Herbestemmen - Bouwfonds Ontwikkeling
Herbestemmen - Bouwfonds Ontwikkeling
Herbestemmen - Bouwfonds Ontwikkeling
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
februari 2013 #46<br />
OUD: Leerlooierij Driesen<br />
NIEUW: 4 maisonnettes<br />
en 4 appartementen<br />
feiten | omschrijving | foto's<br />
<strong>Herbestemmen</strong>
februari 2013 – naw dossier #46<br />
Colofon<br />
Dit dossier is samengesteld<br />
in opdracht van<br />
<strong>Bouwfonds</strong> <strong>Ontwikkeling</strong>.<br />
U kunt er geen rechten aan ontlenen.<br />
Kopiëren of citeren<br />
van (delen van) de inhoud is<br />
toegestaan in overleg met <strong>Bouwfonds</strong><br />
<strong>Ontwikkeling</strong>.<br />
Redactie: <strong>Bouwfonds</strong> <strong>Ontwikkeling</strong><br />
Vormgeving: Proof Studio,<br />
www.proof.nl<br />
Productiebegeleiding: Jansen&GO<br />
Fotografie: Bram Belloni (portret<br />
Agnes Franzen) en Nadine Maas<br />
(portret Marnix van der Meer)<br />
Drukwerkinkoop: Sumis<br />
<strong>Bouwfonds</strong> <strong>Ontwikkeling</strong><br />
Contact: Jeanine Rademakers<br />
naw@bouwfonds.nl<br />
www.naw.nl<br />
www.bouwfonds.nl<br />
tel. 033 253 98 23<br />
Behoud van de originele<br />
spantconstructies<br />
feiten | omschrijving<br />
Karakteristieke luiken die<br />
refereren naar het verleden<br />
van het gebouw<br />
Achterzijde van de voormalige<br />
leerlooierij met de originele raamverdeling<br />
en het nieuwe dakterras<br />
inhoud<br />
februari 2013 – naw dossier #46<br />
04<br />
20<br />
Amsterdam - Pakhuizen<br />
Cruquisweg Terug naar de<br />
Pakhuizen met de bouwopzichter<br />
Visie<br />
De ontwikkeling van nieuwbouw ligt in<br />
Nederland op een historisch laag niveau.<br />
<strong>Herbestemmen</strong> wordt in deze nieuwe realiteit<br />
een steeds belangrijkere opgave. Dat stelt andere<br />
eisen aan het vak van gebiedsontwikkeling.<br />
10 Projecten<br />
10<br />
12<br />
14<br />
16<br />
18<br />
20<br />
22<br />
23<br />
24<br />
25<br />
Wilhelminastaete in Diemen<br />
Leerlooierij Driesen in Dongen<br />
Zenettiplatz in München<br />
Mariastichting in Haarlem<br />
Lyon Islands in Lyon<br />
Nieuw Kortenoord in Wageningen<br />
Meningen<br />
04: 10: Wilhelminastaete<br />
16: Mariastichting<br />
Visie <strong>Bouwfonds</strong><br />
<strong>Ontwikkeling</strong><br />
in Haarlem:<br />
van ziekenhuis naar woon-<br />
en werklocatie<br />
Brigite van Haaften, gedeputeerde Noord-Brabant<br />
Marnix van der Meer, directeur Zecc Architecten<br />
Agnes Franzen, programmamanager TU Delft<br />
Arno Boon, directeur BOEi<br />
24:<br />
in Diemen:<br />
van kantoorgebouw naar<br />
wooncomplex<br />
Agnes Franzen: bestaande<br />
gebouwen hebben<br />
een voorsprong
4 februari 2013 – naw dossier #46 5 naw dossier <strong>Herbestemmen</strong><br />
Blijvende opgave voor <strong>Bouwfonds</strong><br />
<strong>Herbestemmen</strong><br />
in de nieuwe tijd<br />
Het kan niemand ontgaan zijn: de ontwikkeling van nieuwbouw ligt in Nederland op een historisch laag<br />
niveau. Mede daardoor groeit de aandacht voor de aanpak van de bestaande gebouwenvoorraad, binnen<br />
dorpen en steden. <strong>Herbestemmen</strong> wordt in de nieuwe realiteit van gebiedsontwikkeling een steeds<br />
belangrijkere opgave. Voor <strong>Bouwfonds</strong> betekent dit doorgaan op een reeds eerder ingeslagen weg: al eind<br />
jaren tachtig werden de eerste herbestemmingsprojecten succesvol ontwikkeld. Maar de nieuwe tijd stelt<br />
andere en complexere eisen aan het vak.<br />
Als gebiedsontwikkelaar komt <strong>Bouwfonds</strong> regelmatig in<br />
aanraking met herbestemming. Het is een begrip waar<br />
een veelheid aan deelopgaven onder schuil gaat. Van<br />
een restauratie van een monumentaal pand tot en met<br />
de gebiedsgerichte aanpak van bijvoorbeeld een naoorlogs<br />
woongebied. De rode draad in alle benaderingen is steeds: wat<br />
kunnen we met de bestaande gebouwen en structuren doen, in het<br />
licht van een nieuwe ontwikkeling? Dat vraagstuk is op zich voor<br />
<strong>Bouwfonds</strong> niet nieuw.<br />
Nieuwe opgaven<br />
Kijkend naar de komende jaren, dan kan geconstateerd worden dat<br />
de herbestemmingsopgave in kwantitatief opzicht fors groeit. In<br />
het kader op pagina 7 staan de belangrijkste aanleidingen tot deze<br />
ontwikkeling beschreven. De leegstand in kantoren is fors<br />
toegenomen (tot 8 miljoen m 2 eind 2012) en het einde lijkt nog niet<br />
in zicht. Ook in het bestaande winkelareaal neemt het aantal<br />
leegstaande gebouwen toe. Hetzelfde doet zich voor op bedrijventerreinen,<br />
waar in totaal zo’n 12 miljoen m 2 aan bedrijfsgebouwen<br />
Een selectie van herbestemmingsprojecten uit de afgelopen decennia<br />
Amsterdam<br />
Pakhuizen Cruquiusweg<br />
In het Oostelijk Havengebied werd een<br />
complex met de zeven pakhuizen Maandag<br />
tot en met Zondag omgezet naar in totaal<br />
390 woningen – toen nog in de premiekoopsfeer.<br />
Onder de pakhuizen zijn parkeerplaatsen<br />
en bergingen gecreëerd.<br />
leeg staat. Voeg daar het leegkomen van kerken, scholen, defensiegebouwen<br />
en wellicht op termijn ook woningen aan toe en het is<br />
duidelijk: er is heel veel te doen op het gebied van herbestemming.<br />
De urgentie van deze ontwikkeling is onder meer door Rijksadviseur<br />
Fons Asselbergs met de Oude Kaart van Nederland (2008) en<br />
landschapsarchitect Ronald Rietveld met de Leegstandsatlas<br />
(2010) benadrukt. Zij maakten duidelijk dat het aantal leegstaande<br />
gebouwen snel toeneemt (‘iedere week een kerk’). De oprichting<br />
van initiatieven als het Nationaal Herbestemmingsteam en het<br />
Nationaal Renovatie Platform duidt erop dat de vakwereld de<br />
urgentie erkent. <strong>Bouwfonds</strong> liet al eerder als mede-oprichter van<br />
BOEi– de Nationale Maatschappij tot Behoud, <strong>Ontwikkeling</strong> en<br />
Exploitatie van industrieel erfgoed- zien dat het haar ernst is wat<br />
de herbestemming van industrieel erfgoed betreft. BOEi heeft de<br />
afgelopen jaren met succes tientallen industriële gebouwen<br />
herbestemd, veelal in nauwe samenwerking met <strong>Bouwfonds</strong>.<br />
Het ging hierbij vaak om projecten die werden ingepast in<br />
bredere gebiedsontwikkelingen. Dit heeft eraan bijgedragen dat<br />
herbestemming ervaren wordt als een mogelijkheid om de<br />
waarde van panden en het omliggende gebied te verhogen en<br />
in veel gevallen als katalysator van de gebiedsontwikkeling<br />
fungeert.<br />
Oog voor de marktsituatie<br />
In de visie van <strong>Bouwfonds</strong> bestaan er de komende tijd twee<br />
hoofdopgaven: het aanpakken van karakteristieke, oudere<br />
gebouwen met een hoge ‘aaibaarheidsfactor’ en daarnaast het<br />
herontwikkelen van ‘jonger’ vastgoed dat nog niet aan het einde<br />
van de exploitatieperiode c.q. levensduur is gekomen. Bij die laatste<br />
categorie kan met name gedacht worden aan kantoorpanden die<br />
de afgelopen decennia gebouwd zijn en waarvoor geen kantoorgebruiker<br />
meer te vinden is. Bij de oudere gebouwen bestaat de<br />
opgave in eerste instantie uit het vinden van een passende<br />
gebruiker voor een bestaand pand. Schattingen voor de komende<br />
jaren gaan uit van circa 2 miljoen m 2 die in dit soort monumentale<br />
panden beschikbaar komt. Het gaat hier om heel precies maatwerk<br />
in het matchen van de gebouwkarakteristieken en de wensen van<br />
de eindgebruiker; een discipline waar BOEi inmiddels zeer<br />
bedreven in is. Niet zelden is het een opgave met een onrendabele<br />
top, waarbij het niet-commerciële karakter van BOEi goed past.<br />
De herbestemmingsopgave voor het meer ‘reguliere’ vastgoed is<br />
vele malen groter en wordt op circa 13 miljoen m 2 geraamd.<br />
Dat er voor al deze miljoenen vierkante meters een gebruiker<br />
gevonden kan worden, is volgens <strong>Bouwfonds</strong> niet het geval. De<br />
aanwezigheid van een kansrijk programma wordt in belangrijke<br />
Utrecht<br />
Chirurgiegebouw<br />
Het gebouw aan de Biltse Grift uit 1916<br />
maakt deel uit van een complex waar tot<br />
begin jaren tachtig de veeartsenijopleiding<br />
was gehuisvest. Met handhaving van de<br />
buitenkant en de typisch hoge gangen<br />
kreeg het gebouw een nieuwe bestemming:<br />
twintig woningen.<br />
Amsterdam - Pakhuizen<br />
Cruquisweg Terug naar de<br />
Pakhuizen met de bouwopzichter<br />
Meer zien van Parkhaven<br />
in Utrecht?<br />
Meer weten?<br />
Op verschillende plekken in dit<br />
artikel zie je het Layarlogo.<br />
Dat geeft aan dat er online meer<br />
te zien is over dit project.<br />
Download de gratis Layarapp op je mobiele telefoon<br />
via www.layar.com en scan de hele pagina. De app<br />
werkt op je iPhone en telefoons met een Androidbesturingssysteem.<br />
Helaas niet op de BlackBerry.<br />
Karakteristieke oude<br />
gebouwen zijn nog<br />
steeds cool en hip<br />
Utrecht<br />
Parkhaven<br />
Op de plek van een voormalig<br />
bedrijventerrein is woningbouw<br />
ontwikkeld. Het pand van het<br />
voormalige hoofdkantoor van de<br />
Utrechtse groente en fruitveiling<br />
is herbestemd tot kinderdagverblijf<br />
en sporthal.
