PDF File - Rede H.J. ter Bogt - Rijksuniversiteit Groningen
PDF File - Rede H.J. ter Bogt - Rijksuniversiteit Groningen
PDF File - Rede H.J. ter Bogt - Rijksuniversiteit Groningen
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
nagement afgestemd dienen te zijn op de specifieke situatie waarin die organisatie<br />
verkeert (Emmanuel et al. 1990, p. 57).<br />
De contingentietheorie hanteert als uitgangspunt dat organisaties bewust, op<br />
basis van ‘economisch-rationele’ overwegingen van efficiëntie en effectiviteit, de<br />
middelen kiezen die moeten leiden tot realisatie van de organisatiedoelen – en uiteindelijk<br />
tot het ‘overleven’ op de lange <strong>ter</strong>mijn (zie ook Covaleski et al., 1996, pp.<br />
4-7). De contingentietheorie veronderstelt weliswaar dat de redenen voor veranderingen<br />
in organisaties liggen in de wens de economische efficiëntie en/of effectiviteit<br />
te verhogen, maar het hoeft niet zonder meer te gaan om een streven naar maximale<br />
efficiëntie of effectiviteit.<br />
In praktijkonderzoek in diverse organisaties, vooral commerciële bedrijven, is<br />
inmiddels voor uiteenlopende contingente variabelen nagegaan wat de invloed ervan<br />
was op het systeem voor management control en de ingezette managementmiddelen.<br />
Het ging hierbij om variabelen als de mate van onzekerheid waarmee de organisatie<br />
in<strong>ter</strong>n en ex<strong>ter</strong>n wordt geconfronteerd, de dynamiek en complexiteit in de omgeving<br />
van de organisatie, de meetbaarheid van de voortgebrachte producten, de gebruikte<br />
productietechnologie, de omvang van de organisatie, de organisatiestructuur en de<br />
strategie van de organisatie (Fisher, 1995, p. 30; Chenhall, 2003). Zo is er bijvoorbeeld<br />
onderzoek dat aangeeft dat naarmate organisaties te maken krijgen met meer<br />
onzekerheid en snellere veranderingen in hun omgeving en meer onder druk staan –<br />
bijvoorbeeld door verandering in omstandigheden of regelgeving –, deze organisaties<br />
meer de neiging hebben gebruik te maken van stringente vormen van control,<br />
met een nadruk op financiële budgetten (Chenhall, 2003, pp. 138-139; zie ook<br />
Khandwalla, 1977; Chenhall and Morris, 1986, pp. 19-20 and 30-31; Chapman,<br />
1998, pp.764-765). Verder is er onderzoek dat suggereert dat er een relatie bestaat<br />
tussen het controlsysteem en de organisatie-omvang. Een gro<strong>ter</strong>e omvang zou bijvoorbeeld<br />
kunnen betekenen dat een organisatie beschikt over de deskundigheid en<br />
middelen om gebruik te maken van meer ‘geavanceerde’ financieel managementtechnieken,<br />
zoals een kwaliteitsmodel als het INK-model, kostenallocatie met behulp<br />
van Activity-Based Costing, of ‘brede’ prestatiemeting via de Balanced Scorecard<br />
(zie bijvoorbeeld Innes en Mitchell, 1995, pp. 142, 150; Chenhall en Langfield-<br />
Smith, 1998, pp. 12-13; Tillema, 2005).<br />
De factoren die in de contingentietheorie aan de orde komen, zouden ook van<br />
invloed kunnen zijn op de veranderingen die zijn doorgevoerd in Nederlandse overheidsorganisaties.<br />
Waar factoren als onzekerheid en dynamiek van invloed kunnen<br />
zijn op alle overheidsorganisaties, kan een factor als organisatiegrootte de aandacht<br />
vestigen op eventuele verschillen in de mate waarin gro<strong>ter</strong>e en kleinere overheidsorganisaties<br />
managementveranderingen hebben doorgevoerd.<br />
14