Hallux Valgus - IJsselland Ziekenhuis
Hallux Valgus - IJsselland Ziekenhuis
Hallux Valgus - IJsselland Ziekenhuis
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>Hallux</strong> <strong>Valgus</strong><br />
Standsafwijking van de grote teen<br />
Afdeling Orthopaedie <strong>IJsselland</strong> <strong>Ziekenhuis</strong>
In deze folder<br />
Gesprek met de orthopaedisch chirurg 2<br />
Gesprek met de orthopaedieconsulent 8<br />
Gesprek met de anesthesioloog 10<br />
Uw opname en operatie 13<br />
Vragen en antwoorden 16<br />
Heeft u nog vragen? 18<br />
ORT.008 1
Gesprek met de<br />
orthopaedisch chirurg<br />
De orthopaedisch chirurg heeft<br />
voorgesteld uw hallux valgus te opereren.<br />
Wij zetten de belangrijkste informatie<br />
nog even op een rijtje.<br />
ORT.008 2
Wat is een hallux valgus?<br />
Een hallux valgus is een standsafwijking (valgus) van de grote<br />
teen (hallux). Bij een hallux valgus staat het middenvoetsbeen<br />
van de grote teen naar binnen, maar de teen zelf wijst naar<br />
buiten. Hierdoor ontstaat een ‘knobbel’ aan de zijkant van de<br />
voet bij het begin van de teen, dit wordt een ‘bunion’ genoemd.<br />
Een hallux valgus kan leiden tot een ontsteking en pijn. Ook<br />
kan pijn ontstaan op de plaats waar de grote teen tegen de 2e<br />
teen drukt, die zich dan soms tot hamerteen ontwikkelt.<br />
hallux valgus met hamerteen<br />
Hoe ontstaat een hallux valgus?<br />
Er zijn meerdere oorzaken voor het ontstaan van een hallux<br />
valgus, waarvan erfelijkheid, platvoeten, schoeisel en<br />
hypermobiliteit van de gewrichtkapsels de belangrijkste zijn.<br />
De bijkomende klachten die in de voorvoet ontstaan, worden<br />
meestal veroorzaakt door de standsafwijking (valgus) van de<br />
grote teen. Door die standsafwijking functioneert de teen niet<br />
goed, wat een overbelasting geeft op de rest van de voorvoet.<br />
De grote teen zal in een verder gevorderd stadium ook in een<br />
gedraaide stand komen te staan. Daarnaast kan het zijn dat er<br />
ook slijtage (artrose) is van het gewricht wat ook tot pijn kan<br />
leiden.<br />
ORT.008 3
Behandeling<br />
Er zijn meerdere behandelingen mogelijk. Welke voor u de<br />
beste methode is, wordt door de orthopaedisch chirurg - in<br />
overleg met u - besloten.<br />
1. Osteotomie volgens Chevron<br />
o Operatie<br />
Bij patiënten zonder slijtage kan een operatie worden gedaan,<br />
waarbij de stand van het eerste middenvoetsbeentje wordt<br />
veranderd. Het bot wordt net onder het gewricht doorgezaagd,<br />
recht gezet en vastgezet met een compressieschroef (zie afb).<br />
o Herstel na de operatie<br />
Na de operatie mag u met elleboogkrukken onbelast lopen op<br />
een achtervoetloopschoen. U mag wel gewoon op de voet<br />
staan, de schoen zorgt ervoor dat<br />
u het voorste deel van de voet niet belast. U moet het been wel<br />
zoveel mogelijk laten rusten, dus het been omhoog leggen.<br />
achtervoetloopschoen<br />
ORT.008 4
Na 2 weken worden op de gipskamer de hechtingen verwijderd<br />
en een grootmeesterspalk aangelegd.<br />
Deze draagt u gedurende 4 weken, samen met de<br />
achtervoetloopschoen.<br />
grootmeesterspalk<br />
Na de totale periode van 6 weken is het bot meestal weer aan<br />
elkaar gegroeid en kunt u weer met een gewone stevige<br />
schoen gaan lopen. De voet is dan vaak nog wel wat dik. Drie<br />
maanden na de operatie is de voet weer vrijwel normaal<br />
bruikbaar.<br />
2. Basis osteotomie<br />
o Operatie<br />
Bij deze operatie wordt het eerste middenvoetsbeentje<br />
doorgenomen en van stand veranderd. Dit wordt vastgezet met<br />
een plaatje en schroefjes. Ook wordt het kapsel van het grote<br />
teengewricht gecorrigeerd en de knok verwijderd.<br />
o Herstel na de operatie<br />
Bij deze operatiemethode krijgt u meestal een gipsschoentje,<br />
die u gedurende 6 weken moet dragen. De eerste 2 weken<br />
