

OA DC 2 Intercultureel onderwijs - Profi-leren

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

<strong>DC</strong><br />

2<strong>Intercultureel</strong> <strong>onderwijs</strong><br />

1 Inleiding<br />

Dit thema gaat over intercultureel <strong>onderwijs</strong>. Dat we in een multiculturele samenleving leven,<br />

is een feit. Natuurlijk, onze samenleving kent haar problemen, zoals elke samenleving<br />

altijd gekend heeft. Feit is, nu leven we in een samenleving met meer culturen bijeen. Dat<br />

is de realiteit. Het <strong>onderwijs</strong> merkt dat ook en heeft visies ontwikkeld om die verschillen<br />

tot hun recht te laten komen.<br />

In dit thema komen aan de orde:<br />

• 2 <strong>Intercultureel</strong> <strong>onderwijs</strong> is maar een woord<br />

• 3 het sluit aan bij WSNS en adaptief <strong>onderwijs</strong><br />

• 4 het heeft drie aspecten: kennis, houding,<br />

vaardigheid<br />

• 5 dilemma’s voor een interculturele samenleving<br />

• 6 de onvermijdelijkheid van dilemma’s<br />

• 7 tips voor de praktijk<br />

1<br />

2 <strong>Intercultureel</strong> <strong>onderwijs</strong> is maar een woord<br />

Het begrip <strong>Intercultureel</strong> <strong>onderwijs</strong> is niet meer dan een woord, een begrip.<br />

De samenleving is vol verschillen, op economisch terrein, cultureel, godsdienstig terrein.<br />

Die verschillen komen natuurlijk ook de school binnen. De praktijk in het <strong>onderwijs</strong> is<br />

zo rijk dat het wetenschappers en <strong>onderwijs</strong>kundigen heeft geïnspireerd tot onderzoek.<br />

Men wilde weten hoe daadwerkelijk samenleven tot stand komt. Uit dat onderzoek is het<br />

concept <strong>Intercultureel</strong> <strong>onderwijs</strong> voortgekomen.<br />

Het concept <strong>Intercultureel</strong> <strong>onderwijs</strong> is eigenlijk een theoretisch fundament onder die<br />

praktijk van het basis<strong>onderwijs</strong>. Dus het is theorie over iets dat op veel plaatsen al in de<br />

<strong>OA</strong> <strong>DC</strong> 2 <strong>Intercultureel</strong> <strong>onderwijs</strong><br />

1


praktijk bestaat. Zulke theorie is handig voor beide partijen. Als je al intercultureel werkt,<br />

kun je ideeën opdoen in het concept <strong>Intercultureel</strong> <strong>onderwijs</strong>. Op plaatsen waar het nog<br />

niet wil lukken, kan je dit concept gebruiken om op gang te komen. Het concept heeft al<br />

bewezen dat het werkt. Ook al verschijnen er zo nu en dan sombere berichten over dat de<br />

multiculturele samenleving is ‘mislukt’., het zogenoemde multiculturele drama. Wij menen<br />

dat die berichten niet serieus te nemen zijn. Iets als een multiculturele samenleving kan<br />

namelijk helemaal niet mislukken. Die is er gewoon. Op sommige plekken gaat het beter,<br />

op andere gaat het moeizamer, maar de multiculturele samenleving is gewoon een feit en ze<br />

zal zich alleen maar verder ontwikkelen.<br />

En het concept <strong>Intercultureel</strong> <strong>onderwijs</strong> helpt ons om te gaan met de ingewikkelde samenleving<br />

die we nu hebben.<br />

Een belangrijk aspect van het concept <strong>Intercultureel</strong> <strong>onderwijs</strong> is het besef dat dingen als<br />

tolerantie aan te <strong>leren</strong> zijn. We hebben tientallen jaren gedacht dat kennis, en uitwisseling<br />

van kennis, vanzelf zouden leiden tot tolerantie. Maar dat heeft niet gewerkt. We hebben<br />

gemerkt dat je vaardigheden moet trainen. Sociale vaardigheden dus ook. Je wordt niet<br />

spontaan tolerant. Dat is misschien wel de belangrijkste ontdekking van de onderzoekers.<br />

3 <strong>Intercultureel</strong> <strong>onderwijs</strong>, WSNS en adaptief <strong>onderwijs</strong><br />

Het concept <strong>Intercultureel</strong> <strong>onderwijs</strong> sluit aan bij Weer Samen Naar School en Adaptief<br />

