evolkingsonderzoekBevolkingsonderzoek dyspepsieNa een pilotonderzoek in de regio Nijmegen is de MDL-afdeling <strong>van</strong> het UMC St. Radboud gestart met eengrootschalig onderzoek naar de actuele prevalentie <strong>van</strong> dyspepsie in Nederland.Ties Eikendal heeft 5000 <strong>van</strong> deze vragenlijsten onder een representatievesteekproef in Nijmegen en Wijchen verspreid. Hier<strong>van</strong> werd32% teruggestuurd.Dyspeptische klachten komen veel voor in de algemene bevolkingen zijn vaak een reden om een arts te consulteren.Studies uit Groot-Brittannië en de Verenigde Staten onderzochtenhet vóórkomen <strong>van</strong> dyspepsie en rapporteerden prevalenties tussen38% en 41% [1-3]. Deze studies zijn bijna twintig jaar geledengepubliceerd; er is geen informatie beschikbaar over de huidigeprevalentie.Gedurende de afgelopen jaren zijn er echter nogal wat veranderingenopgetreden. De eerdergenoemde studies zijn uitgevoerd voordatde protonpompremmers op de markt kwamen. Deze medicijnenverminderen efficiënt en langdurig dyspeptische klachten. Bovendienwas destijds Helicobacter pylori al wel bekend, maar nog nietveelvuldig en adequaat behandeld. Vergeleken met nu is de prevalentie<strong>van</strong> infecties met deze maagbacterie bijna gehalveerd.Aan de andere kant is het gebruik <strong>van</strong> medicatie die dyspeptischeklachten kunnen veroorzaken (onder andere NSAID’s, lage dosesaspirine), sterk toegenomen. Ook het aantal personen met obesitas,een andere factor die is geassocieerd met het ontstaan <strong>van</strong> dyspeptischeklachten, is een toenemend volksgezondheidprobleem.Er is behoefte aan recente data over de prevalentie <strong>van</strong> dyspeptischeklachten. Hierdoor kan een beter inzicht worden verkregen in hetontstaan <strong>van</strong> deze klachten en de reden waarom bepaalde mensenwel en anderen geen arts bezoeken met hun klachten.PilotstudieOm dit te onderzoeken, hebben we een aantal vragenlijsten ontwikkelden getest in de regio Nijmegen [4]. De geneeskundestudentDe resultaten <strong>van</strong> dit pilotonderzoek zijn recent gepubliceerd in hetjanuarinummer <strong>van</strong> The Netherlands Journal of Medicine [5].43 procent <strong>van</strong> de mensen gaf aan (boven)buikklachten te hebbengehad in de vier weken voorafgaand aan de vragenlijst. De meestvoorkomende klachten waren: opgeblazen gevoel, boeren, een volgevoel na het eten en brandend maagzuur (figuur 1). Vrouwen hebbenover het algemeen vaker klachten, die lijken af te nemen met hettoenemen in leeftijd (figuur 2).In onze publicatie maken we een voorbehoud. Op ieder adres isslechts één exemplaar <strong>van</strong> de vragenlijst bezorgd, zodat de kansbestaat dat juist het gezinslid met klachten deze lijst heeft teruggestuurd.Hierdoor vonden we mogelijk een overschatting <strong>van</strong> deprevalentie <strong>van</strong> dyspepsie. Aangezien de vragenlijsten anoniem zijnverstuurd en ont<strong>van</strong>gen, was het niet mogelijk om de personen diereageerden te vergelijken met personen die niet reageerden (nonresponderonderzoek).Nieuw onderzoekOm die reden én om te onderzoeken of de gevonden prevalentie uitde pilotstudie ook is te extrapoleren naar de gehele Nederlandsebevolking, zijn