06.05.2013 Views

Download het magazine - VO-raad

Download het magazine - VO-raad

Download het magazine - VO-raad

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Magazine voor voortgezet onderwijs • december 2012 • jaargang 7<br />

‘Schoolkompas versterkt<br />

ons imago’<br />

Ad Slob (Parcival College)<br />

<strong>VO</strong>­<strong>magazine</strong><br />

Regeerakkoord Rutte II » Hoogbegaafd? UniqXL » Bestuur en<br />

3<br />

toezicht vo: sleutelfactoren, knelpunten en dilemma’s » Meekijken<br />

in Meppel » Talis zoekt deelnemers » Interview: Jo Ritzen


In dit nummer<br />

Schoolkompas<br />

versterkt nieuwe<br />

koers<br />

Rector Ad Slob bouwt aan een<br />

nieuw imago voor zijn vrijeschool.<br />

‘Het is voor ons extra<br />

belangrijk dat we ons bewust<br />

zijn van onze uitstraling.’<br />

R 8<br />

2 <strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong> 3 • december 2012<br />

Regeren is<br />

vooruitzien<br />

Het voortgezet onderwijs<br />

vraagt van <strong>het</strong> kabinet­Rutte<br />

II vooral betrouwbaarheid.<br />

R 12<br />

UniqXL<br />

Acht scholen werken samen<br />

aan onderwijs op maat voor<br />

hoogbegaafden.<br />

R 16


Ethisch en professioneel<br />

besturen<br />

Een jaar geleden gaven bestuurders en toezicht­<br />

houders in <strong>VO</strong>­<strong>magazine</strong> hun visie op de checks<br />

and balances die nodig zijn voor goed onderwijsbestuur.<br />

In dit nummer <strong>het</strong> vervolg. Welke<br />

factoren, dilemma’s en knelpunten spelen er<br />

in de relatie tussen bestuurders en toezichthouders?<br />

‘Verbondenheid is belangrijk, je<br />

moet een tandem zijn.’ R 34<br />

En verder<br />

4 Kort<br />

5 Ik zou altijd nog eens…<br />

21 <strong>VO</strong> in debat<br />

22 <strong>VO</strong> in beeld<br />

33 Veelgestelde vragen<br />

39 Column Hendrik­Jan van Arenthals<br />

42 Wie werkt waar / Agenda / Colofon<br />

Pottenkijkers welkom<br />

Collegiale visitatie is volkomen ingeburgerd op Stad<br />

en Esch in Meppel: ‘Iedereen kijkt bij iedereen.’<br />

R 24<br />

Deelnemers gezocht<br />

Doe ook mee aan Talis 2013, <strong>het</strong> OESO­onderzoek<br />

naar werk­ en leeromstandigheden van leraren en<br />

schoolleiders.<br />

R 30<br />

‘Soft skills zijn ontzettend belangrijk’<br />

Prof. Jo Ritzen is voorstander van onderzoek naar niet­<br />

cognitieve onderwijsopbrengsten.<br />

R 40<br />

<strong>VO</strong>ORWOORD<br />

SJOERD SLAGTER / <strong>VO</strong>ORZITTER<br />

Er vallen lessen te trekken uit <strong>het</strong> rapport over de crisis bij Amarantis, ook<br />

voor <strong>het</strong> voortgezet onderwijs, al is de situatie niet maatgevend voor onze<br />

sector. Een van de conclusies van de commissie is dat bestuur en beleid ver<br />

waren afgedwaald van waar <strong>het</strong> in de kern altijd om gaat: goed en inspirerend<br />

onderwijs. Dat is een ernstige tekortkoming. Boven dien werden de<br />

bestuurders van Amarantis onvoldoende gecorrigeerd door de toezichthouders.<br />

In onze sector is de inrichting van <strong>het</strong> interne toezicht en financiële<br />

deskundigheidsbevordering al enige tijd een belang rijk aandachts punt.<br />

In een tijd van crisis en bezuinigingen is dit zelfs een ‘absolute must’. De<br />

commissie wijst er in haar rapport op dat scholen sinds 2008 in heel ander<br />

vaarwater zijn gekomen door <strong>het</strong> veranderde financiële en economische<br />

klimaat. Er wordt op dit gebied serieus meer van ons gevraagd. Reden voor<br />

de <strong>VO</strong>-<strong>raad</strong> om vanuit de <strong>VO</strong>-academie in januari te starten met een opleiding<br />

financieel leider schap, die aansluit bij de vraag van de sector en een<br />

kwaliteitsslag op dit gebied mogelijk maakt. Op de website staat een oproep<br />

aan bestuur ders, schoolleiders en controllers om zich aan te melden voor<br />

deze leer gang. En we gaan binnenkort in gesprek met toezichthouders.<br />

Maar er is meer nodig dan deskundigheidsbevordering. Het begint met<br />

ethisch en moreel juist handelen en <strong>het</strong> besef dat autonomie verplicht.<br />

In een recent McKinsey-rapport over de best presterende school sys temen<br />

wordt Nederland geprezen, maar wordt tegelijkertijd gesteld dat meer<br />

eigen beleidsruimte ook een grote verantwoordelijk heid meebrengt.<br />

Een governance-code en toezichtmodel hebben is daarin belangrijk, maar<br />

niet voldoende. Uiteindelijk gaat <strong>het</strong> erom dat de codes gedrags matig<br />

worden ingevuld. Daar helpt een kritische houding bij, naar onszelf en ook<br />

naar elkaar. Door met elkaar <strong>het</strong> gesprek aan te gaan over wat we wel en<br />

niet accepteren en door grenzen te stellen aan wat we als sector tolereren,<br />

verstevigen we <strong>het</strong> zelfcorrigerend en zelf reinigend vermogen van de sector.<br />

Tijdens de laatste ALV hebben de leden besloten tot <strong>het</strong> zetten van<br />

belangrijke vervolgstappen. Amarantis toont eens te meer aan hoe<br />

belangrijk dit is.<br />

Een belangrijke les die Amarantis ons leert, is dat we terug moeten naar de<br />

menselijke maat. Dat leidend moet zijn, de vraag hoe leerlingen er beter van<br />

worden. Dat we ons voortdurend bewust moeten zijn van onze kernopdracht:<br />

jongens en meisjes in de leeftijd van twaalf tot achttien een goede basis<br />

bieden voor hun geluk en toekomst. Daar hoort bevlogen heid, betrokkenheid<br />

en verbondenheid bij. Van deskundige docenten, school leiders en<br />

bestuurders. Laten we dat vooral voor ogen blijven houden.<br />

Ik wens u fijne feestdagen toe.<br />

<strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong> 3 • december 2012 3


Kort<br />

Dossier: politiek<br />

Bekijk alle standpunten en de lobby van de<br />

<strong>VO</strong>-<strong>raad</strong> op:<br />

R www.vo-<strong>raad</strong>.nl/dossiers/politiek<br />

Examenmonitor: inzet scholen<br />

succesvol<br />

De grote inspanning van leerlingen, docenten en scholen<br />

om de verzwaring van de eindexamennormen op te vangen,<br />

heeft zijn vruchten afgeworpen. Ze hebben een grote<br />

daling in <strong>het</strong> aantal geslaagde eindexamen kandidaten<br />

kunnen voorkomen. Bovendien haalden leerlingen dit jaar<br />

op <strong>het</strong> eindexamen aanzienlijk hogere cijfers dan andere<br />

jaren. Dat blijkt uit een examen monitor van <strong>het</strong> minister<br />

van OCW, die vanaf nu jaarlijks wordt gehouden.<br />

De examenmonitor laat ook een aantal neveneffecten zien<br />

van de verzwaring van de eindexamennormen. Zo is er<br />

een lichte stijging van <strong>het</strong> aantal afstromers en zittenblijvers<br />

te zien in de jaren voordat de eisen aangescherpt<br />

zijn.<br />

Een gevolg van <strong>het</strong> feit dat de gemiddelde resultaten op<br />

<strong>het</strong> CE zijn verbeterd, is dat <strong>het</strong> verschil tussen de cijfers<br />

voor <strong>het</strong> SE en <strong>het</strong> CE kleiner is geworden. Voor scholen<br />

is dit een belangrijk gegeven omdat de wetgeving op dit<br />

terrein is aangescherpt. Behalve dat <strong>het</strong> verschil tussen<br />

CE en SE een van de vier indicatoren is voor <strong>het</strong><br />

opbrengsten oordeel, kan een groter en langdurig verschil<br />

tussen <strong>het</strong> CE en <strong>het</strong> SE nu ook leiden tot <strong>het</strong> verlies van<br />

de examenbevoegdheid van een school (de zoge<strong>het</strong>en<br />

‘escalatieladder’). De <strong>VO</strong>-<strong>raad</strong> vindt dat deze indicator<br />

daardoor onevenredig veel nadruk krijgt in de beoordeling<br />

van de kwaliteit van scholen. Het kan er toe leiden<br />

dat scholen met voldoende opbrengsten – op basis van<br />

slechts één indicator – hun examenlicentie kwijtraken.<br />

Bekijk de examenmonitor en de Kamerbrief over<br />

definitieve eindexamenresultaten <strong>VO</strong> op www.vo-<strong>raad</strong>.nl<br />

4 <strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong> 3 • december 2012<br />

Stercollecties van <strong>VO</strong>­content<br />

Het leermateriaal van de toekomst:<br />

R www.vo-<strong>raad</strong>.nl/dossiers/vo-content<br />

<strong>VO</strong>­academie<br />

Professionalisering voor teamleiders,<br />

schoolleiders en bestuurders:<br />

R www.vo-<strong>raad</strong>.nl/dossiers/vo-academie<br />

Water staat scholen aan de lippen<br />

Bijna alle <strong>VO</strong>-scholen staan in <strong>het</strong> rood, meldden AD en NOS op<br />

10 december. Tussen de 70 en 90% van de besturen kan de gestegen<br />

kosten niet meer opbrengen.<br />

Het eigen vermogen van alle middelbare scholen in Nederland<br />

bedroeg 3 jaar geleden nog ruim 110 miljoen euro. Daar is inmiddels<br />

nog maar 30 miljoen euro van over. Een groot deel van de<br />

schoolbesturen redt <strong>het</strong> niet meer met <strong>het</strong> geld dat <strong>het</strong> van de<br />

overheid krijgt.<br />

De <strong>VO</strong>-<strong>raad</strong> luidde al een poos geleden de noodklok. Sjoerd Slagter:<br />

“Het huidige kabinet roept terecht dat ze <strong>het</strong> onderwijs ontzien, maar<br />

ze vergeten er vaak bij te melden dat nog 3 maanden geleden de<br />

vorige minister voor zo’n 200 miljoen aan bezuinigingen op scholen<br />

legde. Daarnaast worden scholen geconfronteerd met stille<br />

bezuinigingen. De personeelskosten, energielasten en <strong>het</strong> btw-tarief<br />

zijn gestegen, maar scholen krijgen dit niet gecompenseerd door de<br />

overheid. Daardoor teren ze nu fors in op hun reserves.<br />

Dit alles bij elkaar brengt scholen aan de rand van de afrond, <strong>het</strong><br />

water staat ze aan de lippen. Ik zie dat <strong>het</strong> echt de onderwijskwaliteit<br />

raakt, daarom trek ik aan de noodrem. Vooral leerlingen en docenten<br />

worden de dupe van de problemen. Besturen kunnen niet anders dan<br />

interen en fors bezuinigen op lessen en leraren.”<br />

Het wordt voor scholen ook steeds lastiger om goed beleid te voeren.<br />

Slagter: “Naast <strong>het</strong> onderwijs moeten bestuurders tegenwoordig ook<br />

verstand hebben van de financiën. Scholen moeten met minder geld<br />

meer doen, dat vraagt een heel nieuw financieel management van<br />

scholen. We investeren ook daar in. Zo zijn we bezig met <strong>het</strong> opzetten<br />

van de <strong>VO</strong>-academie om bestuurders financieel beter op te leiden.”


Pilot financieel leiderschap<br />

De <strong>VO</strong>-<strong>raad</strong> nodigt bestuurders, controllers<br />

en schoolleiders uit om deel te nemen aan<br />

<strong>het</strong> pilotprogramma Professionalisering<br />

Financieel Leiderschap, dat in januari<br />

2013 start.<br />

Het programma wordt inhoudelijk verzorgd<br />

door <strong>het</strong> Zeilstra Center van de Vrije<br />

Universiteit en TiasNimbas van de University<br />

of Tilburg, in samenwerking met <strong>VO</strong>-onderwijsinstellingen.<br />

De pilot is gericht op <strong>het</strong><br />

professionaliseren van financieel leider schap<br />

van bestuurders, controllers en school leiders.<br />

Tevens krijgt u handvatten aan gereikt om<br />

financieel management goed vorm te geven.<br />

De pilot bestaat onder andere uit een persoonlijk<br />

intakegesprek per instelling, een<br />

matrix met knelpunten per instelling op basis<br />

waarvan de instelling verbeteringen kan<br />

doorvoeren, een interactief programma<br />

van twee keer 2½ dag met daarin actuele<br />

casuïstiek uit uw onderwijspraktijk, divers<br />

begeleidend materiaal om verbeteringen in<br />

uw organisatie door te voeren en een<br />

eindevaluatie.<br />

Heeft u interesse om deel te nemen aan deze<br />

pilot of heeft u vragen over dit programma?<br />

Neem dan contact op met projectleider<br />

jolandavanderwardt@vo-<strong>raad</strong>.nl<br />

Ik zou<br />

altijd<br />

nog<br />

eens…<br />

Een rubriek over toekomstdromen, dichtbij en veraf. In deze<br />

aflevering: Marijke Hendriks, vestigingsdirecteur Sint­Montfort,<br />

Rotterdam.<br />

Van de school een echte<br />

gemeenschap maken<br />

‘Ik zou graag willen dat de school een gemeenschap wordt, waar we<br />

samenwerken en samen resultaten halen. Waar goed werk goed genoeg<br />

is, zolang je doet wat je kunt. Dat geldt voor de leerlingen, <strong>het</strong> personeel<br />

en <strong>het</strong> bestuur. Docenten kunnen deze boodschap alleen overbrengen op<br />

leerlingen als ze er zelf in geloven. Als <strong>het</strong> lukt om zo met elkaar om te<br />

gaan, leidt dat tot een nieuwe energie. Dan is <strong>het</strong> uitgangspunt: wat<br />

kunnen we al, en wat zouden we graag willen doen? Zo groeien de resultaten<br />

én <strong>het</strong> welbevinden. Wij zijn hard aan <strong>het</strong> werk om die cultuur te<br />

verwezenlijken, en dat is voor ons een onuitputtelijke bron van gesprek.<br />

‘Goed’ is goed genoeg, als je daar je best voor hebt gedaan. Als alleen<br />

‘excellent’ goed genoeg is, wat blijft er dan over voor de andere leerlingen?<br />

Dat vind ik een heel treurige constatering. Excellentie is niet<br />

iedereen gegeven. Je best doen wél. Dat is persoonlijke excellentie.<br />

Ik heb niet veel met al dat geklaag dat leerlingen <strong>het</strong> niet goed doen en<br />

docenten niet hard genoeg werken. Onze aanpak is positiever en geeft<br />

mij meer energie. Ik geloof erin dat je <strong>het</strong> goede voorbeeld moet geven.<br />

Het gedrag van leidinggevenden weerspiegelt zich in <strong>het</strong> docententeam<br />

en in leerlingen. Dat geldt misschien ook wel voor besturen.<br />

Ik werk nu een jaar op deze school, die is aangemerkt als zwak tot zeer<br />

zwak. Ik heb met iedereen kennismakingsgesprekken gevoerd en merk<br />

dat die extra aandacht mensen goed doet. Ik wil voorkomen dat mensen<br />

<strong>het</strong> gevoel hebben dat ze <strong>het</strong> op hun eentje moeten doen, dat <strong>het</strong> nooit<br />

goed genoeg is. Dan lekt de energie namelijk weg.<br />

Ik vind schoolleider een van de mooiste beroepen van de wereld. Als<br />

je dat niet vindt, kun je er beter niet aan beginnen, want dan is dit werk<br />

slopend. De grootste voordelen zijn dat je veel vrijheid hebt, en dat je<br />

met jongeren in contact komt. Je draagt bij aan <strong>het</strong> geven van goed<br />

onderwijs, en geeft jongeren de mogelijkheid om vorm te geven aan<br />

hun eigen leven.’<br />

R<br />

<strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong> 3 • december 2012 5


Kort<br />

1 MINUUTJE<br />

Edukans organiseert in 2013 vier uitwisselingsreizen voor <strong>het</strong><br />

project Werelddocent. Sinds vorig jaar mogen ook schoolleiders<br />

mee naar Oeganda, Kenia, Ethiopië en Malawi. Aan de eerste<br />

reis nemen twintig leiders deel, waaronder Merlijn Verstraeten<br />

van <strong>het</strong> Comenius College in Hilversum.<br />

Waarom worden nu ook schoolleiders betrokken bij dit project?<br />

“Als je docenten schoolt, heb je hun leidinggevende nodig om <strong>het</strong> te<br />

implementeren. Drie jaar geleden ontwierp ik met de locale partners<br />

in Oeganda dit programma voor schoolleiders, omdat je die nu eenmaal<br />

bij verandering in scholen moet betrekken om iets gedaan te<br />

krijgen.”<br />

Heb je <strong>het</strong> als schoolleider niet veel te druk om op reis te gaan?<br />

“Schoolleiders denken altijd dat ze <strong>het</strong> veel te druk hebben en onmis<br />

baar zijn. Maar iedereen is vervangbaar. Bovendien neemt <strong>het</strong><br />

project slechts één week van je werktijd in beslag. De tweede week<br />

neem je op van je eigen vakantiedagen. Ik vind <strong>het</strong> belangrijk om te<br />

gaan, want als schoolleider heb je ook een maatschappelijke<br />

verantwoordelijkheid. Het is belangrijk om die te nemen en daarbij<br />

<strong>het</strong> goede voorbeeld te geven aan docenten en leerlingen.”<br />

Voortgang taal en rekenen naar Kamer<br />

De voortgangsrapportage over de implementatie referentie-<br />

kader taal en rekenen wordt naar verwachting nog voor<br />

eind december 2012 naar de Tweede Kamer verstuurd.<br />

In <strong>het</strong> referentiekader is vast gelegd wat leerlingen op<br />

strategische momenten in hun schoolloop baan moeten<br />

kunnen op <strong>het</strong> gebied van taal en rekenen. De overheid wil<br />

hiermee <strong>het</strong> taal- en rekenniveau van leerlingen verbeteren.<br />

De <strong>VO</strong>-<strong>raad</strong> onderschrijft de ambitie om <strong>het</strong> niveau van taal<br />

en rekenen in <strong>het</strong> <strong>VO</strong> te verhogen. Veel scholen hebben <strong>het</strong><br />

taal- en rekenonderwijs al geïntensiveerd. In de praktijk<br />

signaleren wij echter grote niveauverschillen tussen<br />

leerlingen. De <strong>VO</strong>-<strong>raad</strong> is bezorgd of niveau 2F haalbaar<br />

is voor vmbo-bb leerlingen. Hier heeft de <strong>VO</strong>-<strong>raad</strong> vanaf de<br />

implementatie van de referentieniveaus zijn zorgen over<br />

geuit, samen met de AOC Raad en de MBO Raad. Het is<br />

goed om ambities voor betere prestaties taal en rekenen na<br />

te streven, maar leerlingen moeten hier niet op worden<br />

afgerekend.<br />

De verwachting is dat OCW op basis van de voortgangsrapportage<br />

een aanpassing van de maatregelen voorstelt.<br />

6 <strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong> 3 • december 2012<br />

Wat voor advies kun jij als Nederlandse schoolleider geven aan<br />

een collega in Oeganda?<br />

“Wij organiseren daar workshops met de Afrikaanse docenten en<br />

schoolleiders. We maken op basis daarvan een analyse van de school<br />

en we bekijken waar verbeteringen nodig zijn, vervolgens gaan we<br />

verder met coaching on the job. Daarnaast heeft <strong>het</strong> project vooral<br />

als doel om de interculturele dialoog op gang te brengen en de<br />

dialoog tussen leraren en schoolleiders uit <strong>het</strong> Zuiden.”<br />

Maar wat in Nederland werkt, werkt niet per se ook in Oeganda.<br />

zijn de cultuurverschillen niet te groot?<br />

“Nee, want uiteindelijk is leiderschap op een school universeel.<br />

Overal pas je dezelfde elementen toe. Uiteraard zijn de middelen<br />

soms anders. Wij hebben in de westerse wereld nu eenmaal veel meer<br />

financiële mogelijkheden, maar alle schoolleiders hebben <strong>het</strong>zelfde<br />

doel: leerlingen zo goed mogelijk onderwijs bieden.”<br />

Heb je zelf ook iets aan de reis?<br />

“Jazeker. Je leert relativeren en je merkt dat de wil om te leren veel<br />

groter is in landen waar educatie niet vanzelfsprekend is voor ieder<br />

kind. In Nederland wordt gespijbeld, daar verlangen ze naar de kans<br />

op onderwijs.”<br />

Inschrijving is nog mogelijk tot half januari. Voor meer informatie<br />

over <strong>het</strong> project: www.edukans.nl/werelddocent.<br />

Minder banen voor (jonge) docenten<br />

Het aantal banen in <strong>het</strong> PO en <strong>VO</strong> is in 2011 fors gedaald. Vooral<br />

voor startende docenten zijn minder banen beschikbaar. Daarnaast<br />

is <strong>het</strong> aantal stageplaatsen voor leraren in opleiding met de helft<br />

afgenomen. Dit blijkt uit cijfers van DUO.<br />

In 2011 werkten ruim 7000 docenten minder in <strong>het</strong> primair en<br />

voortgezet onderwijs dan <strong>het</strong> jaar daarvoor. Voor <strong>het</strong> <strong>VO</strong> is sprake<br />

van een daling van 9,4%. Vooral net afgestudeerde docenten<br />

komen minder snel aan een baan. Het aantal beschikbare stageplaatsen<br />

voor leraren in opleiding nam daarnaast met bijna de<br />

helft af: van 300 in 2010 naar 166 in 2011. In 2007 waren nog<br />

585 stageplaatsen beschikbaar. Daarnaast zijn er in <strong>het</strong> <strong>VO</strong> ook<br />

minder directeurs functies: sinds 2009 werken er 500 directeuren<br />

minder in <strong>het</strong> <strong>VO</strong> (een daling van 13%).<br />

Deze cijfers bevestigen <strong>het</strong> beeld dat jonge docenten moeilijk<br />

kunnen instromen. Dit wordt mede veroorzaakt door (‘stille’)<br />

bezuinigingen in <strong>het</strong> onderwijs. De kosten stijgen voor scholen<br />

(o.a. hoger btw-tarief, vervallen reiskostenforfait) en de<br />

bekostiging blijft hierop achter.


