CNC PILOT 4290 - heidenhain

Overlappende contouren
26
Begin kamer/eiland G308-Geo
Met G308 wordt een "nieuw" referentievlak/"nieuwe" referentiediameter
bij hiërarchisch geneste contouren aan de voorkant, aan de achterkant of
in het mantelvlak vastgelegd.
Parameter
P: diepte bij kamers, hoogte bij eilanden
Het voorteken van "diepte P" bepaalt de positie van de te frezen contour:
■ P0: eiland
Programmadeel P Oppervlak Freesbodem
VOORKANT P0 Z+P Z
ACHTERKANT P0 Z–P Z
MANTEL P0 X+(P*2) X
De freescycli werken van het "oppervlak" in de richting van de
"freesbodem".
X: referentiediameter uit de programmadeel-aanduiding
Z: referentievlak uit de programmadeel-aanduiding
P: "diepte" uit G308 of uit cyclusparameter
Einde kamer/eilandG309-Geo
Een "referentievlak" wordt met G309 afgesloten. Elk met G308
vastgelegd referentievlak moet met G309 afgesloten worden!
Let bij "P" op het volgende: door het
optellen van een negatief getal wordt de
uitkomst kleiner - door het aftrekken van
een negatief getal wordt de uitkomst groter.
Eilanden: met de vlakfreescycli wordt het
gehele in de contourdefinitie beschreven
vlak gefreesd. Met eilanden die in dit vlak
zijn vastgelegd, wordt geen rekening
gehouden.