6 februari 2013 – naw dossier #46<br />
7 naw dossier <strong>Herbestemmen</strong><br />
Meer zien van Westergasfabriek<br />
in Amsterdam?<br />
mate bepaald door de verhoudingen tussen vraag en aanbod ter<br />
plekke. Er zijn bijvoorbeeld gebieden in de periferie van Nederland<br />
met een groot aanbod aan industrieel erfgoed, maar waar<br />
simpelweg te weinig gebruikerspotentieel aanwezig is – bijvoorbeeld<br />
uit de hoek van de creatieve industrie – om alle panden te<br />
vullen. Het zijn gebieden die buiten het economisch kerngebied<br />
van Nederland vallen en waar de krimp al duidelijk toeslaat.<br />
Minder inwoners betekent minder draagvlak voor voorzieningen<br />
en daarmee ook minder kansen voor herbestemming. Volgens<br />
<strong>Bouwfonds</strong> mogen de ogen niet gesloten worden voor deze harde<br />
randvoorwaarde. Een pand waar geen gebruiker voor is te vinden<br />
en waarin geen waarde kan worden gecreëerd, kan het beste –<br />
tenzij er monumentale waarden in het geding zijn – worden<br />
afgebroken. Anders gezegd: liever één fabriekshal goed behouden<br />
dan drie allemaal een beetje, oftewel: dan is gedeeltelijke sloop het<br />
beste. Een tussenoplossing is het werken met tijdelijk gebruik.<br />
Zeker in langjarige gebiedsontwikkelingen is er soms niet vanaf<br />
het begin zicht op een mogelijke eindgebruiker voor te herbestemmen<br />
panden. In zo’n geval werkt <strong>Bouwfonds</strong> in toenemende mate<br />
met tijdelijke bestemmingen (‘slow vastgoed’), in afwachting van<br />
het moment waarop het gebied als geheel is ‘gesetteld’. Het tijdelijk<br />
gebruik trekt in de tussentijd alvast mensen naar het gebied en zet<br />
het daarmee op de kaart. Bovendien wordt de cashflow er in<br />
positieve zin door beïnvloed: slopen kost geld, maar tijdelijk<br />
gebruik levert geld op.<br />
Vraag van de woonconsument<br />
Wie de woon- en designbladen doorbladert, kan constateren<br />
dat karakteristieke oude gebouwen nog steeds cool en hip zijn.<br />
In ‘binnenkijk’-rubrieken figureren regelmatig oude fabrieksgebouwen<br />
die omgebouwd zijn tot loftachtige appartementen. Een<br />
Rotterdam<br />
Heemraadssingel<br />
In het Nieuwe Westen, een gebied met<br />
veel monumentale vooroorlogse bebouwing,<br />
is een voormalig gemeentelijk<br />
kantoorpand omgetoverd tot een luxe<br />
woonpand met negen koopwoningen.<br />
betrekkelijk nieuw fenomeen is dat groepen bewoners gezamenlijk<br />
een groter pand aankopen om vervolgens zelf te ontwikkelen. Het<br />
past binnen een ontwikkeling die <strong>Bouwfonds</strong> al langer signaleert<br />
en waarbij de consument, al dan niet gefaciliteerd door een<br />
deskundige ontwikkelaar, zelf aan de knoppen wil zitten. De<br />
ervaring uit de ontwikkelingspraktijk van <strong>Bouwfonds</strong> wijst uit<br />
dat het hier overigens niet om enorme aantallen gaat. Bij de<br />
herbestemming van karakteristieke oude gebouwen gaat het qua<br />
doelgroepen vooral om een- en tweepersoonshuishoudens, die in<br />
hun wooncarrière toe zijn aan iets bijzonders. Ook zijn er vaak<br />
ondernemers bij, die aan huis willen gaan werken in een bijzondere<br />
ambiance of met een bijzondere uitstraling richting klanten.<br />
Bij de opgave die in omvang groeit, de herbestemming van ‘jonge’<br />
kantoren met name, komen met name studenten en jonge<br />
stedelingen in beeld als kansrijke groep – mits de locatie goed is.<br />
Daarnaast liggen er kansen in de realisatie van zorgvastgoed; uit<br />
een studie van BNA Onderzoek blijkt dat bepaalde typen kantoorgebouwen<br />
– centraal gelegen en niet te ver van de voorzieningen<br />
– zich goed lenen om zorgvastgoed in te realiseren. Het gaat dan<br />
om uiteenlopende vormen van ‘beschermd wonen’, waarbij de<br />
kantoorvloeren worden herverkaveld naar compacte individuele<br />
woningen en groepsruimtes. Een functie die de laatste tijd in beeld<br />
komt voor leegstaande kantoren is het hotel; hier worden nu de<br />
eerste projecten mee gerealiseerd. Op locaties die voor woningen<br />
minder geschikt zijn – zoals Papendorp in Utrecht en Sloterdijk in<br />
Amsterdam – lukt het wel om kantoorkamers om te bouwen tot<br />
hotelkamers. Blijkbaar is het ‘stille’ en monofunctionele karakter<br />
van de werkgebieden voor de hotelbezoekers geen bezwaar. Pas<br />
wanneer in dit soort gebieden een zekere menging aan functies<br />
ontstaat, neemt de kans toe om er woningbouw te realiseren.<br />
<strong>Herbestemmen</strong> is een opgave<br />
met een geheel eigen dynamiek<br />
en moeilijkheidsgraad<br />
De knowhow van <strong>Bouwfonds</strong> richt zich met name op het verbinden<br />
van gebiedsontwikkeling met de aanpak van individuele, te<br />
herbestemmen gebouwen. Beide zijn onlosmakelijk met elkaar<br />
verbonden: een overkoepelende gebiedsontwikkeling maakt<br />
investeringen in herbestemming mogelijk, maar andersom legt een<br />
geslaagde herbestemming vaak een basis voor een waardestijging<br />
van de omliggende nieuwbouw. Zorgvuldig herbestemde gebouwen<br />
geven identiteit aan een veel groter gebied en daar kan in de<br />
conceptontwikkeling en gebiedspromotie dankbaar van worden<br />
geprofiteerd. Andersom geldt de stelling ook: bestaande gebieden<br />
die van zichzelf onvoldoende kwaliteit hebben, bieden in eerste<br />
instantie onvoldoende draagvlak om een herbestemming op te<br />
baseren. Dit betreft met name de monofunctionele bedrijven- en<br />
kantorengebieden die in de afgelopen decennia aan de randen van<br />
veel dorpen en steden zijn gerealiseerd. Dergelijke terreinen zijn<br />
nog te weinig in waarde gedaald om ze rendabel aan te kunnen<br />
kopen en te herbestemmen. Er is hier geen urgentie, maar de vraag<br />
is wel hoe ver we hier vandaan zitten. Nu al wordt door taxateurs<br />
gesteld dat een gebouw zonder huurders geen waarde meer<br />
vertegenwoordigt.<br />
Expertise<br />
Door <strong>Bouwfonds</strong> wordt gebiedsgerichte expertise ingebracht op<br />
het snijvlak van marketing, planeconomie en cultuurhistorie. Voor<br />
bouwkundige, technische en exploitatieve vraagstukken wordt<br />
intensief gebruik gemaakt van de expertise van BOEi. BOEi is<br />
betrokken van het eerste initiatief tot en met de beheerfase; een<br />
aanzienlijk deel van de panden die worden herbestemd worden in<br />
eigendom gehouden, totdat daarvoor een passende gebruiker is<br />
gevonden. Zo is de afgelopen tien jaar voor circa negentig miljoen<br />
euro aan investeringen op gang gebracht. BOEi kan als ontwikke-<br />
Amsterdam<br />
Westergasfabriek<br />
MAB Development gaf de voormalige<br />
Gasfabriek Gemeentelijk Energiebedrijf een<br />
nieuwe invulling: een cultureel centrum<br />
met ruimte voor film, theater, muziek,<br />
beeldende kunsten, beurzen, horeca en<br />
conferenties.<br />
De belangrijkste veroorzakers<br />
van leegstand<br />
De achterliggende oorzaken van het leegkomen<br />
van vele gebouwen zijn divers.<br />
Bedrijfsruimten<br />
De leegstand in bedrijfsvastgoed hangt voor een<br />
belangrijk deel samen met de economische crisis,<br />
waardoor de vraag naar bedrijfsruimte sterk is<br />
afgenomen.<br />
Kantoorruimten<br />
Ook de gevolgen van het ‘nieuwe werken’ zijn<br />
merkbaar: bedrijven reserveren minder vierkante<br />
meters kantoorruimte per medewerker. Op de<br />
langere termijn neemt de beroepsbevolking van<br />
Nederland als geheel af, waardoor de uitbreidingsvraag<br />
die we lange tijd gekend hebben omslaat in<br />
een vervangingsvraag.<br />
Winkelruimten<br />
Bij het winkelvastgoed spelen vergelijkbare ontwikkelingen<br />
als bij de bedrijfsruimten; ook hier is<br />
een sprake van een overaanbod, dat mede in de<br />
hand gewerkt wordt door de opkomst van<br />
internet winkels. Vooral in de aanloopstraten naar<br />
de binnenstedelijke en binnendorpse centra en in<br />
de wijkwinkelcentra komen panden leeg te staan.<br />
Kerken<br />
De leegstand van religieus erfgoed wordt met<br />
name veroorzaakt door de ontkerkelijking en de<br />
bezuinigingen die kerkgenootschappen op hun<br />
vastgoed moeten doorvoeren. Tegelijkertijd zijn<br />
kerken ‘van iedereen’; in tegenstelling tot agrarisch<br />
erfgoed en industrieel erfgoed roept religieus<br />
erfgoed – vaak ook door de centrale ligging en<br />
forse beeldkwaliteitsimpact veel emoties op.<br />
Sloop is voor velen ondenkbaar. Een nieuwe<br />
invulling is echter niet eenvoudig gevonden.<br />
Stuttgart<br />
Alte Weberei<br />
Op een voormalige locatie van een<br />
weverij zijn een appartementencomplex<br />
en twee bedrijfsunits gerealiseerd.<br />
Er mocht zo min mogelijk gesloopt<br />
worden, waardoor de historische gevel<br />
behouden is.