Onderwijs. WSNS staat voor het binnenhouden en effectief opvangen van leerlingen die<br />

voorheen naar het speciaal basis<strong>onderwijs</strong> gingen. Adaptief <strong>onderwijs</strong> staat voor het afstemmen<br />

van het <strong>onderwijs</strong> op de individuele leerling.<br />

Met elkaar vormen deze drie stromingen een totaalvisie op het moderne <strong>onderwijs</strong>. In deze<br />

totaalvisie gaat het om méér dan alleen verschillen tussen culturen. Iedere school heeft<br />

intercultureel <strong>onderwijs</strong> nodig. Ook als er niet één leerling op zit met een anderstalige<br />

achtergrond, of een andere religie dan de heersende religie. Iedere leerling moet getraind<br />

worden in het omgaan met het anderszijn van een ander, of die nu uit een culturele minderheid<br />

komt of niet.<br />

2<br />

<strong>OA</strong> Digitale Content


4 De drie aspecten: kennis, houding, vaardigheden<br />

Het concept <strong>Intercultureel</strong> <strong>onderwijs</strong> onderscheidt de volgende aspecten in het <strong>leren</strong> omgaan<br />

met verschillen.<br />

Omgaan met verschillen:<br />

• kennisaspect<br />

• houdingsaspect<br />

• vaardigheidsaspect<br />

geheel wordt genoemd:<br />

sociale competentie: efficiënt communiceren<br />

2<br />

In het verhaaltje hieronder over Sjoerd zie je deze dingen terug.<br />

Sjoerd van vijf jaar wil meedoen met het groepje in de bouwhoek. Hij vraagt niet of hij mee<br />

mag doen, hij mengt zich gewoon in het spel. De jongens spelen treintje en ze kunnen er<br />

niemand meer bij gebruiken. Ze wijzen Sjoerd af. Maar Sjoerd laat het er niet bij zitten. Hij zint<br />

op mogelijkheden om toch mee te doen. Dan ziet hij dat er nog geen stationschef is. Stralend<br />

roept hij: “En dan ben ik de stationschef, goed?” En hij staat al op zijn post, vóór de trein, met<br />

een denkbeeldig fluitje in de mond. Op slag heeft hij een functie in het spel. Hij is niet alleen<br />

welkom, hij heeft het spel zelfs een extra dimensie gegeven.<br />

4.1 Kennis<br />

Sjoerds gedrag heeft een kennisaspect. Hij herkent en interpreteert de situatie. Hij herkent<br />

en interpreteert ook de gedragscode. Vragen en ongevraagd meedoen werken kennelijk<br />

niet. Dit is dus het kennisaspect.<br />

4.2 Houding<br />

Sjoerd beheerst zijn emoties en zoekt naar alternatieven. Door de beheersing van zijn emoties<br />

is hij in staat door te zetten. Hij gaat ook niet roepen dat de anderen stom zijn of zo,<br />

hij gaat zelf iets verzinnen. Hij blijft dus positief gericht. Dit is het houdingsaspect.<br />

<strong>OA</strong> <strong>DC</strong> 2 <strong>Intercultureel</strong> <strong>onderwijs</strong><br />

3


4.3 Vaardigheden<br />

Sjoerd is in staat adequaat gedrag te hanteren. Als zijn eerdere pogingen niet werken, is hij<br />

in staat over te schakelen naar gedrag dat wel werkt. Ook is hij in staat iets te verzinnen<br />

dat bij het spel past. Hier hebben we het over vaardigheden.<br />

4.4 Sociale competentie: efficiënt communiceren<br />

Het geheel van de kennis, de houding en de vaardigheden, duiden we aan met het woord<br />

sociale competentie. Als je voldoende weet over de ander, als je positief staat tegenover de<br />

ander en als je vaardig bent om met de ander om te gaan, ben je sociaal competent. Maar<br />

hoe word je sociaal competent? Daarin spelen gedragscodes, soepelheid en durf een rol.<br />

Sjoerd geeft blijk van sociale competentie. Hij onderkent de eisen die aan zijn gedrag gesteld<br />

worden. Het samenspel van zijn kennis, zijn houding en zijn vaardigheden stelt hem<br />

in staat te opereren in een situatie die andere normen hanteert dan hij zelf zou hanteren.<br />

Sjoerd is zelf namelijk een kind dat meestal ‘ja’ zegt als een ander kind vraagt of het mee<br />

mag doen.<br />

Een multiculturele wereld stelt precies die eisen aan de deelnemers: met een open geest<br />

kijken en kennis verzamelen, een positieve gerichtheid en de vaardigheid om te schakelen<br />

tussen je eigen gedragscode en die van de ander. Je hebt kennis, moed en soepelheid nodig<br />

om te durven omschakelen van gedragscodes die je gewend bent, naar gedragscodes die<br />

gewenst worden. Hoe denkt het basis<strong>onderwijs</strong> dit te bereiken?<br />