Gelden leerplus alléén voor<br />

2013 bekend<br />

Scholen die in aanmerking komen voor <strong>het</strong><br />

leerplusarrangement ontvangen de middelen<br />

alléén voor <strong>het</strong> jaar 2013. De minister wil de<br />

komende tijd analyseren of <strong>het</strong> nog aansluit<br />

op (toekomstige) maat schappelijke ontwikkelingen.<br />

Aanpassingen kunnen dan al per 2014<br />

doorgevoerd worden. Dit is <strong>het</strong> vervolg op de<br />

analyse van <strong>het</strong> onder wijsachter stan denbeleid<br />

in <strong>het</strong> primair onderwijs. Tot nu<br />

toe werden de middelen voor twee jaar<br />

vastgesteld en jaarlijks uitbetaald.<br />

Het leerplusarrangement is al diverse keren<br />

kritisch tegen <strong>het</strong> licht gehouden en ook<br />

aangepast. De <strong>VO</strong>-<strong>raad</strong> vraagt zich af<br />

waarom dit nu alweer moet gebeuren. De<br />

verkorting van de bekostigingsperiode biedt<br />

de leerplusscholen nóg meer onzekerheid<br />

over hun financiële situatie.<br />

<strong>Download</strong> de regeling leerplusarrangement<br />

2013 (pdf) op www.vo-<strong>raad</strong>.nl<br />

Meer geld voor functiemix<br />

Randstad<br />

Het beschikbare bedrag voor de functiemix<br />

in de Randstad wordt verhoogd van 52,5<br />

naar 61,2 miljoen euro. Scholen in deze<br />

regio krijgen de extra middelen vanaf 2013.<br />

Volgens de regeling functiemix moeten<br />

scholen vóór 2014 naar verhouding meer<br />

docenten in schaal LC en LD in dienst hebben<br />

dan in 2008. Scholen in de Randstad hebben<br />

de gestelde tussendoel stellingen (peildatum<br />

oktober 2011) behaald, wat betekent dat <strong>het</strong><br />

budget voor de functiemix beschikbaar blijft.<br />

De scholen krijgen vanaf 2013 extra<br />

middelen vanuit OCW.<br />

Bekijk de wijzigingsregeling versterking<br />

functiemix leraren <strong>VO</strong> in de Randstadregio’s<br />

2010-2012 op www.vo-<strong>raad</strong>.nl<br />

Ik zou<br />

altijd<br />

nog<br />

eens…<br />

zelf als bestuurder de uitdaging<br />

aangaan<br />

‘Ik zou heel graag nog eens op een bestuurdersfunctie willen zitten.<br />

Ik heb gemerkt dat binnen scholen niet altijd de indruk bestaat dat<br />

besturen <strong>het</strong> geweldig doen. Nou hebben bestuurders natuurlijk ook<br />

veel zorgen. Vanaf de jaren tachtig begon de schaalvergroting, en<br />

sindsdien zijn we aan <strong>het</strong> zoeken hoe je een nieuwe organisatie <strong>het</strong><br />

beste vorm kunt geven. Nu we moeten voldoen aan de voorwaarden<br />

van Goed Bestuur, is de situatie nog gecompliceerder geworden.<br />

Bestuurders hebben <strong>het</strong> dus niet gemakkelijk. Maar een feit is dat<br />

de aandacht voor onderwijsontwikkeling is ondergesneeuwd. Terwijl<br />

dat <strong>het</strong> bestaansrecht is van besturen.<br />

Volgens mij ligt een stukje van de oplossing in een nauwer contact<br />

met je directeuren. Ik zou dat graag zelf in de praktijk brengen. Een<br />

bestuursfunctie past denk ik ook goed in mijn carrièreontwikkeling.<br />

Ik ben docent geweest, en daarna conrector op een pionierende scholengemeenschap<br />

in Flevoland. Nu ben ik schoolleider in Rotterdam-Zuid.<br />

Dat is ook een beetje pionieren; <strong>het</strong> is een ultieme uitdaging om een<br />

hele goede school op Zuid neer te zetten.’<br />

<strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong> 3 • december 2012 7


Interview<br />

SCHOOLKOMPAS<br />

zET VRIJESCHOOL<br />

OP DE KAART<br />

8 <strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong> 3 • december 2012<br />

Ad Slob bouwt aan nieuw imago Parcival College


Bij demografische krimp is marketing van groot belang. Meer leerlingen<br />

betekent meer geld en dat helpt om de touwtjes aan elkaar te blijven knopen.<br />

Rector Ad Slob (54) van <strong>het</strong> Parcival College in Groningen laat zien hoe groot<br />

de ommekeer kan zijn. De vrijeschool (zonder spatie) moest vroeger niets<br />

weten van marketing, maar gaat er sinds kort voortvarend mee aan de slag.<br />

Slob gebruikt <strong>het</strong> nieuwe Schoolkompas als hulpmiddel.<br />

Tekst: Minke de Vogel / Fotografie: Josje Deekens<br />

Tijdens <strong>het</strong> gesprek met <strong>VO</strong>-Magazine wijst Slob op zijn<br />

pak. Een keurig blauw exemplaar dat voor de gelegenheid<br />

en op aanraden van zijn dochter is opgesierd met een<br />

paarse stropdas. “Ik vind dat mensen zich moeten kleden<br />

naar hun functie. Dat is niet anders op een vrijeschool<br />

dan op een andere school. Het is voor ons extra belangrijk<br />

dat we ons bewust zijn van onze uitstraling, omdat<br />

mensen bij <strong>het</strong> horen van <strong>het</strong> woord ‘vrijeschool’ al snel<br />

denken aan leraren in slobbertruien en geitenwollen<br />

sokken.<br />

Ze denken aan kinderen die doen waar ze zin in hebben<br />

en de hele dag knutselen. Vroeger lieten we de mensen<br />

maar denken, vandaag de dag kan dat niet meer. Het<br />

imago klopt niet en daar moeten we wat aan doen.”<br />

Wat kunnen ouders en leerlingen dan wel op een<br />

vrijeschool verwachten?<br />

“Ook hier wordt veel aandacht besteed aan kennis vergaring<br />

door goed opgeleide docenten, maar wij volgen<br />

daarbij de antroposofische leer van de Oostenrijker<br />

Rudolf Steiner. Hij ging ervan uit dat ieder kind een<br />

uniek ontwikke lings patroon volgt. Het onderwijs heeft<br />

een stimulerende en ondersteunende rol. De naam van<br />

onze school, Parcival, staat symbool voor deze werk wijze.<br />

Parcival was een ridder van koning Arthur die weliswaar<br />

de Heilige Graal vond, maar niet de juiste vragen kon<br />

stellen om hier toegang toe te krijgen. Dit lukte hem wel<br />

toen hij terugkwam van een lange reis waarop hij veel<br />

levenservaring had opgedaan. Zo is <strong>het</strong> ook onze taak om<br />

leerlingen te steunen en begeleiden tijdens de zoektocht<br />

naar voldoende levenswijsheid, zodat zij in hun volwassen<br />

leven de juiste vragen zullen stellen.”<br />

Hoe brengen jullie dat in de praktijk?<br />

“We richten ons niet alleen op <strong>het</strong> vergaren van feitelijke<br />

kennis, maar we zorgen ervoor dat de leerling zelf over<br />

onderwerpen wil leren door te letten op zijn of haar<br />

interessegebieden en de leerling daarin te stimuleren.<br />

Verder beperken we ons niet tot de standaardvakken.<br />

Wij bieden ook periodeonderwijs, waarbij we drie weken<br />

dagelijks twee lesuren besteden aan vakoverstijgende<br />

thema’s, zoals sterrenkunde. Tot slot is reflectie heel<br />

belangrijk. De docent schrijft, zoals op iedere school, een<br />

verslag over <strong>het</strong> functioneren van een kind. Wij laten <strong>het</strong><br />

kind hier ook zelf op reageren. Deze reactie wordt serieus<br />

meegewogen bij <strong>het</strong> eindoordeel. Door dit soort extra<br />

leermomenten zijn onze leerlingen zich meer bewust van<br />

wie ze zijn en wat ze willen.”<br />

‘Het is voor ons extra belangrijk<br />

dat we ons bewust zijn van onze<br />

uitstraling, omdat mensen bij<br />

vrijeschool al snel denken aan<br />

slobbertruien’<br />

Dat klinkt allemaal overtuigend. Waarom moet u<br />

dan zo hard werken aan <strong>het</strong> imago van de school?<br />

“Het woord ‘vrije’ van vrijeschool kan vervelende<br />

associaties oproepen bij mensen. Als je <strong>het</strong> opzoekt, zul je<br />

al snel lezen dat dit woord nu slechts een merknaam is en<br />

niet meer verbonden is met de oorspronkelijke betekenis.<br />

Vrij stond namelijk voor vrij van overheidsbemoeienis,<br />

wat men in de jaren twintig en dertig erg belangrijk vond.<br />

In de jaren zestig en zeventig kregen we ook nog eens de<br />

reputatie een school te zijn voor slecht lerende kinderen.<br />

De vrijeschool had hier geen boodschap aan, omdat zij<br />

uitging van haar eigen kracht en toch wel voldoende<br />

leerlingen had. Dit type school trekt nou eenmaal een<br />

bepaald publiek aan. Als ik <strong>het</strong> even heel zwart-wit mag<br />

stellen: veelal hoger opgeleide mensen en ouders met<br />

sociale en vrije beroepen met een creatieve inslag. Zij<br />

sturen hun kinderen doorgaans naar de lagere vrijeschool,<br />

van waaruit weer leerlingen naar ons middelbaar<br />

onderwijs doorstromen.”<br />

Is dit nog altijd zo, of zijn de tijden aan <strong>het</strong> veranderen?<br />

“Nu nog wel, maar vanaf 2016 zal <strong>het</strong> aantal leerlingen<br />

dalen, blijkt uit de geboortecijfers. En <strong>het</strong> is cru om te<br />

<strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong> 3 • december 2012 9


Interview<br />

zeggen, maar de bijdragen van de kinderen zijn onze<br />

inkomsten” (<strong>het</strong> Parcival College vraagt voor de kenmerkende<br />

vrijeschool-extra’s die niet uit de reguliere<br />

bekostiging betaald kunnen worden, een maandelijkse<br />

ouderbijdrage, red.). “Kortom, we moeten dan meer ons<br />

best doen. Het Parcival College had vorig jaar al iets te<br />

weinig leerlingen, zo’n 450. Met name in de bovenbouw<br />

wordt <strong>het</strong> dan lastig om rond te komen. We moeten als<br />

vrije school dus meer openheid van zaken geven, beter<br />

communiceren en op die manier leerlingen werven.”<br />

Blijkbaar is <strong>het</strong> imago flink verbeterd, want <strong>het</strong><br />

leerlingaantal is met zeventien procent gestegen.<br />

Hoe hebt u dat gedaan?<br />

“Een paar jaar geleden leek <strong>het</strong> ondenkbaar, maar<br />

inmiddels investeert <strong>het</strong> Parcival College veel tijd en<br />

aandacht in externe communicatie. We zijn aanwezig op<br />

beurzen en open dagen. Daarnaast werken we op onze<br />

locatie aan <strong>het</strong> imago onder buurtbewoners. We hebben<br />

twee panden en de leerlingen lopen geregeld heen en<br />

Ouders pleiten voor meer informatie<br />

Voor ouders is <strong>het</strong> vinden van een goede school al jarenlang een<br />

zoektocht. Een verschil is dat er tegenwoordig voldoende<br />

informatiebronnen beschikbaar zijn, zoals Schoolkompas. Dit heeft<br />

dagblad Trouw ertoe gebracht na vijftien jaar te stoppen met de<br />

bijlage Schoolprestaties. Twee ouders aan <strong>het</strong> woord over de app<br />

van Schoolkompas en hun zoektocht naar een school.<br />

Bart Jan Flos is één van de ouders die baat heeft gehad bij de<br />

nieuwe app van Schoolkompas. Zijn zoon staat op <strong>het</strong> punt om naar<br />

de brugklas te gaan en neemt geen genoegen met de meest voor de<br />

hand liggende school die in zijn woonplaats Uden ligt. Met behulp<br />

van de app zocht hij samen met zijn vader naar andere scholen in de<br />

omgeving. Al snel bleek dat twee scholen waar hij ver voor moet<br />

fietsen, ook in aanmerking kwamen en bovendien meer informatie<br />

boden. Bart Jan Flos: “Wij vonden <strong>het</strong> jammer dat de Udense<br />

school weinig informatie prijsgaf, want je wilt de scholen <strong>het</strong> liefst<br />

op alle onderdelen vergelijken. Als ondernemer weet ik dat<br />

Schoolkompas door scholen als marketingmiddel gebruikt wordt.<br />

Tegelijkertijd is de app door een onafhankelijk instituut in <strong>het</strong> leven<br />

geroepen en dat geeft vertrouwen. Mijn zoon kiest waarschijnlijk<br />

voor een gymnasium waar hij elke dag dertig kilometer voor moet<br />

fietsen. De app heeft hierbij geholpen, maar <strong>het</strong> besluit kwam pas<br />

na een bezoek aan de school. Het gevoel is uiteindelijk de<br />

beslissende factor.”<br />

10 <strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong> 3 • december 2012<br />

weer. Om de wijk schoon te houden, hebben ze wekelijks<br />

schoonmaakdiensten. En de supermarkt om de hoek is<br />

voor leerlingen natuurlijk de plek om wat lekkers te<br />

halen. Daarom hebben we goede afspraken met de wijkfunctionaris<br />

die ons direct meldt wanneer er iets aan de<br />

hand is. Daarnaast staan we nu in de OV-gids, we hangen<br />

posters op in de stad, delen een wervingsfoldertje uit en<br />

‘zo’n site werkt voor ouders en<br />

leerlingen alleen als zo veel mogelijk<br />

scholen informatie geven’<br />

organi seren regelmatig activiteiten op school waarbij<br />

we de pers betrekken. Zo hebben we tijdens een 24 uur<br />

durende lesmarathon 18.000 euro opgehaald voor zonnepanelen<br />

en daarmee kregen we de titel Happy Energy<br />

School. Ik ben heel tevreden. Al deze activiteiten hebben<br />

zich al dubbel en dwars terugbetaald.”<br />

Slagingspercentage<br />

Ook de zoon van Helen Lohmeijer kiest pas nadat hij minstens drie<br />

scholen heeft bezocht. De app wordt gebruikt voor <strong>het</strong> opdoen van<br />

informatie. En dat, terwijl Lohmeijer al heel wat weet over de<br />

scholen in haar omgeving. “Mijn dochter zit in de tweede klas en<br />

dus heb ik dit proces al eens doorgemaakt. Maar de app attendeerde<br />

mij op informatie waar ik nooit bij stil heb gestaan, zoals <strong>het</strong><br />

slagingspercentage en de zorgplannen. De enige nadelen aan<br />

Schoolkompas zijn <strong>het</strong> feit dat niet alle scholen dezelfde informatie<br />

vrijgeven en dat de app niet goed werkt op de iPad. Maar ik ga<br />

ervan uit dat dit kinderziektes zijn. We hebben al veel aan de<br />

informatie gehad en hebben zo drie scholen uitgezocht die<br />

waarschijnlijk goed bij onze zoon passen. Hij is een heel ander kind<br />

dan onze dochter. Ik vind <strong>het</strong> vooral belangrijk dat mijn kind zich<br />

thuisvoelt op school.”<br />

‘De app attendeerde mij op informatie<br />

waarbij ik nooit heb stilgestaan’


CV Adriaan Slob<br />

Loopbaan<br />

Slob werkte in 1989 als leraar Nederlands op de bovenbouw van de Vrije School in<br />

Groningen en op de mavo en havo in Steenwijkerwold. Van 1989 tot 2010 was hij<br />

werkzaam op de Christelijke Hogeschool Windesheim. Daarna werd hij rector van de<br />

vrijeschool Parcival College in Groningen. Van februari tot december 2012 was hij<br />

ook waarnemend directeur van de vrijeschool De Berkel in Zutphen.<br />

Privé<br />

Samen met zijn vrouw en drie kinderen woont hij in Zwolle, waar hij lobby’t voor een<br />

nieuwe vrijeschool.<br />

Sinds november 2012 is de scholenvergelijkingssite<br />

en app Schoolkompas actief. U Twittert hier heel<br />

positief over. Hebt u een extra marketingmiddel<br />

gevonden?<br />

“Jazeker. Schoolkompas lijkt me <strong>het</strong> mooiste communicatie<br />

middel dat er is, want <strong>het</strong> biedt ruimte voor een zeer<br />

goede presentatie van je school. Het pakt extra gunstig<br />

uit voor <strong>het</strong> Parcival College omdat onze statistieken erg<br />

goed zijn. Tijdens vergelijkingen komen we er dus positief<br />

uit. Daarnaast hebben we als een van de weinige scholen<br />

in de omgeving hard gewerkt aan de informatievoorziening.<br />

Dat wekt vertrouwen en interesse bij<br />

potentiële leerlingen. Wel is <strong>het</strong> gebrek aan informatie<br />

over andere scholen op de site een nadeel. Ik hoop dat<br />

andere scholen zich ook meer gaan inzetten, want de<br />

laatste keer dat ik keek, was er nog maar één andere<br />

school in Groningen actief op Schoolkompas.nl. En dan<br />

valt er voor ouders weinig te vergelijken.”<br />

Gooit u met zo’n wens niet uw eigen glazen in?<br />

De kans wordt immers groter dat leerlingen interesse<br />

krijgen in een andere school.<br />

“Ja, dat is zo.” Lachend: “Misschien word ik toch<br />

beïnvloed door de zendingsdrang die ik meekreeg tijdens<br />

mijn protestants-christelijke opvoeding. Maar zonder<br />

gekheid, zo’n site werkt voor ouders en leerlingen alleen<br />

als zo veel mogelijk scholen informatie geven. De doelgroep<br />

moet eerlijk kunnen kiezen.”<br />

Kon u genoeg informatie kwijt op Schoolkompas.nl?<br />

“Het liefst zou ik iedereen net zoveel vertellen als tijdens<br />

dit interview. Ik heb nu <strong>het</strong> gevoel dat ik ons hele verhaal<br />

kwijt kan, terwijl de ruimte op internet natuurlijk beperkt<br />

is. De tekst moet vooral niet te lang zijn, want mensen<br />

hebben niet <strong>het</strong> geduld om te lezen op de site. Gelukkig<br />

krijgen we tijdens de open dag veel leerlingen en ouders<br />

over de vloer die we een uitgebreide rondleiding kunnen<br />

geven. Schoolkompas.nl is wat mij betreft slechts een van<br />

de communicatiemiddelen. Je moet <strong>het</strong> op een handige<br />

manier inzetten.”<br />

Scholen hebben nu anderhalf jaar de tijd gehad om<br />

de informatievelden op Schoolkompas.nl in te vullen.<br />

Nog geen vijftig procent heeft dit gedaan.<br />

“Dat klopt en ik heb geen idee waarom niet. Ik hoorde<br />

laatst wel van een collega dat hij er geen tijd voor wilde<br />

vrij maken. Schoolbesturen hebben <strong>het</strong> natuurlijk al druk<br />

genoeg. Toch denk ik dat ze er uiteindelijk niet onder uit<br />

kunnen, want imagoverbetering en communicatie voor<br />

leerlingenwerving worden steeds belangrijker. Vooral in<br />

de gebieden die qua inwoneraantal leeglopen, zoals de<br />

Achterhoek of Zuid-Limburg.<br />

Bovendien hechten de ouders steeds meer waarde aan<br />

duidelijke informatie over scholen. Vroeger keken<br />

mensen alleen naar de religieuze grondslag en locatie<br />

van een school. Tegenwoordig is er meer keuze en kiezen<br />

ouders heel bewust voor de school die <strong>het</strong> beste past bij<br />

hun kind.”<br />

Hoeveel extra leerlingen hoopt u op deze manier te<br />

verwerven?<br />

“Ik hoop op een groei van zes à zeven procent in 2013.<br />

Uiteindelijk willen we er niet meer dan zevenhonderd,<br />

want daar is geen plaats voor en dan verdwijnt <strong>het</strong> kleinschalige<br />

karakter van de vrijeschool, waar we veel<br />

waarde aan hechten. Ik werk hier niet voor niets: op <strong>het</strong><br />

Parcival College leer je binnen een jaar iedereen kennen.<br />

‘Op mijn eerste werkdag kwamen<br />

vijftien leerlingen even mijn<br />

kantoortje binnen om zichzelf voor te<br />

stellen. Waar maak je dat nog mee?<br />

Na jarenlang actief te zijn geweest in <strong>het</strong> hbo en bij<br />

masteropleidingen, kreeg ik de kans om hier aan de slag<br />

te gaan. Op mijn eerste werkdag kwamen vijftien leerlingen<br />

even mijn kantoortje binnen om zichzelf voor te<br />

stellen. Waar maak je dat nog mee? Dat is bijna niet uit<br />

te leggen op Schoolkompas.nl.”<br />

<strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong> 3 • december 2012 11