we een nieuw onderzoek gestart. Hierin worden50.000 personen tussen de 18 en 80 jaar in Nederland persoonlijkaangeschreven, gebruikmakend <strong>van</strong> de Gemeentelijke Basis Administratie(GBA) <strong>van</strong> de gemeentes Nijmegen, Heumen, Wijchen, DenHaag en Almere. Om een beter zicht te krijgen op de factoren diezijn gerelateerd aan het hebben <strong>van</strong> dyspeptische symptomen, wordenmedicatiegebruik, artsenbezoek, de aanwezigheid <strong>van</strong> chronischeaandoeningen, en ondergane diagnostische onderzoeken uitgevraagd.Voor dit onderzoek is subsidie verkregen <strong>van</strong> Nycomed BV.Martijn <strong>van</strong> Oijen & Lieke <strong>van</strong> KerkhovenAfdeling <strong>Maag</strong>-, <strong>Darm</strong>- en Leverziekten, UMC St. RadboudDe referenties bij dit artikel staan op de website www.mdl.nl.MAGMA 14
Figuur 1. Prevalentie bovenbuikklachten gedurende vier weken.COLUMNBART ELSMANBovenbuikpijnIn het algemeenOverdag‘s NachtsBrandend maagzuurOprispingenRommelenOpgeblazen gevoelLeeg gevoelMisselijkheidOvergevenSnel vol gevoel bij etenVol gevoel na het etenBoerenOpgeven <strong>van</strong> bloedSlikklachtenVloeibaar voedselVast voedselSlechte adem0% 10% 20% 30% 40%GeloofE. ging met pensioen en nam afscheid. Zijn90-jarige moeder, vrouw <strong>van</strong> een dominee,beschreef kernachtig zijn beroepskeuze indertijd:“Hij geloofde niet, dus moest hij maardokter worden.”Bij mij is het net zo gegaan. Vijftig jaar geledenging ik, als misdienaar, nog drie, soms vier keerper dag naar de kerk: ’s ochtends om zes uurbij de zusters <strong>van</strong> Jezus Maria en Jozef in dekloosterkapel, om half acht bij de pastoor in dekerk <strong>van</strong> Maria Onbevlekt Ont<strong>van</strong>gen, latertijdens schooltijd een rouw- of trouwmis, en’s avonds in mei en oktober ook nog hetMarialof.Ik wilde priester worden en na de lagere schooldirect naar het seminarie. Dat vonden mijnouders niet zo’n goed idee. Ik ging naar eengewone middelbare school, een jongensschool,natuurlijk ook met paters. Drie jaar later isMaria aan mij verschenen. Zij was twee jaarmijn eerste vriendin. Ik verloor mijn roeping enmijn geloof en ben dokter geworden.Figuur 2. Prevalentie bovenbuikklachten vrouwen en mannen naar leeftijd.70%60%50%40%30%20%10%0%18-29 jr 30-39 jr 40-49 jr 50-59 jr 60> jrVrouwen met bovenbuikklachtenMannen met bovenbuikklachtenMet Wim ging het juist andersom. Hij werd dokteren was bij ons in het Wilhelmina Gasthuisin opleiding tot internist, een rustige jongenmet kort blond haar en een verlegen glimlach.Hij logeerde in de pastorie in Duivendrecht enspeelde op zondag op het orgel in de kerk.Op een dag kwam hij met een verrassendemededeling: hij wilde priester worden en gingnaar Rolduc. Ik herinner me nog, dat ik hemtoesprak bij zijn afscheid in de assistentenkameren hem een handschoen in een envelopaanbood: als herinnering aan zijn laatstetoucher.Hij werd priester, promoveerde op een onderwerpover euthanasie en werd in Rome, hoewelniet als ervaringsdeskundige, hoofd <strong>van</strong> hetPauselijk Instituut voor Huwelijk en Gezin.En nu is hij aartsbisschop <strong>van</strong> Nederland enmag hij de Cappa Magna dragen.Natuurlijk ben ik een tikkeltje jaloers.MAGMA 15