mag de voet niet worden belast, daarna wel. In sommige<br />
gevallen moet het plaatje later verwijderd worden.<br />
ORT.008 5
3. Correctie volgens Lapidus<br />
o Operatie<br />
Bij een Lapidus correctie wordt het eerste<br />
middenvoetsbeentje in de middenvoet van stand<br />
veranderd in het gewrichtje met het eerste<br />
voetwortelbeentje. Dit gewrichtje wordt vastgezet<br />
met twee schroefjes of met een plaatje of beiden.<br />
Ook wordt het kapsel van het grote teen gewricht<br />
gecorrigeerd.<br />
o Herstel na de operatie<br />
Bij deze operatiemethode krijgt u meestal een gipsschoentje,<br />
die u gedurende 8 weken moet dragen. De eerste 4 weken<br />
mag de voet niet worden belast.<br />
ORT.008 6
4. Artrodese<br />
o Operatie<br />
Als er bij u slijtage bestaat wordt<br />
meestal gekozen voor een<br />
verstijvingsoperatie (artrodese).<br />
Het gewricht wordt dan vastgezet<br />
met 2 kruislingse schroeven in een<br />
stand die overeenkomt met het<br />
meest gedragen schoeisel.<br />
o Herstel na de operatie<br />
Hoe de nabehandeling eruit ziet wordt tijdens de operatie<br />
bepaald en is afhankelijk van de sterkte van het bot.<br />
U krijgt in ieder geval 2 weken gips waarin u de voet niet mag<br />
belasten. Daarna draagt u gedurende 4 weken een<br />
achtervoetloopschoen of krijgt u nog eens 6 weken gips,<br />
waarvan u de eerste twee weken de voet niet mag belasten.<br />
5. Knok verwijderen (bunionectomie)<br />
In enkele gevallen is een uitgebreidere ingreep niet nodig en<br />
wordt alleen de botknobbel verwijderd.<br />
Aan de scheefstand wordt dan niets gedaan.<br />
Let op:<br />
Krijgt u vlak voor de operatie koorts of een wondje?<br />
Neem dan contact op met<br />
de orthopaedieconsulent: telefoon 010 - 258 31 24<br />
Een ontstekingsreactie in uw lichaam kan<br />
het herstel na de operatie beïnvloeden.<br />
ORT.008 7
Gesprek met de<br />
orthopaedieconsulent<br />
Op het verpleegkundig spreekuur<br />
worden operatie en herstel,<br />
stap-voor-stap met u én uw partner of<br />
contactpersoon doorgesproken.<br />
ORT.008 8
Nadat de orthopaedisch chirurg met u heeft afgesproken welke<br />
ingreep bij u gaat plaatsvinden, brengt hij u in contact met één<br />
van de orthopaedieconsulenten.<br />
Deze gespecialiseerd verpleegkundigen bereiden u<br />
stap-voor-stap voor op uw ingreep en het herstel.<br />
Zij kunnen u ook informeren over de gang van zaken op de<br />
verpleegafdeling en zijn vóór de ingreep uw aanspreekpunt bij<br />
vragen:<br />
Telefoon : 010 -258 31 24<br />
E-mail: orthoconsulent@ysl.nl<br />
Samen spreekt u af wanneer het voorbereidende gesprek<br />
plaatsvindt. Dit kan direct na uw gesprek met de chirurg of op<br />
een samen af te spreken moment vóór de ingreep.<br />
Wij adviseren altijd uw partner of contactpersoon mee te<br />
nemen. Ook voor hen is het goed te horen wat er gaat<br />
gebeuren en hoe uw herstel verloopt.<br />
Bij het naar huis gaan heeft u een bewegingsbeperking.<br />
Wat deze beperking precies inhoudt, hoort u van de<br />
orthopaedieconsulent. Denk van tevoren na wat voor<br />
praktische problemen dit bij terugkeer naar huis kan geven.<br />
Regel hulp bij thuiskomst met familie of vrienden. Mocht u toch<br />
persoonlijke hulp willen hebben van een thuiszorgorganisatie,<br />
is het verstandig dit van te voren aan te geven bij<br />
de orthopaedieconsulent.<br />
Als u huishoudelijke hulp na ontslag nodig denkt te hebben,<br />
vraag dit dan tijdig aan bij het gemeentehuis in uw woonplaats,<br />
afdeling WMO (Wet Maatschappelijke Ondersteuning).<br />
ORT.008 9
Gesprek met de anesthesioloog<br />
Anesthesie is de verzamelnaam<br />
voor alle soorten verdoving.<br />
ORT.008 10
De voorbereidingen op de operatie<br />
Nadat op de polikliniek met u een afspraak voor een <strong>Hallux</strong><br />
