Verzekeringen Financieel katern Vrije tijd - Federale Verzekering

Verzekeringen
Jong en onervaren
Veilig op weg
Uw zoon of dochter is sinds kort de trotse
eigenaar van een rijbewijs en zou graag
een eigen wagen hebben. Uit studies
blijkt dat 18- tot 24-jarige bestuurders
– vooral tijdens hun eerste duizenden
kilometers – oververtegenwoordigd zijn in de
ongevallenstatistieken. Een veilige auto kopen
is dus een absolute prioriteit.
Basisvaardigheden zoals sturen, remmen en schakelen
vragen nog veel aandacht van beginnende automobilisten,
waardoor ze moeite kunnen hebben met het inschatten van
het verkeer en risicosituaties. Ze laten zich gemakkelijk
afleiden (door gps, radio, passagiers, …). Bovendien kruipen
ze vaker vermoeid achter het stuur als gevolg van hun
levensritme (dikwijls ’s avonds of ’s nachts op de baan). Hun
leeftijd zorgt er ook voor dat ze andere normen hanteren
wanneer het op autorijden aankomt. Ze zijn geneigd meer
risico’s te nemen en zien een auto ook als een manier om
indruk te maken.
Als ouder doet u er goed aan om bij de aankoop van een
wagen stil te staan bij een aantal zaken die de veiligheid
van uw kind kunnen bevorderen. Hou er namelijk rekening
mee dat de verzekeringsmaatschappij kan weigeren om een
wagen te verzekeren omdat hij te veel veiligheidsrisico’s
inhoudt ten aanzien van de chauffeur.
Motor
Jonge bestuurders zijn niet altijd gebaat bij een krachtige motor.
Het vermogen van de motor wordt best gelimiteerd (tot ongeveer
66 Kw). Waak er ook over dat zoon- of dochterlief nadien
niet aan het ‘knoeien’ slaat met de elektronische afstelling.
Benzine versus diesel
Uw kind zit niet per se veiliger in een grote wagen. Het gevaar
bestaat dat een jonge bestuurder het gevoel krijgt dat hem
niets kan overkomen en dat hij zijn rijgedrag daarop afstemt.
Daardoor brengt hij zijn veiligheid en die van andere weggebruikers
in het gevaar. Voor een bestuurder die niet meteen
grote afstanden zal afleggen, is een kleine of middelgrote
auto de verstandigste keuze en benzine verdient de voorkeur
boven diesel. Problemen met de roetfilter komen immers
veel voor bij voertuigen die niet voldoende rijden. Om verstopping
te voorkomen, legt een dieselwagen best (onafgebroken)
een 20-tal kilometer per week af op de autosnelweg,
zodat de filter zichzelf kan zuiveren.
ADA-systemen
Systemen voor geavanceerde bestuurdersondersteuning
(ADA – Advanced Driver Assistance) kunnen een onervaren
bestuurder het leven eenvoudiger maken. Het zijn technische
hulpmiddelen die aan de hand van sensoren informatie verzamelen
over de omgeving om de rijtaak te ondersteunen. Ze
zorgen voor een rustiger (en dus veiliger) verkeersbeeld.
• ESP (Electronic Stability Program): rijveiligheidssysteem
dat het verlies aan grip in de bochten compenseert,
het sliprisico vermindert en stuurfouten corrigeert wanneer
de bestuurder te snel de bocht ingaat.
• LDWA (Lane Departure Warning Assistance): systeem dat
de bestuurder met een tril- of geluidsignaal waarschuwt
wanneer hij onbedoeld de rijbaan verlaat.
• LKS (Lane Keeping System): systeem dat via camera’s in
de buitenspiegels detecteert of er zich een auto in de dode
hoek bevindt. Is dat het geval, dan gaat een lampje branden
aan de spiegel.
• ISA (Intelligente Snelheid Adaptatie): mechanisme dat
de maximumsnelheid reguleert. Ofwel wordt de bestuurder
gewaarschuwd wanneer hij die snelheid overschrijdt,
ofwel wordt hij ontmoedigd om de maximumsnelheid te
overschrijden (bijvoorbeeld door tegendruk op het gaspedaal),
ofwel wordt het onmogelijk gemaakt sneller te rijden
dan maximaal is toegelaten.
• ACC (Adaptieve Cruise Control): systeem dat de gebruikelijke
cruise control vervangt of aanvult en de afstand tot de
voorganger constant houdt.
• DAC (Driver Alert Control): mechanisme dat de bestuurder
waarschuwt wanneer zijn aandacht verslapt en hij de
controle over de auto dreigt te verliezen.
• Parkeersensoren: verkleinen het risico op (kleine) aanrijdingen
tijdens het parkeren.
4
lente 2012