Productcatalogus 2009/2010 - Ecom instruments

Ontstekingsbeveiligingsklasse
Type ontstekingsbeveiliging
Explosiebeveiliging
Basis en methodiek
Algemene
vereisten
Speciale vereisten
voor uitrusting in
Groep II
Categorie 1 in
gasatmosfeer
Intrinsieke
veiligheidswaarde
12
Betekenis Symbool Basis principe
Bijzondere aandacht schenken voor Zone 0:
Oppervlaktetemperatuur 80% van de ontstekingstemperatuur van het gas, zelfs bij zelden optreden
van storingen (alsook informatie met betrekking tot temperatuur veiligheidsafstand in
“Stof-Ex-zone”)
Speciale vereisten voor het vervaardigen en testen van elektrische apparaten voor gebruik in
Ex-zone.
Gebruik
(zone)
Ex ia of Ex
ma*
Zone 0 Veiligheid
- zelfs bij het voorkomen van 2 separate
apparaatfouten of
- bij storing van een technische veiligheidsmaatregel veroorzaakt door een 2de onafhankelijke
veiligheidsmaatregel
Ex i Door ontwikkeling van niet-toegelaten hoge temperaturen, vonken of kortsluiting te vermijden
van stroomonderbreking in het circuit
UItleg in detail:
ia = gebruik in zone 1, 2, (0) met in achtname van andere normen! (afhankelijk van apparaatcategorie)
ib = gebruik in zone 1, 2 (afhankelijk van apparaatcategorie)
ic = gebruik in zone 2 (normale werking, geen fouten)
Inkapseling Ex m Inkapseling van de ontstekingsbron in een mortelpasta voorkomt ontsteking van de atmosfeer
Verhoogde
veiligheid
UItleg in detail:
ma = gebruik in zone 1, 2, (0) - met in achtname van andere normen! (afhankelijk van apparaatcategorie)
mb = gebruik in zone 1, 2 (afhankelijk van apparaatcategorie)
Ex e Van toepassing op uitrusting of haar componenten welke, onder normale omstandigheden geen vonken of
kortsluiting maken, geen gevaarlijk temperaturen overnemen en welke de 11 kV niet overschrijden.
Olie - inkapseling Ex o Door uitrusting of haar componenten in oliebad ondergedompeld te houden, welke hun scheidt van de Exatmosfeer.
Overdruk-inkapseling
Ex px Ontstekingsbron ingesloten door een in overdruk staand ontstekingsbeveiligend
gas, welke de atmosfeer niet kan binnendringen.
Detail: px = reductive van zone 1 of groep 1 naar „niet-explosief
py = reductie van zone 1 naar zone 2 (binnen de overdrukinkapseling)
pz = reductive van zone 2 naar “niet-explosief” (binnen de overdrukinkapseling)
Zand-inkapseling Ex q Ontstekingsbron ingesloten door fijn zand- deze voorkomt de ontsteking in omgevings ex-atmosfeer door bvb
een vonk.
Ontstekingsbeveiliging
(vuurvast)
Beschermingsklasse
“n”
Algemene
vereisten
Beveiliging door
behuizing (stof
atmosfeer)
Ex d Bij een ontsteking van binnen de behuizing, blijft de ontploffing verzegeld binnenin, en kan niet
naar de buitenliggende atmosfeer overgedragen worden.
Ex n Zone 2 Licht vereenvoudigde toepassing van andere ontstekingsklassen Zone 2. Uitrusting in deze klasse verzekert
veiligheid tijdens normale werking.
Detail: nA = niet-vonkende elektrische uitrusting
nC = vonkende uitrusting met beveiligde contacten
nR = beperkte dampdoor laatbaarheid
nL = uitrusting en kringen met beperkte energie
nZ = uitrusting met n- overdrukinkapseling
Algemene vereisten voor het ontwerpen, bouwen en testen van elektrische apparatuur voor gebruik
in ex-zones stof.
Nieuw:
Ex tD xxx
IPxx Txx
Oud:
Txx°C IPxx
* of mogelijke combinatie van 2 aparte ontstekingsbeveiligingstype
Toepassing van een stof-vrije of stofbeveiligde behuizing met een maximum oppervlakte temperatuurs-limiet.
Bestemming:
De ontstekingsbeveiliging type “tD” is gevolgd met letter A of B (= test procedure waarvoor behuizing getest
werd), zone aanduiding, IP-beveiligingsklasse in test procedure A en maximum behuizingtemperatuur
(. Ex tD A22 IP54 T °C).
* IP x enkel bij niet geleidende stofsoorten
Norm
Steeds geldig
EN 00 9-0
0, 1 en 2 EN 00 9-2
0, 1 of 2 EN 00 9-11
0, 1 of 2 EN 00 9-18
1 of 2 EN 00 9-
1 of 2 EN 00 9-
1 of 2 EN 00 9-2
1 of 2 EN 00 9-
1 of 2 EN 00 9-1
2 EN 00 9-1
20, 21
(IP x)
22
(IP x,
IP x
mogelijk*)
EN 12 1-0
EN 12 1-1