8 februari 2013 – naw dossier #46<br />
9 naw dossier <strong>Herbestemmen</strong><br />
Een geslaagde herbestemming legt<br />
vaak een basis voor een waardestijging<br />
van de omliggende nieuwbouw<br />
laar, beheerder of adviseur worden ingezet en werkt aan de hand<br />
van een aantal belangrijke uitgangspunten die bij herbestemming<br />
om de hoek komen kijken. Kleinere gebouwen zijn gemakkelijker te<br />
herbestemmen dan grotere. Arno Boon, directeur van BOEi, is in de<br />
‘Meningen’-rubriek in dit dossier aan het woord over het thema<br />
herbestemmen van industrieel, agrarisch en religieus erfgoed.<br />
Andere belangrijke partijen in dit verband zijn gemeenten,<br />
ontwerpers en eindgebruikers. Gemeenten spelen een belangrijke<br />
rol in het faciliteren van herbestemmingen, onder meer op het vlak<br />
van regelgeving (brandweer, Bouwbesluit) en procedures. Ontwerpers<br />
moeten in staat zijn om met respect voor het werk van<br />
anderen aan de slag te gaan en zich ‘dienstbaar’ aan het bestaande<br />
gebouw op te stellen. Eindgebruikers zijn essentieel om de plannen<br />
voor herbestemming ook daadwerkelijk te kunnen realiseren:<br />
zonder gebruiker geen draagvlak, zonder ontwikkeling geen<br />
behoud van het gebouw.<br />
Financiering onder druk<br />
De planeconomische kennis van <strong>Bouwfonds</strong> is in tijden van crisis<br />
belangrijker dan ooit. Dat geldt zeker voor herbestemmingen, waar<br />
‘tekenen’ en ‘rekenen’ voortdurend gelijk op moeten gaan om tot<br />
een haalbaar plan te kunnen komen. De situatie op de vastgoedmarkt<br />
is daarbij fundamenteel anders dan enkele jaren geleden,<br />
toen bekostiging en financiering nauwelijks een probleem vormde.<br />
Inmiddels zijn de rijkssubsidies voor stedelijke vernieuwing<br />
nagenoeg allemaal verdwenen, verkeren gemeenten en woningcorporaties<br />
in financieel zwaar weer en houden banken de<br />
geldkraan dicht. Alleen een aantal provincies is nog in staat – zoals<br />
Noord-Brabant dat (maximaal) 120 miljoen euro steekt in de<br />
aanpak van cultureel erfgoed – om geld voor herbestemmingen<br />
vrij te maken. De mogelijkheden om ‘onrendabele toppen’ van<br />
Amsterdam<br />
Graansilo aan het IJ<br />
De negentiendeeeuwse graansilo aan het IJ<br />
fungeert tegenwoordig als woon en werkcomplex:<br />
op de begane grond zijn kleine<br />
bedrijfsruimtes gerealiseerd, in de silokokkers<br />
103 appartementen en 84 studio’s, en onder<br />
het dak zijn ateliers en riante appartementen<br />
ontwikkeld.<br />
herbestemming van regulier vastgoed af te boeken vanuit<br />
gebiedsontwikkelingen zijn dramatisch teruggelopen. Daling van<br />
boekwaarden is dan onvermijdelijk. Die pijn wordt met moeite<br />
genomen door de betreffende eigenaar.<br />
Het overgrote deel van de herbestemmingen komt daarmee onder<br />
marktconforme omstandigheden tot stand. In de visie van<br />
<strong>Bouwfonds</strong> onderstreept dit de noodzaak van een gebiedsgerichte<br />
aanpak, die in één hand wordt gehouden – ook financieel. Dat<br />
maakt het namelijk mogelijk om te verevenen tussen oudbouw en<br />
nieuwbouw en bovendien slaat de waardeverhoging aantoonbaar<br />
neer binnen het gebied. Een aansprekende herbestemming kan<br />
hogere verhuur- en verkoopprijzen in de nieuwbouw mogelijk<br />
maken. Daarmee kan de investering in de herbestemming voor<br />
een stukje worden betaald, zodat de cirkel weer rond is. Overigens<br />
heeft het verdwijnen van rijkssubsidies ook een voordeel: het<br />
voorkomt – zoals in de jaren negentig van de vorige eeuw – dat<br />
bepaalde gebieden die voor herbestemming in aanraking komen<br />
te duur worden aangekocht. Daarmee wordt een rendabele<br />
exploitatie van het begin af aan een lastige zaak. Het is interessant<br />
om de komende tijd vooral aan de opbrengstenkant te onderzoeken<br />
hoe de waardegroei binnen een gebied beter kan worden teruggeleid<br />
naar de herbestemming in kwestie.<br />
Blik op de toekomst<br />
Bij de vele binnenstedelijke ontwikkelingen van <strong>Bouwfonds</strong> neemt<br />
herstructureren en herontwikkelen van bestaande gebieden een<br />
belangrijke plaats. Behoud van bestaande gebouwen kan daarbij<br />
van groot belang zijn. Het is een opgave met een geheel eigen<br />
dynamiek en moeilijkheidsgraad, op het snijvlak van marketing,<br />
planeconomie en cultuurhistorie. In de visie van <strong>Bouwfonds</strong> hangt<br />
het succes van een herbestemmingsproject niet alleen af van de<br />
juiste kennis en ervaring, maar spelen houding en empathie voor<br />
het bestaande en de mogelijke nieuwe gebruikers minstens zo’n<br />
belangrijke rol. Evenals de marktpotentie van de locatie. Elke mogelijke<br />
herbestemming begint met een zorgvuldige analyse van kansen<br />
en bedreigingen, pas daarna volgt het besluit voor de verdere<br />
aanpak. Het vraagt om een integrale aanpak. Lef en ondernemerschap<br />
zijn noodzakelijk, zowel aan de private als de publieke kant:<br />
wie is in staat de meerwaarde van een herbestemming voor een<br />
gebiedsontwikkeling te zien? De voorbeeldprojecten die <strong>Bouwfonds</strong><br />
de afgelopen tijd heeft ontwikkeld – en de nieuwe staan al<br />
weer op stapel – geven het vertrouwen dat er veel mogelijk is<br />
wanneer partijen eensgezind samenwerken aan een tweede leven<br />
voor bestaande gebouwen. De werelden van de erfgoedzorg en de<br />
vastgoedsector komen de laatste jaren schoorvoetend steeds<br />
dichter bij elkaar: in de nieuwe realiteit is de noodzaak onverkort<br />
om samen verder op te trekken.<br />
Apeldoorn<br />
Wornumsche Enk<br />
Meer zien van Wornumsche<br />
Enk in Apeldoorn?<br />
Op het voormalige Nuon-terrein in Apeldoorn stonden<br />
twee transformatorgebouwen van architect<br />
Hendrik Fels op de nominatie om gesloopt te worden.<br />
Ze kregen de status gemeentelijk monument. <strong>Bouwfonds</strong><br />
gaf samen met BOEi de gebouwen een nieuwe<br />
invulling: appartementen en een medisch centrum.<br />
Uitleg van begrippen<br />
Rond het brede thema ‘herbestemmen’<br />
doen binnen het vak van gebiedsontwikkeling<br />
verschillende begrippen<br />
de ronde. We zetten de meest gebruikte<br />
op een rij:<br />
• Herbestemming: de originele bestemming<br />
van een gebouw wordt gewijzigd.<br />
De nieuwe functie kan in het gebouw<br />
ingepast worden, maar het gebouw kan<br />
ook aangepast worden aan de nieuwe<br />
functie.<br />
• Herontwikkeling: oude gebouwen<br />
worden gesloopt. Er komt nieuwbouw<br />
voor in de plaats. De bestemming kan<br />
hierbij wijzigen.<br />
• Functieverandering: het geven van een<br />
andere functie aan een gebouw of gebied<br />
door herbestemming of herontwikkeling.<br />
• Herstructurering: een herontwikkeling<br />
van een (groter) gebied om het beter/<br />
opnieuw leefbaar te maken, waarbij de<br />
bestemming meestal ongewijzigd blijft.<br />
Vaak met (gedeeltelijke) sloopnieuwbouw.<br />
• Transformatie: de architectonische en<br />
(steden)bouwkundige ingrepen die nodig<br />
zijn om een pand of gebied weer in<br />
gebruik te kunnen nemen, al dan niet voor<br />
een nieuwe functie.<br />
• Restauratie: herstel van het monumentale<br />
pand, zodat het casco weer in goede<br />
staat verkeert.<br />
• Renovatie: restaureren zonder rekening<br />
te houden met de historische context.<br />
Rotterdam<br />
De Vooruitgang<br />
Het kantoorgebouw arrondisementsparket<br />
van Justitie kreeg een nieuwe<br />
bestemming: twaalf appartementen.<br />
Daarachter zijn nog eens tien<br />
stadswoningen ontwikkeld.
10 februari 2013 – naw dossier #46<br />
11 naw dossier <strong>Herbestemmen</strong><br />
Wilhelminastaete in Diemen<br />
Van kantoor gebouw<br />
naar wooncomplex<br />
Een kolos met een 70 meter lange<br />
betonnen gevel: de voormalige<br />
Rabobank in Diemen was bepaald<br />
geen architectonische schoonheid.<br />
Het pand uit 1969 kwam leeg te<br />
staan en sloop dreigde. Totdat<br />
het idee ontstond om hierin<br />
seniorenhuisvesting te realiseren.<br />
Een ingrijpende transformatie was<br />
het gevolg – met succes.<br />
De Rabobank verhuisde in 2001 naar de<br />
Mondriaantoren bij station Amstel,<br />
waardoor het bankgebouw in Diemen leeg<br />
kwam te staan. Verkoop bleek lastig, door<br />
het vele aanbod van kantoren in de<br />
omgeving. De eerste gedachte: sloop en<br />
vervanging door nieuwe woningen,<br />
bestemd voor ouderen. De locatie leent zich<br />
daar goed voor, door de nabijheid van een<br />
winkelcentrum. De gemeente Diemen<br />
reageerde enthousiast, evenals de lokale<br />
ouderenbonden: er was veel vraag naar<br />
seniorenwoningen. Verzet tegen de<br />
sloopplannen was er nauwelijks; het<br />
gebouw was door de betonnen uitstraling<br />
niet populair.<br />
Andere uitstraling<br />
Een onderzoeksteam met architect,<br />
constructeur en <strong>Bouwfonds</strong> concludeerde<br />
echter dat transformatie in dit geval<br />
gunstiger was. Het bestaande pand bleek<br />
zich goed te lenen voor een ingrijpende<br />
aanpak en kapitaalvernietiging kon zo<br />
voorkomen worden. De verdiepingshoogte<br />
en kolomafstand maakten het mogelijk<br />
aantrekkelijke woningen te realiseren in<br />
het casco. Besloten werd het gebouw te<br />
strippen tot aan de hoofddraagconstructie.<br />
Ook werd een extra verdieping aangebracht.<br />
De monotone gevel werd vervangen<br />
door een nieuwe gevel met metselwerk,<br />
aluminium kozijnen en zink. Dit gaf het<br />
gebouw een compleet andere uitstraling,<br />
open en kleinschaliger. Door de gevel op<br />
enkele plaatsen terug te leggen, ontstonden<br />
grote buitenruimtes. Tijdens het ontwerpproces<br />
van de woningen traden de lokale<br />
ouderenbonden op als klankbord. Het<br />
resultaat zijn royale levensloopbestendige<br />
woningen (tot 190 m 2 aan toe), die op de<br />
markt gretig aftrek vonden. In de plint<br />
werden de bibliotheek en een adviescentrum<br />
van de Rabobank gehuisvest, wat de<br />
levendigheid op straatniveau bevordert.<br />
Wilhelmina staete is daarmee een geslaagd<br />
voorbeeld van binnenstedelijke herbestemming,<br />
met een hoge duurzaamheidscore.<br />
De uitgangssituatie: voormalig kantoorgebouw van Rabobank Amsterdam in Diemen.<br />
Transformeren bleek<br />
gunstiger dan slopen<br />
Het oude gebouw is tot aan de<br />
hoofddraagconstructie gestript.<br />
Naam: Wilhilminastaete<br />
Plaats: Diemen<br />
<strong>Ontwikkeling</strong>: 43 appartementen,<br />
800 m 2 bibliotheek en 400 m 2<br />
kantoorruimte<br />
Architect: Rappange & Partners<br />
Architecten<br />
Start ontwikkeling: 2003<br />
Start bouw: 2006<br />
Oplevering: 2007<br />
Het resultaat: ruime, lichte<br />
appartementen en een levendige plint.
