04.09.2013 Views

Uitspraak Raad voor de Scheepvaart 1999 nr 05 - NNVO

Uitspraak Raad voor de Scheepvaart 1999 nr 05 - NNVO

Uitspraak Raad voor de Scheepvaart 1999 nr 05 - NNVO

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Bijvoegsel van <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse Staatscourant van<br />

van woensdag 24 maart <strong>1999</strong>, <strong>nr</strong>. 58<br />

Nr. 5<br />

UITSPRAAK van <strong>de</strong> <strong>Raad</strong> <strong>voor</strong> <strong>de</strong> <strong>Scheepvaart</strong> inzake het aan <strong>de</strong> grond<br />

lopen en vervolgens in aanvaring komen van het on<strong>de</strong>r loodsaanwijzing<br />

varen<strong>de</strong> Zweedse ro-ro-schip ’’Östrand’’, met het eveneens on<strong>de</strong>r<br />

loodsaanwijzing varen<strong>de</strong> Noorse vrachtschip ’’Star Fraser’’, op <strong>de</strong> Nieuwe<br />

Waterweg, ter hoogte van Maassluis.<br />

Op 8 <strong>de</strong>cember 1996 is het on<strong>de</strong>r loodsaanwijzing varen<strong>de</strong> Zweedse ro-ro-schip<br />

’’Östrand’’, varen<strong>de</strong> op <strong>de</strong> Nieuwe Waterweg, ter hoogte van Maassluis, aan <strong>de</strong> grond<br />

gelopen en vervolgens in aanvaring gekomen met het eveneens on<strong>de</strong>r loodsaanwijzing<br />

varen<strong>de</strong> Noorse vrachtschip ’’Star Fraser’’.<br />

Een commissie uit <strong>de</strong> <strong>Raad</strong> <strong>voor</strong> <strong>de</strong> <strong>Scheepvaart</strong>, als bedoeld in artikel 29, <strong>de</strong>r<strong>de</strong> lid,<br />

van <strong>de</strong> Schepenwet, besliste op 29 mei 1998 dat <strong>de</strong> <strong>Raad</strong> een on<strong>de</strong>rzoek zou instellen<br />

naar <strong>de</strong> oorzaak van <strong>de</strong>ze scheepsramp.<br />

1. Gang van het gehou<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rzoek<br />

De <strong>Raad</strong> nam kennis van <strong>de</strong> stukken van het <strong>voor</strong>lopig on<strong>de</strong>rzoek, on<strong>de</strong>r meer<br />

omvatten<strong>de</strong>:<br />

– een proces-verbaal van <strong>de</strong> Politie Rotterdam-Rijnmond, District Rivierpolitie,<br />

Basiseenheid Stad, Unit Mid<strong>de</strong>n, no. PL17LO-08/12/96-15-1-6, opgemaakt en<br />

gesloten op 2 mei 1997, met bijlagen;<br />

– een fotokopie van een brief d.d. 16 maart 1998, ref. 340101-9671750, van <strong>de</strong><br />

Swedish Maritime Administration, aan <strong>de</strong> <strong>Scheepvaart</strong>inspectie, met bijlagen;<br />

– een rapport van <strong>de</strong> Swedish Maritime Administration, betreffen<strong>de</strong> <strong>de</strong> aanvaring van<br />

het Zweedse ro-ro-schip ’’Östrand’’, met het Noorse vrachtschip ’’Star Fraser’’,<br />

vertaald door vertaalbureau Abee in <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse taal;<br />

– een band- en beeldverslag, ten tij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> aanvaring van <strong>de</strong> Nautische<br />

Informatie<strong>voor</strong>ziening van het havencoördinatiecentrum van het Gemeentelijk<br />

Havenbedrijf te Rotterdam.<br />

Het on<strong>de</strong>rzoek heeft plaatsgevon<strong>de</strong>n ter zitting van <strong>de</strong> <strong>Raad</strong> van 27 oktober 1998.<br />