Bijpraten<br />

Rutte II lijkt belang onderwijskwaliteit te erkennen<br />

Gezocht: betrouwbaarheid<br />

Over <strong>het</strong> regeerakkoord heerst in <strong>het</strong> veld ambivalentie: de een is opgelucht dat <strong>het</strong><br />

niet érger wordt, de ander put hoop uit de aandacht voor excellent onderwijs, en de<br />

volgende meent dat Rutte II <strong>het</strong> zigzaggedrag van z’n voorgangers zal erven. De<br />

<strong>VO</strong>­<strong>raad</strong> ziet kansen, maar benadrukt dat een betrouwbare overheid een voorwaarde<br />

is om die te benutten.<br />

Tekst: Martijn Laman / Fotografie: Dirk Kreijkamp<br />

Het ‘rechts-linkse’ Rutte II neemt zich voor te investeren in de<br />

kwaliteit en verdere professionalisering van leraren en schoolleiders.<br />

De manier waarop, moet bepaald en vastgelegd worden<br />

op basis van afspraken met <strong>het</strong> onderwijsveld. Zo lijkt de<br />

nieuwe regering <strong>het</strong> belang van kwaliteit van <strong>het</strong> vo te<br />

erkennen, al blijven bezuinigingen niet uit. Bert de Weerd,<br />

directeur/bestuurder van vmbo-school Panta Rhei uit<br />

Amstelveen, kan zich daar gezien de omstandigheden wel in<br />

vinden: “Deze regering heeft nu eenmaal gekozen voor forse<br />

bezuinigingen. Ik begrijp best dat <strong>het</strong> onderwijs daar in die<br />

filosofie niet helemaal buiten kan blijven. Gezien bezuinigingen<br />

in andere sectoren moeten we ook niet te veel klagen.”<br />

Andere belangrijke lichtpunten in <strong>het</strong> regeerakkoord zijn de<br />

voorgenomen modernisering van de onderwijstijd (in samenspraak<br />

met <strong>het</strong> veld) en de arbeidsvoorwaarden. Al jaren ijvert<br />

de <strong>VO</strong>-<strong>raad</strong> voor flexibilisering van onderwijstijd, omdat <strong>het</strong><br />

scholen de ruimte kan geven leerlingen daadwerkelijk<br />

maatwerk te bieden.<br />

Belangrijke lichtpunten in <strong>het</strong><br />

regeer akkoord zijn de voorgenomen<br />

modernisering van de onderwijstijd en<br />

de arbeidsvoorwaarden<br />

De huidige wettelijke urennorm impliceert dat meer uren per<br />

definitie hogere onderwijskwaliteit opleveren, terwijl dat niet<br />

<strong>het</strong> geval is. De <strong>VO</strong>-<strong>raad</strong> is eveneens fervent voorstander van de<br />

modernisering van arbeidsvoorwaarden, waarbij met name <strong>het</strong><br />

afbouwen van de BAPO prioriteit heeft. Afspraken over<br />

arbeids voorwaarden worden echter gemaakt tussen de sociale<br />

12 <strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong> 3 • december 2012<br />

partners. Dat is de reden dat voorzitter Sjoerd Slagter de<br />

bonden inmiddels heeft opgeroepen om samen met de <strong>VO</strong>-<strong>raad</strong><br />

voortvarend toe te werken naar een stelsel van arbeidsvoorwaarden<br />

dat past in de 21e eeuw.<br />

Modernisering van de arbeidsvoorwaarden is door <strong>het</strong> kabinet<br />

als voorwaarde gekoppeld aan de ruim € 340 miljoen aan<br />

investeringen in de kwaliteit en verdere professionalisering van<br />

leraren en schoolleiders in <strong>het</strong> funderend onderwijs (po en vo<br />

samen). Deze investeringen moeten vanaf 2017 beschikbaar<br />

komen. Een andere belangrijke ‘mits’ is de totstandkoming van<br />

een onderwijsakkoord tussen <strong>het</strong> Rijk en sectorraden, over<br />

onder meer de modernisering van de onderwijstijd. Voor de <strong>VO</strong><strong>raad</strong><br />

blijft <strong>het</strong> terugdringen van de bezuinigingen een essentieel<br />

punt van aandacht tijdens de besprekingen over de uitwerkingen<br />

van de maatregelen uit <strong>het</strong> regeerakkoord.<br />

Positief­kritisch<br />

Al met al biedt <strong>het</strong> regeerakkoord volgens de <strong>VO</strong>-<strong>raad</strong> ruimte<br />

om met ‘positief-kritische houding’ <strong>het</strong> gesprek aan te gaan<br />

met de nieuwe bewindslieden (OCW-minister Jet Bussemaker<br />

en staatssecretaris Sander Dekker) en tot concrete afspraken<br />

te komen. Kritisch, omdat de <strong>VO</strong>-<strong>raad</strong> wel degelijk enige kanttekeningen<br />

bij <strong>het</strong> regeerakkoord plaatst. In de luwte die <strong>het</strong><br />

voortgezet onderwijs nu qua bezuinigingen wordt gegund,<br />

blijven de € 190 miljoen aan bezuinigingen uit <strong>het</strong> Lenteakkoord<br />

namelijk staan. Door <strong>het</strong> zigzagbeleid van zijn voorgangers<br />

heeft dit nieuwe kabinet ook meer nodig dan mooie<br />

woorden om <strong>het</strong> vertrouwen (terug) te krijgen.<br />

Voor Bert de Weerd geldt bovendien dat <strong>het</strong> huidige regeerakkoord<br />

zijn leerlingen onevenredig hard treft: “Panta Rhei is<br />

een eenpitter met bijna achthonderd leerlingen. Driekwart van


mijn leerlingen komt binnen met een lwoo-indicatie. Die leerlingen<br />

hebben vanaf dag één zeker anderhalf jaar achterstand<br />

op <strong>het</strong> gebied van taal en rekenen. Toch slagen we erin een<br />

groot deel van deze kinderen in vier jaar naar een diploma te<br />

begeleiden. Nog wel.”<br />

Die toevoeging verwijst naar de in <strong>het</strong> regeerakkoord<br />

opgenomen bezuinigingen op onderwijs aan kinderen met een<br />

lwoo-indicatie en in <strong>het</strong> praktijkonderwijs: “Ik snap dat er in<br />

deze tijden een zekere begrenzing moet plaatsvinden. De gelden<br />

met 10 procent korten is iets anders. Dat gaat rechtstreeks ten<br />

koste van onze leerlingen.” Wat hem betreft gaat <strong>het</strong> overigens<br />

om voorgenomen bezuinigingen: “We moeten zelf kunnen<br />

meepraten over waar bezuinigingen binnen onze sector worden<br />

neergelegd. In mijn ogen is dat gesprek pas net begonnen.”<br />

Kortzichtig<br />

De Weerd: “De kinderen hier hebben veel baat bij individuele<br />

hulp en aandacht. We bereiken goede resultaten doordat we<br />

met kleinere klassen kunnen werken en een omvangrijke zorgstructuur<br />

hebben opgetuigd. Voor onze school betekent <strong>het</strong><br />

regeerakkoord een inkomenstenderving van twee ton, te<br />

vertalen naar 3,5 fte minder. Omdat we evenveel leerlingen<br />

houden, kunnen we dat alleen oplossen door de klassen te<br />

vergroten. Hoe groter een groep, hoe minder tijd een docent<br />

per leerling heeft.”<br />

In <strong>het</strong> regeerakkoord wordt geopperd dat bij praktijkonderwijs<br />

en lwoo bezuinigingen kunnen worden gerealiseerd met een<br />

doelmatiger benadering. Dit ergert De Weerd zichtbaar: “Deze<br />

logica begrijp ik niet. Nu gaan de gelden rechtstreeks naar ons,<br />

en die besteden we even rechtstreeks aan onderwijs en zorg.<br />

Het kabinet probeert dat proces effectiever te maken door de<br />

gelden via de samenwerkingsverbanden te verdelen, er dus<br />

feitelijk een schakel tussen te plaatsen. Daarbij is elke voschool<br />

al bezig met doelmatigheid. Want elke vo-school heeft<br />

al te maken met oplopende kosten en een ongelijk opgaande<br />

bekostiging. Als daar plots nog een bezuiniging van twee ton<br />

overheen komt, wordt <strong>het</strong> wel erg lastig om een valide meerjaren<br />

begroting te maken en uit de rode cijfers te blijven.”<br />

De Weerd vreest dat de bezuinigingen voortkomen uit onwetend<br />

heid: “Ik ga altijd uit van goede bedoelingen, maar denk<br />

dat de betrokken geen goed beeld hebben van deze kinderen.<br />

Dat is makkelijker snijden. Ik snap best de spagaat waarin<br />

politici soms zitten. Ze hebben nu eenmaal afgesproken dat er<br />

bezuinigd moet worden. Maar als je bezuinigingen toepast,<br />

vergewis jezelf er dan wel eerst van waar je die neerlegt.<br />

Anders leidt <strong>het</strong> tot dit soort kortzichtige maat regelen. Ik<br />

nodig graag de betrokken mensen uit om hier en bij <strong>het</strong><br />

praktijk onderwijs eens een kijkje te nemen. En dan met onze<br />

sector <strong>het</strong> gesprek aan te gaan over de verstandigste manier om<br />

bezuinigingen te realiseren. Het Sociaal Cultureel Planbureau<br />

heeft al aangetoond dat een substantieel deel van deze kinderen<br />

zonder de ondersteuning die ze nu krijgen, geen diploma haalt<br />

en geen arbeidsperspectief heeft.” Daarmee, wil De Weerd<br />

zeggen, is de lastenverzwaring voor de samenleving op lange<br />

termijn van een heel andere categorie dan de lasten verlichting<br />

die nu wordt bereikt.<br />

Gedraai<br />

Het voortgezet onderwijs is recent meermalen geconfronteerd<br />

met <strong>het</strong> feit dat de overheid niet de meest betrouwbare partner<br />

was. Zo maakte de minister in oktober bekend dat de kasschuif<br />

van 56 miljoen euro in 2013 toch ten laste van de lumpsum<br />

<strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong> 3 • december 2012 13


ADVERTENTIE


Uit <strong>het</strong> regeerakkoord<br />

• Het kabinet wil met <strong>het</strong> onderwijsveld afspraken maken over kwaliteitsverbetering en<br />

professionalisering van leraren en schoolleiders in <strong>het</strong> funderend onderwijs. Onder voorwaarden<br />

stelt <strong>het</strong> kabinet daarvoor in totaal € 340 miljoen beschikbaar.<br />

• Het kabinet roept de sociale partners op te komen tot moderne arbeidsvoorwaarden,<br />

passend bij de 21e eeuw.<br />

• Het kabinet handhaaft de nullijn. Wel mogen sociale partners een loonsverhoging<br />

afspreken als daarvoor ruimte ontstaat door <strong>het</strong> schrappen van cao-bepalingen.<br />

• De AOW-leeftijd wordt versneld verhoogd naar 66 jaar in 2018, de WW wordt verkort<br />

van 38 naar 24 maanden.<br />

• Het kabinet wil <strong>het</strong> leerwegondersteunend onderwijs (lwoo) en <strong>het</strong> praktijkonderwijs (pro)<br />

doelmatiger maken en laten vallen onder <strong>het</strong> gebudgetteerde stelsel van samenwerkingsverbanden<br />

voor passend onderwijs.<br />

• Het kabinet wil de huidige onderwijstijdnorm moderniseren, in samenspraak met <strong>het</strong><br />

onderwijsveld.<br />

• Het kabinet schaft de maatschappelijke stage vanaf schooljaar 2015/2016 af.<br />

• Het kabinet draait de verstrekking van gratis schoolboeken terug.<br />

• Via een stofkamoperatie wordt <strong>het</strong> aantal administratieve verplichtingen en voorschriften<br />

voor verantwoording in <strong>het</strong> onderwijs verminderd.<br />

• Het kabinet wil 256 miljoen uit <strong>het</strong> gemeentefonds voor onderwijshuisvesting overhevelen<br />

naar de scholen. Concrete gevolgen worden in de uitwerking duidelijk.<br />

komt. Dit is in tegenspraak met eerdere toezeggingen; ook uit<br />

de onderwijsbegroting van afgelopen september kan nog <strong>het</strong><br />

tegendeel worden afgeleid. Via een brandbrief aan de onderwijs<br />

woordvoerders in de Tweede Kamer drong de <strong>VO</strong>-<strong>raad</strong> erop<br />

aan om de kasschuif ook voor 2013 te laten gelden. Gezien de<br />

almaar stijgende werkgeverslasten zal dit scholen anders<br />

verder in financiële problemen brengen.<br />

En de financiële positie van scholen is toch al dramatisch<br />

verslechterd. Dat feit heeft de <strong>VO</strong>-<strong>raad</strong> de afgelopen tijd<br />

veelvuldig onder de aandacht van minister en Kamer gebracht.<br />

In de afgelopen periode is de rentabiliteit gemiddeld zo’n 2<br />

procent gedaald en zijn financiële reserves zodanig geslonken<br />

dat onvoorziene risico’s niet goed meer kunnen worden<br />

opgevangen. Ook Bert de Weerd verwondert zich over <strong>het</strong><br />

inconsequente handelen van overheidswege. “Vaak is <strong>het</strong>:<br />

nieuwe regering, nieuw beleid. Maar volgens mij hadden we net<br />

met de politiek afgesproken dat er wat dat betreft een zekere<br />

rust in <strong>het</strong> onderwijs moest komen. Dan verwondert <strong>het</strong> me als<br />

ik in <strong>het</strong> regeerakkoord lees dat de maatschappelijke stage<br />

alweer wordt opgeheven, omdat scholen zich meer moeten<br />

richten op hun kerntaken. Die is amper ingevoerd! Daarbij<br />

dacht ik dat maatschappelijke vorming juist een kerntaak<br />

was.”<br />

De Weerd maakt zich ook zorgen over de afschaffing van<br />

‘gratis schoolboeken’. “Op deze school heeft een substantieel<br />

deel van de ouders <strong>het</strong> moeilijk om rond te komen. Voordat<br />

leerboeken vergoed werden, had ik jaarlijks te maken met<br />

twintig, dertig kinderen zonder boeken. Nu <strong>het</strong> economisch<br />

slechter gaat, vrees ik dat dit aantal nog zal toenemen.” Op<br />

termijn ziet De Weerd wel toekomst in de ontwikkeling van<br />

Bijpraten<br />

digitale leermiddelen voor en door scholen, zoals nu via <strong>VO</strong>content<br />

gebeurt. “Ik vind <strong>het</strong> goed dat we blijven dromen.<br />

Alleen realiseer je dromen niet zomaar. Voor we vmbo-breed<br />

digitale leermiddelen hebben, zijn we zes jaar verder. En voor<br />

ouders die moeite hebben <strong>het</strong> boekenpakket te betalen, geldt bij<br />

een laptop <strong>het</strong>zelfde.”<br />

Kwaliteitsproduct<br />

Samen met <strong>het</strong> primair onderwijs en <strong>het</strong> vervolgonderwijs<br />

vormen de scholen in <strong>het</strong> voortgezet onderwijs een sector waar<br />

– in economisch vocabulaire – de kwaliteit van <strong>het</strong> geleverde<br />

product (de geschoolde, volwassen mens) uitzonderlijke invloed<br />

heeft op de kwaliteit van onze toekomst. Aan niemand in <strong>het</strong><br />

veld hoef je uit te leggen waarom, zoals <strong>het</strong> regeerakkoord <strong>het</strong><br />

verwoordt, ‘de kwaliteit van de man of vrouw voor de klas […]<br />

daarbij van doorslaggevende betekenis’ is. De <strong>VO</strong>-<strong>raad</strong> vindt<br />

<strong>het</strong> even mooi als terecht dat <strong>het</strong> nieuwe kabinet in de kwaliteit<br />

en professionaliteit van docenten wil investeren en de ambitie<br />

heeft <strong>het</strong> Nederlandse onderwijs naar de mondiale top vijf te<br />

brengen.<br />

Maar deze ambitie rijmt volgens de <strong>VO</strong>-<strong>raad</strong> allerminst met de<br />

huidige bezuinigingen op lwoo en praktijkonderwijs, die 73.000<br />

leerlingen direct zullen treffen. De ene hand neemt, waar de<br />

andere geeft. Dit is de komende tijd dan ook onderwerp van<br />

gesprek in de dialoog met de politiek. Want de stap van goed<br />

naar excellent kunnen de vrouwen en mannen in <strong>het</strong> onderwijsveld<br />

pas echt zetten wanneer zij worden ondersteund door een<br />

consistent langetermijnbeleid met consistente financiering.<br />

Anders gezegd: door een betrouwbare overheid.<br />

<strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong> 3 • december 2012 15


Maat werkt(t)<br />

Hoogbegaafdenproject biedt verdieping en oog voor leerproblemen<br />

‘ze moeten uit<br />

hun comfortzone’<br />

Een specifieke onderwijssituatie vraagt soms om een eigen oplossing. Maatwerk<br />

kan een groot verschil maken. In deze aflevering van Maat werk(t): UniqXL,<br />

een onderwijsconcept voor hoogbegaafden. Acht vo­scholen, verenigd in <strong>het</strong><br />

samenwerkingsverband LEOH, ondersteunen elkaar bij <strong>het</strong> bieden van passend<br />

onderwijs aan hoogbegaafde leerlingen.<br />

Tekst: Marijke Nijboer / Fotografie: Dirk Kreijkamp<br />

Hoogbegaafde leerlingen hebben grote behoefte aan extra<br />

uitdagingen. Veel van deze kinderen beheersen, wanneer ze aan<br />

de basisschool beginnen, al een flink deel van de stof die ze<br />

daar zullen gaan krijgen. Dat leidt niet alleen tot verveling; als<br />

je nooit je best hoeft te doen op school, leer je ook niet om te<br />

leren. Als deze kinderen vervolgens arriveren bij <strong>het</strong> voortgezet<br />

onderwijs, ontdekken docenten soms dat ze moeite hebben met<br />

automatiseren. Dat maakt bijvoorbeeld <strong>het</strong> leren van woordjes<br />

heel lastig. Hoogbegaafde leerlingen kunnen, net als andere<br />

leerlingen, kampen met leerproblemen. Datzelfde geldt voor<br />

stoornissen als dyslexie, adhd en Asperger.<br />

‘Leerlingen die jarenlang te weinig<br />

aandacht kregen, zie je opbloeien’<br />

Met de behoefte aan uitdaging voorop zijn dat allemaal<br />

belangrijke redenen om hoogbegaafde leerlingen een onderwijsaanbod<br />

op maat te bieden. Het samenwerkings verband LEOH<br />

ondersteunt de aangesloten scholen daarbij, met een onderwijsconcept<br />

– UniqXL – dat deze groep leerlingen ‘top-down’onderwijs<br />

biedt. Hans Mathijssen, conrector van <strong>het</strong> Willibrord<br />

Gymnasium in Deurne: “Daarbij ga je uit van <strong>het</strong> geheel,<br />

waarna je terugredeneert naar de delen. Anders gezegd: waar<br />

<strong>het</strong> reguliere onderwijs begint bij <strong>het</strong> woord en dan via de zin en<br />

<strong>het</strong> verhaal tot een boek komt, beginnen wij bij <strong>het</strong> hele plaatje.<br />

Onze leerlingen willen weten waarom ze bepaalde kennis tot<br />

zich moeten nemen. En ze mogen bij hun zoektocht naar de<br />

delen hun eigen route bepalen.” Odilia Heetman, lid van de<br />

schoolleiding en afdelingsleider hoogbegaafdheid op <strong>het</strong><br />

Aloysius College in Den Haag: “Je biedt ruimte om dingen aan<br />

16 <strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong> 3 • december 2012<br />

te pakken op hoog niveau, via een conceptuele of analytische<br />

aanpak. Ze moeten uit hun comfortzone.” Verder bieden<br />

UniqXL-scholen ‘deep level learning’. Dit betekent dat de<br />

leerlingen veel meer in de diepte gaan met de stof.<br />

Docentenprofiel<br />

Het netwerk, dat open staat voor andere scholen, is nog bezig<br />

om zijn visie en aanpak nader te definiëren. Zo wordt er<br />

gewerkt aan een docentenprofiel. Mathijssen: “Een docent<br />

moet deze kinderen aanvoelen en met hen overweg kunnen.”<br />

Onno Bakker, coördinator UniqXL bij Ichthus Dronten: “Je<br />

moet erg flexibel zijn. Sommige leerlingen kunnen ongedurig<br />

zijn, die steken niet netjes hun vinger op. Het borrelt, en dan<br />

moet die vraag meteen gesteld worden.”<br />

Daarom wordt er ook gewerkt aan een profiel van <strong>het</strong> type<br />

leerling dat thuishoort binnen <strong>het</strong> hoogbegaafdenonderwijs.<br />

Ichthus Dronten analyseert <strong>het</strong> dossier van een kind, voert een<br />

intakegesprek en let op <strong>het</strong> IQ, dat 130 of meer moet bedragen.<br />

Bakker: “We kijken naar intelligentie, interactie en motivatie.<br />

In de overlap van die drie zit de hoogbegaafdheid.” Het<br />

Willibrord had de selectie aanvankelijk niet helemaal goed<br />

voor elkaar, vertelt Mathijssen. “We zijn nu drie jaar bezig,<br />

en in <strong>het</strong> derde leerjaar zitten een paar kinderen die <strong>het</strong> niveau<br />

met moeite trekken. We weten nu dat zij zwaar zijn beschadigd<br />

doordat de basisschool onvoldoende is tegemoetgekomen aan<br />

hun leerbehoeften. We selecteren nu beter, al zijn we nog steeds<br />

op zoek naar een goede meetlat.” Ook hij hecht naast <strong>het</strong> IQ<br />

aan elementen als motivatie en creativiteit.<br />

Ichthus Dronten en <strong>het</strong> Haagse Aloysius College plaatsen hoogbegaafde<br />

leerlingen in aparte klassen. “Ons hoogbegaafden-


Links Onno Bakker, coördinator UniqXL Ichthus Dronten<br />

programma komt in feite neer op gymnasium dubbel plus,”<br />

zegt Heetman van <strong>het</strong> Aloysius, waar maar liefst 160 leerlingen<br />

dit extra programma volgen. “Deze leerlingen denken<br />

veel sneller. Maar de verschillen binnen de groep zijn groot.<br />

In deze klassen wordt aandacht besteed aan <strong>het</strong> cognitieve én<br />