12 februari 2013 – naw dossier #46<br />
13 naw dossier <strong>Herbestemmen</strong><br />
Leerlooierij Driesen in Dongen<br />
Van leerlooierij naar<br />
sfeervolle woningen<br />
Een herbestemming hoeft niet<br />
altijd groot te zijn om toch veel<br />
impact te hebben. In het Noord-<br />
Brabantse Dongen herontwikkelde<br />
BOEi een voormalige leerlooierij,<br />
<strong>Bouwfonds</strong> realiseerde woningen<br />
die hier nauw op aansluiten. De<br />
geschiedenis is voelbaar op deze<br />
plek, waar nu eigentijds wordt<br />
gewoond – met respect voor het<br />
verleden.<br />
Begin 19de eeuw stonden er nog zeven<br />
leerlooierijen in Dongen, daarmee was het<br />
een looierijcentrum van betekenis. Veel<br />
mensen vonden hier werk. Pas in 2003<br />
sloot de laatste looierij de deuren, vanwege<br />
milieuoverwegingen: leerlooierij Driesen,<br />
gelegen aan de Oude Ham. BOEi werd<br />
benaderd om de mogelijkheden voor<br />
herbestemming van deze looierij te<br />
onderzoeken. De locatie is uitstekend: in<br />
de nabijheid van het historisch centrum<br />
van Dongen en het gemeentehuis. De<br />
looierij zelf is een Rijksmonument,<br />
gebouwd in drie etappes: 1866, 1906 en<br />
1928. Karakteristiek voor de productie in<br />
de looierij zijn de houten gevels op de<br />
bovenste verdieping met ventilatieluiken,<br />
waarmee de huiden gedroogd werden.<br />
Verder bestaat het pand uit bakstenen<br />
gevels en houten vloeren. De constructie<br />
maakte het mogelijk in het bestaande<br />
pand acht woningen te realiseren: vier<br />
appartementen met tuin op de begane<br />
grond en vier maisonnettes over de twee<br />
lagen daarboven. Deze woningen kregen<br />
een ruim dakterras als buitenruimte.<br />
Kopers konden kiezen of ze hun maisonnette<br />
ingedeeld wilden hebben of opengelaten<br />
als ‘loft’.<br />
Bijzondere sfeer<br />
Tijdens de bouw werden zoveel mogelijk<br />
originele elementen behouden, zoals<br />
houten vloeren, spantconstructies en<br />
De oude leerlooierij een rijksmonument sloot in 2003 haar deuren.<br />
Dankzij behoud van originele elementen<br />
blijft de oorsprong goed zichtbaar<br />
houten dakbeschietingen. Deze geven een<br />
monumentaal pand een bijzondere sfeer<br />
en de oorsprong blijft zo goed zichtbaar. In<br />
aansluiting op de looierij ontwikkelde<br />
<strong>Bouwfonds</strong> acht grondgebonden nieuwbouwwoningen,<br />
die in de vormgeving,<br />
materialisatie en detaillering nauw<br />
aansluiten bij het bestaande industriële<br />
gebouw. <strong>Bouwfonds</strong> huurde daarvoor de<br />
architecte in die BOEi ook had ingeschakeld:<br />
Marina Moons uit het naburige<br />
Waalwijk. Oud en nieuw gaan zo op een<br />
zorgvuldige manier samen en versterken<br />
het dorpse karakter van Dongen.<br />
Naam: Leerlooierij Driesen<br />
Plaats: Dongen<br />
<strong>Ontwikkeling</strong>: 4 appartementen<br />
en 4 maisonnettes in de oude<br />
leerlooierij, 8 grondgebonden<br />
nieuwbouwwoningen<br />
Architect: Marina Moons<br />
Start ontwikkeling: 2001<br />
Start bouw: 2005<br />
Oplevering: 2006
14 februari 2013 – naw dossier #46<br />
15 naw dossier <strong>Herbestemmen</strong><br />
Zenettiplatz 1 in München<br />
Van kantoor- naar<br />
woongebouw<br />
München is met 1,4 miljoen<br />
inwoners de derde stad van<br />
Duitsland. Deze hoofdstad<br />
van Beieren heeft te maken<br />
met een grote vraag naar<br />
woningen. <strong>Bouwfonds</strong><br />
Immobilienentwicklung speelt<br />
daar slim op in, door onder<br />
andere een kantoorgebouw om<br />
te zetten naar hoogwaardige<br />
woningen.<br />
De trek naar grootstedelijke gebieden in<br />
Duitsland is onmiskenbaar. München<br />
spant daarbij de kroon: naar verwachting<br />
groeit de komende jaren het inwoneraantal<br />
verder, met 300.000 inwoners tot<br />
2022. Nergens zijn de prijzen van onroerend<br />
goed zo hoog. Het leidt ertoe dat op<br />
tal van plekken in de stad transformaties<br />
plaatsvinden. <strong>Bouwfonds</strong> Immobilienentwick<br />
lung levert daar een substantiële<br />
bijdrage aan.<br />
Opwaardering<br />
Ook op kleinere schaal vinden herbestemmingen<br />
plaats, zoals in het Schlachthofviertel<br />
– een van de buurten in de centraal<br />
gelegen Isarvorstadt. Een levendige buurt,<br />
waar vanouds wonen, werken en verblijven<br />
zijn vervlochten. Het oude slachthuis<br />
is weliswaar verplaatst, maar de beste<br />
slagers van München zijn hier nog steeds<br />
te vinden. Aan een van de pleinen in de<br />
buurt, de Zenettiplatz, transformeerde<br />
<strong>Bouwfonds</strong> Immobilienentwicklung een<br />
leegstaand kantoorgebouw tot een<br />
woongebouw met status. Dit gebeurde<br />
door het gebouwcasco tot op het skelet<br />
van staalbeton volledig te ‘strippen’.<br />
Met de compleet nieuwe, moderne en<br />
warm gekleurde gevel is een appartementencomplex<br />
ontstaan, dat de gehele<br />
Zenettiplatz opwaardeert. Het project<br />
omvat verschillende woonconcepten. Zo<br />
zijn aan de achterzijde van het gebouw<br />
De oude situatie: een leegstaand kantoorgebouw.<br />
Het gebouwcasco is tot op het<br />
skelet van staalbeton gestript<br />
ruim opgezette 2-tot 5-kamerwoningen<br />
gerealiseerd, met maximaal 170 vierkante<br />
meter oppervlakte, voor mensen met<br />
bijzondere woonwensen. Een ander deel<br />
van het gebouw is verdeeld in maisonnettes<br />
over twee tot drie etages, voorzien van<br />
royale dakterrassen. Met het project<br />
‘Zenettiplatz 1’ werkt <strong>Bouwfonds</strong> mee aan<br />
de behoedzame transformatie van het<br />
Schlachthofviertel, door industrieel<br />
gebruik om te zetten in een hoogwaardige<br />
woonfunctie. Het project staat daarmee<br />
aan het begin van een ontwikkeling<br />
die ook in andere Duitse steden steeds<br />
belangrijker wordt.<br />
Naam: Zenettiplatz 1<br />
Plaats: München<br />
<strong>Ontwikkeling</strong>: 37 woningen<br />
Architect: DYCKA Architecturbüro<br />
Start ontwikkeling: 2009<br />
Start bouw: 2010<br />
Oplevering: 2012
16 februari 2013 – naw dossier #46<br />
17 naw dossier <strong>Herbestemmen</strong><br />
Mariastichting in Haarlem<br />
Van ziekenhuis naar<br />
woon- en werklocatie<br />
Intensivering van de bestaande<br />
stad is in Haarlem aan de orde<br />
van de dag. Op de plek van het<br />
Haarlemse Spaarneziekenhuis<br />
is een grootstedelijk<br />
woonprogramma gerealiseerd.<br />
Verschillende monumentale<br />
panden zijn behouden en<br />
hergebruikt, waarmee<br />
Haarlem een bijzonder woon-<br />
en werkgebied rijker is. Een<br />
aanwinst voor buurt en stad.<br />
Haarlem staat met de rug tegen de duinen:<br />
grootschalige uitbreidingen zijn hier niet<br />
mogelijk. Om toch te kunnen voldoen aan<br />
de grote vraag naar woningen in deze regio<br />
kiest de gemeente Haarlem al de nodige<br />
jaren voor het herontwikkelen van<br />
bestaande locaties. Met projecten als Raaks<br />
en Ripperda zet Haarlem zich stevig op de<br />
kaart als aantrekkelijke woon gemeente.<br />
Ook de ontwikkeling van de Mariastichting<br />
past in dit rijtje. Ingeklemd tussen het<br />
fraaie park De Haarlemmerhout en rivier<br />
het Spaarne is het Spaarneziekenhuis<br />
gevestigd, lokaal bekend als de Mariastichting<br />
– het Roomskatholieke Ziekenhuis dat<br />
hier in 1899 wordt gebouwd.<br />
Ambitieus<br />
Nadat een nieuw streekziekenhuis in<br />
Hoofddorp is geopend, sluit het Spaarneziekenhuis<br />
in 2004 de deuren. Enkele jaren<br />
daarvoor schrijft het ziekenhuis als<br />
eigenaar van de grond een ontwikkelingscompetitie<br />
uit, die gewonnen wordt door<br />
<strong>Bouwfonds</strong>. De opgave is bijzonder<br />
ambitieus: een kleine 400 woningen,<br />
kantoorruimte en een ondergrondse<br />
parkeergarage. Ondanks deze forse<br />
dichtheid ademt het in 2010 gerealiseerde<br />
project een parkachtige setting van<br />
individuele gebouwen in het groen, met<br />
doorzichten naar het water. De geschiedenis<br />
van het gebied is daarbij niet uitgewist.<br />
Enkele gezichtsbepalende gebouwen, zoals<br />