Voor het Hoofd van <strong>de</strong> <strong>Scheepvaart</strong>inspectie was ter zitting aanwezig <strong>de</strong> Inspecteur<br />

<strong>voor</strong> <strong>de</strong> <strong>Scheepvaart</strong> K.M. van <strong>de</strong>r Vel<strong>de</strong>n.<br />

De <strong>Raad</strong> hoor<strong>de</strong> registerloods A.W. Snoeck (’’Östrand’’), registerloods H. <strong>de</strong>n Ou<strong>de</strong>n<br />

(’’Star Fraser’’), <strong>de</strong> heer G.J. Doorn, <strong>de</strong> heer R.W. Wielaard, bei<strong>de</strong>n VTS-operator bij<br />

<strong>de</strong> verkeerscentrale Botlek en <strong>de</strong> heer B.A. Smalt adviseur nautiek van het<br />

URS191 Sdu Uitgevers, ’s-Gravenhage <strong>1999</strong><br />

ISSN 0921 - 7479<br />

1


U5<br />

Gemeentelijk Havenbedrijf Rotterdam, allen als getuige. De Inspecteur <strong>voor</strong> <strong>de</strong><br />

<strong>Scheepvaart</strong> heeft het woord gevoerd.<br />

2. Uit het <strong>voor</strong>lopig on<strong>de</strong>rzoek blijkt het volgen<strong>de</strong>:<br />

A. De schepen<br />

De ’’Östrand’’ is een Zweeds ro-ro-schip, toebehoren<strong>de</strong> aan B&SGorthonlines AB<br />

te Helsingborg, Zwe<strong>de</strong>n. Het schip is in 1996 gebouwd, is 156 meter lang, meet<br />

18.265 GT en wordt <strong>voor</strong>tbewogen door één verstelbare schroef, aangedreven door<br />

twee motoren met een totaal vermogen van 9.100 kW. Het schip heeft een<br />

Shillingroer en is ver<strong>de</strong>r on<strong>de</strong>r meer uitgerust met VHF, radar, kompas en<br />

bochtaanwijzer.<br />

Ten tij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> aanvaring bestond <strong>de</strong> bemanning, inclusief <strong>de</strong> kapitein, uit <strong>de</strong>rtien<br />

personen. De diepgang bedroeg <strong>voor</strong> en achter circa 6,30 meter.<br />

De lading bestond uit 2.075 ton papierprodukten en stukgoed.<br />

De ’’Star Fraser’’ is een Noors containerschip, toebehorend aan A/S Billabong te<br />

Bergen, Noorwegen. Het schip is in 1985 gebouwd, is 187 meter lang, meet 25.345<br />

GT en wordt <strong>voor</strong>tbewogen door één rechtsdraaien<strong>de</strong> schroef, aangedreven door een<br />

motor met een vermogen van 7.378 kW.<br />

Het schip is on<strong>de</strong>r meer uitgerust met VHF, radar, gyrokompas en bochtaanwijzer.<br />

Ten tij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> aanvaring bestond <strong>de</strong> bemanning, inclusief <strong>de</strong> kapitein, uit 22<br />

personen.<br />

De diepgang bedroeg <strong>voor</strong> 10,68 meter en achter 10,98 meter.<br />

De lading bestond uit containers in bulk.<br />

B. De aanvaring<br />

Aan <strong>de</strong> Politie Rotterdam-Rijnmond hebben – zakelijk weergegeven – verklaard:<br />

Registerloods H. <strong>de</strong>n Ou<strong>de</strong>n (’’Star Fraser’’):<br />

Ik ben sinds 1985 als loods werkzaam bij <strong>de</strong> Loodsencorporatie Rotterdam-<br />

Rijnmond. Op zondag 8 <strong>de</strong>cember 1996, omstreeks 16.15 uur ben ik ter hoogte van<br />

<strong>de</strong> Maascenter-boei aan boord gegaan van het Noorse zeeschip ’’Star Fraser’’,<br />

tenein<strong>de</strong> dit schip te beloodsen naar <strong>de</strong> Prins Willem Alexan<strong>de</strong>rhaven te Rotterdam.<br />