<strong>Valgus</strong> operatie is gemaakt en het lichamelijk onderzoek is<br />
verricht, krijgt u een afspraak voor een gesprek met de<br />
anesthesioloog (= de arts die voor de verdoving zorgt).<br />
Tijdens dat gesprek wordt de keuze voor de soort verdoving<br />
definitief bepaald. De anesthesioloog is ook diegene die u<br />
(desgewenst) pijn- of rustgevende medicatie kan voorschrijven.<br />
Van de anesthesioloog krijgt u de folder ‘Anesthesie en<br />
verdoving voor volwassenen’.<br />
Hierin vindt u alle informatie terug over:<br />
• uw verdoving;<br />
• pijn en pijnmedicatie;<br />
• met welke medicijnen u moet stoppen en welke<br />
medicijnen u op de dag van uw operatie gewoon moet<br />
innemen;<br />
• wat ‘nuchter zijn’ precies inhoudt, namelijk dat u zich moet<br />
houden aan de 6 -4 -2 regel:<br />
U mag tot 6 uur vóór de operatie<br />
• Normaal vast voedsel eten<br />
• Normaal drinken<br />
U mag tot 4 uur vóór de operatie<br />
• Nog een beschuitje eten<br />
• Heldere vloeistof drinken: water, thee, zwarte koffie met of<br />
zonder suiker, aanmaaklimonade, appelsap, sportdrank,<br />
dubbelfriss, dus géén melkproducten!<br />
U mag tot 2 uur vóór de operatie<br />
• Alleen nog wat heldere vloeistof drinken: water, thee,<br />
zwarte koffie met of zonder suiker, aanmaaklimonade,<br />
ORT.008 11
appelsap, sportdrank, dubbelfriss, dus géén<br />
melkproducten!<br />
Ook wordt er soms laboratoriumonderzoek gedaan, een<br />
ECG (= hartfilmpje) gemaakt en zo nodig een longfoto.<br />
Als hierbij geen bijzonderheden worden gevonden kan de<br />
ingreep doorgaan.<br />
Nuchter zijn<br />
Op de dag van de operatie moet u nuchter zijn.<br />
Nuchter zijn is belangrijk om te voorkomen dat tijdens de<br />
ingreep de inhoud uit uw maag via uw slokdarm in uw luchtpijp<br />
– en zo in uw longen – terecht kan komen.<br />
ORT.008 12
Uw opname en operatie<br />
U wordt in principe opgenomen op<br />
de afdeling Orthopaedie (D2)<br />
ORT.008 13
Waar melden?<br />
Op de opnamedag meldt u zich in de centrale hal bij het loket<br />
Van Bureau Opname: volg routenummer 79. Nadat één van<br />
de medewerkers u heeft ingeschreven, gaat u naar de<br />
afdeling D2 Orthopaedie waar u zich meldt bij het loket van<br />
het secretariaat van de afdeling.<br />
Wat neemt u mee?<br />
Verzekeringspapieren, nachtgoed en toiletartikelen, de<br />
medicijnen die u thuis al gebruikte (in de originele verpakking)<br />
en gemakkelijke kleding en schoenen.<br />
U krijgt van tevoren een recept mee voor elleboogkrukken.<br />
U kunt deze krukken halen bij de Thuiszorgorganisatie in uw<br />
regio. Deze krukken moet u op de dag van opname<br />
meenemen.<br />
Meer informatie over ons ziekenhuis en de beschikbare<br />
voorzieningen op en buiten uw kamer leest u in de brochure:<br />
‘Welkom in het <strong>IJsselland</strong> <strong>Ziekenhuis</strong>’.<br />
U krijgt deze brochure bij de afdeling Opname.<br />
Het opnamegesprek<br />
U wordt geïnformeerd over de gang van zaken op de afdeling.<br />
U krijgt op deze dag met verschillende mensen te maken zoals<br />
verpleegkundigen, voedingsassistenten, medewerkers van het<br />
laboratorium, de orthopaedisch chirurg, arts-assistenten en de<br />
anesthesioloog.<br />
Het zal niet meevallen om ze uit elkaar te houden en precies te<br />
onthouden wat ze vertellen. Aarzel daarom niet iemand naar<br />
zijn naam of functie te vragen of één van de verpleegkundigen<br />
te vragen u uitleg te geven.<br />
De voedingsassistent verzorgt uw maaltijden.<br />
Etenstijden op onze afdeling<br />
Ontbijt ca. 07.30 uur<br />
Middagmaaltijd ca. 12.00 uur<br />
Avondmaaltijd ca. 17.15 uur<br />
ORT.008 14
Afhankelijk van de operatie en de anesthesie krijgt u ‘s avonds<br />
een broodmaaltijd of een warme maaltijd.<br />
Bezoektijden<br />
Uw bezoek is welkom:<br />
’s middags van 16.00 - 17.00 uur<br />
’s avonds van 18.30 uur -19.30 uur<br />
