06.08.2013 Views

CNC PILOT 4290 - heidenhain

CNC PILOT 4290 - heidenhain

CNC PILOT 4290 - heidenhain

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

6.3.5 Invoer van de C-ascontouren<br />

Standaardvormen worden met Figuren, regelmatig<br />

gerangschikte figuren of boringen in lineaire of ronde<br />

patronen vastgelegd. Ingewikkelder contouren kunnen<br />

met de basiselementen baan en boog worden<br />

beschreven.<br />

Patroon<br />

■ Lineaire gatenpatronen (boorpatronen)<br />

■ Ronde gatenpatronen (boorpatronen)<br />

■ Lineaire figuurpatronen (te frezen contouren)<br />

■ Ronde figuurpatronen (te frezen contouren)<br />

■ Een afzonderlijke boring<br />

Figuren<br />

■ Cirkel (volledige cirkel)<br />

■ Rechthoek<br />

■ Veelhoek<br />

■ Lineaire sleuf<br />

■ Ronde sleuf<br />

De patronen en figuren positioneert u<br />

■ aan de voorkant (C-asbewerking)<br />

■ op het mantelvlak (C-asbewerking)<br />

■ aan de achterkant (C-asbewerking)<br />

Referentievlak instellen/selecteren<br />

Het referentievlak (het geselecteerde venster) is met<br />

een gekleurd kader gemarkeerd. TURN PLUS relateert<br />

alle activiteiten aan dit venster.<br />

Nog een referentievlak (venster) activeren:<br />

1 Vensterconfiguratie instellen<br />

„Configuratie – Wijzigen – Aanzichten“ (hoofdmenu)<br />

kiezen<br />

Venster markeren (dialoogbox „Vensterconfiguratie“)<br />

Terug naar het hoofdmenu<br />

„Werkstuk – onbewerkt werkstuk“ selecteren<br />

Venster selecteren: „PgDn/PgUp“<br />

2e venster (referentievlak) kiezen<br />

Het venster „Te draaien contour“ selecteren<br />

Patroon/figuur (submenu „Patronen/figuren“) kiezen<br />

TURN PLUS opent de dialoogbox „Invoervlak<br />

kiezen“ – referentievlak kiezen<br />

Keuze bij meer vensters: „PgDn/PgUp“<br />

Vervolg op volgende bladzijde<br />

■ Beschrijf de te draaien contour volledig voordat u de<br />

contouren voor de C-/Y-asbewerking vastlegt.<br />

■ Kies het referentievlak (voorkant, mantelvlak, etc.)<br />

voordat u contouren voor de C-/Y-as vastlegt.<br />

Zie ook<br />

■ „6.6.1 Contouren aan voor- en achterkant“<br />

■ „6.6.2 Contouren op mantelvlak“<br />

HEIDENHAIN <strong>CNC</strong> <strong>PILOT</strong> <strong>4290</strong> 223<br />

6.3 Werkstukbewerking

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!