Stad op scherp - Gemeente Groningen
Stad op scherp - Gemeente Groningen
Stad op scherp - Gemeente Groningen
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
‘Het plotselinge verlangen naar<br />
een tijd waarin alles beter was,<br />
naar de tijd van vastigheid<br />
fecten heeft: de psychologische drempels<br />
naar het Noorden worden zelfs niet<br />
door Al Jazeera geslecht!<br />
De Groningse tweedeling is niet gebaseerd<br />
<strong>op</strong> huidskleur, taalverschillen of<br />
godsdienst maar is autochtoon. Weliswaar<br />
doen we het steeds beter in de<br />
lijstjes, maar de stille armoede bestaat<br />
nog steeds. Het aantal bijstandsgerechtigden<br />
en de werkloosheid dalen,<br />
het gemiddelde inkomen stijgt en het<br />
economisch groeipotentieel scoort hoog<br />
maar desondanks staat een grote groep<br />
mensen blijvend buitenspel. We zien het<br />
als een kerntaak voor de overheid om te<br />
blijven investeren in het vergroten van<br />
kansen voor deze mensen. Kansen die<br />
ze meer dan vroeger zelf zullen moeten<br />
aangrijpen, maar nooit zonder dat wij ze<br />
bieden.<br />
Het klassieke domein van de over-<br />
en gemeenschapszin, is in<br />
zekere zin valse nostalgie’<br />
90| 91<br />
mei 2006 stad <strong>op</strong> <strong>scherp</strong><br />
heid staat ter discussie. Onmiskenbaar<br />
vinden daarin verschuivingen plaats,<br />
sterk beïnvloed door de flirt met aloude<br />
normen, waarden en verworvenheden.<br />
Maar de nostalgische vlucht naar een<br />
tijd en wereld waarin alles om ons heen<br />
vertrouwd, herbergzaam, knus en gezellig<br />
was, leidt af van de werkelijkheid.<br />
Welbeschouwd is de MP3-speler van<br />
vandaag niet veel meer dan de walkman<br />
twintig jaar geleden of de transistorradio<br />
in de jaren vijftig. De scooter is een<br />
doorontwikkelde bromfiets. Hangjongeren<br />
zijn de nozems van toen een blowtje<br />
nog een sjekkie heette. En destijds werd<br />
er niet massaal gegolfd maar hadden<br />
tennis en hockey een duur imago. De<br />
zoektocht naar individuele vrijheid en<br />
zelfverwezenlijking is van alle tijden.<br />
Het plotselinge verlangen naar een tijd<br />
waarin alles beter was, naar de tijd van<br />
vastigheid en gemeenschapszin, is in<br />
zekere zin valse nostalgie. De ontzuiling<br />
gold decennia lang als een bevrijding<br />
maar is omgeslagen in een hang naar<br />
nieuwe zekerheden en bindende factoren.<br />
Het succes van het boek ‘Knielen <strong>op</strong><br />
een bed violen’ van Jan Siebelink bevestigt<br />
onze gepreoccupeerdheid met de<br />
jaren waarin alles rook naar spruitjes en<br />
draadjesvlees. Maar willen we werkelijk<br />
weer dat het wordt zoals toen?<br />
Dat toenemende welvaart tot grotere<br />
zelfstandigheid en individualisme leidt,<br />
werd altijd gezien als bevestiging van<br />
de emancipatie van complete volksdelen<br />
en niet – zoals nu – als de grootste bedreiging<br />
voor onze nationale identiteit.<br />
Begrippen als de zorgzame samenleving,<br />
de solidariteitsgedachte en het noaberschap<br />
waren jarenlang besmet. Individuen<br />
willen vrijheid en vooral zo weinig<br />
mogelijk overheidsbemoeienis. Steeds<br />
minder mensen laten zich aanspreken of<br />
mobiliseren <strong>op</strong> collectieve doelen of het<br />
moet al een inzamelingsactie voor een<br />
noodlijdend gebied zijn. Dit alles slaat<br />
plotseling om als er bij onszelf een ramp<br />
gebeurt. Dan priemt de vinger naar de<br />
overheid en klinkt direct de roep om correctie,<br />
daadkracht en <strong>op</strong>treden.<br />
Bram Peper noemde dit verschijnsel aan<br />
het einde van de vorige eeuw de paradox<br />
van de overheid. Terwijl de overheid<br />
krampachtig probeert de bemoeienis te<br />
beperken tot een minimum, roept de<br />
mondige, individuele en kritische burger<br />
om stevig overheids<strong>op</strong>treden als er<br />
rampen gebeuren. De overheid moet zich<br />
zo min mogelijk met de werking van de<br />
vrije markt bemoeien maar is en blijft<br />
eindverantwoordelijk als het mis gaat.<br />
De vrije markt zijn gang laten gaan, is<br />
niet voor elk beleidsterrein de <strong>op</strong>lossing.<br />
Want die markt laat het afweten<br />
zodra er geen geld kan worden verdiend.<br />
De overheid heeft een aantal klassieke<br />
kerntaken. Infrastrcutuur en bereikbaarheid,<br />
<strong>op</strong>enbare orde en veiligheid, de<br />