Omstreeks 16.45 uur die dag voer ik met dit schip in <strong>de</strong> Maasmond, ter hoogte van<br />

<strong>de</strong> zogeheten pad<strong>de</strong>stoelen. Het zicht ter plaatse, tot aan <strong>de</strong> stormvloedkering gelegen<br />

in <strong>de</strong> Nieuwe Waterweg, bedroeg ongeveer één zeemijl. De werkver<strong>de</strong>ling op <strong>de</strong><br />

brug van <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ was als volgt: <strong>de</strong> kapitein stond achter een zeeradar, ik<br />

stond achter <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re zeeradar die ik bedien<strong>de</strong> en gebruikte <strong>voor</strong> <strong>de</strong> navigatie. Het<br />

zicht was zodanig dat er door ons op radar moest wor<strong>de</strong>n genavigeerd om <strong>de</strong> vaart<br />

veilig te laten verlopen. Het ingestel<strong>de</strong> bereik van <strong>de</strong> door mij gebruikte radar was<br />

1,5 zeemijl. Ik schakel<strong>de</strong> af en toe over op an<strong>de</strong>re instellingen, namelijk 0,75 en 3<br />

zeemijl. Het roer werd bediend door een matroos. De eerste stuurman bedien<strong>de</strong> door<br />

mid<strong>de</strong>l van <strong>de</strong> telegraaf <strong>de</strong> <strong>voor</strong>tstuwingsmachine. Ik gaf <strong>de</strong> commando’s met<br />

2


etrekking tot <strong>de</strong> koers en <strong>de</strong> snelheid van het schip en on<strong>de</strong>rhield per marifoon <strong>de</strong><br />

communicatie met <strong>de</strong> walradarstations (VBS) en <strong>de</strong> overige scheepvaart. De<br />

marifoon stond ingesteld op <strong>de</strong> <strong>voor</strong> <strong>de</strong> respectieve sectoren gel<strong>de</strong>n<strong>de</strong> kanalen. De<br />

vaarsnelheid van het schip bedroeg ongeveer 7 knopen en er liep ebstroom. Voor <strong>de</strong><br />

ferry-steiger bij Hoek van Holland heb ik <strong>de</strong> snelheid van het schip teruggebracht tot<br />

6 knopen, ter <strong>voor</strong>koming van zuiging en hin<strong>de</strong>rlijke waterbeweging. Voordat ik aan<br />

boord van <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ kwam, had ik aan boord van <strong>de</strong> loodsboot <strong>de</strong> informatie<br />

gekregen, dat ik ergens op <strong>de</strong> Nieuwe Waterweg een groot uitgaand containerschip<br />

zou tegenkomen. Na passage Hoek van Holland heb ik <strong>de</strong> snelheid van het schip<br />

weer verhoogd tot 7 knopen. Het verkeersbeeld op <strong>de</strong> Nieuwe Waterweg was rustig.<br />

Er was geen binnenkomen<strong>de</strong> zeevaart in <strong>de</strong> directe omgeving van ons schip. Ter<br />

hoogte van groen 6 schakel<strong>de</strong> ik over naar marifoonkanaal 80, sector Maassluis.<br />

Normaal doe je dit pas bij groen 7. Omdat ik echter het uitgaan<strong>de</strong> containerschip nog<br />

niet had gehoord en gezien, schakel<strong>de</strong> ik iets eer<strong>de</strong>r over naar kanaal 80. Ik heb mij<br />

conform <strong>de</strong> <strong>voor</strong>schriften op dat kanaal gemeld. Ik kreeg van <strong>de</strong> radarwaarnemer <strong>de</strong><br />

informatie, dat ik grote uitgaan<strong>de</strong> zeevaart tegen zou komen, genaamd ’’Teng He’’.<br />

Dit schip voer ter hoogte van rood 10. Tevens <strong>de</strong>el<strong>de</strong> <strong>de</strong> radarwaarnemer mij mee dat<br />