Wanneer komt de orthopaedisch chirurg langs?<br />
Op de dag van uw opname zult u de orthopaedisch chirurg<br />
zien op de voorbereidingskamer van de operatieafdeling.<br />
De orthopaedisch chirurg zal met een viltstift de kant<br />
aangegeven waar de operatie zal plaats vinden. Dit wordt<br />
gedaan om vergissingen te voorkomen.<br />
De dag na de operatie mag u naar huis, u verblijft dus 1<br />
nacht in het ziekenhuis.<br />
ORT.008 15
Vragen & antwoorden<br />
Wij kunnen ons goed voorstellen dat u<br />
nog vragen heeft. De meest gestelde vragen<br />
beantwoorden we alvast voor u!<br />
ORT.008 16
1 Wanneer mag ik weer douchen?<br />
Na 2 weken - als de hechtingen verwijderd zijn en er een<br />
grootmeesterspalk is aangelegd - mag u douchen. Het spalkje<br />
mag tijdens het douchen af, u moet dan op de hiel steunen en<br />
niet op de voorvoet.<br />
2 Hoe lang blijft mijn voet dik?<br />
De zwelling vermindert de eerste weken na het ontslag.<br />
De zwelling is meestal ’s avonds het grootst. De zwelling<br />
vermindert door regelmatig uw voet hoog te leggen. Toch kan<br />
het soms wel 3 maanden duren totdat alle zwelling weg is.<br />
3 Hoe lang mag ik pijnmedicatie gebruiken?<br />
De pijnmedicatie krijgt u – samen met een tabletje voor de<br />
maag – voor 10 dagen voorgeschreven. Als de pijnklachten<br />
afnemen, kunt u de pijnmedicatie eerder afbouwen en daarna<br />
stoppen.<br />
4 Wanneer mag ik weer autorijden?<br />
Als het gips eraf is en u de voet weer voldoende kunt<br />
gebruiken mag u weer autorijden. Dit is meestal na 6 weken.<br />
5 Hoe lang moet ik Fraxiparine injecties tegen trombose<br />
gebruiken?<br />
De trombose injecties worden gestopt op de dag dat u uit het<br />
ziekenhuis ontslagen wordt.<br />
6 Wanneer mag ik weer werken?<br />
Het moment waarop u weer mag gaan werken is afhankelijk<br />
van het soort werk dat u doet. In het algemeen wordt 1 tot 2<br />
weken aangehouden voor zittend werk. Bespreek dit met uw<br />
arts.<br />
7 Moet ik naar de fysiotherapeut?<br />
In principe is fysiotherapie niet nodig na de operatie.<br />
De orthopaedisch chirurg kan u, mocht dat nodig zijn, op de<br />
polikliniek een verwijzing meegeven.<br />
ORT.008 17
Complicaties<br />
Zoals bij alle operaties is er een kans op complicaties,<br />
waaronder infectie, nabloeding en trombose.<br />
Specifieke complicaties bij hallux valgus operaties zijn stijfheid<br />
van het grote teengewricht, overcorrectie, ondercorrectie of het<br />
niet aan elkaar groeien van het gecorrigeerde bot.<br />
De teen wordt vrijwel altijd iets korter dan tevoren. Dit kan<br />
leiden tot drukproblemen op de top van de tweede teen als te<br />
krap schoeisel wordt gedragen.<br />
Hoewel de scheefstand en de knok vrijwel verdwijnen, blijft een<br />
brede voet ook na de operatie breed. Dit komt door de bouw<br />
en het eventueel doorzakken van de voet.<br />
Heeft u nog vragen?<br />
Wij hopen u met deze folder voldoende te hebben<br />
geïnformeerd. Heeft u nog vragen over deze ingreep of over<br />
de nazorg? Neem dan contact met ons op.<br />
Orthopaedieconsulent - telefoon 010 - 258 31 24<br />
E-mail: orthoconsulent@ysl.nl<br />
Bereikbaar maandag t/m vrijdag van 8.30 tot 16.30 uur.<br />
Afdeling Orthopaedie - telefoon 010 - 258 54 14<br />
Bereikbaar 24 uur per dag, 7 dagen per week.<br />
In het weekend - telefoon 010 – 258 50 00<br />
Vraag naar het avond-/nacht- of weekendhoofd.<br />
Secretariaat orthopaedie - telefoon 010 – 258 50 83<br />
Bereikbaar maandag t/m vrijdag van 8.30 tot 12.00 uur<br />
en van 13.30 tot 16.30 uur.<br />
ORT.008 18
Deze folder ondersteunt de mondelinge informatie die u van arts of verpleegkundige<br />
heeft ontvangen. Heeft u nog vragen over het onderzoek of uw behandeling, eventuele<br />
gevolgen en risico’s, of over andere behandelmogelijkheden, stel ze dan gerust.<br />
ORT. 008 / 220512.BS