In de kleuterklas gaat het meer om het aan<strong>leren</strong> van de durf en soepelheid. Het aan<strong>leren</strong><br />

van houding en gedrag dus. Praten over verschillen gebeurt nog speels en spontaan, de<br />

kennis groeit spelenderwijs. In de hogere klassen, vanaf groep 5, komt langzaam het cognitieve<br />

aspect om de hoek kijken. Dan <strong>leren</strong> de leerlingen over wereldgodsdiensten, tradities<br />

en gewoontes, en de achterliggende levensbeschouwing.<br />

Eigenlijk gaat het bij intercultureel <strong>onderwijs</strong> over: effi ciënt communiceren. Dat woord<br />

klinkt misschien wat vreemd maar het is de bedoeling dat je zo communiceert, dat het<br />

voor beide partijen optimaal is. En dat je de leerlingen ondersteunt terwijl ze ook <strong>leren</strong> zo<br />

te communiceren.<br />

4<br />

<strong>OA</strong> Digitale Content


Efficiënt kunnen communiceren bestaat uit:<br />

• kunnen luisteren<br />

• kunnen onderhandelen<br />

• je kunnen inleven<br />

• kunnen opkomen voor je rechten<br />

• conflicten kunnen vermijden<br />

kennis houding vaardigheid<br />

efficiënt kunnen communiceren<br />

zonder vragen gaan<br />

meedoen, werkt niet<br />

ik ga iets anders<br />

verzinnen<br />

ik bedenk wat nieuws<br />

kunnen luisteren<br />

zij vinden: ze hebben<br />

al alles voor het spel<br />

hebben ze echt alles<br />

voor het spel?<br />

ik vind iets nieuws<br />

kunnen onderhandelen<br />

ik roep gewoon dat ik<br />

stationschef ben<br />

ze vinden het vast wel<br />

goed<br />

ik durf best<br />

je kunnen inleven<br />

ze hebben wel gelijk,<br />

ze hebben alles<br />

ik verzin er iets bij dat<br />

leuk is voor hen<br />

ik heb fantasie genoeg<br />

en durf ook best<br />

kunnen opkomen voor je<br />

rechten<br />

ik vind dat ik wel mag<br />

meedoen<br />

dus ga ik iets verzinnen<br />

ik ga mijn idee doen<br />

conflicten kunnen vermijden<br />

kwaad worden helpt<br />

niet, dat weet ik al<br />

dus dat doe ik niet<br />

ik houd ook niet van<br />

ruzie trouwens<br />

ik weet genoeg andere<br />

mogelijkheden<br />

Sjoerd zijn actie voldoet aan al deze criteria. We drukken het schema blanco voor je af<br />

zodat je het kunt gebruiken bij observaties. Je zult merken dat elk sociaal vaardig gedrag<br />

aan die criteria voldoet.<br />

efficiënt kunnen communiceren<br />

kunnen luisteren<br />

kunnen onderhandelen<br />

je kunnen inleven<br />

kunnen opkomen voor je<br />

rechten<br />

conflicten kunnen vermijden<br />

kennis houding vaardigheid<br />

<strong>OA</strong> <strong>DC</strong> 2 <strong>Intercultureel</strong> <strong>onderwijs</strong><br />

5


5 Dilemma’s voor een interculturele samenleving<br />

Een interculturele samenleving, en dus ook een interculturele school, komt hoe dan ook<br />

voor dilemma’s te staan, dilemma’s op veel gebieden. Dat werken we uit aan de hand van<br />

het gebied kleding. Iedereen kent wel de kwestie van de hoofddoekjes. Maar de hoofddoekjeskwestie<br />

is er maar één en bovendien een met een religieuze achtergrond. Dat is<br />

echt niet altijd het geval, de soms grote verschillen in opvatting gaan echt niet alleen over<br />

godsdienst. Op sommige scholen wordt gepraat over kledingvoorschriften in het algemeen.<br />

Dat is een lastig onderwerp. Immers, iedereen mag zich uiten en kleden zoals hij wil. We<br />

mogen elkaar geen meningen opleggen. Maar we mogen elkaar ook niet dwarszitten of<br />

kwetsen. Dat zijn twee belangrijke waarden voor ons die soms met elkaar botsen. Dat<br />

levert discussie op.<br />

We noemen een paar voorbeelden van kleding die discussie kunnen oproepen of hebben<br />

opgeroepen:<br />

• gevechtskleding of kleding die aan agressie doet denken, zoals bomberjacks, kistjes,<br />

nek- en armbanden met scherpe punten, kaalgeschoren hoofden<br />

• kleding die een sterk seksueel aspect hebben, zoals blote truitjes met een piercing in de<br />

navel, een heupbroek waar de string boven zichtbaar is, truitjes die de bh-bandjes laten<br />

zien<br />

• lange jurken, sokjes en schoeisel in een stijl die algemeen als niet meer van deze tijd<br />