een historische kapel en een aantal<br />
monumentale villa’s langs de Kleine<br />
Houtweg, bleven behouden en hebben een<br />
nieuwe functie gekregen. Dat geldt ook<br />
voor het 19de eeuwse hoofdgebouw aan<br />
de Kamperlaan, waarin appartementen<br />
zijn opgenomen. De nieuwe paviljoens<br />
sluiten hier in hoogte op aan. Op deze<br />
manier is op loopafstand van park, rivier<br />
en binnenstad een hoogwaardig woon-,<br />
werk- en leefmilieu ontstaan.<br />
Het oude Haarlemse Spaarneziekenhuis.<br />
In het 19 e eeuwse hoofdgebouw zijn<br />
appartementen opgenomen<br />
Naam: Mariastichting<br />
Plaats: Haarlem<br />
<strong>Ontwikkeling</strong>: 378 woningen,<br />
tweelaagse ondergrondse<br />
parkeergarage, bergingen,<br />
10.000 m 2 kantoorruimte<br />
Architecten: Architectuurcentrale<br />
Thijs Asselbergs en FARO architecten<br />
Start ontwikkeling: 2001<br />
Start bouw: 2006<br />
Oplevering: 2010
18 februari 2013 – naw dossier #46<br />
19 naw dossier <strong>Herbestemmen</strong><br />
Lyon Islands in Lyon<br />
Van industrie- tot<br />
multifunctioneel gebied<br />
Lyon is de laatste jaren onstuimig<br />
gegroeid. De tweede stad van<br />
Frankrijk wordt steeds meer ontdekt<br />
als bestemming op het gebied<br />
van stedenbouw en architectuur.<br />
Een bijzondere herstructurering<br />
vond plaats op een schiereiland<br />
waar de Rhône en Saône samenkomen:<br />
La Confluence. <strong>Bouwfonds</strong><br />
Marignan was van de partij als<br />
ontwikkelaar.<br />
Het was een opgave waar veel stadsontwikkelaars<br />
van dromen: 150 hectare aan<br />
voormalig industrieterrein, wachtend op<br />
een nieuwe bestemming. In Lyon is die<br />
droom uitgekomen. Waar de Rhône en<br />
Saône samenkomen ligt middenin de stad<br />
een langgerekt schiereiland, dat lange tijd<br />
gebruikt werd om ongewenste industrie<br />
uit andere delen van de stad op te huisvesten.<br />
In 2003 wordt het publiek-private<br />
samenwerkingsverband opgericht dat de<br />
herstructurering van dit gebied energiek<br />
ter hand neemt. Gezien de omvang van<br />
het terrein werd gekozen voor een<br />
gefaseerde aanpak en een gemengd<br />
stedelijk programma.<br />
Wereldfaam<br />
In de eerste fase, 41 hectare langs de Saône,<br />
was <strong>Bouwfonds</strong> Marignan een van de<br />
eerste ontwikkelaars – onder leiding van<br />
een Société Publique Locale. Hier werden<br />
verschillende parken en pleinen aangelegd.<br />
Ook werden karakteristieke<br />
industriële gebouwen herontwikkeld,<br />
onder meer rondom de oude goederen-<br />
haven Port Rambaud. Veel aandacht is<br />
besteed aan de inrichting van de openbare<br />
ruimte, langs de oevers zijn aangename<br />
verblijfsplekken ontstaan. Ook voor<br />
hoogwaardig wonen werd de nodige<br />
ruimte gecreëerd. Architecten van<br />
wereldfaam tekenden hier aan bijzondere<br />
woongebouwen, met zicht op de rivier, de<br />
parken en pleinen en de stad. <strong>Bouwfonds</strong><br />
Marignan realiseerde Lyon Islands, een<br />
project met ruim 300 woningen, winkels,<br />
bedrijfsruimtes, kantoren, parkeerplaatsen<br />
en een openbaar park.<br />
Duurzaam<br />
Duurzaamheid kreeg veel aandacht en is<br />
mede door de EU ondersteund in het kader<br />
van het Europese innovatieprogramma<br />
Concerto. Het was een ambitie waarvoor<br />
<strong>Bouwfonds</strong> verschillende prijzen in de<br />
wacht sleepte. La Confluence als geheel<br />
Een van de grootste binnenstedelijke<br />
transformatieprojecten in Europa.<br />
Voorheen werd hier<br />
ongewenste industrie<br />
uit andere delen van<br />
de stad gehuisvest<br />
werd door het Wereld Natuur Fonds als<br />
eerste project in Frankrijk onderscheiden<br />
met het ‘WWF Sustainable Neighborhood’keurmerk.<br />
Het project won nog diverse<br />
andere prijzen op het gebied van duurzaam<br />
en prettig wonen. Een kroon op het<br />
werk van een bijzondere herontwikkeling,<br />
die de komende jaren verder gestalte krijgt<br />
en waarmee Lyon zichzelf nog sterker op<br />
de kaart zet.<br />
Naam: Lyon Islands<br />
Plaats: Lyon<br />
<strong>Ontwikkeling</strong>: 302 appartementen,<br />
ruim 1.940 m 2 winkelruimte, 592 m 2<br />
kantoorruimte, 423 parkeerplaatsen<br />
en openbaar park<br />
Architecten: E. Amantea Architecture,<br />
M. Fuksas Architecture, HRVS<br />
F. Vella en C. Vergely Architectures<br />
Start ontwikkeling: 2006<br />
Start bouw: 2007<br />
Oplevering: 2010
20 februari 2013 – naw dossier #46<br />
21 naw dossier <strong>Herbestemmen</strong><br />
Nieuw Kortenoord in Wageningen<br />
Van universiteitsterrein<br />
naar duurzaam<br />
woongebied<br />
De universiteit van Wageningen<br />
drukt al een eeuw lang haar<br />
stempel op de stad – ook in de<br />
stedenbouw en architectuur.<br />
Wanneer een universiteitsterrein<br />
wordt herontwikkeld, wordt<br />
die erfenis met zorg behandeld.<br />
<strong>Bouwfonds</strong> gaat bij Nieuw<br />
Kortenoord met precisie te werk<br />
en geeft gebouwen, kunst en<br />
groen een tweede leven.<br />
Bij de ontwikkeling is veel aandacht<br />
besteed aan de kwaliteit van stedenbouw,<br />
landschap en architectuur. Ook de kunst is<br />
niet vergeten; deze is vaak op een bijzondere<br />
manier geïntegreerd. Het is een<br />
erfenis die dankbaar in ontvangst wordt<br />
genomen wanneer een universiteitsterrein<br />
kan worden ontwikkeld. <strong>Bouwfonds</strong> kreeg<br />
die kans met de herontwikkeling van<br />
Nieuw Kortenoord: hier worden circa 1.200<br />
woningen in een groene setting gerealiseerd.<br />
Na het winnen van de selectie<br />
entameerde <strong>Bouwfonds</strong>, ondersteund door<br />
BOEi, op drie terreinen een zorgvuldige<br />
studie naar het universitaire erfgoed op<br />
het terrein. Allereerst zijn de herbestemmingsmogelijkheden<br />
van de bestaande<br />
gebouwen in kaart gebracht: technisch,<br />
financieel, programmatisch. Vervolgens<br />
vond, in samenwerking met de Rijksdienst<br />
voor het Cultureel Erfgoed, een waarderingsonderzoek<br />
plaats: welke gebouwen<br />
en kunsttoepassingen hebben bijzondere<br />
waarde? De derde afweging die plaatsvond<br />
was van stedenbouwkundige aard:<br />
hoe kan het erfgoed worden ingepast in de<br />
nieuwe stedenbouwkundige setting?<br />
Schakend op deze drie borden slaagde<br />
<strong>Bouwfonds</strong> erin een aantal karakteristieke<br />
elementen te behouden.<br />
Identiteit<br />
Zo worden de voormalige bibliotheek en<br />
kantine van het Entomologie-gebouw<br />
herontwikkeld tot informatiecentrum.<br />
Het laboratorium van plantenkunde<br />
Een voormalig laboratoriumgebouw van de Universiteit Wageningen<br />
heeft een nieuwe bestemming gekregen: een medisch centrum.<br />
Er volgde een zorgvuldige studie naar<br />
het universitaire erfgoed op het terrein<br />
wordt met een aantal aanpassingen het<br />
nieuwe kantoor en het laboratorium van<br />
de 50 jaar oude agrarische kennisorganisatie<br />
BLGG. Ook een ‘jong’ gebouw als het<br />
twintig jaar oude Virologie-laboratorium<br />
van Mecanoo Architecten is ingepast, met<br />
een nieuwe bestemming als medisch<br />
centrum. Een oude proefboerderij kan tot<br />
woningen worden herontwikkeld, met<br />
een tijdelijk gebruik als schaapskooi.<br />
Verder vinden verschillende kunstwerken<br />
een nieuwe plek in het plan en wordt een<br />
deel van de groenstructuur ‘hergebruikt’.<br />
Het draagt allemaal bij aan de identiteit<br />
en herkenbaarheid van het nieuwe<br />
woongebied: de lijnen uit het verleden<br />
lopen hier op een inspirerende manier<br />
door naar de toekomst.<br />
Naam: Nieuw Kortenoord<br />
Plaats: Wageningen<br />
<strong>Ontwikkeling</strong>: ca. 1.200 woningen,<br />
school, kinderopvang, medisch<br />
centrum, bedrijven, wijkpark,<br />
stedelijke waterberging<br />
Architecten: Hans Been,<br />
Mulleners + Mulleners, Edzard Prent<br />
Start ontwikkeling: 2007<br />
Start bouw: 2011<br />
Oplevering: 2012-2020<br />
Het ruim aangelegde groen zorgt direct voor een aangekleed straatbeeld.