<strong>het</strong> sociaal-emotionele element, en dat is ook hard nodig.<br />

Leerlingen die jarenlang te weinig aandacht kregen, zie je<br />

opbloeien. Ze leren leren en vriendschappen aangaan. Ze<br />

komen steviger in hun schoenen te staan. Dat is belangrijk<br />

voor henzelf, maar ook voor de maatschappij waar ze straks<br />

hun plek moeten gaan vinden.” Zij benadrukt dat <strong>het</strong> Aloysius<br />

deze leerlingen schoolbreed stimuleert. “Binnen álle afdelingen,<br />

want hoogbegaafde kinderen onderpresteren vaak en kunnen<br />

overal zitten.”<br />

Duur<br />

Ichthus Dronten zet deze leerlingen de eerste drie jaren bij<br />

elkaar, in groepen van maximaal 20 kinderen. Bakker: “Zo<br />

kunnen we heel gericht aandacht geven. Wij zetten er ook veel<br />

eersteg<strong>raad</strong>s docenten op. Dat zorgt voor meer uitdaging en<br />

is daardoor veel spannender voor de leerlingen.”<br />

Maar apart onderwijs in kleine groepen is wel duur. Het<br />

Deurnse Willibrord Gymnasium besloot daarom na verloop van<br />

tijd om de aparte klassen op te heffen. Mathijssen: “We<br />

merkten dat met name leerlingen met dyslexie moeite hadden<br />

met <strong>het</strong> vak Cambridge Engels.” Bij dit vak besloot de school<br />

de klassen te mixen. Na verloop van tijd mat zij <strong>het</strong> effect<br />

hiervan. “We ontdekten dat die mix voor 50 procent van de<br />

hoogbegaafden goed uitpakte. Voor 25 procent maakte <strong>het</strong><br />

niet uit. De resterende 25 procent had er last van. We<br />

Stephanie zuurman, 13,<br />

tweede klas Ichthus Dronten<br />

‘Genoeg uitgedaagd’<br />

“Ik heb hiervoor op een Leonardo-basisschool gezeten,<br />

en mijn ouders en ik dachten dat ik <strong>het</strong> beste op deze<br />

school verder kon gaan. Het blijft een grote overgang,<br />

van de basisschool naar de middelbare school, maar deze<br />

twee scholen lijken toch wel een beetje op elkaar. Hier is<br />

<strong>het</strong> ook zo dat ze ervan uitgaan dat je iets kunt. Dan mag<br />

je meteen verder. Als je <strong>het</strong> niet kan, wordt <strong>het</strong> nog een<br />

keer uitgelegd. Ik vind gymnastiek en techniek de leukste<br />

vakken. Wij krijgen ook Chinees. Dat vind ik ook leuk; ik<br />

wil eigenlijk al vanaf mijn zesde jaar Chinees leren. Dat<br />

trok me gewoon aan. We kregen hier in de eerste klas ook<br />

al Griekse mythologie, en dat vond ik ook interessant.<br />

Natuurkunde, scheikunde, biologie en aardrijkskunde<br />

krijgen we in <strong>het</strong> Engels. Dat is wel pittig; je moet <strong>het</strong><br />

eerst vertalen en dan ook direct begrijpen. Dat vond ik in<br />

<strong>het</strong> begin wel moeilijk, maar nu ben ik daaraan gewend.<br />

Ik heb meer moeite met wiskunde, al vind ik dat ook een<br />

leuk vak, en Frans. Daar krijg ik geen extra hulp voor, ik<br />

probeer gewoon om alles beter te leren. Ik vind wel dat ik<br />

genoeg word uitgedaagd. Dat is wel belangrijk. Op de<br />

basisschool waar ik zat voordat ik naar de Leonardobasisschool<br />

ging, had ik iemand in mijn klas die alles al<br />

wist. Die heeft toen driekwart jaar thuisgezeten.<br />

Ik vind <strong>het</strong> wel prettig om met andere kinderen van m’n<br />

eigen niveau in één klas te zitten. Op mijn eerste basisschool<br />

begrepen sommige leerkrachten en kinderen mij<br />

niet, omdat ik anders dacht. In <strong>het</strong> begin keken de andere<br />

leerlingen hier wel vreemd tegen onze klas aan. Ze<br />

dachten dat wij hen dom vonden. Dat is echt niet zo,<br />

en gelukkig is iedereen nu aan ons gewend.”<br />

concludeerden dat <strong>het</strong> misschien niet zo heel belangrijk was dat<br />

de hoogbegaafden bij elkaar zitten.” Mathijssen plaatst daarbij<br />

de kanttekening dat <strong>het</strong> Willibrord een gymnasium is: daar zijn<br />

de verschillen met de andere leerlingen niet erg groot. De hoogbegaafden<br />

krijgen nog wel apart les in Latijn, omdat zij hiervoor<br />

vanaf de eerste klas een andere methode gebruikten, en<br />

wiskunde, omdat zij met name bij dit vak in een veel hoger<br />

tempo leren. Ook krijgen deze leerlingen nog steeds apart les in<br />

Spaans, science en filosofie, en werken ze samen aan projecten.<br />

Ichthus Dronten geeft al vanaf de eerste klas natuurkunde,<br />

scheikunde en biologie als aparte vakken, met behulp van een<br />

Engelstalige methode. Bakker: “Leerlingen krijgen concepten<br />

voorgeschoteld die ze normaal pas zouden krijgen in vwo 4 en<br />

5, en ze zuigen <strong>het</strong> op. Ze bedenken experimenten en komen<br />

<strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong> 3 • december 2012 17


ADVERTENTIE<br />

Niveautesten Nederlands, rekenen en Engels<br />

Taalniveautest Nederlands<br />

WWW<br />

Rekenniveautest<br />

WWW<br />

Language Level Assessment<br />

van A1 t/m C2<br />

WWW<br />

Hal 11, stand E040<br />

Uitgeverij Deviant heeft een jarenlange ervaring met haar<br />

niveautesten voor Nederlands, rekenen en Engels:<br />

• Taalniveautest Nederlands (TNT);<br />

• Rekenniveautest (RNT);<br />

• Language Level Assessment (LLA).<br />

De Taalniveautest en de Rekenniveautest zijn conform de referentieniveaus<br />

van de Commissie Meijerink ontwikkeld; <strong>het</strong> Language Level Assessment<br />

(LLA) is conform <strong>het</strong> CEF.<br />

De niveautesten hebben een tweeledige functie: zij kunnen bij de start<br />

ingezet worden als nulmeting en gedurende de opleiding als voortgangsinstrument.<br />

instrument De niveautesten zijn uitermate geschikt om in te zetten in <strong>het</strong><br />

mbo, vo en en PrO.<br />

Enkele kenmerken van de de niveautesten:<br />

• de niveautesten bestaan uit korte taal- of rekentaken per niveau per<br />

taalvaardigheid of per rekendomein;<br />

• de docent kan instellen op welk niveau de leerling met de test begint;<br />

de niveautesten passen zich aan <strong>het</strong> niveau van de leerling aan, zodat<br />

de leerling niet onnodig geconfronteerd wordt met te makkelijke of te<br />

moeilijke vrag en;<br />

• de niveautesten kunnen op elk moment onderbroken worden, omdat<br />

de antwoorden per vraag worden opgeslagen;<br />

• na a oop van de niveautest krijgt de leerling de resultaten direct te<br />

zien in een scoretabel; de docent krijgt <strong>het</strong> overzicht per leerling, klas,<br />

leerjaar of afdeling.<br />

• de niveautest duurt afhankelijk van <strong>het</strong> niveau van de leerling 30 tot 60<br />

minuten;<br />

• alle vragen in elke niveautest worden at random uit een groot corpus<br />

van vragen geselecteerd, zodat elke niveautest uniek is.<br />

• aan de standaard niveautest is kosteloos een Vooraf-test toegevoegd<br />

die afgenomen kan worden bij leerlingen die onder 1F/A2-niveau<br />

scoren.<br />

Prijs van de testen: € 3,50 per leerling per sessie.<br />

Een gedetailleerde verantwoording van de opzet van deze<br />

niveautesten vindt u op www.uitgeverij-deviant.nl. U kunt<br />

kosteloos een demoaccount voor Studiemeter.nl aanvragen via<br />

info@uitgeverij-deviant.nl.<br />

Krommestraat 70<br />

3811 CD Amersfoort<br />

+31(0)33-4650831<br />

www.uitgeverij-deviant.nl<br />

Advert_<strong>VO</strong>_mag_8 dec_niveautest.indd 1 09-11-12 11:14


zelf met oplossingen. Dat geldt ook voor de andere vakken.<br />

Bij de vreemde talen geven we bijvoorbeeld een tekst en zeggen:<br />

zoek de grammaticale regels maar uit. Dat vinden we een mooi<br />

voorbeeld van top-down leren.” Verder krijgen de hoog begaafden<br />

les in Chinees. “Dat is een beeldtaal: al die karakters staan<br />

voor een woord. Veel van deze leerlingen zijn beelddenkers, en<br />

dan is <strong>het</strong> heel prettig om op die manier met taal bezig te zijn.”<br />

De klassen gaan bovendien elke maand op excursie, naar<br />

musea, bedrijven of instellingen zoals de gemeente.<br />

3,5 profiel<br />

Het Haagse Aloysius leidt hoogbegaafde leerlingen op voor een<br />

gymnasiumdiploma in zoveel mogelijk profielen. Heetman:<br />

“De meeste leerlingen doen examen in drie tot 3,5 profielen.<br />

Daarbij leggen we accenten op <strong>het</strong> internationale aspect,<br />

science, economie en kunst. Ze krijgen een brede vorming<br />

zodat ze zich als mens kunnen ontwikkelen.” Als extra vakken<br />

krijgen de leerlingen (deels in combinatie met andere vakken)<br />

ondernemen, Chinese taal en cultuur, en onderzoeken & ontwerpen.<br />

De science-vakken worden geïntegreerd gedoceerd, en<br />

wekelijks wordt tijdens een mentorles aandacht gegeven aan de<br />

onderlinge omgang en communicatie. Heetman: “Een belangrijk<br />

onderwerp daar is ook: leren omgaan met <strong>het</strong> feit dat je<br />

iets niet kunt.”<br />

Het Aloysius is aspirant hoogbegaafdheidsprofielschool. Zo’n<br />

school moet voldoen aan bepaalde criteria. “Met goede coaching<br />

en begeleiding moet je ook onderpresterende leerlingen weer<br />

vlot zien te trekken. Daar moet je voldoende expertise voor in<br />

huis hebben,” zegt Heetman. Op profielscholen werken alle<br />

afdelingen, vaak al jarenlang, toe naar onderwijs op maat voor<br />

hoogbegaafden.<br />

Toch werkt <strong>het</strong> Aloysius ook met overtuiging mee aan UniqXL.<br />

“Die kring van scholen is kleiner, de aanpak verschilt per<br />

Maat werkt(t)<br />

school, en sommige zijn pas een of twee jaar bezig. Maar <strong>het</strong><br />

is zó belangrijk om je expertise te delen. Zo kunnen we ook<br />

vermijden dat er allerlei probeersels op de kinderen worden<br />

losgelaten.” Bakker: “Samen kun je docenten trainen en je<br />

programma verder ontwikkelen.”<br />

Volgens hem is <strong>het</strong> effect van UniqXL duidelijk. “Deze leerlingen<br />

zijn vaak heel woest en druk, of kruipen juist weg. De<br />

gedragsmatige en motivatieproblemen zijn in een reguliere<br />

groep met 30 tot 32 kinderen moeilijker op te vangen. Ik<br />

weet zeker dat een aantal kinderen zonder dit programma<br />

<strong>het</strong> vwo niet had volgehouden.”<br />

Voor meer informatie: Hans Mathijssen,<br />

j.mathijssen@willibrordgymnasium.nl<br />

Emile Hillen, 15, vierde klas Aloysius<br />

College Den Haag<br />

‘Meer leren in korte tijd’<br />

‘Ik heb eerst op een Montessori-basisschool gezeten.<br />

Daarna ben ik naar een gymnasium gegaan, maar daar<br />

vond ik <strong>het</strong> niet zo leuk. Ik werd er niet echt uitgedaagd.<br />

Na een half jaar ben ik overgestapt naar <strong>het</strong> Aloysius<br />

College. Dat heb ik vooral gedaan vanwege <strong>het</strong> extra<br />

programma dat zij bieden. Het bevalt me hier beter. Wat<br />

ik vooral fijn vind: er wordt zo goed nagedacht over wat<br />

ons zou kunnen uitdagen, en wat wij leuk vinden. We<br />

doen veel extra dingen, zoals Bèta Excellent. Dat is een<br />

programma voor leerlingen die goed zijn in bètavakken.<br />

Je doet dan allerlei extra dingen, zoals bezoeken aan<br />

Shell en andere bedrijven en instanties. Ik ben wel een<br />

bèta, mijn favoriete vakken zijn biologie en natuurkunde.<br />

Ik ben op deze school wel wat anders gaan aankijken<br />

tegen ‘leren’. Ik heb vooral over mijzelf opgestoken dat<br />

ik meer kan leren in korte tijd, en dat <strong>het</strong> dan beter gaat.<br />

Ik was altijd heel snel afgeleid bij schoolwerk. Als ik<br />

meer te doen heb, wordt mijn aandacht niet naar andere<br />

dingen toegetrokken.<br />

Ik vind <strong>het</strong> nuttig dat de hoogbegaafde leerlingen in één<br />

klas worden gezet. Ik vond <strong>het</strong> in <strong>het</strong> begin ook erg fijn<br />

omdat ik meteen goed met de meeste kinderen in de klas<br />

kon opschieten. Ik kan <strong>het</strong> natuurlijk ook goed vinden<br />

met andere kinderen, maar als je op een nieuwe school<br />

komt, is <strong>het</strong> altijd even wennen. Dan vind ik <strong>het</strong> fijn als er<br />

meteen een klik is tussen mij en de kinderen van de klas.<br />

Dat gaat bij mij makkelijker met andere hoogbegaafde<br />

leerlingen. Ik vind <strong>het</strong> ook nog nuttig omdat zo <strong>het</strong> tempo<br />

van de klas hoog kan blijven. Dan haakt er niemand af<br />

omdat <strong>het</strong> te makkelijk wordt.’<br />

<strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong> 3 • december 2012 19


ADVERTENTIE<br />

Optimale<br />

OnDersteuning<br />

van docenten en leerlingen<br />

Het onderwijs staat nooit stil<br />

Veranderende regelgeving van de overheid en nieuwe onderzoeksinzichten vragen<br />

om antwoord. Om de inhoudelijke kwaliteit van uw onderwijs te waarborgen moeten<br />

docenten worden bijgeschoold. Daarbij wilt u natuurlijk ook <strong>het</strong> allerbeste voor uw<br />

leerlingen. Hoe gaat u om met al deze verschillende aandachtsgebieden?<br />

een ervaren en betrokken partner<br />

Wij snappen dat <strong>het</strong> lastig kan zijn om alle factoren die van invloed zijn op goed onderwijs<br />

altijd de aandacht te geven die ze verdienen. Goede ondersteuning van een ervaren en<br />

betrokken partner is daarbij een uitkomst. Driestar Onderwijsadvies ís die partner. Als<br />

onderdeel van een grote onderwijsorganisatie hebben wij een brede en diepe ervaring<br />

in adviseren, coachen en trainen op <strong>het</strong> gebied van onderwijs en organisatiecultuur. Via<br />

onze eigen hogeschool en de lectoraten hebben wij een directe verbinding met de<br />

hedendaagse onderwijspraktijk. En werkend vanuit de kernwaarden toewijding, betrouwbaarheid<br />

en bewogenheid voor u én uw leerlingen helpen wij u graag verder.<br />

Kastanjelaan 10 Postbus 433 2980 AK Ridderkerk t (0180) 44 26 00 f (0180) 44 26 01<br />

Driestar Onderwijsadvies is onderdeel van Driestar Educatief<br />

Bij Driestar<br />

Onderwijsadvies:<br />

• staat uw praktijk<br />

centraal<br />

• ontvangt u maatwerk<br />

• groeit uw professionaliteit<br />

• versterken wij uw<br />

leerlingenzorg<br />

Benieuwd wat wij voor<br />

u kunnen betekenen?<br />

Bekijk ons aanbod op<br />

onze website of scan<br />

de QR­code.<br />

onderwijsadvies@driestar-educatief.nl<br />

www.driestar-onderwijsadvies.nl


‘Falende schoolbesturen moeten kunnen worden<br />

geroyeerd als lid van de <strong>VO</strong>­<strong>raad</strong>’<br />

‘Reken af met<br />

bestuurders, niet met<br />

scholen’<br />

Berend Buddingh’, rector/bestuurder<br />

van Schoonhovens College<br />

“Falen heeft meestal te maken met personen. Om nou een<br />

school of scholengroep te royeren als lid van de <strong>VO</strong>-<strong>raad</strong><br />

omdat een of twee bestuurders hun werk slecht hebben gedaan,<br />

dat vind ik heel ver gaan. Dat zou inhouden dat de scholen die<br />

onder Amarantis vielen, geen lid meer mogen zijn. Die scholen<br />

moeten zich nu stuk voor stuk zien te herpakken. Je mag<br />

docenten niet straffen voor <strong>het</strong> falen van hun<br />

schoolbestuurders.<br />

Ik denk dat we misschien, in navolging van <strong>het</strong> Lerarenregister,<br />

toe moeten naar een register voor schoolbestuurders.<br />

Want bepaalde schoolbestuurders mogen wat mij betreft wel<br />

uit <strong>het</strong> onderwijs worden geroyeerd. Ik denk ook dat raden van<br />

toezicht, die over de benoeming van schoolbestuurders gaan,<br />

goede inzage moeten hebben in wat schoolbestuurders<br />

gepresteerd hebben. Dat is soms lastig, maar nu gaan sommige<br />

bestuurders elders weer aan de slag terwijl ze duidelijk gefaald<br />

hebben in hun vorige job. Dat zouden we niet moeten willen.<br />

Ik zet ook vraagtekens bij de aparte cao voor onderwijsbestuurders.<br />

Natuurlijk ken ik de formele redenen. Maar bij de<br />

uitwerking bleken een nieuwe beloningsstructuur tot boven de<br />

Balkenendenorm, de verkapitalisering van vakanties en ruimte<br />

voor bonussen plotseling ook heel belangrijk. Waarom?<br />

Misschien kunnen onderwijsbestuurders niet gewoon onder de<br />

cao vo vallen, maar je had de beloningsstructuur wel één op<br />

één kunnen overnemen. Maar blijkbaar was dat niet genoeg.<br />

Slecht voor de beeldvorming, en die raakt ons allemaal.<br />

Bij bestuurlijk falen denk ik overigens aan falend financieel<br />

beleid en situaties waar persoonlijke belangen belangrijker<br />

worden geacht dan die van de organisatie. Zelfverrijking,<br />

hoor je dan vaak. Ook ik verbaas me steeds weer over de graaicultuur;<br />

<strong>het</strong> feit dat bestuurders zo de weg kwijtraken. Goed<br />

onderwijs begint met de man of vrouw voor de klas en wij<br />

bestuurders moeten faciliteren. Met maatschappelijk geld.<br />

Ons moreel kompas mag daarbij niet ondergeschikt raken.”<br />

“Ik ben <strong>het</strong> geheel met de stelling oneens. Dat heeft alles te<br />

maken met wat ik <strong>het</strong> karakter en <strong>het</strong> doel en de status van de<br />

<strong>VO</strong>-<strong>raad</strong> vindt. De <strong>VO</strong>-<strong>raad</strong> is een werkgeversorganisatie. Dat<br />

betekent dat de <strong>raad</strong> niet in de positie is om leden te beoordelen<br />

op hun functioneren. De aangewezen personen die dat<br />

wél kunnen doen zijn de minister en de toezichthouders.<br />

De <strong>VO</strong>-<strong>raad</strong> is een belangenbehartigingsorganisatie, geen<br />

minister of baas van de schoolleiders; de <strong>raad</strong> behartigt<br />

belangen en is een werkgeversorganisatie. Bernhard Wientjes,<br />

de voorzitter van de werkgeversorganisatie VNO-NCW, zal<br />

ook nooit iets zeggen over besturen van bedrijven die <strong>het</strong> niet<br />

goed doen. Heel simpel: omdat hij daar niet over gaat. Hij zal<br />

zeggen dat daar andere instanties voor zijn.<br />

Nee, ik zie ook geen andere rol voor de <strong>VO</strong>-<strong>raad</strong> in <strong>het</strong> geval<br />

van een falend schoolbestuur. Ook niet ondersteunend of iets<br />

dergelijks. Daar gaat de <strong>raad</strong> eenvoudig niet over. Het is onze<br />

baas toch niet? De <strong>VO</strong>-<strong>raad</strong> moet puur en alleen de werkgevers<br />

belangen behartigen. Ik ben daar heel principieel in.<br />

Als de <strong>VO</strong>-<strong>raad</strong> leden zou aanspreken op hun functioneren, zou<br />

dat een verwisseling betekenen van taken en rollen. Het kan<br />

ook juridisch een probleem geven als de <strong>VO</strong>-<strong>raad</strong> zich oordelen<br />

over <strong>het</strong> functioneren van bestuurders gaat aanmeten. Wanneer<br />

is er sprake van falen, wanneer van een beetje falen of<br />

veel falen? Wie beoordeelt dat, op basis waarvan? Enzovoort…<br />

De <strong>VO</strong>-<strong>raad</strong> is niet alleen geen minister, maar ook<br />

geen rechter.”<br />

<strong>VO</strong> in debat<br />

‘De <strong>VO</strong>­<strong>raad</strong> gáát niet over<br />

<strong>het</strong> functioneren van zijn<br />

leden’<br />

Henk van Hoof, voorzitter CvB<br />

Stichting Limburgs Voortgezet<br />

Onderwijs, Sittard<br />

<strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong> 3 • december 2012 21