wordt gezien<br />

• zware lange kleding die geen zonlicht op de huid toelaat, waardoor de schaarse zonneschijn<br />

in dit land niet wordt omgezet in vitamine D, hoewel dat noodzakelijk is voor<br />

opname van kalk in de botten<br />

6<br />

<strong>OA</strong> Digitale Content


Als je goed kijkt, komen de volgende vragen op:. En die komen bij meningsverschillen met<br />

een culturele achtergrond vrijwel altijd op.<br />

Culturele meningsverschillen:<br />

• de argumenten hebben uiteenlopende achtergronden<br />

• waarom zou een school kledingsvoorschriften<br />

hanteren?<br />

• bij een dilemma kun je nooit een goede keuze maken<br />

• tegenargumenten zijn ook goed te bedenken<br />

• dialoog als enig mogelijke benadering<br />

• scholen maken keuzes<br />

• dilemma’s zijn onvermijdelijk<br />

3<br />

5.1 De argumenten hebben uiteenlopende achtergronden<br />

Je ziet aan deze voorbeelden dat de achtergrond van kleding sterk kan verschillen. De<br />

achtergrond van de goedkeuring of afkeuring van die kleding kan evenzeer verschillen. Het<br />

kan gaan over een gevoel van zedelijkheid, over een afkeer van geweld, over godsdienstige<br />

opvattingen die leiden tot bepaalde kleding, over opvattingen aangaande gezondheid. Er<br />

kan weerstand bestaan deze die kleding.<br />

5.2 Waarom zou een school kledingsvoorschriften hanteren?<br />

Als een school kledingvoorschriften hanteert, is dat vanuit een poging om een klimaat te<br />

creëren waarin iedereen zich gerespecteerd, veilig en erkend kan voelen. Met het risico dat<br />

de een of ander zich gediscrimineerd voelt. De vraag is dus, hoe ver kan een samenleving<br />

of een school gaan in het sturen van dingen, in dit geval van hoe je je kleedt? Dat is een<br />

regelrecht dilemma in een land waar de vrijheid van meningsuiting in de Grondwet staat.<br />

5.3 Bij een dilemma kun je nooit een goede keuze maken<br />

Dilemma’s hebben de eigenschap dat, welke keuze je ook maakt, er altijd nadelen aan verbonden<br />

zijn. Je kunt het ook positiever zeggen, namelijk dat elke keuze positieve aspecten<br />

heeft, dus een goede keuze is. De standpunten hebben allebei hun voors en tegens, en wat<br />

je ook doet, je zult altijd mensen tegen de haren instrijken en anderen tevreden stellen.<br />

<strong>OA</strong> <strong>DC</strong> 2 <strong>Intercultureel</strong> <strong>onderwijs</strong><br />

7


5.4 Tegenargumenten zijn ook goed te bedenken<br />

We geven een paar overwegingen, tegenargumenten, die laten zien waarom de bovengenoemde<br />

voorbeelden dilemma’s zijn. Bij elk tegenargument zal je merken dat er eigenlijk<br />

niets tegenin te brengen is.<br />

1 Je hoofd kaal scheren<br />

Wat is er tegen als je je hoofd kaal scheert, het is hygiënisch, ik vind het fijn om de<br />

vorm van mijn schedel te laten zien want die is toevallig erg mooi. Mijn kistjes gaan<br />

jaren mee en ik voel er niets voor om veel geld uit te geven aan schoeisel. Mijn gevechtsbroek<br />

is super-praktisch met al die zakken, ik zal niet gauw iets vergeten mee te<br />

nemen. En mijn bomberjack is gewoon stoer, mag dat soms ook al niet meer? En met<br />

mijn politieke opvattingen heeft niemand iets te maken.<br />

2 Naveltruitjes en andere blote k<strong>leren</strong><br />

In deze tijd is het toch hypocriet om te schrikken van een blote navel? Iedereen weet<br />

hoe een bloot vrouwenlichaam eruit ziet. Het is bij mij toevallig gewoon mooi, en als je<br />

het niet mooi vindt, kun je toch de andere kant op kijken? Of, zie jij mannen soms als<br />

wezens die hun driften niet kunnen beheersen? Dat moeten ze dan maar gauw <strong>leren</strong>. Ik<br />

ben een vrij mens en kleed me zoals ik wil.<br />

3 Lange jurken die niet meer in deze tijd passen<br />

Ik draag graag een lange jurk omdat ik het vrouwelijk vind. Ik vind het goed als je<br />

verschil ziet tussen mannen en vrouwen in hun kleding. Bovendien gebiedt mijn godsdienst<br />

me om me zedig te kleden, dat doe ik dus uit respect voor God. Daarom draag<br />

ik ook een hoedje naar de Kerk. Ik zie niet dat ik er iemand mee lastig val.<br />