22 februari 2013 – naw dossier #46<br />
23 naw dossier <strong>Herbestemmen</strong><br />
Brigite van Haaften, gedeputeerde provincie Noord-Brabant<br />
‘ Gevoel hebben voor<br />
het historische belang’<br />
Met de verkoop van de energiebedrijven hebben<br />
enkele provincies aan investeringsvermogen gewonnen.<br />
Noord-Brabant kiest ervoor een deel van de<br />
gelden revolverend in te zetten voor het behoud van<br />
cultureel erfgoed. Oftewel gebouwen die een bijzonder<br />
verhaal vertellen over deze provincie. ‘Dat verhaal<br />
willen we doorgeven aan nieuwe generaties’,<br />
zegt gedeputeerde Brigite van Haaften.<br />
paar jaar geleden hebben we onszelf als provincie<br />
afgevraagd: wat is de stip aan de horizon voor het<br />
Brabantse land? Een van de belangrijkste aspecten<br />
is een goed leefklimaat voor bewoners en bedrijven.<br />
‘Een<br />
Dat wordt onder andere bepaald door cultuur. Is er<br />
hier iets te doen, bruist het, is het opwindend? Maar bijvoorbeeld<br />
ook: hoe zien de openbare ruimte en de gebouwen eruit?’ Vanuit<br />
die aandacht voor ruimtelijke kwaliteit was de stap naar herbestemming<br />
van karakteristiek erfgoed niet zo groot, zo geeft Van<br />
Haaften aan. ‘Een van onze investeringsprogramma’s was al langer<br />
op het restaureren van monumenten gericht. Ook een prima<br />
manier om gebouwen te behouden, maar je moet dan meer<br />
afwachten welke aanvragen er op je pad komen. Bij herbestemmen<br />
past een actievere eigen rol.’ De gebouwen waar het hier namelijk<br />
om gaat zijn volgens Van Haaften dermate groot en interessant<br />
voor de geschiedenis van Brabant, dat deze vragen om een<br />
professionele aanpak. ‘We zijn een aantal prachtige iconen op het<br />
spoor gekomen, die niet verloren mogen gaan. Het verhaal dat<br />
hierachter schuilgaat willen we doorgeven aan nieuwe generaties.’<br />
Zelf eigenaar<br />
De provincie gaat actief op zoek naar projecten die zich potentieel<br />
lenen voor een herbestemming. Van Haaften: ‘Maar we worden<br />
ook zelf benaderd. De telefoon stond direct al roodgloeiend.’ De<br />
kansrijke projecten worden gepubliceerd in het ‘Boek der Verkenningen’<br />
dat de provincie halfjaarlijks uitgeeft. ‘Dat gebruiken we<br />
mede om onze statenleden goed op de hoogte te houden. Zij<br />
Het verhaal achter de iconen van<br />
gebouwen willen we doorgeven<br />
aan nieuwe generaties<br />
nemen uiteindelijk het go/no go-besluit.’ Inmiddels zijn twee<br />
complexen aangekocht: energiecentrale De Dongecentrale in<br />
Geertruidenberg en kloostercomplex Mariadal in Roosendaal.<br />
Voor drie andere projecten liggen de aankoopplannen gereed. De<br />
financieringsvorm die de provincie Noord-Brabant heeft gekozen<br />
weerspiegelt het commitment dat zij aan wil gaan, aldus de<br />
gedeputeerde. ‘We hebben bewust ervoor gekozen mede-eigenaar<br />
te worden van de complexen die we aankopen. De provincie<br />
verbindt zich in principe voor vijf jaar aan het project, daarna<br />
moet de herbestemming zover zijn gevorderd dat anderen het<br />
stokje kunnen overnemen.’<br />
Samenwerking opbouwen<br />
Bij de herbestemming wordt nauw samengewerkt met de<br />
gemeente en andere mede-eigenaren, zo legt Van Haaften uit.<br />
‘Gezamenlijk gaan we op zoek naar een nieuwe bestemming en<br />
een nieuwe eigenaar. In dat proces kunnen marktpartijen ook<br />
een rol spelen, waarbij zij wel moeten beseffen dat dit geen<br />
opgave is van snel geld verdienen. Dit vraagt om een betrokkenheid<br />
op de lange termijn, bij het gebouw én bij het verhaal dat<br />
daarbij hoort. Partners moeten gevoel hebben voor het historische<br />
belang en bijvoorbeeld niet per se altijd de meest commerciële<br />
functie willen huisvesten. Het heeft ook te maken met elkaar<br />
over en weer iets gunnen. Daarmee bouw je de samenwerking<br />
letterlijk vanaf de grond op.’ Voor de expertise in deze trajecten<br />
kan de provincie voor een belangrijk deel terugvallen op het<br />
eigen ontwikkelingsbedrijf, dat aangestuurd wordt door gedeputeerde<br />
Yves de Boer. ‘Vastgoedkennis is daar ruim voorhanden.<br />
Nieuw is wel onze rol van “makelen en schakelen”, oftewel hoe<br />
vind je ondernemers die met passie iets willen beginnen in een<br />
herbestemd gebouw? Dat is een inspirerende zoektocht.’<br />
Meer lezen<br />
www.brabant.nl > dossiers > cultuur ><br />
herbestemming erfgoedcomplexen<br />
Marnix van der Meer, directeur Zecc Architecten<br />
‘ Er bestaan geen<br />
standaardoplossingen’<br />
Tien jaar geleden markeerde de herbestemming<br />
van een watertoren het begin van Zecc Architecten.<br />
Marnix van der Meer begon er – niet wetende hoe<br />
complex zo’n project kan zijn – vol enthousiasme<br />
aan. Inmiddels maken herbestemmingen een<br />
substantieel deel uit van het portfolio van Zecc<br />
Architecten. ‘Er is geen standaardoplossing; al<br />
onderzoekend en ontwerpend kom je eruit.’<br />
de nieuwbouw in Nederland compleet is<br />
stilgevallen hoor je iedereen erover, maar toen<br />
wij met ons bureau begonnen was herbestemming<br />
lang niet zo hot als nu. Ik rolde er zelf ook ‘Nu<br />
min of meer toevallig in. Iemand in mijn<br />
vriendenkring had een watertoren te koop zien staan en vroeg me:<br />
kan ik daar in wonen? Enigszins bleu ging ik aan het werk om dat<br />
uit te zoeken’, zo geeft Marnix van der Meer aan. Inmiddels valt de<br />
helft van de bureauprojecten onder de noemer van herbestemming.<br />
Het werken aan bestaande gebouwen krijgt bij Zecc Architecten<br />
een gevarieerde invulling. Veel opdrachten vinden in<br />
opdracht van particulieren plaats, maar recent werd bijvoorbeeld<br />
ook het Drents Archief in Assen aangepakt. Ook BOEi is een van de<br />
opdrachtgevers. ‘De rode draad die door alle projecten heen loopt is<br />
de fascinatie voor oude gebouwen. We willen ze op zo’n manier<br />
transformeren dat er een nieuw verhaal ontstaat, een nieuwe<br />
identiteit. Dat kan op heel verschillende manieren gebeuren. Soms<br />
door er met fluwelen handschoenen mee om te gaan, terughoudend<br />
en conserverend. Soms door een stevigere aanpak, rigoureus<br />
maar wel zorgvuldig. Het vinden van die balans – wij noemen dat<br />
ook wel dare and care – is de kunst.’<br />
Laag voor laag<br />
In die zoektocht zijn er geen standaardoplossingen, zo geeft Van<br />
der Meer aan. ‘Al ontwerpend en onderzoekend kom je eruit. Wat<br />
vertelt het gebouw zelf? Welke kwaliteiten kunnen we heront-<br />
Een leegstaand monument is<br />
geen monument<br />
dekken? Vervolgens is er de combinatie met het programma: wat<br />
wil een opdrachtgever erin huisvesten? Onze kracht als architect<br />
is om op een communicatieve manier te laten zien wat de<br />
mogelijkheden zijn. We maken oude verhalen zichtbaar en geven<br />
aan welke nieuwe verhaallijn we aan een bestaand gebouw<br />
kunnen toevoegen, laag voor laag.’ Van der Meer illustreert de<br />
aanpak van een opgave die veel door zijn bureau wordt opgepakt:<br />
de watertoren. ‘Het oorspronkelijke gebruik willen we laten zien,<br />
maar ook de ruimtelijkheid uitnutten. Daarnaast vraagt de<br />
woonbestemming om extra daglichttoetreding. Daar zoeken we<br />
dan de balans tussen.’ Behoud om het behoud, daar heeft Zecc<br />
Architecten weinig mee, blijkt ook de lijst met projecten: ‘woonkapel’,<br />
‘gymzaalwoning’, ‘schoolloft’. Van der Meer: ‘Als we er niks<br />
mee mogen doen, is het voor ons niet zo interessant. Een leegstaand<br />
monument is geen monument. Soms kan het ook zinvol<br />
zijn om extra vierkante meters aan een gebouw toe te voegen.<br />
Probeer niet te veel binnen de muren van het gebouw te blijven.’<br />
Kansen zoeken<br />
Van de opdrachtgevers bij zijn projecten verlangt Van der Meer een<br />
lange adem. ‘Daarnaast moeten zij leren dat je een herbestemmingsproject<br />
niet altijd vooraf op papier kunt verkopen. Bij<br />
nieuwbouw kun je het op een Excel-sheet kloppend krijgen, maar<br />
dat is hier niet het geval. Samen met opdrachtgevers gaan we op<br />
zoek naar de kansen voor een gebouw. We ontwikkelen scenario’s,<br />
halen gebruikers erbij, onderzoeken de haalbaarheid. Het traject is<br />
complexer en opdrachtgevers moeten accepteren dat er meer<br />
onzekerheden zijn. We weten vooraf niet waar het project precies<br />
gaat eindigen. Maar dat maakt het ook weer boeiend.’
24 februari 2013 – naw dossier #46<br />
25 naw dossier <strong>Herbestemmen</strong><br />
Agnes Franzen, programmamanager TU Delft<br />
‘ Bestaande gebouwen<br />
hebben een voorsprong’<br />
Structureel hebben<br />
we te maken met te<br />
veel vierkante meters<br />
Het is een trend die al voor de crisis is ingezet: we<br />
hebben in Nederland minder vierkante meters<br />
gebouwen nodig. Gevolg: in allerlei sectoren komen<br />
panden leeg te staan. Hoe erg is dat? Onderzoeker<br />
Agnes Franzen oordeelt genuanceerd: ‘Leegstaande<br />
gebouwen maken in toenemende mate deel uit van<br />
onze gebouwde omgeving.’<br />
Aan de afdeling Real Estate & Housing van de TU<br />
Delft wordt volop onderzoek gedaan naar herbestemming.<br />
De variatie aan typen gebouwen<br />
waarbij een mogelijke nieuwe bestemming speelt<br />
is groot, zo geeft Agnes Franzen aan. ‘Of het nu gaat<br />
om kantoren of winkels, om kerken of om industrieel erfgoed: in<br />
al deze segmenten is sprake van overaanbod. Dat is niet per se<br />
