03.05.2013 Views

Bijlage 6 Archeologisch vervolgonderzoek Centrumplan

Bijlage 6 Archeologisch vervolgonderzoek Centrumplan

Bijlage 6 Archeologisch vervolgonderzoek Centrumplan

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

B&G rapport 1288<br />

Versie 1.0 (concept)<br />

(ARCHIS-onderzoek 27725). De tweede ligt op circa 230 m ten zuidoosten van het plangebied. Er zijn<br />

bij een karterend booronderzoek geen archeologische indicatoren aangetroffen (ARCHIS-onderzoek<br />

22559). Daarnaast bleek hier de bodem geroerd te zijn en bleek uit ligging en bodemopbouw dat de<br />

landschappelijke condities in het verleden te ongunstig waren om nu archeologische resten van<br />

bewoning te kunnen verwachten.<br />

Uit het bureauonderzoek blijkt dat een groot aantal van de percelen van het plangebied beduidend<br />

lager liggen dan de omringende percelen (figuur 2). Het betreft het deel van het plangebied achter de<br />

Biestsestraat 40 en 42. De lage ligging is veroorzaakt door afgraving. De overgang naar nietafgegraven<br />

delen in en buiten het plangebied is scherp. Het hoogteverschil bedraagt circa 0,4 à 0,6<br />

m. Van het perceel van de Biestsestraat 42 is verder bekend dat de bodem aan de straatzijde is<br />

gesaneerd. Hier lag een ondergrondse benzinetank. Geen andere (milieukundige) bodemingrepen<br />

zijn bekend. Op de plaats van de huidige bebouwing is naar verwachting in ieder geval plaatselijk de<br />

bodem verstoord. Die mate van verstoring is onbekend.<br />

Figuur 2 Het plangebied op het AHN (bron: www.ahn.nl). De hoogtes lopen van rood (hoog) via geel<br />

en groen tot blauw (laag).<br />

Het booronderzoek volgde op het hier boven beschreven bureauonderzoek. Aan de hand van de<br />

resultaten van het booronderzoek kan gesteld worden dat de bodem in het gesaneerde deel is<br />

geroerd tot dieper dan 2,9 m –mv (11,4 m + NAP) en het afgegraven deel geroerd tot circa 1,3 à 1,4<br />

m –mv (12,4 à 12,3 m + NAP). In het niet-afgegraven oostelijke deel van het plangebied varieert de<br />

diepte tot waarop de moderne verstoring reikt en ligt de top van de natuurlijke afzettingen iets hoger,<br />

namelijk op 12,7 à 13,1 m + NAP. De basis van het plaggendek zal buiten de contouren van de<br />

bebouwing in een groot deel van het oostelijke deel van het plangebied nog intact zijn vanaf circa 0,9<br />

m –mv, vanaf circa +13,3 m NAP. Op de plaats van de bebouwing zal de bodem naar verwachting<br />

overwegend verstoord zijn tot in de top van de natuurlijke afzettingen door de aanwezigheid van<br />

funderingen en eventuele kelders.<br />

Tijdens het onderzoek is geconstateerd dat in het weinig of niet-vergraven oostelijke deel van het<br />

plangebied, rondom de bebouwing van de Biestsestraat 34-40, een hoge archeologische verwachting<br />

8

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!