4 Zware lange kleding die alle zonlicht tegenhoudt<br />

Mijn kleding past bij mijn godsdienst en cultuur. Allah wil dat ik mijn hoofd en<br />

lichaam bedek, dus dat doe ik. Bovendien geeft het mij de zekerheid dat ik bij een<br />

culturele groepering hoor waar ik me bij thuis voel. Integratie heeft niets te maken met<br />

hoe ik me kleed, integratie zit in je hart.<br />

Deze overwegingen zijn allemaal respectabel en waar. Hoewel, bij de eerste kun je je<br />

afvragen waarom de politieke opvattingen (nazi-sympathieën en racisme) er niet eerlijk bij<br />

vermeld worden. Want die hebben de bedoelde lieden wel. Maar verder klinkt het allemaal<br />

heel aannemelijk. De bezwaren zijn echter ook respectabel en waar.<br />

8<br />

<strong>OA</strong> Digitale Content


5.5 Dialoog als enig mogelijke benadering<br />

Er leven dus opvattingen in ons land die zo ver uit elkaar liggen, dat ze vrijwel tegenover<br />

elkaar staan, en toch moeten we het ermee doen. Ons land, met al die verschillen, is bovendien<br />

ook nog eens een democratie.<br />

Door al die factoren bij elkaar kun je zeggen dat er vrijwel nooit een pasklaar antwoord<br />

bestaat op maatschappelijke vraagstukken. De antwoorden ontwikkelen zich meer dan dat<br />

ze kant en klaar te vinden zijn. De situatie van nu is ons antwoord van nu. Vandaag kunnen<br />

we het niet beter aanpakken dan we doen. Morgen misschien wel. Want onze opvattingen<br />

veranderen voortdurend, onder andere door de dialoog die me met elkaar voeren.<br />

Dat betekent dat wat er nu, min of meer, algemeen aanvaard is, straks weer anders is. Een<br />

doorgaande dialoog is het enige wat erop zit.<br />

5.6 Maatregelen op scholen<br />

Als je dit allemaal zo leest, begrijp je dat scholen heel verschillend met deze dilemma’s<br />

omgaan. De aanpakken, de visies op kleding en al of geen voorschriften hanteren, iedere<br />

school zoekt zijn eigen weg.<br />

Op een school in het westen van het land bijvoorbeeld, bestaan gedetailleerde kledingvoorschriften<br />

die iedere medewerker moet ondertekenen: maximaal een oorbel per oor, niet<br />

groter dan een 2 eurostuk. Geen zichtbare piercings behalve in de oren. Geen tattoos, geen<br />

baard of snor, alleen een natuurlijke haarkleur, geen kunstnagels of nagellak.<br />

Je ziet dat deze voorschriften religie-overstijgend zijn. Ze zijn algemeen geformuleerd en<br />

gelden voor iedereen. Maar soms belemmeren ze wel een godsdienstige getinte uiting,<br />

bijvoorbeeld voor een sikh is zijn baard afscheren geen optie. Voordat een school dergelijke<br />

voorschriften kan gaan hanteren, moeten ze door de Medezeggenschapsraad besproken en<br />

ondersteund zijn. Ook moeten ze stuk voor stuk getoetst worden aan de wet, en dit is iets<br />

waar onder andere de vakbond zich mee bezig houdt. Zo bewaken verschillende groeperingen<br />

dat de samenleving niet doorschiet en intolerant wordt. De regels worden getoetst aan<br />

de wet en soms verandert de wet zelf mee. Kortom, het is een beweeglijk geheel.<br />

Op een andere school zijn de kledingvoorschriften algemener geformuleerd. De leerlingen<br />

zijn vrij om zich te kleden zoals ze willen. Dat staat voorop. Echter, symbolen of tekens die<br />

uitgelegd kunnen worden als kwetsend of discriminerend, zijn verboden. Overkleding en<br />

hoofdbedekking laat je achter in de garderobe.<br />

<strong>OA</strong> <strong>DC</strong> 2 <strong>Intercultureel</strong> <strong>onderwijs</strong><br />

9


Deze manier van formu<strong>leren</strong> biedt enige ruimte. De leraar beoordeelt of tekens opgevat<br />

kunnen worden als kwetsend, bijvoorbeeld een hakenkruis als halsketting, of kistjes met<br />

witte veters. De laatste zijn een teken van neonazi’s. Overigens kom je zulke tekens op<br />

de basisschool nauwelijks tegen maar in het voortgezet <strong>onderwijs</strong> wel. Het voordeel van<br />

deze algemene formulering is dat je veranderende tekens kunt opvangen. Bijvoorbeeld,<br />

als de hakenkruizen worden vervangen door Keltische kruizen. Als je weet dat die Keltische<br />

kruizen voor de dragers dezelfde betekenis hebben als hakenkruizen, kun je, door de<br />

algemene formulering van de kledingregels, die nieuwgekozen tekens ook verbieden. De<br />

hoofddeksels die je achterlaat in de garderobe, daar is ook iets mee. Hoofddoekjes worden<br />

dus niet verboden, maar je mag ze in de klas niet dragen, net zo min als petten. Lastig als<br />

een hoofddoek belangrijk voor je is, maar het verbod op zich is niet alleen voor jou geldig<br />

maar voor iedereen die iets op het hoofd wil dragen.<br />

Het ministerie van OCenW heeft een leidraad Kledingvoorschriften geformuleerd.<br />