22 <strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong> 3 • december 2012


<strong>VO</strong> IN BEELD<br />

Waar Parcival College, Groningen<br />

Wanneer Maandag 3 december 2012<br />

Waarom Muziekles<br />

Fotografie: Josje Deekens<br />

<strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong> 3 • december 2012 23


In de praktijk<br />

Collegiale consultatie breekt schoolcultuur open<br />

Groeien op een<br />

zachte manier<br />

Op Stad en Esch in Meppel vinden docenten <strong>het</strong> tegenwoordig volstrekt normaal om bij<br />

elkaar in de klas kijken. Dat komt door de invoering van collegiale consultatie. Bovendien:<br />

de resultaten van de leerlingen gingen omhoog, de sfeer veranderde en de onderwijspraktijk<br />

staat weer centraal. ‘We praten in de teams weer over wat een goede les is.’<br />

Tekst: Truus Groenewegen / Fotografie: Dirk Kreijkamp<br />

Het verbeteren van de lessen en <strong>het</strong> professionele gedrag van<br />

de docent stond al hoog op de agenda van Stad en Esch, toen<br />

de kans zich voordeed samen te werken met <strong>het</strong> Universitair<br />

Onderwijscentrum Groningen. Onder de titel ‘Versterken van<br />

de leraar’ ging een onderzoeks- en ontwikkelproject van start,<br />

dat draaide om collegiale consultatie. Vormgeving en effecten<br />

van de collegiale consultatie werden onderzocht door een<br />

groep docentonderzoekers (zie kader).<br />

Kritische vragen<br />

Het project kreeg grote urgentie toen de Inspectie eind<br />

2010 de havo-afdeling van locatie Zuideinde als ‘zeer zwak’<br />

be oor deelde. Verschillende zaken waren al gaande of werden<br />

daarna direct in gang gezet: <strong>het</strong> invoeren van Investors in<br />

People (een verbeterproces dat helpt doelen en ambities<br />

van de organisatie en de medewerkers op elkaar af te<br />

stemmen, red.), de rendementen goed tegen <strong>het</strong> licht houden,<br />

<strong>het</strong> leerlingvolg systeem Magister invoeren en een zwaar<br />

zorgsysteem opzetten. Want ook daar gaf de Inspectie de<br />

school een onvoldoende voor. Collegiale consultatie was dus<br />

onderdeel van een veranderproces, maar wel heel wezenlijk,<br />

vindt Trudy van den Berg, teamleider havo bovenbouw.<br />

“Het werkte als een soort vliegwiel.”<br />

‘Iedereen weet wat <strong>het</strong> is om bekeken<br />

te worden. Dat zorgt voor een veiliger<br />

klimaat’<br />

24 <strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong> 3 • december 2012<br />

“Als een collega je wijst op dingen die je anders kunt doen<br />

of kritische vragen stelt, ga je alleen daarvan al anders lesgeven”,<br />

zegt ook Frank Dost, docent filosofie en docentonderzoeker.<br />

De observatielijst die wordt gebruikt bij de<br />

collegiale consultatie, maakt docenten bewust van aspecten<br />

van <strong>het</strong> lesgeven waar ze niet meer zo bij stilstaan, merkte hij,<br />

en dat werkt door buiten <strong>het</strong> klaslokaal. “We hebben <strong>het</strong> in de<br />

teams en de secties weer over wat een goede les is”, bevestigt<br />

Van den Berg. “We praten over activerende werkvormen,<br />

over wat een veilig pedagogisch didactisch klimaat is. Door<br />

de collegiale consultatie doen we dat op een andere manier,<br />

opener en lerender. Docenten weten van elkaar hoe ze te werk<br />

gaan. Ik hoor nu mensen zeggen: die collega krijgt die klas<br />

wel aan <strong>het</strong> werk.”<br />

“Iedereen kijkt bij iedereen”, vult Dost aan. “Degene die jou<br />

observeert, wordt zelf ook een keer geobserveerd, dus iedereen<br />

weet wat <strong>het</strong> is om bekeken te worden. Dat zorgt voor een<br />

veiliger klimaat.”<br />

Pareltjes<br />

De resultaten verbeterden in rap tempo, vertelt Van den Berg.<br />

“Binnen anderhalf jaar gingen we van ‘zeer zwak’ naar ‘zwak’<br />

naar ‘regulier’ toezicht. Het rendement van zowel havo als<br />

vwo is omhoog gegaan, <strong>het</strong> cijfer voor <strong>het</strong> centraal examen is<br />

hoger en onze slagingspercentages voor de havo liggen boven<br />

<strong>het</strong> landelijk gemiddelde.<br />

Bij <strong>het</strong> laatste bezoek wilde de Inspectie zeker twintig lessen<br />

zien, ook in <strong>het</strong> vwo en de theoretische leerweg. Ze merkten


echt een verbetering. Natuurlijk waren een aantal lessen goed<br />

voor een 6, zogenaamde ‘huiswerklessen’, maar de Inspectie<br />

zag ook sublieme lessen. Van die pareltjes, die uitschieters,<br />

vraag ik me af of we die ook zonder de collegiale consultatie<br />

hadden gehad.”<br />

‘Ik vraag me af of we zonder de<br />

collegiale consultatie ook van die<br />

pareltjes hadden gehad’<br />

Dost licht verder toe: “Een heel belangrijke en tegelijkertijd<br />

ongrijpbare ontwikkeling is dat er een opener cultuur is ontstaan.<br />

Je raakt een docent in de kern als je <strong>het</strong> over z’n lessen<br />

hebt. Door te praten over wat in de klas gebeurt, kan <strong>het</strong> hele<br />

functioneren van mensen binnen de school opener besproken<br />

worden. In ons onderzoek noemden bijna alle docenten die<br />

openheid en dat ze die enorm waarderen. Bij elkaar in de<br />

keuken kijken, blijkt toch niet zo eng. Als je nu langsloopt en<br />

in de klas bij een collega een leerling met z’n spelcomputer<br />

ziet spelen, zeg je dat makkelijker tegen elkaar. Daar heb je<br />

wat aan als docent.”<br />

Leuk en leerzaam<br />

De docentonderzoekers peilden de effecten van de collegiale<br />

consultatie onder meer door diepte-interviews te houden met<br />

zo’n twintig collega’s. De onderzoeksgroep was een kritische<br />

partner voor <strong>het</strong> management. Van den Berg: “Wij kunnen<br />

Trudy van den Berg (teamleider havo bovenbouw), Jasmijn Kester (directeur)<br />

en Frank Dost (docentonderzoeker) van Stad en Esch in Meppel<br />

wel zeggen dat collegiale consultatie een goed instrument is,<br />

maar zie je <strong>het</strong> gewenste effect terug?” Daar kan Dost op<br />

grond van <strong>het</strong> onderzoek volmondig ‘ja’ op zeggen. “Vrijwel<br />

unaniem vonden docenten <strong>het</strong> heel leuk en leerzaam om te<br />

doen. Ze vonden dat ze vooral veel leerden van <strong>het</strong> nagesprek<br />

over de les. In die zin was er een hoge doelmatigheidsbeleving.<br />

Ook al is <strong>het</strong> geven en ontvangen van feedback soms lastig,<br />

eigenlijk wilden alle docenten verder.”<br />

Dost noemt de positieve uitkomst opvallend, vooral omdat<br />

<strong>het</strong> project een valse start had. Aanvankelijk was een groep<br />

excellente docenten uitgekozen om samen te werken met<br />

hoogleraar Van de Grift. Die selectie en <strong>het</strong> gebruik van <strong>het</strong><br />

woord ‘excellent’ riepen veel weerstand op. Waarom ben ik<br />

niet excellent en wie bepaalt dat?, vroegen docenten zich af.<br />

Snel daarna is besloten om de opzet te wijzigen. Alle docenten<br />

kregen een korte scholing en bezochten elkaars lessen, waarbij<br />

ze zelf bepaalden met welke collega ze uitwisselden.<br />

Goede gesprekken<br />

Docenten hadden vooral kritiek op <strong>het</strong> observatie-instrument.<br />

Dat is terug te voeren op de startproblemen, denkt Dost.<br />

Bovendien, los van de sentimenten blijkt die kritische houding<br />

goed voor inhoudelijke discussies. “We hebben heel goede,<br />

concrete gesprekken waar je als docent veel aan hebt. Bijvoorbeeld<br />

wat de didactische redenen zijn om bij wiskunde<br />

bepaalde onderdelen niet aan context te koppelen. Bij filosofie<br />

probeer ik juist alles aan een context te koppelen, omdat <strong>het</strong><br />

anders maar abstracte theorieën zijn. Bij mij is de vraag<br />

<strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong> 3 • december 2012 25


Hui swer k<br />

leeft!<br />

◆ bij de leerling<br />

◆ bij de ouder(s)<br />

◆ én bij u op school<br />

Heeft u ook vragen rondom huiswerkbegeleiding en de<br />

mogelijkheden voor scholen? Mail paulvandermost@<br />

studiekring.nl of tot ziens op de NOT, stand 08.B025.<br />

Reeds 35 scholen gingen u voor!<br />

www.studiekring.nl/scholen<br />

ADVERTENTIE<br />

‘Ontwikkel uzelf, en uw<br />

school verandert mee.’<br />

Lerend leiden en leidend leren<br />

MD-nieuwe stijl door:<br />

• uw persoonlijke ambities en de opdracht van de school centraal te zetten;<br />

• de feiten in kaart te brengen en hier kritische vragen over te stellen;<br />

• uw persoonlijke leervragen, leerstijlen en loopbaanperspectieven te definiëren;<br />

• de bij u passende persoonlijke leerinterventies vast te stellen en mogelijk te maken.<br />

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Robbin Haaijer (06-506 82 905) of Henk Hendriks (06-532 92 807).<br />

Nieuwe Steen 18 1625 HV Hoorn<br />

T 0229 - 24 42 24 E advies@vbent.org<br />

www.vanbeekveldenterpstra.nl<br />

Aangesloten bij de Raad<br />

van Organisatie-Adviesbureaus


‘waar was de context’ dus terechte kritiek, bij een wiskundedocent<br />

niet altijd.”<br />

Het observatie-instrument zal niet zomaar terzijde worden<br />

geschoven, omdat <strong>het</strong> nog een meerwaarde heeft voor de school.<br />

“Je kunt <strong>het</strong> instrument onhandig vinden – <strong>het</strong> is een heel uitgebreid<br />

formulier – en toch gebruiken we <strong>het</strong>”, zegt Van den<br />

Berg. “Omdat <strong>het</strong> ons via <strong>het</strong> Groningse onderzoek een landelijke<br />

benchmark oplevert. We kunnen kijken of we <strong>het</strong> op<br />

bepaalde punten beter of slechter doen dan andere scholen.”<br />

‘Als je nu langsloopt en in de klas<br />

bij een collega een leerling met z’n<br />

spelcomputer ziet spelen, zeg je dat<br />

makkelijker tegen elkaar’<br />

Eigen focus<br />

Lijntje met de wetenschap<br />

Of wetenschappelijk te bewijzen valt dat de docenten beter<br />

zijn gaan lesgeven, is nog even afwachten. De data van <strong>het</strong><br />

Groningse onderzoek zijn nog niet beschikbaar. Intussen heeft<br />

<strong>het</strong> management al keuzes gemaakt. Om te voorkomen dat<br />

verwatert wat nu is bereikt, is in de teamplannen vastgelegd<br />

dat alle docenten elk schooljaar minimaal twee collegiale<br />

consultaties doen en tweemaal feedback krijgen. Naast algemene<br />

kwaliteitsverbetering van de lessen hebben de teams<br />

daarbij hun eigen focus. In de bovenbouw vwo is dat op dit<br />

moment activerende didactiek, terwijl <strong>het</strong> havo-team meer<br />

behoefte heeft aan aandacht voor orde houden, een veilig<br />

pedagogisch didactisch klimaat en <strong>het</strong> motiveren van leer-<br />

In de praktijk<br />

Stad en Esch heeft de collegiale consultatie ingevoerd dankzij de subsidie uit de SLOAregeling<br />

van de <strong>VO</strong>-<strong>raad</strong> die beschik baar werd gesteld voor <strong>het</strong> research en developmentproject<br />

‘Versterken van de leraar’. De school werkte daarbij samen met <strong>het</strong> Universitair<br />

Onderwijs centrum Groningen. Docenten gebruikten (en gebruiken) bij <strong>het</strong> observeren van<br />

elkaars lessen een observatie-instrument, dat hoogleraar Wim van de Grift heeft ontworpen<br />

op basis van internationaal onderzoek naar effectief onderwijs. Met <strong>het</strong> instrument doen de<br />

docenten ook verschillende zelfevaluaties. De scores die dat oplevert, gebruiken de wetenschappers<br />

om vast te stellen of docenten hun pedagogisch-didactisch handelen verbeteren.<br />

Een aantal docenten is betrokken bij dit onder zoek, en is tegelijkertijd opgeleid tot docentonderzoeker<br />

door Hennie Brandsma, lector Duurzame schoolontwikkeling aan de Noordelijke<br />

Hogeschool Leeuwarden. Deze onderzoeks groep onderzocht de implementatie van de<br />

collegiale consultatie en wat die heeft opgeleverd. Hoewel <strong>het</strong> SLOA-project is afgelopen,<br />

blijft Stad en Esch de contacten met hogeschool en universiteit onderhouden. “De verbinding<br />

met de wetenschap is, zeker voor ons als school met een vwo-afdeling, heel belangrijk”,<br />

zegt Trudy van den Berg.<br />

lingen. Hoewel <strong>het</strong> SLOA-traject is afgelopen, heeft <strong>het</strong><br />

managementteam de onderzoeksgroep opdracht gegeven<br />

opnieuw diepte-interviews af te nemen bij collega’s, om na<br />

te gaan wat de effecten zijn. Dost is blij met deze nieuwe<br />

opdracht. “Wij controleren of de innovatie wel genoeg<br />

oplevert. Door ons onderzoek kunnen wij een onderbouwd<br />

advies geven aan <strong>het</strong> management.”<br />

Jasmijn Kester, die sinds september directeur van Stad en<br />

Esch Zuideinde is, vindt de analyse die de docentenonderzoekers<br />

uitvoeren, heel waardevol voor de school. “Zij<br />

onderzoeken of we de goede dingen doen en of we ze goed<br />

doen. Zo geven de docenten meer grond aan hun eigen<br />

professionaliteit. Docenten én teamleiders staan nu veel<br />

vanzelfsprekender open voor feedback en handelen ernaar.”<br />

Krachtig middel<br />

Met de collegiale consultatie heeft <strong>het</strong> thema ‘Versterken<br />

van de leraar’ op Stad en Esch een eigen inkleuring gekregen.<br />

Kester vindt <strong>het</strong> voor docenten een goede manier om gemeenschappelijk<br />

verantwoordelijkheid te nemen en gedrag te<br />

veranderen. “Dat docenten elkaar versterken, is een belangrijke<br />

sleutel om de kwaliteit van <strong>het</strong> onderwijs te verbeteren”,<br />

zegt ze. “Collegiale consultatie is een mooi en krachtig<br />

middel. Dat komt, denk ik, doordat er geen keiharde beoordeling<br />

aan vastzit en omdat mensen op een gelijk level met<br />

elkaar in gesprek zijn. De mate van veiligheid en vertrouwen<br />

tussen collega’s is groot, er is een andere dynamiek dan<br />

wanneer teamleiders in de les komen kijken. Door collegiale<br />

consultatie kunnen docenten professioneel groeien en leren op<br />

een zachte manier.”<br />

<strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong> 3 • december 2012 27


Vijf dagen inspiratie,<br />

de nieuwste trends<br />

en ontwikkelingen.<br />

Mis <strong>het</strong> niet!<br />

Registreer nu<br />

voor Gratis<br />

toegang met<br />

code: 10002717<br />

22-26 januari 2013<br />

Jaarbeurs Utrecht<br />

www.not-online.nl<br />

ADVERTENTIE<br />

Meld u nu<br />

aan voor<br />

de master!<br />

MASTER EDUCATIONAL LEADERSHIP<br />

NVAO geaccrediteerd!<br />

Bent u schoolleider en wilt u opbrengst gericht<br />

leiderschap effectief inzetten ter<br />

verbetering van leerlingresultaten?<br />

Schrijf u dan nu in voor de<br />

Master Educational Leadership!<br />

De master start in januari 2013.<br />

Meer informatie: www.pentanova.nl


Meedoen aan alle nieuwe ontwikkelingen op ict-gebied is onbetaal-<br />

baar; elke school moet keuzes maken. Liefst goed doordachte keuzes,<br />

geworteld in de schoolvisie op onderwijs en op de plaats van ict<br />

en informatiestromen daarin. Informatiemanagement wordt dit<br />

genoemd. Kennisnet biedt scholen een handreiking om hiermee zelf<br />

aan de slag te gaan.<br />

“We waren op <strong>het</strong> Almere College toe aan een nieuwe stap in <strong>het</strong> organiseren<br />

van onze ict en van onze informatiestromen.” Aan <strong>het</strong> woord is<br />

Gerald Schutte, afdelingsleider bovenbouw havo/vwo op locatie Dronten,<br />

met informatiemanagement in zijn portefeuille.<br />

“Daarom hebben we Margreet Vermeer van Kennisnet uitgenodigd voor een<br />

stevig gesprek met <strong>het</strong> management. Het was heel verhelderend om onze<br />

school door de ogen van een betrokken, kritische buitenstaander te bekijken.<br />

Margreet richtte <strong>het</strong> gesprek op visie­ontwikkeling: ‘Wat voor school ben je<br />

nu? Met welke kernbegrippen typeer je jezelf als school? Wat voor school wil<br />

je graag zijn? Wat is de rol van ict en van de informatiestromen hierin? Waar<br />

wil je zijn over 5 jaar?’ Dit gesprek hielp enorm om onze schoolvisie scherp<br />

te verwoorden: Wij zien onszelf graag als een speler in een netwerk.”<br />

Informatiestromen<br />

“Deze typering van onszelf in de toekomst als ‘netwerkschool’ heeft<br />

consequenties voor welke stappen we nu, morgen, volgende maand moeten<br />

nemen: Het betekent dat we toegankelijk en bereikbaar willen zijn.<br />

Hoe organiseren we dat? Hoe moeten we onze informatiestromen inrichten<br />

en stroomlijnen, zodat de juiste informatie soepel bij de juiste persoon<br />

belandt? Zulke dingen gaan we in een schoolplan vastleggen.”<br />

Het Almere College gebruikt sinds een paar jaar Magister als leerlinginformatie<br />

systeem. Schutte: “Dit programma moet de spil worden in de<br />

ADVERTENTIE<br />

(advertorial)<br />

Informatiemanagement:<br />

keuzes maken vanuit de schoolvisie<br />

informatiestromen rondom ons onderwijs. Leerlinggegevens, roosters en<br />

studiewijzers zitten er nu in; digitale lesmaterialen zijn van daaruit te<br />

benaderen en de toetsresultaten worden erin verwerkt. Dit schooljaar<br />

hebben we automatisch – via Magister – de boekenpakketten voor alle<br />

leerlingen en de digitale leermiddelen voor de schoolserver besteld.<br />

Tijdens de sessie met Margreet realiseerden we ons dat we als netwerkschool<br />

<strong>het</strong> contact met ouders willen optimaliseren. We gaan nu ook de ouderavondplanner<br />

in Magister gebruiken.”<br />

Onderwijsvisie<br />

Margreet Vermeer is tevreden over de manier waarop <strong>het</strong> Almere College<br />

aan de slag is gegaan. “Ik wil met mijn sessies over informatiemanagement<br />

bereiken dat scholen beseffen hoe belangrijk <strong>het</strong> is om zelf de regie in<br />

handen te nemen – en te houden – bij beslissingen over ict en informatiesystemen.<br />

Hun eigen onderwijsvisie moet daarbij leidend zijn, niet de<br />

waan van de dag. De ene school vindt <strong>het</strong> belangrijk om een ‘netwerkschool’<br />

te zijn, de andere school wil vooral ‘differentiatie en onderwijs op maat’<br />

bieden. Vanuit hun visie kunnen ze bijvoorbeeld formuleren welke eisen<br />

ze stellen aan een nieuw leerlingvolgsysteem. Dan maken ze een gerichte<br />

keuze, niet een in <strong>het</strong> luchtledige.”<br />

Achtergrondinformatie<br />

Scholen die aan de slag willen met informatiemanagement, kunnen<br />

contact opnemen voor een gesprek of een ambitie­sessie met<br />

binnendienst@kennisnet.nl, of eerst de informatie doornemen<br />

op richtenvanict.kennisnet.nl.<br />

Kennisnet is de publieke ict­partner die met expertise, voorzieningen en innovatie onderwijsinstellingen in <strong>het</strong> po, vo en mbo<br />

in positie brengt om maximale kracht uit ict te halen. Kennisnet laat ict werken voor <strong>het</strong> onderwijs.