collectieve, preventieve gezondheidszorg,<br />
ruimtelijke ordening en het onderwijs;<br />
een maatschappij zonder overheidsbemoeienis<br />
is ondenkbaar. Want als het<br />
fout gaat, wil niemand een ondernemende<br />
overheid die zich heeft beperkt<br />
tot kerntaken en vrij spel heeft gegeven<br />
aan de markt. Dan willen we een<br />
overheid die er voor zorgt dat er geen<br />
vuurwerkloodsen ontploffen, dat er geen<br />
chloortreinen meer rijden, dat de grote<br />
rivieren niet meer overstromen en dat er<br />
camera’s hangen in de uitgaansgebieden.<br />
Dan moet de overheid zorgen dat er voldoende<br />
leraren voor de klas staan, dat<br />
er geen kinderen worden vermoord en er<br />
genoeg vrijwilligers zijn.<br />
De pragmatische overheid<br />
De Duitse socioloog Ulrich Beck heeft<br />
deze maatschappelijke paradox verklaard.<br />
We leven volgen hem in een<br />
risicomaatschappij – “eine Risikogesellschaft”.<br />
De economische groei heeft<br />
ervoor gezorgd dat mensen hun eigen<br />
– dus beïnvloedbare – risico’s creëren.<br />
Daarmee is het leven in de risicomaatschappij<br />
onzekerder geworden. Milieueffecten<br />
en het gebrek aan ruimte, de<br />
keerzijde van economische groei en consumptie,<br />
leiden tot rampen. En de overheid<br />
is verantwoordelijk voor het noodlot<br />
en tegenspoed! Kortom: we hebben<br />
onszelf en de maatschappij in een situatie<br />
gebracht waarin elke (natuur)ramp<br />
de overheid in diskrediet brengt.<br />
Beck heeft er ook een <strong>op</strong>lossing voor.<br />
Hij pleit voor een pragmatische overheid,<br />
een overheid die niet langer vooruitkijkt<br />
maar zich richt <strong>op</strong> bezinning in een politiek<br />
klimaat waarin het mogelijk is om<br />
van fouten te leren. Een overheid die in<br />
de <strong>op</strong>enbaarheid belangen en risico’s<br />
afweegt. Een overheid die dilemma’s niet<br />
verdoezelt maar erkent. Kortom: Een<br />
betrouwbare overheid die vertrouwen<br />
wekt en daardoor gezaghebbend wordt.<br />
Een overheid die maatschappelijke verantwoordelijkheid<br />
neemt!<br />
Maar oh ironie, ondertussen lijken politici<br />
als enige nog bedreven te zijn in het<br />
schoonvegen van hun stoepje. De focus<br />
van de burger is volledig verschoven van<br />
de stoep naar de achtertuin. Van actor in<br />
de eigen leefomgeving is de burger lijdend<br />
voorwerp geworden in een wereld<br />
waarin alles hem overkomt. Natuurlijk<br />
maakt de overheid fouten net als ieder<br />
ander. En het is onmogelijk om iedereen<br />
tevreden te stellen als het algemeen<br />
belang in het geding is. Toch verwacht<br />
de burger van de overheid dezelfde<br />
handelingssnelheid, garantieregelingen<br />
en aansprakelijkheidsclausules waarmee<br />
organisaties als Overtoom of Wehkamp<br />
hun klanten bedienen. De dienstverle-<br />
ning van de overheid wordt beoordeeld<br />
volgens de commerciële standaard. De<br />
rechtsbescherming ontwikkelt zich tot<br />
vluchtheuvel voor elke burger die zijn<br />
zin niet krijgt. Van wederkerigheid geen<br />
spoor. De oude dame die ons onlangs<br />
vroeg waarom de stadsgids niet begint<br />
met een pagina waar<strong>op</strong> de tien plichten<br />
van de <strong>Stad</strong>jer staan, is een zeldzame<br />
verschijning.<br />
Het is aan de overheid om de schijnwerpers<br />
te verplaatsen van ons falen en om<br />
te buigen naar het sluimerende beroep<br />
<strong>op</strong> ons organiserend vermogen. We<br />
moeten <strong>op</strong> zoek naar nieuwe effectieve<br />
manieren om verantwoordelijkheden te<br />
delen met burgers en onze partners.<br />
Nieuw perspectief<br />
Onze ervaringen met de wijkvernieuwing<br />
bieden diverse aankn<strong>op</strong>ingspunten. Nu<br />
we na bijna tien jaar de balans <strong>op</strong>maken,<br />
blijkt dat we er steeds beter in<br />
slagen wijken en hun bewoners nieuw<br />
perspectief te bieden door middel van<br />
gerichte ingrepen. Het is zoals gezegd<br />
een kwestie van de lange adem. Wijkvernieuwing<br />
brengt in de eerste plaats verandering,<br />
die niet meteen wordt <strong>op</strong>gevat<br />
als een verbetering. Pas als er zichtbaar<br />
en tastbaar veranderingen <strong>op</strong>treden en<br />
inwoners merken en beleven dat hun<br />
wijk of buurt verbetert, schieten de leefbaarheidindicatoren<br />
omhoog.<br />
Met wijkvernieuwing slagen we er in elk