Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Column<br />
ROBERT VAN EIJDEN<br />
FERME MEIDEN,<br />
STOERE KNAPEN<br />
Het kabinet wil dat de dienstplicht vanaf volgend jaar ook voor<br />
vrouwen geldt, las ik in de zaterdagkrant met een hoofd nog duf<br />
van de vrijdagmiddagborrel. Ik nam een slok espresso, wreef in<br />
mijn ogen en las het bericht nog een keer. Was dit weer van dat nepnieuws<br />
waar Donald Trump mij op televisie voor had gewaarschuwd? Ik<br />
las het stukje voor de derde keer. Nee, het leek echt waar. True story.<br />
‘Het is vooral een symbolische maatregel,’ stond erbij, ‘want de opkomstplicht<br />
is al sinds 1997 opgeschort.’<br />
Hoe moet dat gaan met<br />
vrouwen in dienst? Ik stelde<br />
me voor dat elke oorlog een<br />
paar uur te laat zou beginnen<br />
omdat sommige vrouwelijke<br />
soldaten vinden dat<br />
hun camouflage-uniform<br />
niet goed bij hun huid kleurt<br />
en ze hun nieuwe wikkelrok willen dragen, ook omdat het zo warm is in<br />
die woestijn. Of oorlogen zouden zelfs worden afgelast omdat de vrouwen<br />
het conflict gaan uitpraten in plaats van de wapens te laten spreken.<br />
Weinig bloed zou er vloeien, maar muntthee des te meer.<br />
Daarna dacht ik terug aan mijn militaire dienstkeuring. Van mijn oudere<br />
broer wist ik toen al dat hij zich steendood had verveeld in dienst – het enige<br />
wat hij er heeft gedaan is huzarenslaatjes eten. Hoewel ik dol ben op<br />
huzarenslaatjes, had ik totaal geen zin om in dienst te gaan. Daarom had ik<br />
de avond voor de keuring een paar donkere speciaalbieren gedronken in<br />
de hoop te worden afgekeurd wegens Belgische urine. De volgende dag<br />
reisde ik met mooi weer naar een lelijk militair gebouw in Groningen. Ik<br />
plaste in een potje, liet mijn knieën bekloppen met een hamertje en kreeg<br />
piepjes te horen op een enorme koptelefoon die waarschijnlijk nog dienst<br />
had gedaan in de Eerste Wereldoorlog. Ook mijn Geheime Deel werd door<br />
de keuringsarts uitgebreid bekeken. Ik liet het allemaal maar gebeuren in<br />
de hoop te worden afgekeurd wegens te groot geschapen zijn.<br />
“WEINIG BLOED ZOU ER<br />
VLOEIEN, MAAR MUNTTHEE<br />
DES TE MEER”<br />
complex van zou krijgen dat hij zich meteen van de Notre Dame zou<br />
werpen. ‘Ziet u dan niet dat ik een bochel heb?’ vroeg ik de arts. ‘Dit<br />
gaat toch te fur?’ (Taalkundig was ik mijn tijd ver vooruit.)<br />
‘Dat is geen bochel, dat is luiheid,’ zei hij. Ik kon weer inrukken.<br />
Daarna was het tijd voor de lunch: sneden brood met kaas, worst, een<br />
kroket en verdomme nergens een huzarenslaatje te bekennen. Hoewel<br />
we toch met (bijna-)mannen onder elkaar waren, werd er weinig gepraat.<br />
Al was er één overenthousiaste,<br />
Dik Trom-achtige<br />
jongen die van iedereen zijn<br />
geboortedatum wilde weten<br />
en elke keer even oprecht<br />
verbaasd ‘Alweer iemand uit<br />
1971!’ uitriep. Ik neem aan<br />
dat hij bij de intelligentietest<br />
niet goed heeft gescoord.<br />
Mijn score daarentegen was bijna buitenaards hoog, meldde een<br />
legerfunctionaris mij aan het eind van de dag. Helaas had ik op de test<br />
‘Praktisch inzicht’ dan weer praktisch een nul gehaald, maar daar was<br />
volgens hem wel een legergroene mouw aan te passen. Hij sloot af met<br />
het noemen van een aantal legeronderdelen met bij elk onderdeel de<br />
vraag of het me wat leek. ‘Nee,’ zei ik een keer of zes.<br />
‘Wil je eigenlijk wel in dienst?’ vroeg hij ten slotte.<br />
‘Nee,’ antwoordde ik.<br />
Einduitslag: goedgekeurd.<br />
Uiteindelijk heb ik – ondanks mijn intelligentie – zo lang over mijn studie<br />
gedaan dat ik niet meer in dienst hoefde. Nou ja, als ze mij al wilden<br />
hebben in het leger, kunnen vrouwen er ook wel in.<br />
Toen mijn rug voor inspectie aan de beurt was, speelde ik een extra<br />
troef uit: ik ging zo lamzakkerig staan als ik maar kon, met een rug waar<br />
de klokkenluider van de Notre Dame zo’n groot minderwaardigheids-<br />
Robert van Eijden (1971) is freelance tekstschrijver<br />
en parttime levensgenieter. Voor<br />
<strong>Playboy</strong> zet hij maandelijks zijn belevenissen<br />
als man in een vrouwenmaatschappij op papier.<br />
83