19.06.2013 Views

FRIESCHE NAAMLIJST - Tresoar

FRIESCHE NAAMLIJST - Tresoar

FRIESCHE NAAMLIJST - Tresoar

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

X<br />

kunnen volstaan. Immers, de oorsprong en de afleiding dezer vrouwennamen, en hun<br />

samenhang roet de mansnamen, blijkt voldoende uit de plaats die zij in de sponden van<br />

dit Onomasticon innemen, en uit de korte aanduidingen, daar bij aangeteekend. Zoo komen<br />

van de mansnamen Aldert, Douwe, Minne en Offe, door achtervoeging der verkleinende<br />

aanhangsels je, tse of tsen, tsje (tje) en ke, de vrouwennamen Aldertsje (Aldertje),<br />

Douwtsen, Mintsje (Mintje) en Ofke.<br />

Even zeer als van den volledigen, zij het dan ook ingekorten en verbastei - den naam<br />

Aldert (Aclelhard), van Douwe, en van de vleinamen Minne en Offe, zoo zijn ook van<br />

de verkleinnamen die reeds als mansnamen dienst doen, b.v. van Bauke, Ibele, Oepke,<br />

Rinse, Wytse, door achtervoeging van andere verkleinvormen vrouwennamen gemaakt:<br />

Baukje, Ibeltsje (Ybeltje), Oepkje, Rinske, Wytske. Deze namen zijn dus oneigenlijk<br />

gevormd, bij tautologie, door dubbele verkleinings-achtervoegsels. Zulk eene opeenhooping<br />

van verkleinvormen komt zelfs wel voor als samenkoppeling van drie achtervoegsels;<br />

bij voorbeeld: de vrouwennaam Reinskje, die ontleedt wordt in Rein (de mansnaatn<br />

Rein, vleivorm van den eenen of anderen met Rein, Regin samengesteld en volledigen<br />

naam — Eeinjer of Regingar, Reindert of Reginhard, Reginberg —), in se, lee en je,<br />

alle drie verkleinings-uitgangen, dus Rein-se-ke-je.<br />

Deze liefhebberij der Friezen voor verkleinvormen achter hunne namen komt ook aan 't<br />

licht bij die vrouwennamen , die uit eenen oorspronkelijken, volledigen naam bestaan met<br />

een geheel overtollig, de schoonheid des naams schadend verkleiníngs-achtervoegsel; bij<br />

voorbeeld Gerlandtsje (Gerlandje) nevens Gerland; JUduJce nevens Jildou; Sibricbje<br />

nevens Sibrich (Sigburg), enz.<br />

Ook de oorsprong, de afleiding van de geslachtsnamen en van de plaatsnamen, grootendeels<br />

van mansnamen, en hun samenhang met die mansnamen, zoowel als hun samenhang<br />

onderling, blijkt ruimschoots voldoende uit de plaatsen, waar de geslachts- en plaatsnamen<br />

in de Naamlijst vermeld staan, en uit menige verklarende aanteekening, daar bij<br />

gevoegd. De eigenaardige uitgangen der Friesche geslachtsnamen zijn:<br />

1°. de Oud-Friesche eigenlijke patronymicale uitgang inga, verloopen tot enga; en in<br />

Oost-Friesland wel tot unga, door Hoogduitschen invloed. Voorbeelden: Abbinga (zoon<br />

of afstammeling, of zelfs hoorige, van Abbe, van den man die Abbe heette); Bottinga<br />

en Bottenga, Sibinga en Sybenga, van Botte en Sibe.<br />

2°. Op ia, een vorm die uit inga verloopen is, volgens eene kenmerkende bijzonderheid<br />

van het Friesche taaieigen. Bij voorbeeld: Sinia, van Sininga, zoon of afstammeling van<br />

Sine, van den man die Sine heette; Botnta (van Bothnia), van Bottinga; Unia, van<br />

Uninga, het patronymicon van den mansnaam TJne (Oene)<br />

3". Op enkele ff, een tweede-naamvalsvorm. Bij voorbeeld: Alberda, dat is: Alberts,<br />

Albert's zoon, de zoon van den man die Albert (Adelbrecht) heette; Andela,<br />

Andele's zoon; Tsjaerda (in Ned. spell. Tjaarda), van den mansnaam Tsjaerd (Tjaard).<br />

4°. Op ma (man), den ouden, oorspronkelijken vorm, en op sma, een daaruit ontstane,<br />

tautologische vorm. van jongere dagteekening, uit s, als tweede-naarmvals-vorm, en ma<br />

samengesteld. Bij voorbeeld: Minnema, Popma, Sytsema of Sytsma , zoon, afstammeling<br />

of hoorige van Minne, van Poppe, van Sytse, van de mannen die deze vóórnamen<br />

droegen. Fm Tjeerdsma, Meindertsma, Wigersma, van Tsjeard (Tjeerd), Meindert<br />

en Wiger.<br />

5". Op na en sna (in de zelfde verhouding tot eikanderen staande als ma en sma, hier<br />

voren vermeld), eigenlijk Oost-Friesche vormen, die echter ook wel eene enkele maal in<br />

ons Friesland voorkomen. Bij voorbeeld: Frankena en Jorna, zoon van Frank, en<br />

zoon van Jorre. Maar met even veel recht kan men aannemen, dat deze twee geslachtsnamen<br />

tot de onder n°. 3 hier boven vermelde groep (op enkele a uitgaande) behooren,<br />

en dus moeten ontleed worden als Franken-a en Jorn-a; dat is: zoon van Franken (mij<br />

wumkes.nl

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!