crisisgerelateerd. Het heeft zeker ook te maken met de mismatch<br />
die er in nagenoeg alle segmenten bestaat tussen vraag en<br />
aanbod. Structureel hebben we te maken met te veel vierkante<br />
meters. Het is goed je dat vooraf te realiseren wanneer we het<br />
over de kansen voor een herbestemming hebben.’ In hoeverre een<br />
herbestemming haalbaar is, hangt volgens Franzen sterk af van<br />
de locatie. ‘Daar wordt de ABCD-indeling voor gebruikt: van<br />
economische groeigebieden via beperkte groei en balansgebieden<br />
naar krimpgebieden. In wat voor gebied een project gelegen is,<br />
maakt behoorlijk veel uit. Zeker nu de economische en demografische<br />
verschillen tussen regio’s scherp toenemen.’<br />
Waarde toevoegen<br />
De situatie op de markt en de locatie in het bijzonder zijn daarmee<br />
net zo bepalend als bij een ‘gewoon’ vastgoedproject, aldus<br />
Franzen. ‘Deze factoren bepalen in sterke mate de investeringskansen.<br />
Neem bijvoorbeeld een project als de Hermitage in<br />
Amsterdam: een voormalig verzorgingshuis wordt museum. De<br />
ligging in Amsterdam, prominent aan de Amstel, helpt dan een<br />
behoorlijk handje mee.’ Maar ook in een gebied als Heerlen liggen<br />
kansen; kijk naar het C-Mill-project in Heerlen, waar een oud<br />
Philips-terrein wordt herontwikkeld voor allerlei bedrijven. Een<br />
ontwikkelaar ziet daar kansen om waarde toe te voegen, door<br />
slim in te spelen op veranderingen in onze economie en concepten<br />
uit de hotelbusiness te integreren in de dienstverlening. We<br />
groeien steeds meer toe naar een beleveniseconomie. Daarin<br />
hebben bestaande gebouwen een voorsprong, ook als aanjager in<br />
een grotere gebiedsontwikkeling. Mensen hebben er al een<br />
bepaalde associatie mee, in de nieuwbouw moet dat vanaf<br />
scratch worden gemaakt.’<br />
Naast marktkansen kunnen er andere drivers zijn voor herbestemming.<br />
Franzen hierover: ‘Maatschappelijke urgentie kan ook<br />
een belangrijke kracht zijn. Mooi voorbeeld is de aanpak van het<br />
Friese dorp Holwerd, waar inwoners zagen dat in het centrum<br />
steeds meer panden leeg kwamen te staan. De vraag was: hoe<br />
behoud je hier waarde? Economisch, maar zeker ook sociaal. De<br />
bewoners bedachten wat zij zelf konden doen om het tij te keren<br />
en stelden met de SEV een “aanvalsplan krimp” op, dat uitgewerkt<br />
werd in verschillende scenario’s.’<br />
Tij keren<br />
In het buitenland zijn hier ook voorbeelden van te vinden.<br />
Franzen noemt Detroit als stad met een extreme vorm van krimp:<br />
‘Bewoners denken daar op straatniveau na over hoe zij het tij<br />
kunnen keren. Dat zorgt tegelijkertijd voor een versterking van<br />
de lokale gemeenschap. Ook in Nederland zien we een beweging<br />
naar een grotere betrokkenheid van burgers bij hun directe<br />
woonomgeving.’ Een derde optie die Franzen noemt voor een<br />
leegstaand gebouw wordt wellicht nog te weinig beproefd:<br />
‘Gewoon nog even wat langer leeg laten staan. We zijn in<br />
Nederland gewend om alles evenveel aandacht te geven,<br />
maar herbestemming gaat ook over het durven accepteren van<br />
verschillen. Niet alles kan tegelijk worden opgepakt.’<br />
Arno Boon, directeur BOEi<br />
‘ Iconen van<br />
stad en land’<br />
Het is een hele mond vol – de Nationale Maatschappij<br />
tot Behoud, <strong>Ontwikkeling</strong> en Exploitatie van industrieel<br />
erfgoed, kortweg BOEi: deze organisatie is<br />
sinds de oprichting medio jaren negentig van de<br />
vorige eeuw een begrip geworden, met tientallen<br />
herbestemmingen op de palmares. Van rusten op de<br />
lauweren is evenwel geen sprake, zo maakt directeur<br />
Arno Boon duidelijk.<br />
Wie actief is in de wereld van herbestemming,<br />
heeft met allerlei verschillende sectoren te<br />
maken – elk met een eigen dynamiek. Arno<br />
Boon laat er enkele de revue passeren.<br />
Boerderijen, industrieel erfgoed, kerken: stuk<br />
voor stuk gebouwen met een historie, waar een grote emotionele<br />
lading aan kan kleven. Het was diezelfde emotie – maar dan in<br />
positieve zin – die hijzelf voelde toen hij zijn eerste stapjes op het<br />
herbestemmingspad zette. ‘In de jaren tachtig ervoer ik in de<br />
woon- en kraakbeweging hoe je met weinig geld een nieuw leven<br />
aan een gebouw kunt geven. Die ervaring kwam van pas toen ik in<br />
Wageningen een oude steenfabriek een nieuwe invulling mocht<br />
geven. Dat hebben we onder de vlag van een stichting gedaan, met<br />
lokale notabelen in het bestuur. Later hebben we met enkele<br />
studiegenoten een bedrijf opgericht dat nog twee andere projecten<br />
heeft herbestemd. Ook toen al draaiden we quitte, kaskrakers<br />
waren het niet.’<br />
Aan tafel komen<br />
Dat was in een tijd waarin herbestemming nog niet sexy was,<br />
aldus Boon: ‘Vastgoed was destijds vooral heel fast. Toch zagen de<br />
oprichters van BOEi in dat er wel degelijk kansen lagen in een<br />
andere manier van ontwikkelen.’ Boon kwam in 2002 in contact<br />
met BOEi en kreeg de vraag voorgelegd of hij ervoor kon zorgen<br />
dat BOEi op een aantal plekken echt ‘aan tafel’ kon komen. ‘Dat<br />
lukte, waarbij ik al snel ontdekte dat ons product niet zozeer het<br />
De grootste uitdaging is<br />
om mensen te vinden die<br />
dit werk aankunnen<br />
erfgoed is, als wel het herbestemmen, het proces zelf. De aanvankelijke<br />
gedachte om vooral woningen in oude fabrieken te gaan<br />
maken raakte al snel uit beeld; dat deden marktpartijen zelf al<br />
genoeg. Onze niche lag veel meer in bijvoorbeeld bedrijfsverzamelconcepten<br />
in monumentale gebouwen. Een mix van commerciële,<br />
culturele en maatschappelijke functies. Op objectniveau vaak een<br />
onrendabele top; ingebed in gebiedsontwikkeling vaak de motor<br />
van zo’n gebiedsontwikkeling en wél – indirect – rendabel. Het<br />
blijkt zelfs opschaalbaar naar een gebiedsontwikkeling, zoals we<br />
nu in Hengelo laten zien. Het is werken met allerlei doelgroepen<br />
en huurders, van 25 tot 2500 m 2 . Dat vergt veel gesprekken,<br />
bepaald dus niet easy does it. Maar door die mix en variatie wordt<br />
het geheel veel minder kwetsbaar voor de conjunctuur.’ Iconen<br />
van stad en land, daar is BOEi voortdurend naar op zoek. Om<br />
vervolgens in een proces van ‘rekenen en tekenen’ tot haalbare<br />
herbestemmingen te komen. Een vak apart, aldus Boon: ‘Huurders<br />
vinden we wel, geld is moeilijk maar lukt ook nog steeds. De<br />
grootste uitdaging is om mensen te vinden die dit werk aankunnen.<br />
Ervaring met herbestemmen is een must.’<br />
Ruk aan stuur<br />
Kijkend naar de toekomst constateert Boon dat de aandeelhouders<br />
van BOEi, waaronder <strong>Bouwfonds</strong>, geconfronteerd worden met een<br />
stevige heroriëntatie in de markt. ‘Uitbreidingen zijn passé, er is<br />
meer dan voldoende voorraad om al onze programma’s te huisvesten.<br />
Ik pleit daarom voor een stevige ruk aan het stuur en een veel<br />
forsere inzet op herbestemming en transformatie. De vraag is dan:<br />
kan de vastgoedsector zichzelf opnieuw uitvinden? De oplossingen<br />
van gisteren zijn geen antwoord meer op de vragen van vandaag<br />
en morgen. Voor de politiek ligt daar ook een rol in weggelegd.<br />
Waarom zet de landelijke politiek niet veel sterker in op een aanpak<br />
van bestaande gebouwen? Dat vraagt investeringen, maar levert<br />
ook veel op. Werkgelegenheid, maar ook verduurzaming van<br />
karakteristieke gebouwen waar we nog lang plezier van hebben,<br />
ook in economisch opzicht.’
aw.nl<br />
26 februari 2013 – naw dossier #46<br />
27 naw dossier <strong>Herbestemmen</strong><br />
overzicht<br />
Dit is de nieuwste editie in een reeks dossiers rond<br />
gebiedsontwikkeling onder de vlag van het NAW<br />
platform. Eerdere publicaties kunt u nog<br />
nabestellen of downloaden via www.naw.nl.<br />
Daar kunt u zich ook aanmelden wanneer u het<br />
NAW magazine wilt ontvangen.<br />
<strong>Bouwfonds</strong> <strong>Ontwikkeling</strong> dossier #38 22 jaar <strong>Bouwfonds</strong> Cultuurfonds<br />
oktober 2012 #45<br />
65 jaar<br />
<strong>Bouwfonds</strong><br />
dossier<br />
65 jaar <strong>Bouwfonds</strong><br />
oktober 2012<br />
december 2010 #38<br />
22 Jaar<br />
<strong>Bouwfonds</strong><br />
Cultuurfonds<br />
dossier<br />
22 Jaar <strong>Bouwfonds</strong><br />
Cultuurfonds<br />
december 2010<br />
1<br />
juni 2009 #32<br />
<strong>Bouwfonds</strong><br />
als partner in<br />
grondexploitatie<br />
dossier<br />
<strong>Bouwfonds</strong> als<br />
partner in grondexploitatie<br />
juni 2009<br />
juni 2012 #44<br />
Duurzaamheid in<br />
een nieuwe realiteit<br />
dossier<br />
Duurzaamheid in<br />
een nieuwe realiteit<br />
juni 2012<br />
september 2010 #37<br />
De nieuwe<br />
ontwikkelaar<br />
dossier<br />
De nieuwe<br />
ontwikkelaar<br />
september 2010<br />
1 naw dossier over wonen in de Randstad<br />
april 2009 #31<br />
Wonen in<br />
de Randstad<br />
dossier<br />
Wonen in de<br />
Randstad<br />
april 2009<br />
dossier<br />
Klantparticipatie<br />
dossier<br />
Klantparticipatie<br />
maart 2012<br />
juni 2010 #36<br />
Wonen<br />
en senioren<br />
1 naw dossier over betaalbare woningen<br />
december 2008<br />
Betaalbare<br />
woningen<br />
REG I E<br />
dossier<br />
Wonen en senioren<br />
juni 2010<br />
dossier<br />
Betaalbare<br />