<strong>de</strong> ’’Teng He’’ werd opgelopen door een an<strong>de</strong>r uitgaand zeeschip, genaamd <strong>de</strong><br />

’’Östrand’’. Wij voeren op dat moment met een snelheid van ongeveer 8 knopen.<br />

Naar aanleiding van <strong>de</strong>ze informatie bracht ik <strong>de</strong> snelheid terug tot 7 knopen. Wij<br />

lagen op dat moment een koers <strong>voor</strong> van 120°. Dit is <strong>de</strong> gebruikelijke koers <strong>voor</strong><br />

grote zeevaart tij<strong>de</strong>ns het binnenvaren. Deze koers werd door mij uit <strong>voor</strong>zorg iets<br />

naar stuurboord gewijzigd, en wel naar 122°. De ’’Star Fraser’’ is een door zijn<br />

diepgang beperkt manoeuvreerbaar schip. Om dit aan <strong>de</strong> overige scheepvaart kenbaar<br />

te maken, werd <strong>de</strong> daar<strong>voor</strong> <strong>voor</strong>geschreven bijkomen<strong>de</strong> verlichting gevoerd.<br />

Nadat ik mij op kanaal 80 meld<strong>de</strong>, zag ik vrijwel direct daarna op mijn radarscherm<br />

uitgaan<strong>de</strong> zeevaart. Dit was een vrij grote echo en ik nam aan dat dit <strong>de</strong> uitgaan<strong>de</strong><br />

zeevaart was, waarover ik zojuist door <strong>de</strong> radarwaarnemer was geïnformeerd. Deze<br />

echo peil<strong>de</strong> ik op een afstand van ongeveer 3 kilometer van ons schip. De grote echo<br />

splitste zich vervolgens in twee echo’s, waaruit ik afleid<strong>de</strong> dat <strong>de</strong> ’’Östrand’’ <strong>de</strong><br />

’’Teng He’’ nagenoeg was gepasseerd. Vervolgens zag ik dat <strong>de</strong> <strong>voor</strong>ste echo zich<br />

over mijn radarscherm bleef verplaatsen, richting <strong>de</strong> noordoever van <strong>de</strong> Nieuwe<br />

Waterweg. Ik bleef <strong>de</strong>ze echo in <strong>de</strong> gaten hou<strong>de</strong>n, omdat <strong>de</strong> <strong>voor</strong>liggen<strong>de</strong> koers van<br />

dat zeeschip nog steeds richting noordoever was. Ik dacht nog: ’’dit gaat niet goed’’.<br />

Vervolgens zag ik op mijn radarscherm dat <strong>de</strong> echo van dit zeeschip in aa<strong>nr</strong>aking<br />

kwam met <strong>de</strong> markering van <strong>de</strong> noordoever. Wij voeren nog steeds 7 knopen op een<br />

<strong>voor</strong>liggen<strong>de</strong> koers van 122°. Vervolgens hoor<strong>de</strong> ik dat <strong>de</strong> loods van <strong>de</strong> ’’Östrand’’<br />

op kanaal 80 meld<strong>de</strong>, dat het schip aan <strong>de</strong> noordoever aan <strong>de</strong> grond zat. De afstand<br />

tussen ons schip en <strong>de</strong> ’’Östrand’’ weet ik niet meer. Vrijwel direct na <strong>de</strong> melding<br />

van <strong>de</strong> loods van <strong>de</strong> ’’Östrand’’ zag ik op <strong>de</strong> radar, dat <strong>de</strong> echo van <strong>de</strong> ’’Östrand’’<br />

van <strong>de</strong> noordoever loskwam. Ik zag dat <strong>de</strong> echo van <strong>de</strong> ’’Östrand’’ bakboorduit<br />

kwam en schuin het vaarwater opvoer, in <strong>de</strong> richting van <strong>de</strong> zuidoever. Ik kon<br />

vervolgens <strong>de</strong> ’’Östrand’’ vanaf <strong>de</strong> brug naar buiten kijkend zien. Ik zag <strong>de</strong> bei<strong>de</strong><br />

toplichten en het stuurboordlicht. Het bakboordlicht heb ik niet gezien. Ik zag<br />

vervolgens dat het <strong>voor</strong>schip van <strong>de</strong> ’’Östrand’’ naar stuurboord ging. Ik zag dit aan<br />

veran<strong>de</strong>ring van <strong>de</strong> toplichten. Het zicht ter plaatse bedroeg op dat moment ongeveer<br />