De werkgever<br />

Prettig werken = beter<br />

Hebben de werk­ en leeromstandigheden van leraren en schoolleiders<br />

invloed op de onderwijskwaliteit? Dat is de kernvraag van Talis 2013,<br />

een vergelijkend onderzoek van de OESO, waar scholen uit 34 landen<br />

aan meedoen. Nederlandse deelnemers zijn meer dan welkom.<br />

Tekst: Jacq Zinken<br />

Veel Nederlandse vo-scholen hebben de vraag gekregen of ze<br />

willen deelnemen aan een groot onderzoek van de Organisatie<br />

voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO). In<br />

<strong>het</strong> project Talis, Teaching and Learning International Survey,<br />

staat de werk- en leeromgeving van leraren in de onderbouw<br />

van <strong>het</strong> voortgezet onderwijs centraal. Het doel is informatie op<br />

tafel te krijgen waarmee scholen hun beleid specifieker kunnen<br />

richten op professionalisering van hun personeel.<br />

Talis is <strong>het</strong> enige internationaal vergelijkende onderzoek naar<br />

de werk- en leeromstandigheden van leraren en schoolleiders in<br />

<strong>het</strong> funderend onderwijs en de invloed daarvan op (de kwaliteit<br />

van) <strong>het</strong> onderwijs. Deelname biedt scholen en leraren de<br />

mogelijkheid om hun eigen situatie te vergelijken met die van<br />

scholen en leraren in andere landen. Omdat ook OCW veel<br />

waarde hecht aan dit onderzoek, kunnen scholen door deelname<br />

mede invloed uitoefenen op de beleidsontwikkeling van <strong>het</strong><br />

ministerie en daarmee op de ontwikkeling van <strong>het</strong> beroep.<br />

Langere cursussen<br />

In 2008 vond Talis voor de eerste keer plaats. Nederland deed<br />

mee, maar is door gebrek aan respons toen niet opgenomen in<br />

de internationale rapportage. Dat neemt niet weg dat er<br />

interessante resultaten uit rolden. Zo bleek dat ongeveer de<br />

helft van de Nederlandse leraren meer aan activiteiten in <strong>het</strong><br />

kader van professionele ontwikkeling zou willen deelnemen. Zij<br />

gaven echter aan dat dit niet in de lesroosters paste, en/of dat<br />

ze hierin niet werden gesteund door de werkgever. Ook hadden<br />

eendaagse cursussen volgens veel respondenten weinig effect.<br />

Ze verwachtten meer van langere cursussen of opleidingen, en<br />

wilden ook zelf meer onderzoek doen. In theorie zijn daar wel<br />

30 <strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong> 3 • december 2012<br />

mogelijkheden voor, want op dit moment gebruiken scholen<br />

hiervoor gemiddeld maar een derde van <strong>het</strong> personeelsbudget<br />

dat is gereserveerd voor professionalisering.<br />

Volgens nationaal projectmanager Eva van der Boom heeft<br />

OCW overigens ook met de beperkte resultaten van 2008 al iets<br />

gedaan, voornamelijk op <strong>het</strong> gebied van de professionalisering,<br />

opleidingen en cursussen. “Er is een lerarenbeurs ingesteld en<br />

er zijn maatregelen genomen voor meer scholing voor leraren.<br />

Het feit dat OCW nu heel veel belang hecht aan peer review,<br />

heeft ook te maken met Talis 2008.”<br />

Subsidie<br />

Regionaal lijken er eveneens mogelijkheden te bestaan om de<br />

vruchten te plukken van Talis. Eerder dit jaar verscheen <strong>het</strong><br />

Talis 2008-rapport ‘Hoe behouden we nieuwe leraren voor <strong>het</strong><br />

onderwijs?’ Secretaris Peter Lorist van <strong>het</strong> regionaal platform<br />

onderwijsarbeidsmarkt Utrecht vertelt dat OCW in augustus<br />

subsidie heeft toegezegd voor <strong>het</strong> project Aantrekkelijker<br />

Scholen van <strong>het</strong> regionaal platform, dat juist daarop inzoomt.<br />

“Het richt zich op de professionaliteit van docenten en begeleiding<br />

van startende leraren, met als centrale vraag: wat is<br />

nodig om de goede mensen in school te hebben en te behouden<br />

als docent?” Lorist voegt daaraan toe: “Er zijn in meer regio’s<br />

mogelijkheden om met OCW afspraken te maken over zo’n<br />

projectplan.”<br />

In Vlaanderen hebben in 2008 wel voldoende scholen en leraren<br />

meegedaan, en weten ze dus nog beter wat de opbrengsten van<br />

Talis kunnen zijn. Uit de uitvoerige rapportage heeft <strong>het</strong><br />

project bureau van Talis twee artikelen geselecteerd die ook<br />

voor ons land interessant zijn. Ze gaan over <strong>het</strong> gebruik van


onderwijs?<br />

beoordeling en feedback als middel om tot ontwikkeling van<br />

leraren en scholen te komen. Voor Talis 2013 hebben zich<br />

inmiddels 34 landen aangemeld, tien meer dan in 2008. In<br />

Nederland wordt alles op alles gezet om straks voldoende<br />

deelnemers te hebben om volledig mee te kunnen draaien in de<br />

rapportage. Onderwerpen zijn: de opleiding en professionele<br />

ontwikkeling van leraren, de wijze van beoordeling van en<br />

feedback aan leraren, <strong>het</strong> schoolklimaat, leiderschap in de<br />

school, hoe leraren denken over onderwijs en hoe zij lesgeven.<br />

In 2008 bleek dat Nederlandse leraren<br />

meer verwachten van langere cursussen<br />

of opleidingen, en zelf meer onderzoek<br />

willen doen<br />

Voor OCW zijn de doelstellingen nog wat specifieker. De<br />

beleids makers in Den Haag willen onder meer weten hoe goed<br />

school leiders en leraren zijn voorbereid op de uitdagingen die<br />

<strong>het</strong> onderwijs te wachten staat. Hoe worden leraren gestimuleerd<br />

en gefaciliteerd in hun professionele ontwikkeling? Hoe<br />

doet Nederland <strong>het</strong> in vergelijking met andere landen? En wat<br />

kunnen we van die landen leren?<br />

Effectiever inzetten<br />

Rector Carlo Pedroli van de Schoter Scholengemeenschap in<br />

Haarlem toont zich een groot voorstander van Talis. “Wij doen<br />

van harte mee omdat <strong>het</strong> een breed onderzoek is waaruit je<br />

buitengewoon veel informatie kunt halen voor je eigen school.<br />

We willen graag weten hoe de leraren tegenover professionele<br />

ontwikkeling staan en wat zij er daadwerkelijk aan doen.<br />

Door Talis krijg je een heel scherp beeld van hoe <strong>het</strong> op je eigen<br />

school gesteld is. Die bevindingen kunnen we in ons beleid<br />

meenemen.”<br />

Ook de vergelijking met scholen in binnen- en buitenland vindt<br />

Pedroli interessant. “In <strong>het</strong> vorige Talis-onderzoek is gebleken<br />

dat er geen correlatie is tussen de omvang van de scholingsactiviteiten<br />

en de effectiviteit daarvan. Je moet dus heel gericht<br />

inzetten op die zaken die effectief zijn voor de medewerker en<br />

zijn professionele ontwikkeling en die tegelijkertijd rekening<br />

houden met de ontwikkeling van de school in zijn geheel. Wij<br />

hebben de ambitie om de effectiviteit op een nog hoger niveau<br />

te krijgen.”<br />

Eveneens mede geïnspireerd door <strong>het</strong> vorige Talis-onderzoek<br />

heeft de Schoter Scholengemeenschap feedback behoorlijk<br />

verankerd in de school. “We kennen feedback van leerlingen;<br />

zo worden de docenten bij functioneringsgesprekken uitgenodigd<br />

om minimaal twee klassen te interviewen over hoe die de lessen<br />

ervaren. Ook zijn er klankbordgroepen van ouders.”<br />

Concluderend zegt Pedroli: “Wij zijn wel selectief in de onderzoeken<br />

waaraan we deelnemen, maar dit is zo’n gezaghebbend<br />

onderzoek dat ik daar graag de tijd en de faciliteiten voor<br />

beschikbaar stel.”<br />

Het Talis-onderzoek wordt tussen februari en april 2013 uitgevoerd.<br />

Het eindrapport wordt verwacht in 2014. Scholen die<br />

deelnemen aan <strong>het</strong> onderzoek, kunnen dan ook een terugkoppeling<br />

krijgen van hun eigen resultaten.<br />

Meer informatie: talis@ecorys.com,<br />

telefoon (010) 453 8515, www.talis2013.nl<br />

<strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong> 3 • december 2012 31


Kwaliteitscholen<br />

(advertorial)<br />

ADVERTENTIE<br />

Rendement en kwaliteit gaan samen<br />

Door Bert Both, Kwaliteitscholen<br />

Dit is mij de afgelopen jaren met enige regelmaat ter ore gekomen:<br />

“Onze leerkrachten zetten zich voor 110% in om de leerlingen zo goed<br />

mogelijk te onderwijzen en begeleiden. Dan krijgen we toch <strong>het</strong> stempel<br />

“zwak” van de inspectie. Verontwaardiging alom. Een school is immers<br />

meer dan cijfers! Maar nadat we wat zaken hebben aangepast is alles<br />

weer top. Het oordeel van de inspectie was achteraf toch wel erg zinvol<br />

geweest.”<br />

Inmiddels zijn de meeste scholen dusdanig geprofessionaliseerd dat<br />

bovenstaande situatie niet snel meer zal voorkomen. Alle besturen zijn<br />

er alert op, dat de resultaten op alle vier de rendementsgebieden goed<br />

zijn. Het voldoen aan een goed rendement is een goede signaalfunctie<br />

gebleken om de onderwijskwaliteit te meten. Als blijkt dat al door een<br />

klein aantal generieke maatregelen de resultaten vooruitgaan, is er<br />

weinig mis met de onderwijskwaliteit van een school. Maar <strong>het</strong> kan ook<br />

voorkomen, dat een reeks aanpassingen geen effect sorteert en er veel<br />

meer aan de hand is. Wat dan?<br />

Laten we vooropstellen, vooropstellen, dat dat een goed rendement geen doel op<br />

zich is. U doet dat niet voor de inspectie, maar maar voor de<br />

leerlingen van uw school. school. U hebt de maatschappelijke<br />

plicht plicht om de talenten van van leerlingen maximaal te te<br />

ontplooien. De ene school is beter in staat toegetoegevoegde waarde waarde te bieden bieden dan de andere. Nu is geen<br />

enkele school <strong>het</strong>zelfde en succes op locatie locatie X is geen<br />

garantie garantie voor succes op locatie locatie Y. We kennen nu, in <strong>het</strong><br />

algemeen, wel zo’n beetje allerlei generieke oorzaken.<br />

Ik noem er een paar: Zijn de leerlingen gemotiveerd?<br />

Is de invloed van vrienden positief dan wel negatief?<br />

Functioneert <strong>het</strong> mentoraat goed? Zijn de ouders betrokken<br />

en belangstellend? Besteden leerlingen leerlingen voldoende voldoende<br />

tijd aan <strong>het</strong> huiswerk? Hebben ouders voldoende aandacht aandacht<br />

voor voor <strong>het</strong> huiswerk? Hebben kinderen een een eigen werkplek? Wordt<br />

de lestijd lestijd goed goed benut? Wordt er er daadwerkelijk getoetst wat er onderwezen<br />

wordt? Wordt er tijd en energie energie gestoken in <strong>het</strong> begeleiden en<br />

ontwikkelen van leerkrachten? Hanteert Hanteert de school duidelijke regels?<br />

Hebben leerlingen <strong>het</strong> gevoel hebben dat dat zij gehoord worden? Zijn Zijn<br />

de leerlingen actief bij de les betrokken?<br />

Als je al al deze deze factoren bekijkt, dan dan is <strong>het</strong> <strong>het</strong> evident dat een goed<br />

rendement niet alleen afhankelijk is is van wat u op school allemaal<br />

doet. Sterker: een school kan kan een slecht rendement rendement halen<br />

geheel geheel buiten de eigen directe invloedsfeer om. De persoonlijke<br />

omstandigheden van een leerling zijn van groot belang.<br />

We kunnen ook concluderen dat voor <strong>het</strong> verbeteren van <strong>het</strong><br />

rendement <strong>het</strong> van belang belang kan zijn ouders ouders bij <strong>het</strong> onderwijs<br />

te te betrekken. Dat dat min of meer een rol speelt, weten<br />

we natuurlijk allemaal wel, wel, maar de vraag vraag is: neemt<br />

u ook maatregelen om daar inzicht inzicht in in te krijgen? En<br />

doet doet u dan ook wat met de informatie? Of is is <strong>het</strong> <strong>het</strong><br />

wellicht ook wel prettig om bepaalde zaken niet niet te<br />

meten en weten?<br />

Met <strong>het</strong> enkel volgen van de rendementscijfers verbeter je <strong>het</strong> rendement<br />

niet, laat staan de kwaliteit. Voor <strong>het</strong> borgen van een goed rendement<br />

en <strong>het</strong> volgen van de kwaliteit kunt u een set indicatoren vastleggen en<br />

volgen. Deze indicatoren zijn te vinden in enkele veel gebruikte onderzoeken<br />

van Kwaliteitscholen. Als de signalen op oranje/rood staan, gaat<br />

u zaken dieper onderzoeken en er beleid op zetten. De indicatoren die u<br />

vaststelt, zijn zowel schoolintrinsiek als schoolextrensiek.<br />

Kwaliteitscholen kent een prima rapport dat heet “Early Warning, tijdig<br />

signaleren van zittenblijvers en schoolverlaters.” In dit rapport wordt<br />

aan de hand van een serie indicatoren gecontroleerd welk risico een<br />

school loopt dat leerlingen blijven zitten of voortijdig de school verlaten.<br />

Deze indicatoren hebben we niet zelf verzonnen, daar is onderzoek naar<br />

gedaan: goede leerkrachten, betrokkenheid bij de les, actieve rol van de<br />

mentor, duidelijkheid in regels, samenstelling van de klas en afstemming<br />

tussen de school en ouders. Als u <strong>het</strong> rendement wilt verbeteren,<br />

moet u in elk geval deze zaken goed op orde hebben.<br />

Heeft u belangstelling?<br />

algemeen 010-5111906<br />

helpdesk 010-5111649<br />

010-5111649<br />

info@kwaliteitscholen.nl<br />

www.kwaliteitscholen.nl


Veelgestelde vragen<br />

Functiemix & pro<br />

zijn er richtlijnen voor de functiemix op praktijkscholen?<br />

Een zelfstandige school voor praktijkonderwijs mag in<br />

principe ook <strong>het</strong> hele functiemixbudget aan LC-functies<br />

besteden. Dat hebben de landelijke overlegpartners afgesproken<br />

met <strong>het</strong> oog op <strong>het</strong> bijzondere karakter van<br />

deze scholen. Voorwaarde is wel dat dit in overleg met<br />

de vakbonden gebeurt. Een zelfstandige school voor<br />

praktijkonderwijs die van deze mogelijkheid gebruik wil<br />

maken, nodigt dus de vakbonden uit voor lokaal overleg.<br />

Demotie<br />

Kent de CAO <strong>VO</strong> een specifieke bepaling over demotie?<br />

Nee. Wel kent <strong>het</strong> ABP-reglement een bepaling die zegt dat<br />

bij <strong>het</strong> aanvaarden van een lager betaalde functie door een<br />

werknemer van 55 jaar of ouder in <strong>het</strong> kader van leeftijdsbewust<br />

personeelsbeleid, de pensioenopbouw wordt gebaseerd<br />

op <strong>het</strong> salaris dat voorafging aan <strong>het</strong> aanvaarden van <strong>het</strong><br />

nieuwe dienstverband.<br />

Exact zwaarder?<br />

Klopt <strong>het</strong> dat de exameneisen voor de exacte vakken in<br />

2013 verzwaard worden?<br />

Die signalen kennen wij niet. Met ingang van <strong>het</strong> schooljaar<br />

2011-2012 zijn de exameneisen voor vmbo, havo en vwo<br />

aangescherpt. Leerlingen zijn geslaagd voor <strong>het</strong> eindexamen<br />

als zij voor de vakken voor <strong>het</strong> centrale examen gemiddeld<br />

ten minste een voldoende hebben gehaald (onafgerond 5,5).<br />

Voor havo- en vwo-leerlingen die in <strong>het</strong> schooljaar 2012-<br />

2013 eindexamen doen, geldt een aanvullende eis. Zij mogen<br />

maximaal één 5 als eindcijfer hebben voor de kernvakken<br />

Nederlands, Engels en wiskunde.<br />

Vrij of vergaderen<br />

Kan ik een parttimer verplichten aanwezig te zijn bij<br />

een rapportvergadering op een niet­werkdag?<br />

Het takenpakket van een docent bestaat uit lesgebonden<br />

en niet-lesgebonden taken. Niet-lesgebonden taken kunnen<br />

ook plaatsvinden op een dag dat de werknemer geen lessen<br />

verzorgt. Aan <strong>het</strong> begin van <strong>het</strong> jaar kunnen dagen worden<br />

aangewezen waarop een rapportvergadering of een studiedag<br />

zal plaatsvinden. Dit is dan een reguliere werkdag, die niet per<br />

se een lesdag hoeft te zijn.<br />

De beschikbaarheidsregeling van art. 6.2 lid 4 van de CAO<br />

<strong>VO</strong> heeft betrekking op de werkzaamheden in deeltijd.<br />

Wanneer een vergadering op een niet-lesdag is, kan de<br />

werknemer verplicht worden aanwezig te zijn als dit past in<br />

zijn inzetbaarheid volgens <strong>het</strong> schema en de ruimte van zijn<br />

normjaartaak.<br />

Voor BAPO geldt dat deze op een herkenbare wijze moet<br />

kunnen worden opgenomen in de vorm van een vrij dagdeel,<br />

dan wel een vrije dag. Dit betreft zowel de lesgebonden<br />

als de niet-lesgebonden taak. Wanneer een docent dus op<br />

donderdagmiddag voor zijn lesuren BAPO-verlof heeft<br />

opgenomen, hoeft hij ook niet aanwezig te zijn bij de<br />

aansluitende rapportvergadering.<br />

In de bijlage 6 Regeling BAPO is onder B.9 opgenomen:<br />

“Indien de werkgever een werknemer verplicht te werken<br />

gedurende een dag of dagdeel BAPO-verlof, heeft de werknemer<br />

recht op vervangend BAPO-verlof. Deze verplichting<br />

kan ten hoogste drie maal per jaar worden opgelegd.”<br />

Van werkgever en werknemer wordt verwacht dat zij zich als<br />

goed werkgever en werknemer gedragen. Met andere woorden:<br />

dat zij een constructieve houding aannemen in <strong>het</strong> overleg<br />

over bijvoorbeeld de aanwezigheid van een docent op de<br />

rapportvergadering van zijn leerlingen op zijn vrije dag.<br />

R helpdesk@vo­<strong>raad</strong>.nl<br />

Helpdesk<br />

<strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong> 3 • december 2012 33


360 º<br />

Ethisch en professioneel besturen<br />

Visie, verantwoording<br />

en volhouden<br />

Wanneer bestuur, intern en extern toezicht er samen niet in slagen om voor een<br />

gezonde onderwijsorganisatie te zorgen, kan dat <strong>het</strong> onderwijs aanzienlijk schaden,<br />

zo bleek recentelijk. Maar wat zijn eigenlijk de belangrijkste factoren, dilemma’s en<br />

knelpunten in de relatie tussen bestuur en toezicht? Monica Robijns en Alexandra<br />

Haijkens vroegen <strong>het</strong> aan een groot aantal bestuurders en toezichthouders.<br />

Tekst: Monica Robijns en Alexandra Haijkens / Illustratie: Matthias Giesen<br />

“Het gele katern bestaat al lang niet meer”, verzucht een<br />

bestuurder. “We zijn als school zelf verantwoordelijk voor onze<br />

koers tussen de rotsen van veranderlijke leerlingstromen, hooggespannen<br />

prestatieverwachtingen en financiële druk.” Om er<br />

nog maar van te zwijgen dat nogal wat ouders en leerlingen de<br />

autoriteit van de school niet meer als vanzelfsprekend accepteren<br />

en dat de nieuwe technologie onbegrensde ontwikkelingsperspectieven<br />

biedt.<br />

Sturen, leiden en organiseren doet de school zelf, en dat is in<br />

deze tijd geen simpele zaak. Er zijn vele richtlijnen, kaders en<br />

wetten beschikbaar, maar goed onderwijs en goed bestuur<br />

blijven mensenwerk. Gaat er wat verkeerd, dan blijft dat meestal<br />

tot blikschade beperkt. Maar hoe voorkom je dat je school op<br />

de klippen loopt en in één adem samen met de ons zo bekende<br />

onderwijsorganisaties weggezet wordt onder <strong>het</strong> etiket<br />

‘falend bestuur’ (en dus toezicht)?<br />

Verbondenheid<br />

Om <strong>het</strong> werk als bestuurder of toezichthouder echt goed te kunnen<br />

doen, zijn persoonlijke ethiek, professioneel gedrag en zorgvuldige<br />

en heldere communicatie belangrijke elementen, weten alle<br />

bestuurders en toezichthouders die voor dit artikel geïnterviewd<br />

werden. Zonder een goede, professionele relatie tussen personen<br />

blijft krachtig toezien en besturen een lastige zaak.<br />

De relationele ’onderstroom’<br />

blijkt minstens zo essentieel voor<br />

organisatiesucces als de bovenstroom<br />

van afspraken en beleidsagenda’s<br />

Zo’n twee jaar na <strong>het</strong> invoeren van de Wet goed onderwijs,<br />

goed bestuur zijn veel scholen al een eind in hun ontwikkeling<br />

gevorderd. Het belang van een goede set instrumenten om de rol<br />

van bestuurder en toezichthouder in te vullen, is voor de meesten<br />

34 <strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong> 3 • december 2012<br />

zonneklaar. Er circuleren op websites en in netwerken inmiddels<br />

goed werkende procedures, statuten, handboeken en cockpits.<br />

Actuele affaires rondom onderwijsinstellingen laten echter zien<br />

dat de kern van goed toezicht en bestuur een krachtig bondgenootschap<br />

is waarin toezichthouders, bestuurders (en de<br />

medewerkers) elkaar ook echt ‘verstaan’. De relationele onderstroom<br />

van – al dan niet gedeelde – ethiek, verwachtingen,<br />

gevoelens, visie en taakprofessioneel gedrag blijkt minstens zo<br />

essentieel voor organisatiesucces, als de zichtbare bovenstroom<br />

van afspraken, doelen, en strategische beleidsagenda’s. De<br />

voorzitters van de raden van toezicht en colleges van bestuur<br />

dragen specifieke verantwoordelijkheid: “Verbondenheid is<br />

belangrijk, je moet een tandem zijn”, noemen sommigen dat.<br />

Een kernbegrip is professionele distantie:<br />

nooit als vriendjes samen gaan borrelen<br />

en toch heel benaderbaar zijn<br />

“We zijn zeer betrokken bij de organisatie en weten wat er<br />

speelt. Als <strong>raad</strong> van toezicht zijn we de hoeder van de ethiek,<br />

we tonen in ons gedrag dat sjoemelen niet kan en dat sociale<br />

cohesie, dienstbaarheid, openheid, wij-gevoel, leren van elkaar<br />

en waardering uiten essentiële zaken zijn. Ik zorg dat ik aanwezig<br />

ben als er belangrijke gebeurtenissen zijn op school.”<br />

Een kernbegrip is volgens zowel toezichthouders als bestuurders<br />

professionele distantie: nooit als vriendjes samen gaan borrelen<br />

en toch heel benaderbaar zijn. Het is in deze visie de taak van de<br />

voorzitters om de professionele verbondenheid met de verschillende<br />

onderdelen van de organisatie actief in te vullen.<br />

Bondgenootschap<br />

Een bondgenootschap tussen <strong>raad</strong> van toezicht en bestuur ontstaat<br />

niet van de ene op de andere dag. De onderlinge afstand is<br />

nog groot en <strong>het</strong> niveau van de gesprekken moet groeien. ‘In <strong>het</strong>


