Transmedia Analytics - By Geert Hagelaar & Yannick Diezenberg
Graduation Project (in Dutch)
Graduation Project (in Dutch)
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Deelvraag 1<br />
Welke feedback hebben producers van interactieve documentaires nodig om hun producties te kunnen verbeteren<br />
Ofwel: “Wat is ‘gewenste feedback’ voor producers van interactieve documentaires”<br />
Deelvraag 2<br />
Hoe kunnen de correlaties, die de juiste feedback genereren, op een begrijpelijke<br />
en inzichtelijke manier worden gevisualiseerd<br />
Deelvraag 1 is beantwoord aan de hand van correlaties en het<br />
visualiseren van deze correlaties. De visualisaties dienen als evaluatie<br />
om na te gaan of de correlaties ook daadwerkelijk de gewenste<br />
inzichten geven.<br />
De huidige analysetool Google <strong>Analytics</strong> geeft inzichten in website<br />
prestaties maar is slecht tot niet bruikbaar voor het analyseren van<br />
online interactieve documentaires vanwege de alternatieve structuur.<br />
Uit het onderzoek is gebleken dat Google <strong>Analytics</strong> iedere website op<br />
dezelfde manier analyseert, als een gewone website. Hierdoor is de<br />
informatie die gegenereerd wordt niet bruikbaar als feedback voor een<br />
interactieve documentaire. Om de data uit Google <strong>Analytics</strong> te kunnen<br />
gebruiken om interactieve documentaires te analyseren zullen enkele<br />
termen (zoals een bounce) geherdefinieerd moeten worden om deze<br />
toe te kunnen passen op transmedia producties. Deze herdefinieerde<br />
termen zijn gebruikt binnen de visualisaties. Bijvoorbeeld in visualisatie<br />
6: doordat Last Hijack uit een enkele pagina bestaat waar de gebruiker<br />
het hele project op kan bekijken zonder enige interactie kan de term<br />
bounce niet worden gebruikt om een probleem aan te tonen.<br />
Door de functies en de structuur van transmedia producties te<br />
analyseren zijn inzichten ontstaan (zie probleemanalyse) over het<br />
gebruikersgedrag van bezoekers.<br />
Hierbij zijn verschillende datasets gecombineerd die inzichten<br />
in deze specifieke productvorm achten te beantwoorden. Deze<br />
gecorreleerde dimensies en metrics zijn vervolgens gevisualiseerd om<br />
de gegenereerde inzichten te evalueren. Het niveau van inzichtelijkheid<br />
is vervolgens getest bij Submarine. Door middel van een usertest met<br />
een producer van Submarine is gecontroleerd of de visualisaties de<br />
gewenste inzichten en feedback weergeven.<br />
Aan de hand van feedback van Bernhard Rieder en Gabriele Colombo<br />
en de usertest met de producer van Submarine kan geconcludeerd<br />
worden of de visualisaties de gewenste feedback genereren. Door de<br />
correlaties op een specifieke documentaire te richten, genereren de<br />
visualisaties gerichte, project specifieke feedback.<br />
Deelvraag 2 is beantwoord aan de hand van het visualiseren van<br />
correlaties. Door tijdens het ontwerpproces onderzoek te doen naar<br />
toepasbare ontwerpprincipes zijn visualisaties ontstaan die correlaties<br />
inzichtelijk presenteren.<br />
Aan de hand van de verkergen feedback kan geconcludeerd worden<br />
dat eenvoudige visualisaties makkelijk interpreteerbare informatie<br />
weergeven. Eenvoudige visualisaties zijn overzichtelijk, niet alleen<br />
doordat er gebruik wordt gemaakt van een beperkt aantal metrics<br />
en dimensies maar ook doordat dit soort visualisaties aanspraak<br />
doet op cognitieve modellen. De gebruiker kan de visualisatie snel<br />
lezen waardoor tijd en misleidingen worden bespaard en de feedback<br />
duidelijk overkomt.<br />
Door binnen visualisatie 2 gebruik te maken van een rode kleur, om<br />
eventuele problemen aan te geven als het gaat om de gemiddelde<br />
tijd op een bepaalde pagina ,interpreteert de gebruiker de visualisatie<br />
sneller. Door het gebruik maken van kleuren kan de ontwerper<br />
ervoor zorgen dat de aandacht van de gebruiker naar een bepaald<br />
attentiepunt wordt getrokken (Tufte, 2006).<br />
Het weglaten van data zorgt ervoor dat de boodschap die de<br />
visualisatie over moet brengen duidelijk wordt weergegeven (Cairo,<br />
2012). In visualisatie 3 is dit aan de hand van een ranking gedaan, de<br />
top tien van het complete aantal video’s wordt getoond.<br />
Door het grid binnen visualisatie 3 subtiel weer te geven blijft de<br />
informatie leesbaar maar wordt de lezer niet afgeleid of misleid (Tufte,<br />
2001). Ook wordt er gebruik gemaakt van een rode gradient om een<br />
eventueel probleem aan te geven. Volgens Tufte kan een kleur worden<br />
gebruikt om een hoeveelheid weer te geven (Tufte, 1990).<br />
Omdat in visualisatie 3 de prestatie van een bron weer wordt gegeven<br />
is het beter om de data niet te filteren zodat er geen misinterpretatie<br />
ontstaat (Bertin, 1983). Bij data over bronnen is het namelijk van<br />
belang om campagnes en andere investeringen te betrekken, deze<br />
informatie kan niet uit de data worden gehaald.<br />
De beste manier om geografische data te tonen, zoals in visualisatie<br />
4, is een kaart (Tufte, 2006). Met een kaart kunnen patronen worden<br />
herkend die in relatie staan tot een locatie.<br />
Door bij visualisatie 6 contrasterende kleuren te gebruiken worden<br />
verschillende de segmenten beter van elkaar onderscheiden (Tufte,<br />
1990). Dit maakt de visualisatie beter leesbaar.<br />
Tufte (2001, p. 187) concludeert dat bij een visualisatie met twee assen<br />
de lange as het beste de oorzaak weergeeft en de korte as het effect.<br />
Dit is in visualisatie 8 toegepast bij het weergeven van het aantal<br />
keer dat de introductievideo is overgeslagen of een vertrek heeft<br />
veroorzaakt.<br />
Ook is in visualisatie 8 gebruik gemaakt van labels zodat er geen<br />
legenda toegepast hoeft te worden (Tufte, 2001). Door gebruik te<br />
maken van kleurverzadegingen op de achtergrond wordt er gebruik<br />
gemaakt van het feit dat een kleur een natuurlijke hoeveelheidsbepaler<br />
met perceptuele continuïteit kan zijn (Tufte, 1990).<br />
110 <strong>Transmedia</strong> <strong>Analytics</strong> - Conclusies en aanbevelingen <strong>Geert</strong> <strong>Hagelaar</strong> & <strong>Yannick</strong> <strong>Diezenberg</strong> 111