400 meter. De afstand tussen <strong>de</strong> ’’Östrand’’ en <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ bedroeg ongeveer<br />

3<br />

U5


U5<br />

300 tot 400 meter. Gezien <strong>de</strong> koers van <strong>de</strong> ’’Östrand’’ ten opzichte van <strong>de</strong> ’’Star<br />

Fraser’’, bestond er op dat moment een gevaar <strong>voor</strong> aanvaring. Ik gaf <strong>de</strong> opdracht <strong>de</strong><br />

<strong>voor</strong>tstuwing van <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ op neutraal te zetten. Aanvankelijk dacht ik nog<br />

dat <strong>de</strong> ’’Östrand’’ <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ vrij zou varen. Dit was echter niet het geval. De<br />

’’Star Fraser’’ liep nog steeds vaart door het water. De ’’Östrand’’ voer vervolgens<br />

met <strong>de</strong> bakboordboeg tegen <strong>de</strong> bakboordzij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’, tussen <strong>de</strong><br />

midscheeps en <strong>de</strong> brug. Ten gevolge van <strong>de</strong> aanvaring ging het <strong>voor</strong>schip van <strong>de</strong><br />

’’Star Fraser’’ bakboorduit. Ik hoor<strong>de</strong> <strong>de</strong> kapitein van <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ <strong>de</strong> roerganger<br />

<strong>de</strong> opdracht stuurboordroer te geven, kennelijk om het schip weer op koers te<br />

krijgen. Ik gaf <strong>de</strong> opdracht halve kracht <strong>voor</strong>uit om het schip beter bestuurbaar te<br />

krijgen en ook om het an<strong>de</strong>re containerschip ’’Teng He’’ vrij te varen. Doordat <strong>de</strong><br />

’’Star Fraser’’ bakboorduit was gegaan na <strong>de</strong> aanvaring, lagen wij op een aanvaringskoers<br />

met <strong>de</strong> ’’Teng He’’. Door roer- en stuurcorrecties van <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ werd<br />

een aanvaring met <strong>de</strong> ’’Teng He’’ <strong>voor</strong>komen. Ik meld<strong>de</strong> vervolgens op kanaal 80,<br />

dat <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ was aangevaren door het zeeschip ’’Östrand’’. Vervolgens<br />

hoor<strong>de</strong> ik via datzelf<strong>de</strong> kanaal dat <strong>de</strong> ’’Östrand’’ meld<strong>de</strong>, dat zij <strong>voor</strong> anker was<br />

gegaan en dat ver<strong>de</strong>r alles in or<strong>de</strong> was. Nadat was vastgesteld dat <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’<br />

geen scha<strong>de</strong> had die <strong>de</strong> <strong>voor</strong>tgang van <strong>de</strong> reis naar Rotterdam belemmer<strong>de</strong>, zijn wij<br />

ver<strong>de</strong>r gevaren. Voor het ver<strong>de</strong>r varen na <strong>de</strong>ze aanvaring, heb ik op kanaal 13 aan <strong>de</strong><br />

autoriteiten toestemming gevraagd. Ik kan u nog verklaren, dat ik <strong>de</strong> melding van <strong>de</strong><br />

’’Östrand’’ met betrekking tot zijn oploopmanoeuvre niet heb gehoord. De marifoon<br />

van <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ stond toen nog op kanaal 65, sector Waterweg. De handmarifoon<br />

die ik bij me had, stond al wel op kanaal 80. Ik had daarop echter slechte<br />

ontvangst.<br />

Kapitein J.P. Quiroga (’’Star Fraser’’):<br />

Ik vaar sinds januari 1985 als kapitein op zeeschepen. Ik vaar nu meer dan een jaar<br />

als kapitein op <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’. Op 8 <strong>de</strong>cember 1996 kwamen wij met het on<strong>de</strong>r<br />