Een school is in principe vrij om kledingvoorschriften voor te schrijven. Er zijn wel voorwaarden<br />

aan de voorschriften gesteld:<br />

• Ze mogen niet discriminerend zijn<br />

• Ze mogen de vrijheid van meningsuiting niet aantasten<br />

• Ze moeten worden opgenomen in de daartoe geëigende documenten.<br />

• De maatregel op het overtreden van een kledingvoorschrift mag niet onevenredig zwaar<br />

zijn.<br />

Er zijn ook eisen gesteld aan hoe de school de regels vaststelt.<br />

1 Het is belangrijk dat kledingvoorschriften op school op een goede en duidelijke manier<br />

worden opgesteld. Dit voorkomt onbegrip en problemen met de interpretatie van de voorschriften.<br />

2 De voorschriften moeten duidelijk zijn, ze mogen niet voor meer dan één uitleg vatbaar<br />

zijn.<br />

3 De voorschriften moeten voor alle leerlingen gelden en ze moeten bij iedereen bekend zijn,<br />

bijvoorbeeld door publicatie op internet.<br />

4 In het basis<strong>onderwijs</strong> moeten de voorschriften bovendien opgenomen worden in de<br />

schoolgids. In het voortgezet <strong>onderwijs</strong> moeten ze in het leerlingenstatuut staan. In het beroeps<strong>onderwijs</strong><br />

en BVE moeten ze staan in de algemene bepalingen van de <strong>onderwijs</strong>overeenkomst.<br />

Voorschriften voor personeel moeten vastgelegd zijn in de arbeidsvoorwaarden.<br />

5 Een school kan niet zomaar kledingvoorschriften instellen. De voorschriften moeten worden<br />

vastgelegd en er is toestemming nodig van de medezeggenschapsraad of universiteitsraad.<br />

10<br />

<strong>OA</strong> Digitale Content


6 De onvermijdelijkheid van dilemma’s<br />

We noemden hiervoor diverse instanties die zich bezig houden met toetsing van voorschriften.<br />

Die instanties houden als het ware de vinger aan de pols, zodat de samenleving<br />

niet doorschiet, niet naar de ene kant en niet naar de andere kant. We noemden ook het<br />

aspect van een dilemma, dat je altijd mensen tegen de haren instrijkt, welke keuze je ook<br />

maakt. Welnu, niet doorschieten is één ding, iets anders is dat een interculturele samenleving,<br />

zeker als het een democratie is, altijd conflicten zal kennen. Je hebt altijd te maken<br />

met conflicterende opvattingen en belangen. De huidige stand van zaken is nooit perfect,<br />

en altijd onderhevig aan verandering. En verandering ontstaat alleen omdat er mensen<br />

zijn die het oneens zijn met de huidige stand van zaken. Conflicten zijn dus niet altijd een<br />

teken van innerlijke instabiliteit, maar zijn ook het kenmerk van een dynamische samenleving,<br />

waar scholen uiteraard onder vallen. Een school is een minisamenleving, wat voor de<br />

samenleving in zijn geheel geldt, geldt ook voor de scholen die er binnen bestaan. Ook op<br />

scholen zijn meningsverschillen onderdeel van de normale gang van zaken.<br />

Tegelijk kunnen conflicten wel degelijk ontwrichtend zijn en voor onrust zorgen. Dat ligt<br />

voor de hand, oorlogen bijvoorbeeld komen altijd voort uit eerder ontstane conflicten. Op<br />

kleinere schaal, op schoolniveau, geldt dat ook: echte grote conflicten komen altijd voort<br />

uit eerdere kleinere conflicten. Echter, niet alle kleinere conflicten leiden tot oorlog of tot<br />

grote problemen op school, vele zijn zelf een waarborg voor een levende en zich ontwikkelende<br />

samenleving.<br />

<strong>OA</strong> <strong>DC</strong> 2 <strong>Intercultureel</strong> <strong>onderwijs</strong><br />

