11.08.2015 Views

de vrijheid van een christen, 1520 - Geschriften van Maarten Luther

de vrijheid van een christen, 1520 - Geschriften van Maarten Luther

de vrijheid van een christen, 1520 - Geschriften van Maarten Luther

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

28. Vóór an<strong>de</strong>ren uit heeft ook <strong>de</strong> gezegen<strong>de</strong> maagd [Maria] <strong>van</strong> hetzelf<strong>de</strong> geloof <strong>een</strong>voorbeeld gegeven, toen zij, zoals Luk. 2 ons mee<strong>de</strong>elt naar <strong>de</strong> wet <strong>van</strong> Mozes zichliet reinigen, naar <strong>de</strong> wijze <strong>van</strong> alle vrouwen, ofschoon zij toch door zulk <strong>een</strong> gebod[<strong>van</strong> <strong>de</strong> reiniging] niet gebon<strong>de</strong>n was, en zij aan reiniging g<strong>een</strong> behoefte had. Ennochtans on<strong>de</strong>rwierp zij zich aan het gebod, vrijwillig en met lief<strong>de</strong>, en zij stel<strong>de</strong> zichop één lijn. met <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re vrouwen, om <strong>de</strong>ze niet te ergeren of te verachten. Zij is<strong>de</strong>rhalve niet gerechtvaardigd door dit werk, maar als rechtvaardige <strong>de</strong>ed zij het dooreigen aandrift en vrijwillig; zó moeten ook onze werken door ons wor<strong>de</strong>n gedaan nietopdat wij er door gerechtvaardigd wor<strong>de</strong>n, daar wij, tevoren door het gelóófgerechtvaardigd, alles vrijwillig en met opgewekte zin moeten doen, omwille <strong>van</strong>an<strong>de</strong>ren.Ook <strong>de</strong> heilige Paulus besneed zijn leerling Tirnotheüs, niet omdat <strong>de</strong>ze <strong>de</strong> besnij<strong>de</strong>nisnodig had ter gerechtigheid, maar om niet <strong>de</strong> Jo<strong>de</strong>n, die zwak waren in het geloof,aanstoot te geven en om hen niet te verachten; zulke Jo<strong>de</strong>n, die er nog niet toe warengekomen om te staan in <strong>de</strong> <strong>vrijheid</strong> <strong>van</strong> het geloof. Maar daartegenover, toen zij <strong>de</strong><strong>vrijheid</strong>, waarin het geloof ons stelt, verachtten en betoog<strong>de</strong>n dat <strong>de</strong> besnij<strong>de</strong>nis noodzakelijkwas tot gerechtigheid, heeft hij daartegen weerstand gebo<strong>de</strong>n en heeft er nietin bewilligd dat ook Titus zou besne<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n, Gal. 2: 3. Want evenals hij niemandszwakheid in het geloven wil<strong>de</strong> ergeren of verachten en dus op <strong>de</strong> tijd dat hem ditnodig sch<strong>een</strong> naar hun wens han<strong>de</strong>l<strong>de</strong>, zo ook heeft hij te an<strong>de</strong>rer zij<strong>de</strong> niet gewild,dat <strong>de</strong> <strong>vrijheid</strong>, waarin het geloof ons stelt, zou beledigd of veracht wor<strong>de</strong>n door verstoktewerkheiligen; en daarom sloeg hij <strong>een</strong> mid<strong>de</strong>nweg in; ten tij<strong>de</strong> dat 't nodigbleek verschoon<strong>de</strong> hij <strong>de</strong> zwakken, maar steeds weerstond hij <strong>de</strong>genen die zich in hundwaling had<strong>de</strong>n verstokt, om allen te bekeren tot <strong>de</strong> <strong>vrijheid</strong> waarin het geloof <strong>de</strong><strong>christen</strong> stelt. Met hetzelf<strong>de</strong> ijverig streven naar het betamen<strong>de</strong> moeten ook wijhan<strong>de</strong>len, nl. zó dat we <strong>de</strong> zwakken in het geloof op<strong>van</strong>gen, zoals Rom. 14: 1 onsleert, maar <strong>de</strong> leraars die met verstoktheid <strong>de</strong> werken aanprijzen ten sterkste weerstaan- waarover we hierna meer in <strong>de</strong>n bre<strong>de</strong> zullen spreken.Ook Christus - in Mattheüs 17 wordt het ons verhaald - toen <strong>de</strong> ont<strong>van</strong>gers hethoofdgeld <strong>van</strong> zijn discipelen eisten - stel<strong>de</strong> aan Petrus <strong>de</strong> vraag of koningskin<strong>de</strong>renniet <strong>van</strong> belasting betalen waren vrijgesteld; maar nadat Petrus <strong>een</strong> bevestigendantwoord op die vraag had gegeven, liet Hij hem toch naar het meer gaan en zei<strong>de</strong>:“Opdat we hun g<strong>een</strong> ergernis geven, ga vissen, en neem <strong>de</strong> vis die het eerst zalbovenkomen, en open <strong>de</strong> bek <strong>van</strong> het dier en gij zult er <strong>een</strong> stater in vin<strong>de</strong>n, <strong>een</strong>zilverstuk; welnu, neem dat en geef het [<strong>de</strong> belastinggaar<strong>de</strong>r] voor is en voor mij”. Ditvoorbeeld heeft grote waar<strong>de</strong> voor het vooropgestel<strong>de</strong> woord waarin Christus Zich en<strong>de</strong> zijnen vrijen en koningskin<strong>de</strong>ren noemt die aan niets gebrek hebben, en tochvrijwillig zich aan wetten on<strong>de</strong>rwerpt en belasting betaalt. Zo weinig <strong>de</strong>rhalve ditwerk voor Christus noodzakelijk of nuttig was tot gerechtigheid of zaligheid, even zoweinig hebben alle an<strong>de</strong>re werken <strong>van</strong> Hem of <strong>van</strong> <strong>de</strong> zijnen waar<strong>de</strong> tot [hetverkrijgen <strong>van</strong>] gerechtigheid, omdat ze alle, nádat <strong>de</strong> gerechtigheid er te voren reedswas en geheel vrijwillig, gedaan zijn, all<strong>een</strong> tot dienstbetoon <strong>van</strong> an<strong>de</strong>ren en als voorbeel<strong>de</strong>n[voor hen].Van gelijke betekenis zijn <strong>de</strong> dingen die Paulus in Rom. 13 en Titus 3 beveelt, dat we<strong>de</strong> over ons gestel<strong>de</strong> machten on<strong>de</strong>rdanig moeten zijn en bereid tot alle goed werk,niet opdat we daardoor gerechtvaardigd wor<strong>de</strong>n, immers we zijn reeds gerechtvaardigddoor het geloof, maar opdat we in <strong>vrijheid</strong> <strong>van</strong> geest daardoor an<strong>de</strong>ren en <strong>de</strong>over ons gestel<strong>de</strong> machten zullen dienen en hun wil in vrijwillig lief<strong>de</strong>betoon zullengehoorzaam zijn. In zodanige zin moeten ook <strong>de</strong> werken <strong>van</strong> alle college's, kloosterlingenen priesters gedaan wor<strong>de</strong>n, dat ie<strong>de</strong>r <strong>de</strong> werken, die bij zijn beroep en staat121

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!