Bronnen<br />

xx<br />

xx<br />

Dit artikel is gebaseerd op gegevens die afkomstig zijn uit<br />

interviews en gesprekken met bestuurders en toezichthouders<br />

uit verschillende delen van <strong>het</strong> land. De scholen waaraan<br />

deze bestuurders en toezichthouders zijn verbonden, variëren<br />

in grootte en denominatie. De ervaring die zij hebben met <strong>het</strong><br />

werken met een college van bestuur en <strong>raad</strong> van toezicht,<br />

varieert van twee tot meer dan vijf jaar. In nummer 3 van<br />

vorig schooljaar publiceerde <strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong> al <strong>het</strong> artikel<br />

‘School bestuur met ‘checks and balances’ over de relatie<br />

tussen schoolbesturen en een onafhankelijke <strong>raad</strong> van<br />

toezicht, tevens gebaseerd op interviews met bestuurders<br />

en toezichthouders.<br />

begin was <strong>het</strong> zoeken naar onze verhouding’, of ‘<strong>het</strong> eerste jaar<br />

met onze bestuurder was best lastig’, zijn uitspraken die<br />

bestuurders en toezichthouders regelmatig doen. Veel bestuurders<br />

moeten wennen aan wat zij soms ervaren als ‘vragen en<br />

bemoeienis van anderen’. Zij ervaren dat als bedreigend, zijn<br />

gewend zelf <strong>het</strong> stuur van de school in handen te hebben en zetten<br />

‘kleinere’ regelzaken op de agenda. Het voelt onwennig om een<br />

analytische dialoog met relatieve buitenstaanders te voeren over<br />

‘grotere’ strategische vraagstukken zoals de impact en diepere<br />

analyse van inspectierapporten of <strong>het</strong> meerjarenbeleidsplan.<br />

Toezichthouders, aan de andere kant, zien elkaar in principe zo’n<br />

vijf tot zes keer per jaar, komen uit verschillende sectoren, zijn<br />

nogal eens expert op een deelterrein, en putten soms vooral uit<br />

de beelden van de school waarop ze ooit zelf hebben gezeten. Dit<br />

maakt de dialoog over de grote lijnen van onderwijszaken soms<br />

lastig. Niet elke <strong>raad</strong> van toezicht is vanaf de start even goed<br />

toegerust om toezicht te houden en werkgever te zijn. Het wordt<br />

steeds duidelijker dat toezicht houden een vak is.<br />

Als <strong>het</strong> spannend wordt, komt <strong>het</strong> aan<br />

op de relatie, vooral die tussen de beide<br />

voorzitters<br />

Een vak bovendien waarin je je moet ontwikkelen, een vak dat<br />

tijd kost. Zeker als voorzitter moet je, als de situatie daarom<br />

vraagt, prioriteiten en aandacht bij de school kunnen leggen.<br />

Ondanks <strong>het</strong> vrijwillige karakter en de bijpassende bescheiden<br />

vergoeding. “Vrijwilligers kunnen wel degelijk professionele<br />

kwaliteit neerzetten. Mensen komen op de inhoud en de status<br />

af”, stelt een voorzitter uit ervaring.<br />

Persoonlijkheid en rollen<br />

Een goede ‘match’ tussen persoonlijke voorkeursstijlen beïnvloedt<br />

de kwaliteit van <strong>het</strong> bondgenootschap tussen en binnen de<br />

<strong>raad</strong> van toezicht en <strong>het</strong> college van bestuur, evenals <strong>het</strong> tempo<br />

waarin dat bondgenootschap ontstaat. Diversiteit in de samenstelling<br />

op basis van sekse, professionele achtergrond en<br />

generatie kan bijdragen aan de kwaliteit van de dialoog. De<br />

omstandigheden waarin de school zich bevindt, kunnen voor flink<br />

wat druk op de ketel zorgen. Als <strong>het</strong> spannend wordt, komt <strong>het</strong><br />

<strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong> 3 • december 2012 35


aan op de relatie, vooral die tussen de beide voorzitters. De een<br />

hecht in zo’n situatie sterk aan stroomschema’s en strategische<br />

stappenplannen. Terwijl de natuurlijke kracht van een ander<br />

juist ligt in strategisch laveren en kansen benutten, met doelen<br />

op de langere termijn in <strong>het</strong> vizier. De werkrelatie onder hoge<br />

druk goed houden, en ieder laten werken vanuit zijn kracht,<br />

vraagt om een permanente dialoog en veel vertrouwen over en<br />

weer. Soms ontstaan door vacatures in <strong>het</strong> college van bestuur<br />

of de <strong>raad</strong> van toezicht min of meer toevallig mogelijkheden om<br />

te sturen op een goede ‘match’. Een helder, gedeeld beeld van<br />

wie je nodig hebt, is belangrijk voor <strong>het</strong> werven van zowel een<br />

nieuwe toezichthouder als een bestuurder. Aan dat beeld durven<br />

vasthouden, is eveneens van belang. “We waren heel tevreden<br />

dat we twee jaar na onze start hebben kunnen werken vanuit een<br />

gemeenschappelijke sturingsfilosofie en mensvisie. En dat, toen<br />

in de eerste ronde niet de beste kandidaat gevonden werd, de<br />

benoemingscommissie durfde vast te houden aan <strong>het</strong> gewenste<br />

profiel en dus verder zocht”, zo stelt een toezichthouder.<br />

Goede mensen op de goede plekken, geduldig en consistent aan<br />

een taakgerichte professionele cultuur bouwen, dat is waardevol.<br />

Deze professionele cultuur klinkt door in alle verhoudingen, van<br />

<strong>raad</strong> van toezicht tot aan leerlingen. Rolvast gedrag is noodzakelijk.<br />

Dat betekent volgens toezichthouders en bestuurders<br />

overigens niet dat <strong>het</strong> mogelijk of wenselijk zou zijn, rollen zoals<br />

die in de statuten en reglementen staan, vanaf de start scherp en<br />

strikt uit te werken. Toezichthouders zijn over <strong>het</strong> algemeen<br />

voorstander van op een natuurlijke manier meekijken, vragen<br />

stellen en adviezen geven, zonder directief te sturen in de uitvoering.<br />

Humor en authenticiteit zijn belangrijke instrumenten<br />

om in deze dynamiek goed te functioneren. “Een grapje is vaak<br />

een sterkere interventie, dan vanuit de regels wijzen op je<br />

bevoegdheden als bestuurder.”<br />

Zowel voor bestuurders als toezichthouders geldt: je moet wel<br />

moed hebben en je kunt niet iedereen te vriend houden. Om goed<br />

36 <strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong> 3 • december 2012<br />

te kunnen functioneren, is <strong>het</strong> belangrijk dat je past bij je<br />

organisatie, vertelt een bestuurder uit ervaring. “Je moet dicht<br />

bij jezelf blijven. Het is niet goed om te blijven hangen in een<br />

school waar je niet past.”<br />

‘Een grapje is vaak een sterkere<br />

interventie dan wijzen op je<br />

bevoegdheden als bestuurder’<br />

Een andere bestuurder trekt een parallel: “Wat geldt voor de<br />

relatie tussen de rvt en mijzelf, geldt natuurlijk evenzeer voor<br />

mijn relatie met de schoolleiders. Dat betekent bijvoorbeeld:<br />

niet zelf de beste willen zijn, geen afbreuk doen aan de rol van<br />

een mt-lid in de vergadering en geen interventies plegen zonder<br />

medeweten van schoolleiders.” Ook in die werkverhouding zijn<br />

taakprofessionele relaties en bondgenootschap dus belangrijk.<br />

No­surprise­beginsel<br />

‘Vertrouw op Allah, maar bind wel je kameel vast’, is een<br />

Arabisch spreekwoord. Besturen en toezicht houden doen een<br />

sterk beroep op <strong>het</strong> vermogen om actief te kunnen balanceren<br />

tussen kritisch toezien en interveniëren. “We kiezen voor<br />

dynamiek en regelen niet alles weg. We vertrouwen erop dat<br />

onze mensen vanuit professionaliteit eigen keuzes maken. Het is<br />

voor ons belangrijk dat wensen, visies en doelen geëxpliciteerd<br />

en met argumenten onderbouwd zijn. Ook controle hoort erbij.<br />

Dat vergt <strong>het</strong> aanspreken van mensen op dat wat ze doen en<br />

laten, en dat is precies wat we willen.”<br />

“In veel scholen wordt meer op papier geregeld en afgesproken<br />

dan er feitelijk gebeurt. Er is dan geen openlijk, maar wel<br />

ondergronds verzet. Dat vergroot de behoefte aan controle en<br />

voor je <strong>het</strong> weet zit je in een neerwaartse spiraal van wantrouwen,<br />

zowel in de relatie <strong>raad</strong> van toezicht – bestuurder, als


estuurder – schoolleiding/MR”, zo stelt een bestuurder. Het ‘no<br />

surprise-beginsel’ is essentieel. “Je moet ervoor zorgen dat ieder<br />

kan vertrouwen op de informatie die hij tijdig krijgt. Dat geldt<br />

voor de <strong>raad</strong>, maar ook voor schoolleiders, medewerkers en<br />

uiteindelijk leerlingen. Het gaat mis als er parallelle werelden<br />

ontstaan en er meerdere verhalen circuleren over dezelfde<br />

gebeurtenissen. Een schoolorganisatie is net een dorp: er lopen<br />

allerlei lijntjes tussen en binnen de verschillende organisatielagen.<br />

De verhalen moeten dus consistent zijn.”<br />

In de relatie tussen bestuurders en toezichthouders impliceert<br />

de balans tussen toezicht en interventie dat er behalve formele<br />

overlegmomenten bijna altijd tussentijds contact is tussen de<br />

voorzitters. Nogal wat bestuurders zien <strong>het</strong> als hun plicht de rvt<br />

te betrekken en beargumenteerd te informeren. Zeker wanneer<br />

<strong>het</strong> risicovolle zaken betreft als onderwijskwaliteit, continuïteit<br />

van de organisatie en zaken die reputatieschade opleveren. De<br />

rvt aan de andere kant heeft de plicht om actief toe te zien op de<br />

kwaliteit van de school en de besturing daarvan. Een toezichthouder:<br />

“Ik werk op intuïtie en op argumenten. Om goed<br />

toezicht te houden, heb je verder cijfermateriaal nodig en<br />

gezond verstand. Eens in de vier tot zes weken een goed gesprek,<br />

diep inhoudelijk doorvragen, weten hoe de hazen lopen in <strong>het</strong><br />

onderwijs, waarop je dus moet letten en waarin verbeterpunten<br />

zouden kunnen zitten. De goede vragen op een goede manier<br />

stellen dus, en vasthoudend zijn. Hierdoor neem ik de ander<br />

mee, krijg ik boven water wat er nodig is en deel ik onze visie<br />

als <strong>raad</strong> van toezicht.”<br />

Ogen en oren<br />

Op tijd kunnen beschikken over de goede ‘harde’, maar ook<br />

‘zachte’ informatie is voor beide partijen essentieel. Sommige<br />

toezichthouders benoemen hun rol als ambassadeur en ‘ogen en<br />

oren’ van de school. “We zorgen dat we onze signalen over de<br />

school delen met de bestuurder. Als bestuurder hoor je immers<br />

niet meer alles, ook niet vanuit de school. Terwijl goede<br />

informatie wel nodig is om te kunnen sturen.”<br />

Actief toezicht betekent volgens sommigen dat de rvt onafhankelijk<br />

van de bestuurder informatie moet kunnen of zelfs zou<br />

moeten vergaren. Er kleven in die visie immers risico’s aan een<br />

al te grote afhankelijkheid van <strong>het</strong> cvb in de informatievoorziening.<br />

Schoolbezoeken, contacten met rectoren en<br />

(G)MR, zouden dan volgens sommige toezichthouders middelen<br />

kunnen zijn. Veel bestuurders zijn <strong>het</strong> daar echter niet mee eens.<br />

Essentieel in dit dilemma is de intentie en rolvastheid van de rvt<br />

en de kwaliteit van <strong>het</strong> bondgenootschap tussen rvt en cvb.<br />

Besluiten om in te grijpen, of ‘er dichter op te gaan zitten’, kan<br />

relatief eenvoudig en snel als er duidelijke signalen zijn dat bij<br />

ongewijzigd beleid een ongewenste grens gepasseerd wordt: een<br />

negatief Inspectierapport, begrotingstekorten, strafbare feiten,<br />

enzovoort. Maar in feite is <strong>het</strong> dan te laat. De kunst is op <strong>het</strong><br />

juiste moment <strong>het</strong> ‘niet-pluis-gevoel’ om te zetten in krachtige<br />

Beloningsplafond topinkomens<br />

onderwijs<br />

Als antwoord op ophef over bovenmatige beloningen<br />

in de semipublieke sector, waaronder <strong>het</strong> onderwijs,<br />

mogen bestuurders in deze sector vanaf 1 januari<br />

2013, nog maximaal 130 procent van een ministersalaris<br />

verdienen. Dat komt neer op € 179.000,bruto.<br />

De Eerste Kamer heeft op 13 november de<br />

Wet normering topinkomens aangenomen, waarin dit<br />

is geregeld. Het kabinet-Rutte II heeft inmiddels aangekondigd<br />

de grens verder te willen terugbrengen<br />

naar 100 procent van een ministersalaris. Komt<br />

<strong>het</strong> salaris boven deze grens, dan wordt dit<br />

teruggevorderd.<br />

Code goed bestuur<br />

De Code Goed onderwijsbestuur bevat regels op <strong>het</strong><br />

gebied van integriteit, horizontale verantwoording -<br />

naar ouders, leerlingen, medewerkers, scholen,<br />

verantwoording, risicobeheersing en de scheiding van<br />

bestuur en toezicht. De code benadrukt verder <strong>het</strong><br />

belang van (bij)scholing op <strong>het</strong> gebied van goed<br />

bestuur en werken aan transparantie over de<br />

schoolresultaten (in Vensters voor Verantwoording).<br />

De code biedt bindende regels voor leden van de <strong>VO</strong><strong>raad</strong><br />

en is een specifieke uitwerking voor deze sector<br />

van de Wet goed onderwijs, goed bestuur.<br />

interventies die een halt toeroepen aan sluipende of ongrijpbare<br />

processen, zoals dalende examenresultaten of aanhoudende<br />

klachten. Historisch besef, <strong>het</strong> vermogen om zowel ongewenste<br />

ontwikkelingen als perspectiefvolle oplossingsrichtingen te<br />

agenderen, helpen daarbij enorm.<br />

De kunst is <strong>het</strong> ‘niet­pluis­gevoel’ op <strong>het</strong><br />

juiste moment om te zetten in krachtige<br />

interventies<br />

“Eigenlijk blussen we pas als er brand is”, zo stelt een<br />

bestuurder, “terwijl sommige situaties nu eenmaal te brandgevaarlijk<br />

zijn om te laten bestaan. Misschien zijn we te aardig<br />

voor elkaar, past <strong>het</strong> niet bij de onderwijscultuur om hard en<br />

direct in te grijpen.” Daarnaast is <strong>het</strong> belangrijk te beseffen dat<br />

elke interventie impact heeft op de organisatie en dat er ook<br />

draagvlak nodig is.<br />

Correcties op <strong>het</strong> functioneren van de <strong>raad</strong> van toezicht zelf, zijn<br />

sinds kort beter mogelijk geworden. Wanneer in een niet goed<br />

<strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong> 3 • december 2012 37


ADVERTENTIE<br />

Van goed naar<br />

excellent onderwijs<br />

Advies<br />

Opleiding en training<br />

Onderzoek en ontwikkeling<br />

‘Onderwijs in Nederland is van hoog<br />

niveau, maar onze ambitie reikt verder.<br />

De kwaliteit van de man of vrouw voor<br />

de klas is daarbij doorslaggevend.’<br />

Het regeerakkoord geeft eens te meer<br />

aan hoe belangrijk de kwaliteit van<br />

de leraar is bij de verbetering van<br />

onderwijs.<br />

Een excellente leraar vertrouwt op z’n<br />

professionaliteit; gebaseerd op intuïtie<br />

en kennis, getoetst aan opvattingen<br />

van collega’s en inzichten uit de<br />

wetenschap en de visie van de school.<br />

Zo wordt een goede leerkracht uit -<br />

muntend.<br />

KPC groep maakt van goed, excellent<br />

onderwijs. Door aanwezige kennis<br />

zicht baar te maken en samen met leraren<br />

en leidinggevenden uitdagingen te<br />

benoemen en kansen te verzilveren.<br />

Een collectieve aanpak, met veel ruimte<br />

voor individuele leerroutes waar u in de<br />

dagelijkse praktijk wat aan heeft.<br />

Meer weten?<br />

Neem voor een vrijblijvende afspraak<br />

contact op met Emerance Uytendaal,<br />

e.uytendaal@kpcgroep.nl of 06 515 28 540<br />

www.kpcgroep.nl/voortgezet-onderwijs


COLUMN<br />

functionerende rvt sprake was van onvoldoende zelfreinigend<br />

vermogen, was tot voor kort <strong>het</strong> rooster van<br />

aftreden de enige hoop op verandering. Sinds kort bestaat<br />

voor vo-scholen echter een klachtencommissie.<br />

Rol medezeggenschap<br />

Ook de (G)MR heeft een rol in de balans tussen kritisch<br />

toezicht en interventie. Een aantal bestuurders en toezichthouders<br />

zou graag af willen van <strong>het</strong> wij-zij-gevoel tussen<br />

MR en bestuur en heeft behoefte aan een constructiefkritische<br />

gesprekspartner van formaat. De opvatting van<br />

sommige bestuurders dat een (G)MR vooral een lastig<br />

obstakel zou zijn in de bestuurlijke besluit vormingsroute,<br />

is wat deze groep betreft achterhaald. Toch zien zij dat<br />

deze rol in de praktijk slechts zeer mondjesmaat ingenomen<br />

wordt. Soms omdat er principiële bezwaren zijn,<br />

soms omdat de (G)MR onvoldoende taak professionaliteit<br />

heeft en soms doordat de (G)MR ‘gekaapt’ lijkt te zijn<br />

door dragers van een schoolcultuur die juist verandering<br />

behoeft. Professionalisering is zeker nodig, vinden de<br />

geïnterviewden. Nogal wat bestuurders vragen zich echter<br />

hardop af in hoeverre zij vanuit hun rol expliciet daarop<br />

kunnen of mogen sturen. Toch lijkt een krachtig<br />

functionerende (G)MR een van de indicatoren te zijn<br />

die de rvt in zijn toezicht zou kunnen betrekken.<br />

Rol extern toezicht<br />

Ook <strong>het</strong> externe toezicht speelt een rol in de governancevraagstukken;<br />

zeker nu de Inspectie als externe toezichthouder<br />

steeds explicietere eisen formuleert, ook aan de<br />

interne toezichthouders. Openbaar onderwijs heeft bovendien<br />

te maken met de gemeente<strong>raad</strong> als externe toezichthouder,<br />

aan wie op een aantal punten verant woording<br />

afgelegd moet worden. Sommige toezicht houders zouden<br />

helderheid over verantwoorde lijkheden en grenzen verwelkomen.<br />

Een toezichthouder: “Ik mis de overheidsstandpunten.<br />

Hoe verhoudt <strong>het</strong> interne en externe toezicht<br />

zich tot elkaar? Waarop letten wij als <strong>raad</strong> van toezicht en<br />

wat is de verantwoordelijkheid van de inspectie en de<br />

gemeente<strong>raad</strong>? Hoe zorgen we dat er geen ‘gaten vallen’,<br />

dat we niet allemaal tegelijk toezicht uitoefenen op deelonderwerpen<br />

die elkaar soms wel en soms niet overlappen,<br />

of dat we op elkaar gaan zitten wachten?<br />

Monica Robijns en Alexandra Haijkens zijn<br />

verbonden aan APS.<br />

Hendrik­Jan van Arenthals<br />

Back to Basic<br />

Tijdens een strategische discussie vlogen scenario’s, risico’s, kansen<br />

en bedreigingen door de vergaderzaal. Een wat ingedut bestuurslid zag<br />

ineens <strong>het</strong> licht, schraapte de keel en kwam met dit gewichtige statement.<br />

“Wat ik mij afvraag: wat gaan onze leerlingen daar morgen van<br />

merken?” Terug naar de basis.<br />

Het viel niet mee met de meerjarenbegroting. Ze moesten kritisch<br />

kijken naar de extra activiteiten die ze buiten de lessen ontplooiden.<br />

Ook de ondersteuning lag onder <strong>het</strong> vergrootglas: de helpdesk, de<br />

media thecaris, de counselors en de absentencontrole. De stemming was<br />

somber, vanwege <strong>het</strong> verlies van de krenten in de educatieve pap. Toen<br />

zag iemand weer <strong>het</strong> halfvolle glas: “Is <strong>het</strong> wel zo erg, dat we teruggeworpen<br />

worden op onze core business? We zijn tenslotte een<br />

school…” Terug naar de basis.<br />

Met genoegen las <strong>het</strong> hoofd personeelszaken <strong>het</strong> regeerakkoord.<br />

