Verwarmingskringgegevens 12 - Buderus

Fouten 17
Storing Effect op de regeling Mogelijke oorzaken van de storingen Verhelping
Geen master – Er kan geen
ketelbeveiliging
gegarandeerd worden.
– TW-voorrang is niet meer
mogelijk.
– Er wordt met een minimum
buitentemperatuur
gerekend.
– Het wordt koud.
Bus adresconflict – Geen Bus-communicatie
meer mogelijk.
– Alle regelfuncties, waarvoor
via de ECOCAN-Bus
gegevens moeten worden
uitgewisseld, werken niet
meer.
Adresconflict x – De functies van de module,
waar het adresconflict
optreedt, werken niet meer.
De andere modules en
regeltoestellen kunnen nog
via de ECOCAN-Bus
communiceren.
Verkeerde
module x
Onbekende
module x
– Van de module worden alle
uitgangen uitgeschakeld en
de betreffende fout-LED
ingeschakeld.
– Van de module worden alle
uitgangen uitgeschakeld en
de betreffende fout-LED
ingeschakeld.
Wijzigingen op basis van technische verbeteringen voorbehouden!
– Het masterregeltoestel (adres 1) is
uitgeschakeld of er is geen master
(adres 1) voorhanden.
– Er bestaan meerdere identieke
adressen.
– Elk adres mag slechts eenmaal in het
ECOCAN-Bus-verband toegekend
zijn.
– Module bevindt zich in het verkeerde
regeltoestel: bepaalde modules
kunnen enkel onder bepaalde
ECOCAN-adressen werken.
– De ketelmodule ZM424 en de modules
FM456 en FM457 mogen niet
ingebouwd worden in het regeltoestel
met het adres > 1.
– Verkeerde invoer van module in de
MEC2.
– Verkeerde module in het regeltoestel
geïnstalleerd.
– De MEC2, de betreffende module of
het regeltoestel is defect.
– De regelsoftware is te oud om de
module te kunnen herkennen.
– De module / het regeltoestel is defect.
Inertanode – Geen effect op de regeling. – Spanning aan de externe ingang
WF1/2 aanwezig.
– De module of het regeltoestel is defect.
Externe
storingsingang
– Geen effect op de regeling. – Spanning aan de externe ingang
WF1/2 aanwezig.
– De module of het regeltoestel is defect.
TW-voeler WT – Er wordt geen tapwater
meer opgewarmd.
TW-voeler UIT – Er wordt geen tapwater
meer opgewarmd.
Verbinding BRx – Er kan geen
vorstbeveiliging
gegarandeerd worden.
– Er wordt geen tapwater
meer opgewarmd.
– Er wordt niet verwarmd.
Tabel 4 Storingstabel
– De voeler is verkeerd of niet
aangesloten of defect.
– Module FM445 of regeltoestel defect.
– De voeler is verkeerd of niet
aangesloten of defect.
– Module FM445 of regeltoestel defect.
– UBA verkeerd aangesloten.
– UBA uitgeschakeld.
– UBA defect.
– Module defect.
Servicevoorschrift Regeltoestellen Logamatic 4121, 4122 en 4126 Uitgave 03/2004
� Controleer de adressen van alle
Bus-deelnemers. Het mastertoestel
moet steeds het adres 1
(draaicodeerschakelaar achter de
MEC2 aan de CM431 van het
regeltoestel) hebben.
� Controleer de busverbinding voor
adres 1.
� Controle van de adressen van alle
busdeelnemers
(draaicodeerschakelaar achter de
MEC2 aan de CM431 van het
regeltoestel).
� Controleer het adres van de
regeltoestellen.
� Controleer de indicaties voor de
modules in de MEC2-serviceniveau.
� Controleer de in het regeltoestel
ingezette modules.
� Vervang de MEC2 of de module.
� Controleer de versie van het
regeltoestel in de MEC2.
� Vervang de module.
� Vervang de inertanode.
� Controleer de werking van de
externe componenten (boilerlaad- of
omlooppomp) en vervang ze
eventueel.
� Controleer de voeler.
� Vervang de voeler of de module
FM445.
� Controleer de bevestiging van de
voeler.
� Controleer de voeler.
� Vervang de voeler of de module
FM445.
� Controleer de bevestiging van de
voeler.
� Controleer de verbinding.
� Schakel de UBA in.
� Vervang de UBA.
� Vervang de KSE module.
Buderus Verwarming – Chauffage http://www.buderus.be
115