11


7 Tips voor de praktijk<br />

Je kunt culturele verschillen heel vanzelfsprekend gebruiken in je lessen of activiteiten. Om je<br />

op ideeën te brengen, geven we een paar mogelijkheden aan.<br />

1 Wiskundige ontwikkeling:<br />

Opstelling van groot naar klein: het verschil in lichaamslengte is uitgangspunt. Ieder kind<br />

vindt zijn eigen plek in het geheel van de mooie rij. Het is daar trots op. Je kunt die opstelling<br />

gebruiken als de gewone opstelling als de leerlingen in het speellokaal in de rij moeten<br />

gaan staan. Na een paar maanden kan blijken dat de volgorde anders moet. Want elk kind<br />

groeit (overeenkomst) maar het tempo kan verschillen (verschil). Dit is toepasbaar tot ver<br />

in de puberteit omdat de definitieve lichaamslengte pas ongeveer op zestien jaar bereikt<br />

wordt. Ook zijn er verschillen in groeitempo tussen jongens en meisjes.<br />

Hetzelfde kun je doen met de kleur van het velletje, van ‘wit’ naar ‘zwart’. Je merkt hierbij op<br />

dat echt wit en echt zwart niet bestaan. Het gaat van bleek naar donker. Alle ‘witte’ leerlingen<br />

zullen onderling verschillen in kleur ontdekken. Alle ‘zwarte’ leerlingen ook. En mogelijk<br />

wordt de overgang van wit naar niet-wit zo geleidelijk dat je het verschil juist relativeert.<br />

Bijvoorbeeld een leerling met een Spaanse achtergrond kan in de zomer zo donker zijn dat<br />

het donkerder is dan een leerling met een Indiase achtergrond dat niet zoveel in de zon<br />

gezeten heeft. En toch geldt Spaans als Europees en dus wit. Dat is dus een rare indeling. Je<br />

kunt de vraag stellen: is de opstelling het hele jaar door hetzelfde? Nee, waarom niet? Laat<br />

de leerlingen zelf de samenhang ontdekken met veel buiten zijn. Bij oudere leerlingen kun<br />

je veronderstellingen laten doen, zonder ze uit te voeren. De leerlingen maken een schriftelijke<br />

opstelling en later controleer je met een echte opstelling of de veronderstelling klopte.<br />

2 Taal:<br />

Laat leerlingen vertellen hoe ze thuis eten, en vraag door over de verschillen. Vraag hoe de<br />

huizen gebouwd worden in andere landen. Vraag hoe de feesten gevierd worden. Hiervoor<br />

maak je gebruik van de techniek open vragen stellen. Zie het betreffende thema.<br />

3 Wereldoriëntatie<br />

Lessen over andere landen bieden natuurlijk aanleiding om ook binnen de eigen groep te<br />

kijken naar culturele kenmerken. Je verrijkt de les aan de hand van informatie die uit de<br />

leerlingen zelf komt.<br />

12<br />

<strong>OA</strong> Digitale Content


4 Primair <strong>onderwijs</strong> en speciaal <strong>onderwijs</strong>: poppen<br />

Er zijn tegenwoordig poppen te koop met verschillende huidskleur maar ook met verschillende<br />

gezichtsuitdrukkingen. Ook de poppenkleding is belangrijk! Zorg dat er een sari in de<br />

poppenhoek ligt, een gezichtssluier, een Turkse hoofddoek, een tulband. Sieraden uit alle<br />

delen van de wereld in plaats van alleen een kralensnoertje, geven het kind spelenderwijs<br />

een beeld mee van diversiteit en verschillen. Een poppenhoek hoort intercultureel te zijn.<br />

Daar heb je geen project voor nodig, dat is gewoon. Zo kan een leerling zelf kiezen wat hem<br />

aanspreekt. of wat op zijn wereld lijkt.<br />

Leerlingen kiezen, als ze genoeg keuze hebben, de materialen uit die ze herkennen als<br />

eigen. Daarmee geven ze expressie aan hun eigenheid en ze ontwikkelen een eigen identiteit.<br />

Dat gebeurt in het spontane spel. Maar je kunt ook opdrachten geven voor het vrije<br />

spel. Het is Chinees nieuwjaar en in de kring vertelt Mai er over. Juf vraagt hoe de andere<br />

leerlingen nieuwjaar vieren en het Holifeest komt ter sprake. Vandaag gaan de leerlingen<br />

die de poppenhoek kiezen, Chinees nieuwjaar vieren. Dat is de opdracht. Mai kiest natuurlijk<br />

de poppenhoek en neemt trots de leiding op zich.<br />

5 Primair <strong>onderwijs</strong> en speciaal <strong>onderwijs</strong>: verkleedkist<br />

Je kunt beter niet in de verkleedkist buitenlandse k<strong>leren</strong> leggen. Bij verkleden gaat een kind<br />

graag gek doen, en dan krijg je een carnavaleffect. Of je krijgt een effect van stereotypes.<br />