Eindelijk ging zijn eigen generatie van energieke veertigers een einde<br />

maken aan die anachronistische heilige huisjes in de sector. Goed, de<br />

buikriem werd aangetrokken, maar dat bood wel mooi de gelegenheid<br />

om eindelijk <strong>het</strong> kaf van <strong>het</strong> koren te scheiden. Ze waren binnenkort<br />

van die onbetaalbare BAPO af en kregen nog een premie toe. Door de<br />

modernisering van de arbeidsvoorwaarden hoefden ze niet bang te zijn<br />

voor de gevolgen van <strong>het</strong> opschuiven van de pensioenleeftijd. Wie zei<br />

<strong>het</strong> ook al weer? “De enige redding van <strong>het</strong> onderwijs is de versoepeling<br />

van <strong>het</strong> ontslagrecht.” Terug naar de basis.<br />

Eigenlijk was hij meer positief dan kritisch… Het regeerakkoord stond<br />

immers vol goed nieuws! Het terugdringen van regeldruk was een van<br />

de speerpunten. Welke school zat niet te wachten op <strong>het</strong> terugdringen<br />

van de bureaucratie en controlitis die Den Haag onophoudelijk leek uit<br />

te spugen? Neem nu passend onderwijs. Hoeveel zou er te bezuinigen<br />

zijn door alleen al <strong>het</strong> schrappen van de volstrekt overbodige regionale<br />

verwijzingscommissie? Goed overigens, dat er met die 50 miljoen weer<br />

een prikkel kwam om ook in de leerlingenzorg orde op zaken te stellen;<br />

om echt te gaan samenwerken en ontschotten. Dan krijgt Ome Roon<br />

uiteindelijk toch zijn zin, en komen docenten weer toe aan waar ze<br />

voor zijn opgeleid: lesgeven. Back to Basic.<br />

Met een Commodore 64 op mijn zolderkamer: <strong>het</strong> echte werk. Ik<br />

programmeerde in Basic, apentrots dat ik twee balkjes een stipje kon<br />

laten pingpongen. Velen mijmeren soms hoe <strong>het</strong> zou zijn, terug naar<br />

die tijd, zonder internet, sociale media. Terug naar Basic.<br />

<strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong> 3 • december 2012 39


Blik van buiten<br />

‘Ook niet­cognitieve<br />

opbrengsten doen ertoe’<br />

Naam R prof. Jo Ritzen (67)<br />

Achtergrond R onder meer minister van Onderwijs (1989-1998, PvdA ), collegevoorzitter Maastricht University, vicepresident Wereldbank<br />

Gespreksonderwerp R onderwijsbeleid<br />

Standpunt R met meer onderzoek worden ook soft skills meetbaar<br />

Tekst: Emmanuel Naaijkens / Fotografie: Dirk Kreijkamp<br />

Hoe kijkt u terug op uw middelbareschooltijd?<br />

“Met veel plezier. Ik zat op <strong>het</strong> Bernardinus<br />

College van de paters Franciscanen in<br />

Heerlen. Achteraf realiseer ik me dat zij mij<br />

gevormd hebben. Zij stimuleerden om vrij te<br />

denken en te handelen. Mijn vader was hoofd<br />

van de school en gespitst op mijn rapporten.<br />

Ik schaamde me daarvoor. Waarom? Ik had<br />

extreem goede cijfers. Presteren vond hij<br />

belangrijk. Maar ik wilde andere dingen<br />

zoals tekenen, toneel, debatteren, ik zat in de<br />

leerlingen<strong>raad</strong>. Je kreeg alle ruimte van de<br />

paters. Daar heb ik enorm veel van geleerd,<br />

daar ligt de basis voor <strong>het</strong> succes van mijn<br />

carrière.”<br />

‘Op de school in de<br />

Schilderwijk moeten<br />

de beste en meest<br />

gemotiveerde leraren<br />

staan’<br />

40 <strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong> 3 • december 2012<br />

Opbrengsten spelen een belangrijke rol in<br />

<strong>het</strong> onderwijs, maar de kritiek is dat de<br />

nadruk eenzijdig op cognitieve vakken<br />

ligt. Is dat terecht?<br />

“Is er sprake van een tegenstelling? Daar<br />

geloof ik helemaal niets van. Kijk naar mijn<br />

eigen schooltijd. Ook niet-cognitieve zaken<br />

zijn van belang. Kunstvakken, burgerschap,<br />

entrepeneurschap, maatschappelijke verantwoordelijkheid,<br />

integriteit, creativiteit,<br />

enzovoort. Het gaat om <strong>het</strong> ontwikkelen van<br />

attitude. Kunnen communiceren, in teamverband<br />

werken. Met noemt dat wel soft<br />

skills. Die laatste zijn ontzettend belangrijk<br />

voor <strong>het</strong> functioneren, ook op de arbeidsmarkt.”<br />

Maar kun je die zachte opbrengsten wel<br />

meten?<br />

“Jazeker, maar er is nog veel onderzoek te<br />

doen. Daarom pleit ik voor een tienjarenprogramma,<br />

in Europees verband, want de<br />

vragen spelen net zo goed in andere landen.<br />

Wij denken vaak erg vanuit ons eigen land.<br />

Waar <strong>het</strong> om gaat: wat zijn de belangrijke<br />

opbrengsten in termen van attitudes en nietcognitieve<br />

eigenschappen en welke vormen<br />

van onderwijs dragen daaraan bij? Hoe<br />

organiseer je je school, je curriculum? Het<br />

gaat dus ook over de didactiek en de pedagogiek.<br />

Ik ben een aanhanger van Maria<br />

Montessori. Ik ben er altijd een voorstander<br />

van geweest <strong>het</strong> onderwijs bij de samenleving<br />

te betrekken. Dat de maatschappelijke stage<br />

verdwijnt, is in dit verband doodzonde.”<br />

Voor <strong>het</strong> kabinet is de plaats op de PISAranglijst<br />

een g<strong>raad</strong>meter. U bent een van<br />

de grondleggers van dit internationale,<br />

vergelijkende onderzoek naar de<br />

prestaties van 15­jarigen.<br />

“We zijn daar in 1996 mee begonnen. We<br />

zaten toen als ministers van Onderwijs van<br />

zes landen bij de OESO bij elkaar en er was<br />

grote behoefte om de onderwijsprestaties te<br />

kunnen vergelijken. Kinderen zijn wereldwijd<br />

kinderen en leren is wereldwijd in grote<br />

trekken <strong>het</strong>zelfde. Er werd gezegd: dat kan<br />

niet, je kunt niet leerlingen die in andere<br />

culturen leven, dezelfde toetsen afnemen.<br />

Twee deskundigen van Education Testing<br />

Service hebben ons overtuigd dat <strong>het</strong> wél kon.<br />

Maar er kwam geen geld. Ik heb toen gezegd<br />

dat wij financieel garant zouden staan; dat<br />

heeft de doorslag gegeven. PISA is dus eigenlijk<br />

een Nederlands project en <strong>het</strong> heeft een<br />

enorme vlucht genomen. Er doen nu al<br />

56 landen mee.”<br />

Ook voor PISA geldt dat <strong>het</strong> vooral<br />

cognitieve kennis meet.<br />

“Er wordt nagedacht over hoe je ook <strong>het</strong><br />

additionele kunt meten. Maar heel belangrijk<br />

is wat scholen met de resultaten doen om de<br />

kwaliteit van hun onderwijs verder te verbeteren.<br />

Schoolleiders hebben daar soms geen


idee van. Je merkt dat er veel gebeurt, maar<br />

<strong>het</strong> is een beetje schieten in <strong>het</strong> donker. Een<br />

land als Polen heeft met gebruikmaking van<br />

PISA enorm veel vooruitgang geboekt. Er ligt<br />

een geweldige uitdaging voor de onderwijskunde.<br />

De ministers van Onderwijs moeten <strong>het</strong><br />

wereldwijde onderzoek steunen. Het gaat om<br />

<strong>het</strong> opbouwen van langetermijn databanken.”<br />

‘Gelijkheid van kansen<br />

bieden, is de belangrijkste<br />

taak voor <strong>het</strong> onderwijs’<br />

Een minister zit er doorgaans maar vier<br />

jaar, die kan er niet mee scoren.<br />

“Dat is <strong>het</strong> frustrerende, die gaat voor de<br />

korte termijn. Ja, in mijn tijd was dat anders.<br />

Ik hield me vooral bezig met de lange<br />

termijn. Bij mijn aantreden ging <strong>het</strong> met<br />

name over de lumpsum en de organisatie.<br />

Maar níet over wat er principieel is aan <strong>het</strong><br />

onderwijs en dat is: kan de school compenseren<br />

voor wat jongeren thuis meekrijgen?<br />

Gelijkheid van kansen. Uiteindelijk is dat de<br />

belangrijkste taak voor <strong>het</strong> onderwijs. Het<br />

gaat erom je maatschappelijk potentieel<br />

te maximeren. Dat is niet alleen iets van<br />

sociaaldemocraten. Het levert economische<br />

groei op.”<br />

Is dat in Nederland al niet grotendeels<br />

gerealiseerd? Een kind van een metselaar<br />

kan nu probleemloos naar de universiteit.<br />

“Klopt, maar er is een nieuwe groep en dat<br />

zijn kinderen van migranten. Daar zie je<br />

internationaal een terugval. Hun talenten<br />

zijn hard nodig. De Noordse landen doen <strong>het</strong><br />

goed; ook Nederland zit bij de kopgroep.<br />

Maar een land als <strong>het</strong> Verenigd Koninkrijk<br />

doet <strong>het</strong> een stuk minder.”<br />

Het bestrijden van onderwijsachterstanden<br />

moet weer hoog op de agenda?<br />

“Jazeker! Ik ben zeer voor een gelijkheidvan-kansenbeleid.<br />

Op de school in de<br />

Schilder wijk moeten de beste en meest<br />

gemotiveerde leraren staan. Die moeten<br />

beter betaald worden, daar moeten de<br />

klassen kleiner zijn. De basisschool legt <strong>het</strong><br />

fundament. De praktijk is echter dat jonge<br />

leraren in de Schilderswijk binnen een jaar<br />

weer vertrekken. Ze zoeken een werkplek<br />

die minder ingewikkeld is. Dat is funest.”<br />

In <strong>het</strong> vo is de trend om meer academische<br />

leraren op te leiden. Wat vindt u daarvan?<br />

“Wat ik zie, is dat academisch opgeleide<br />

leraren meer moeite hebben om mee te gaan<br />

met veranderingen. Ik denk dat dit te maken<br />

heeft met de status van hun vak. Het zou voor<br />

de professionele ontwikkeling goed zijn als<br />

elke leraar ook aan een onderzoeksinstituut<br />

is verbonden.”<br />

Hoe beoordeelt u, alles overziende, de<br />

staat van <strong>het</strong> Nederlandse onderwijs?<br />

“Ik ben droevig over al die somberaars.<br />

Natuurlijk zijn er zaken die altijd beter<br />

kunnen. Er is geen land waar de ouders zo<br />

tevreden zijn over <strong>het</strong> onderwijs als in<br />

Nederland. In internationaal perspectief<br />

doen we <strong>het</strong> voortreffelijk. In Europa staan<br />

we na Finland op twee! Dat is mede te<br />

danken aan de grote autonomie die scholen<br />

hebben, daar heb ik altijd zeer voor geijverd.<br />

Het onderwijs moet niet al te zeer gestuurd<br />

worden door de overheid. Dat model is nu<br />

algemeen aanvaard.”<br />

‘In internationaal perspectief<br />

doen we <strong>het</strong> voortreffelijk’<br />

En wat vindt u van <strong>het</strong> kabinetsbeleid?<br />

“Het afgelopen decennium was rampzalig, er<br />

was volstrekt geen continuïteit. Dat is slecht<br />

voor <strong>het</strong> onderwijs, dat gaat toch vooral over<br />

de lange termijn. Ik voel wel wat voor de<br />

aanpak in Noordse landen. Daar wordt<br />

<strong>het</strong> onderwijsbeleid niet gemaakt door de<br />

coalitie, maar door een commissie in <strong>het</strong><br />

parlement die breed is samengesteld.”<br />

<strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong> 3 • december 2012 41


Wie wat waar<br />

Wie werkt waar Agenda<br />

RSG SLINGERBOS | LEVANT<br />

Zeewolde/Harderwijk<br />

Fred van Bergen is benoemd tot locatiedirecteur van locatie Levant van<br />

RSG Slingerbos | Levant in Zeewolde. Daarvoor werkte hij als directeur<br />

van basisschool ’t Kofschip in Zeewolde. Hij volgt Inge Vaatstra op. Zij<br />

is benoemd tot directeur Onderwijs bij RSG Slingerbos | Levant.<br />

STICHTING OPENBAAR <strong>VO</strong>ORTGEzET ONDERWIJS<br />

COE<strong>VO</strong>RDEN, HARDENBERG EN OMSTREKEN<br />

Coevorden<br />

Rob Wilhelm, sectordirecteur vmbo, praktijkonderwijs en regio van<br />

scholengemeenschap De Nieuwe Veste in Coevorden gaat op 1 maart<br />

2013 met fpu. Zijn plaats is vanaf 1 september ingenomen door Corrie<br />

Raat, die afgelopen jaren aan de school verbonden was als coördinerend<br />

directeur eerste leerjaar.<br />

STICHTING CARMELCOLLEGE<br />

Eindhoven<br />

Het CvB van Stichting Carmelcollege heeft Maarten de Veth per 1<br />

januari 2013 benoemd tot rector van <strong>het</strong> Augustinianum in Eindhoven.<br />

De Veth volgt mevrouw I. van Nieuwenhuijsen op, die nu rector is van<br />

<strong>het</strong> Varendonck-College in Asten/Someren. De Veth was sinds 2008<br />

directeur van <strong>het</strong> dr. Knippenbergcollege in Helmond, school voor<br />

vmbo-t, havo en vwo.<br />

OSG HENGELO<br />

Hengelo<br />

Het CvB van Openbare Scholengemeenschap Hengelo heeft Karin<br />

Kits tot directeur bedrijfsvoering benoemd. Kits heeft onder andere<br />

gewerkt als hoofd algemene dienst bij ROC van Twente in Almelo en<br />

als projectleider implementatie iPads op <strong>het</strong> Bonhoeffer College in<br />

Enschede.<br />

ONS MIDDELBAAR ONDERWIJS (OMO)<br />

Cuijk<br />

Ben Leenen is per 1 januari de nieuwe vestigingsdirecteur Cuijk van <strong>het</strong><br />

Merletcollege. Leenen is wethouder in de gemeente Sint-Michielsgestel.<br />

Daarvoor was hij docent Nederlands en adjunct-sectordirecteur aan <strong>het</strong><br />

Sint-Janslyceum in ‘s-Hertogenbosch.<br />

Colofon <strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong> is een uitgave van de <strong>VO</strong>-<strong>raad</strong>, de<br />

sector organisatie van <strong>het</strong> voortgezet onderwijs. <strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong><br />

verschijnt 7 keer per jaar in een oplage van 4.500 exemplaren.<br />

Redactie Cindy Curré, Ingrid Janssen, Suzanne Visser<br />

(eindredactie), Linda Zeegers. Medewerkers: Hendrik-Jan<br />

van Arenthals, Truus Groenewegen, Karen van Herpen,<br />

Hanneke van der Linden, Carolien Nout, Marijke Nijboer,<br />

Emmanuel Naaijkens, Martijn Laman, Koos Roos, Eva van<br />

Teeseling, Minke de Vogel en Jacq Zinken.<br />

42 <strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong> 3 • december 2012<br />

Redactieadres <strong>VO</strong>-<strong>raad</strong>, Postbus 8282,<br />

3503 RG UTRECHT, T 030 232 48 00,<br />

redactie@vo-<strong>raad</strong>.nl, www.vo-<strong>raad</strong>.nl.<br />

10­1 Masterclass opbrengstgericht werken<br />

Wie Schoolleiders en teamleiders<br />

Waar Eindhoven<br />

15­1 Bijeenkomst regio 5: toezichtkader 2013<br />

Wie Schoolleiders en bestuurders<br />

Waar Bemmel<br />

24­1 Conferentie overgang PO­<strong>VO</strong><br />

Wie Schoolleiders en bestuurders<br />

Waar Nieuwegein<br />

30­1 Klankbordbijeenkomst regio 7<br />

Wie Schoolleiders en bestuurders<br />

Waar Vleuten<br />

7­2 Havo­congres: trots op havo<br />

Wie Schoolleiders en bestuurders<br />

Waar Ede<br />

14­3 <strong>VO</strong>­congres 2013<br />

Wie Leden <strong>VO</strong>-<strong>raad</strong><br />

Waar Nieuwegein<br />

Meer informatie en inschrijven:<br />

R www.vo-<strong>raad</strong>.nl/agenda<br />

Advertenties Uitgeverij Recent Amsterdam,<br />

T 020 330 89 98 (Ray Aronds), www.recent.nl.<br />

Issn 1873-1163<br />

Fotografi e Josje Deekens (ook voorpagina), Abonnementen Besturen en de daarbij horende<br />

iStockphoto, Dirk Kreijkamp, Rogier Veldman scholen, die lid zijn van de <strong>VO</strong>-<strong>raad</strong> ontvangen <strong>het</strong><br />

Illustraties Matthias Giesen<br />

<strong>VO</strong>-<strong>magazine</strong> gratis. Een abonnement kost € 75,-<br />

Ontwerp OSAGE / communicatie en ontwerp, Utrecht per jaar. Beëindiging van <strong>het</strong> abonnement dient<br />

Druk Roto Smeets Grafi Services, Utrecht<br />

schriftelijk te geschieden voor 1 juli.


ADVERTENTIE<br />

SCHOOLONTWIKKELING<br />

Het voortgezet onderwijs kan en wil zich verbeteren. Het Seminarium voor Orthopedagogiek wil uw partner zijn om deze<br />

ambitie te realiseren. Onze werkwijze is uw vraag te verbinden met onze kennis en expertise op <strong>het</strong> gebied van gedrag,<br />

leren, begeleiden en schoolontwikkeling. We gaan hierbij uit van zowel de kwaliteit van de leraar als die van de leerling.<br />

Wij nodigen u van harte uit ons uw vragen voor te leggen. Dat kan onder andere op <strong>het</strong> gebied van:<br />

• special educational needs (master opleiding)<br />

• onderwijs en schoolontwikkeling<br />

• klassenmanagement<br />

• sociale emotionele ontwikkeling<br />

• taal, lezen, rekenen<br />

Neemt u contact met ons op om een geheel op maat te maken aanbod voor uw situatie te bespreken.<br />

www.seminarium.hu.nl > contact<br />

Ook zien we u graag op de NOT. U vindt ons in hal 8.<br />

ER VALT NOG GENOEG TE LEREN<br />

• gedrag, omgaan met verschillen<br />

• excellente leerlingen<br />

• opbrengstgericht werken<br />

• ouder als educatief partner


2012-2013<br />

Professionalisering<br />

financieel<br />

schoolmanagement<br />

www.comeet.nl<br />

ADVERTENTIE<br />

Bezuinigingen, onderwijsvernieuwingen en horizontale verantwoording<br />

stellen nieuwe eisen aan de onderwijsmanager.<br />

Om bestuurders, (con)rectoren, (unit)directeuren, budgethouders en<br />

MR-leden een handreiking te bieden bij <strong>het</strong> vormgeven van <strong>het</strong> financieel<br />

management organiseert Comeet de leergang onderwijsfinanciën.<br />

In deze leergang worden alle facetten van <strong>het</strong> financieel management behandeld.<br />

De leergang bestaat uit 4 modules van elk 2 cursusdagen. U kunt per module inschrijven.<br />

Module 1: Elementaire financiële kennis<br />

2013: donderdag 24 en vrijdag 25 januari; Aristo Zalencentrum te Eindhoven (nabij station)<br />

Module 2: Financiële kennis<br />

2013: dinsdag 15 en woensdag 16 januari; Grand hotel “Wientjes” te Zwolle<br />

2013: donderdag 14 en vrijdag 15 maart; Aristo Zalencentrum te Eindhoven (nabij station)<br />

Module 3: Verdiepingscursus financiële kennis<br />

2013: donderdag 17 en vrijdag 18 januari; Zalencentrum NIMAC te Ede<br />

2013: dinsdag 12 en woensdag 13 maart; Grand hotel “Wientjes” te Zwolle<br />

2013: dinsdag 16 en woensdag 17 april; Aristo Zalencentrum te Eindhoven (nabij station)<br />

Module 4: Het maken van uw eigen financieel beleidsplan<br />

2013: dinsdag 19 en woensdag 20 maart; Zalencentrum NIMAC te Ede<br />

2013: donderdag 11 en vrijdag 12 april; Grand hotel “Wientjes” te Zwolle<br />

2013: dinsdag 17 en woensdag 18 september; Aristo Zalencentrum te Eindhoven (nabij station)<br />

De kosten van deelname aan deze tweedaagse modules zijn e 545,00<br />

(module 4 e 595,00 i.v.m. CD-rom) inclusief materialen, koffie/thee en lunch.<br />

Het aantal deelnemers bedraagt maximaal 30.<br />

Voor nadere informatie over deze cursussen verwijzen wij u naar onze website:<br />

www.comeet.nl<br />

Voor inschrijving en informatie kunt u zich wenden tot:<br />

Comeet, t.a.v. Els van den Heuvel,<br />

Postbus 7069, 3430 JB Nieuwegein<br />

Telefoon: 06-12509193<br />

E-mail:evandenheuvel@comeet.nl<br />

De grote belangstelling<br />

noopt ons tot inschrijving<br />

in volgorde van<br />

binnenkomst.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!