woningen<br />
december 2008<br />
december 2011 #42<br />
Onderzoeksdossier:<br />
Woningmarkten<br />
Frankrijk,<br />
Duitsland<br />
en Nederland<br />
dossier<br />
Onderzoek woningmarkten<br />
DuNeFra<br />
december 2011<br />
1 naw dossier Consument en duurzaamheid<br />
April 2010, speciale uitgave<br />
Consument<br />
en duurzaamheid<br />
Verslag van het grootschalig landelijk<br />
woonconsumentenonderzoek 'Baat het<br />
niet, dan gaat het niet' naar markt- en<br />
prijsacceptatie van energiezuinige<br />
nieuwbouwwoningen.<br />
dossier<br />
extra dossier<br />
Consument en<br />
duurzaamheid<br />
april 2010<br />
maart 2010 #35<br />
Binnenstedelijk<br />
ontwikkelen<br />
1 september 2008 – naw dossier<br />
2 naw dossier over gebiedsontwikkeling en voorzieningen<br />
september 2008<br />
www.naw.nl<br />
extra dossier<br />
Leren van gebiedsont -<br />
wikkeling in England<br />
november 2008<br />
<strong>Bouwfonds</strong> Property Development Gebiedsontwikkeling en voorzieningen<br />
september 2011 #41<br />
Sturen<br />
op grond<br />
dossier<br />
Sturen op grond<br />
september 2011<br />
dossier<br />
Binnenstedelijk<br />
ontwikkelen<br />
maart 2010<br />
gebieds <br />
ontwikkeling<br />
en voorzieningen<br />
dossier<br />
Gebiedsontwikkeling<br />
en voorzieningen<br />
september 2008<br />
juni 2011 #40<br />
Woning-<br />
plattegronden<br />
december 2009 #34<br />
Duurzame<br />
gebieds-<br />
ontwikkeling<br />
1 naw dossier over gebiedsontwikkeling en openbaar vervoer<br />
juni 2008<br />
gebieds <br />
ontwikkeling<br />
en openbaar<br />
vervoer<br />
Onderzoek door dr. ir. Rob van der Bijl<br />
www.naw.nl<br />
HOOFDKANTOOR<br />
<strong>Bouwfonds</strong> MAB <strong>Ontwikkeling</strong> B.V.<br />
Displayweg 8<br />
3821 BT Amersfoort<br />
Postbus 15<br />
3870 DA Hoevelaken<br />
T 033 253 97 00<br />
F 033 253 96 85<br />
E ontwikkeling@bouwfonds.nl<br />
MULTIFUNCTIONELE PROJECTEN<br />
EN COMMERCIEEL VASTGOED<br />
Wijnhaven 60<br />
Postbus 19412<br />
2500 CK Den Haag<br />
T 070 306 84 00<br />
F 070 354 36 18<br />
E ontwikkeling@bouwfonds.nl<br />
REGIO NOORD-OOST<br />
Grote Voort 221<br />
Postbus 10054<br />
8000 GB Zwolle<br />
T 038 425 44 40<br />
F 038 425 44 41<br />
E ontwikkeling.zwolle@bouwfonds.nl<br />
REGIO MIDDEN-OOST<br />
De Brand 30<br />
Postbus 1<br />
3800 AA Amersfoort<br />
T 033 453 41 11<br />
F 033 453 41 90<br />
E ontwikkeling.amersfoort@bouwfonds.nl<br />
REGIO NOORD-WEST<br />
Schipholpoort 64<br />
Postbus 4376<br />
2003 EJ Haarlem<br />
T 023 530 66 03<br />
F 023 536 63 94<br />
E ontwikkeling.haarlem@bouwfonds.nl<br />
REGIO ZUID-WEST<br />
Poortweg 4b<br />
Postbus 75<br />
2600 AB Delft<br />
T 015 268 08 08<br />
F 015 262 33 63<br />
E ontwikkeling.delft@bouwfonds.nl<br />
REGIO ZUID-WEST, vestiging Zeeland<br />
’s-Heer Hendrikskinderendijk 111<br />
Postbus 379<br />
4460 AT Goes<br />
T 0113 256 500<br />
F 0113 256 501<br />
E ontwikkeling.zeeland@bouwfonds.nl<br />
REGIO ZUID<br />
Vestdijk 61<br />
Postbus 6540<br />
5600 HM Eindhoven<br />
T 040 265 98 59<br />
F 040 246 40 40<br />
E ontwikkeling.eindhoven@bouwfonds.nl<br />
BOUWFONDS MAB ONTWIKKELING DOSSIER # 27 INNOVATIE IN DUURZAAMHEID<br />
maart 2011 #39<br />
Onderzoeksdossier<br />
stedelijke<br />
woonmilieus<br />
DEF-NAW_dossier_39_2011_OMSLAG.indd 1-2 11-3-11 10:00<br />
dossier<br />
Woningplattegronden<br />
juni 2011<br />
dossier<br />
Duurzame gebiedsontwikkeling<br />
oktober 2009<br />
dossier<br />
Gebiedsontwikkeling<br />
en openbaar vervoer<br />
juni 2008<br />
dossier<br />
Onderzoeksdossier<br />
stedelijke woonmilieus<br />
maart 2011<br />
Kust en kade<br />
dossier<br />
Kust en kade<br />
september 2009<br />
Dossier Innovatie in duurzaamheid<br />
• Op duurzame wijze omgaan met de omgeving<br />
• Vastgoedsector moet discussie losmaken<br />
• Deze planeet beter achterlaten dan hij is gevonden<br />
dossier<br />
Innovatie in<br />
duurzaamheid<br />
winter 2007<br />
HOOFDKANTOOR<br />
<strong>Bouwfonds</strong> MAB <strong>Ontwikkeling</strong> B.V.<br />
Displayweg 8<br />
3821 BT Amersfoort<br />
Postbus 15<br />
3870 DA Hoevelaken<br />
T 033 253 97 00<br />
F 033 253 96 85<br />
E ontwikkeling@bouwfonds.nl<br />
MULTIFUNCTIONELE PROJECTEN<br />
EN COMMERCIEEL VASTGOED<br />
Wijnhaven 60<br />
Postbus 19412<br />
2500 CK Den Haag<br />
T 070 306 84 00<br />
F 070 354 36 18<br />
E ontwikkeling@bouwfonds.nl<br />
REGIO NOORD-OOST<br />
Grote Voort 221<br />
Postbus 10054<br />
8000 GB Zwolle<br />
T 038 425 44 40<br />
F 038 425 44 41<br />
E ontwikkeling.zwolle@bouwfonds.nl<br />
REGIO MIDDEN-OOST<br />
De Brand 30<br />
Postbus 1<br />
3800 AA Amersfoort<br />
T 033 453 41 11<br />
F 033 453 41 90<br />
E ontwikkeling.amersfoort@bouwfonds.nl<br />
REGIO NOORD-WEST<br />
Schipholpoort 64<br />
Postbus 4376<br />
2003 EJ Haarlem<br />
T 023 530 66 03<br />
F 023 536 63 94<br />
E ontwikkeling.haarlem@bouwfonds.nl<br />
REGIO ZUID-WEST<br />
Poortweg 4b<br />
Postbus 75<br />
2600 AB Delft<br />
T 015 268 08 08<br />
F 015 262 33 63<br />
E ontwikkeling.delft@bouwfonds.nl<br />
REGIO ZUID-WEST, vestiging Zeeland<br />
’s-Heer Hendrikskinderendijk 111<br />
Postbus 379<br />
4460 AT Goes<br />
T 0113 256 500<br />
F 0113 256 501<br />
E ontwikkeling.zeeland@bouwfonds.nl<br />
REGIO ZUID<br />
Vestdijk 61<br />
Postbus 6540<br />
5600 HM Eindhoven<br />
T 040 265 98 59<br />
F 040 246 40 40<br />
E ontwikkeling.eindhoven@bouwfonds.nl<br />
BOUWFONDS MAB ONTWIKKELING DOSSIER # 26 MIXED-USE IN KLEINE KERNEN<br />
Dossier Mixed-use in kleine kernen<br />
• Kansen om leefbaarheid te verbeteren<br />
• Betrokkenheid van bewoners is groot<br />
• Puzzelen op de vierkante meter<br />
dossier<br />
Mixed-use in kleine<br />
kernen<br />
najaar 2007<br />
publicatie<br />
Welstand in<br />
ontwikkeling<br />
voorjaar 2006<br />
dossier<br />
Toekomst landelijk<br />
gebied<br />
voorjaar 2005<br />
dossier<br />
Winkelen<br />
zomer 2003<br />
HOOFDKANTOOR<br />
<strong>Bouwfonds</strong> MAB <strong>Ontwikkeling</strong> B.V.<br />
Displayweg 8<br />
3821 BT Amersfoort<br />
Postbus 15<br />
3870 DA Hoevelaken<br />
T 033 253 97 00<br />
F 033 253 96 85<br />
E ontwikkeling@bouwfonds.nl<br />
MULTIFUNCTIONELE PROJECTEN<br />
EN COMMERCIEEL VASTGOED<br />
Wijnhaven 60<br />
Postbus 19412<br />
2500 CK Den Haag<br />
T 070 306 84 00<br />
F 070 354 36 18<br />
E ontwikkeling@bouwfonds.nl<br />
REGIO NOORD-OOST<br />
Grote Voort 221<br />
Postbus 10054<br />
8000 GB Zwolle<br />
T 038 425 44 40<br />
F 038 425 44 41<br />
E ontwikkeling.zwolle@bouwfonds.nl<br />
REGIO MIDDEN-OOST<br />
De Brand 30<br />
Postbus 1<br />
3800 AA Amersfoort<br />
T 033 453 41 11<br />
F 033 453 41 90<br />
E ontwikkeling.amersfoort@bouwfonds.nl<br />
REGIO NOORD-WEST<br />
Schipholpoort 64<br />
Postbus 4376<br />
2003 EJ Haarlem<br />
T 023 530 66 03<br />
F 023 536 63 94<br />
E ontwikkeling.haarlem@bouwfonds.nl<br />
REGIO ZUID-WEST<br />
Poortweg 4b<br />
Postbus 75<br />
2600 AB Delft<br />
T 015 268 08 08<br />
F 015 262 33 63<br />
E ontwikkeling.delft@bouwfonds.nl<br />
REGIO ZUID-WEST, vestiging Zeeland<br />
’s-Heer Hendrikskinderendijk 111<br />
Postbus 379<br />
4460 AT Goes<br />
T 0113 256 500<br />
F 0113 256 501<br />
E ontwikkeling.zeeland@bouwfonds.nl<br />
REGIO ZUID<br />
Vestdijk 61<br />
Postbus 6540<br />
5600 HM Eindhoven<br />
T 040 265 98 59<br />
F 040 246 40 40<br />
E ontwikkeling.eindhoven@bouwfonds.nl<br />
BOUWFONDS MAB ONTWIKKELING DOSSIER # 24 GEBIEDSONTWIKKELING IN INTERNATIONAAL PERSPECTIEF<br />
Dossier Gebiedsontwikkeling in<br />
internationaal perspectief<br />
• Van monofunctioneel naar multifunctioneel<br />
• Kansen voor stedelijk programma<br />
• Analyse en conceptvorming noodzakelijk<br />
dossier<br />
Gebiedsontwikkeling<br />
in internationaal<br />
perspectief zomer 2007<br />
dossier<br />
Trends en ontwikkelingen<br />
in retail<br />
voorjaar 2006<br />
dossier<br />
Infra knooppunten<br />
winter 2004<br />
dossier<br />
Integrale projecten<br />
voorjaar 2003<br />
Sterk in grondexploitatie<br />
Samenwerken in integrale gebiedsontwikkeling<br />
publicatie<br />
Sterk in<br />
grondexploitatie<br />
juni 2007<br />
publicatie<br />
Betaalbare<br />
woningen<br />
winter 2005<br />
dossier<br />
Waterfrontontwikkeling<br />
najaar 2004<br />
dossier<br />
Grondbeleid<br />
winter 2002<br />
dossier<br />
Stadsreparatie<br />
voorjaar 2007<br />
dossier<br />
Starters op de<br />
woningmarkt<br />
winter 2005<br />
dossier<br />
Publiek-Private<br />
Samenwerking<br />
zomer 2004<br />
dossier<br />
Appartementen-<br />
markt<br />
najaar 2002<br />
dossier<br />
Buiten bouwen<br />
is maatwerk<br />
winter 2006<br />
dossier<br />
Woonwijk van<br />
de toekomst<br />
najaar 2005<br />
dossier<br />
Ruimtelijke<br />
ontwikkeling<br />
voorjaar 2004<br />
dossier<br />
Concept- en gebiedsontwikkeling<br />
zomer 2002<br />
dossier<br />
Grondbeleid<br />
in discussie<br />
najaar 2006<br />
publicatie<br />
Niet polderen<br />
maar rekenen<br />
zomer 2005<br />
dossier<br />
Kantorenmarkt<br />
winter 2003<br />
dossier<br />
Wonen & Werken<br />
voorjaar 2002<br />
dossier<br />
Senioren en wonen<br />
zomer 2006<br />
dossier<br />
Gemengde<br />
projecten in de stad<br />
zomer 2005<br />
dossier<br />
Woningmarkt<br />
najaar 2003<br />
dossier<br />
Stedelijke<br />
vernieuwing<br />
winter 2001
www.naw.nl