Het beeld van de Hollander op klompen. Bij de poppenhoek is dat gevaar er niet, spelen<br />

met een pop heeft voor leerlingen een andere betekenis. Ze willen de pop mooi maken,<br />

niet belachelijk maken. Bovendien, ouders kunnen wel bezwaar hebben tegen mooie feestkostuums<br />

in een verkleedkist. Je kunt in de verkleedkist beter alleen lappen hebben. Mooie<br />

lappen stof. Dat prikkelt de fantasie meer. En het geeft de gelegenheid om je te kleden<br />

zoals in jouw cultuur past. Een lap kan de sluier van een bruid zijn maar het kan ook een sari<br />

zijn. Leerlingen kunnen met lappen alle kanten uit.<br />

6 Overig spelmateriaal<br />

Zorg, als er nieuw spelmateriaal gekocht wordt, dat het intercultureel is. Er zijn verschillende<br />

soorten spelmaterialen die over culturele verschillen gaan. Bijvoorbeeld puzzels met verschillende<br />

kleuren mensen erop, mensen met verschillende kleding en dergelijke. Er is hier<br />

ook typisch speelgoed uit andere landen te koop. Bijvoorbeeld stokpoppetjes uit Turkije,<br />

blikken autootjes uit Tanzania, serviesjes uit allerlei landen die een traditioneel model hebben.<br />

Sommige soorten speelgoed komen in alle culturen voor: knikkers, stokpaard, tollen<br />

maar ook kaartspelletjes. En er is speelgoed dat hier is gemaakt van stevig plastic, maar wel<br />

<strong>OA</strong> <strong>DC</strong> 2 <strong>Intercultureel</strong> <strong>onderwijs</strong><br />

13


naar voorbeeld uit een ander land. Bijvoorbeeld een stevige poppenwieg naar traditioneel<br />

buitenlands model. Of een hut van leem en riet, waarheidsgetrouw opgebouwd van plastic<br />

onderdelen die de leerlingen zelf in elkaar zetten.<br />

7 Liedjes<br />

Jonge kinderen zingen dagelijks liedjes. Daarin bezingen ze alle dingen die voor hen<br />

allemaal gelden. Dat ze gegeten hebben, lekker geslapen, dat ze hun jasjes dicht doen<br />

enzovoort. Daar kun je bij aansluiten als het over verschillen gaat. Bijvoorbeeld, we hebben<br />

allemaal haar. Haar kan recht zijn, of in golfjes, of in kroeskrulletjes. Haar is soms zwart, soms<br />

heel wit. Je hebt ook geel haar, enzovoort. Als je oud wordt, wordt het bij alle mensen weer<br />

hetzelfde: wit of grijs. Je kunt er liedjes over maken. Hetzelfde geldt voor lichaamsdelen. We<br />

hebben allemaal een neus, en de modellen neus verschillen. We eten allemaal, en we eten<br />

verschillende dingen. Denk aan het gebied van kleding, verschillende feesten, en dergelijke.<br />

Zing als gewoonte alle verjaarsliedjes in de talen die in de groep vertegenwoordigd zijn. Of,<br />

als dat teveel tijd kost, zing het lied in de moedertaal van de jarige.<br />

8 Bruikbare boekjes of cd-roms:<br />

• Zing mee met de Bonte Stee. cd-rom met interculturele liedjes. Uitgeverij Peereboom<br />

• En nu allemaal. Pim van Schaik, Uitgeverij Plan Plan. Marokkaanse, Surinaamse, Turkse,<br />

Antilliaanse en Nederlandse liedjes, met aanwijzingen.<br />

• En dat vieren wij. Pim van Schaik, Uitgeverij Plan Plan. Feesten en vieringen uit de<br />

Joodse, christelijke, islamitische, boeddhistische, hindoeïstische traditie. Met bijbehorende<br />

gebruiken, spelletjes en achtergronden.<br />

• Gesprekken in de multiculturele klas, Mylène Hanson, Marianne Boogaard en Jeroen<br />

Vermeulen Uitgeverij Coutinho.<br />

Valkuil:<br />

Iets speciaal ervan maken. <strong>Intercultureel</strong> is gewoon. Een interculturele spelletjesmiddag<br />

of beurs kan leuk zijn maar is niet intercultureel. Een Arabische dans op de maandsluiting<br />

kan mooi zijn maar het draagt niet bij aan samenleven. Het wordt te gauw stereotypisch.<br />

Bij intercultureel <strong>onderwijs</strong> gaat het om het dagelijks leven. De verschillen moeten vanzelfsprekend<br />

worden. Daarbinnen kan een feestelijke show best, zolang het doel maar blijft:<br />

samenleven.<br />

14<br />

<strong>OA</strong> Digitale Content

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!