Noorse vlag varen<strong>de</strong> zeeschip ’’Star Fraser’’ vanaf <strong>de</strong> Noordzee, om 16.17 uur aan<br />

bij Maascenter-boei. Op die plaats kwam <strong>de</strong> havenloods H. <strong>de</strong>n Ou<strong>de</strong>n aan boord,<br />

tenein<strong>de</strong> ons te assisteren tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> passage van <strong>de</strong> Nieuwe Waterweg naar <strong>de</strong><br />

Eemhaven, wat onze bestemming was.<br />

Omstreeks 16.45 uur voeren wij bij Hoek van Holland <strong>de</strong> Nieuwe Waterweg op. Er<br />

liep ebstroom. Het zicht op dat moment was matig ten gevolge van mist en varieer<strong>de</strong><br />

van ongeveer drie zeemijlen tot ongeveer twee kabels, wat ongeveer 350 meter is.<br />

Ten gevolge van <strong>de</strong>ze weersomstandighe<strong>de</strong>n was het noodzakelijk om te navigeren<br />

met behulp van radar. De ’’Star Fraser’’ is uitgerust met twee zeeradars. Ik bedien<strong>de</strong><br />

één van <strong>de</strong> radars. Deze was ingesteld op een bereik van 1,5 zeemijl. De loods<br />

bedien<strong>de</strong> <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re radar. Ik zag dat hij regelmatig het bereik omschakel<strong>de</strong> tussen<br />

1,5 en 3 zeemijlen. Roerganger J.T.A. Perez bedien<strong>de</strong> het roer en eerste stuurman<br />

J.G. Sanchez bedien<strong>de</strong> <strong>de</strong> telegraaf. Ik voer<strong>de</strong> het commando op <strong>de</strong> brug, waarbij ik<br />

werd geassisteerd door <strong>de</strong> loods. Wij voeren een koers van 120° en met een snelheid<br />

van 7 knopen. De diepgang van <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ was <strong>voor</strong> 10,68 meter en achter<br />

10,98 meter. Tengevolge van <strong>de</strong>ze diepgang waren wij beperkt manoeuvreerbaar. Om<br />

dit aan <strong>de</strong> overige scheepvaart kenbaar te maken voer<strong>de</strong>n wij <strong>de</strong> <strong>voor</strong>geschreven<br />

verlichting, te weten drie boven elkaar geplaatste ro<strong>de</strong> rondom schijnen<strong>de</strong> lichten.<br />

4


Omstreeks 17:30 uur zag ik op mijn radarscherm <strong>de</strong> echo van een ons tegemoetkomend<br />

schip. Deze echo trok mijn aandacht, omdat ik zag dat dit schip on<strong>de</strong>r een<br />

hoek van ongeveer 45° op <strong>de</strong> zuidoever aanlag. Dit schip had op dat moment een<br />

afstand tot ons schip van ongeveer 600 meter. Gezien <strong>de</strong> koers van dat schip bestond<br />

er op dat moment een direct gevaar <strong>voor</strong> aanvaring tussen dat schip en <strong>de</strong> ’’Star<br />

Fraser’’. Ik vertel<strong>de</strong> dit aan <strong>de</strong> loods. Deze vertel<strong>de</strong> mij dat dit het uitgaan<strong>de</strong><br />

zeeschip ’’Östrand’’ was. De ’’Östrand’’ had zojuist een an<strong>de</strong>r schip opgelopen en<br />

was vervolgens aan <strong>de</strong> noordoever aan <strong>de</strong> grond gelopen. Ik weet niet of onze loods<br />

marifooncontact met dat schip heeft gehad. Ik heb <strong>de</strong> loods <strong>de</strong> marifoon wel zien en<br />

horen gebruiken. Deze gesprekken wer<strong>de</strong>n echter in het Ne<strong>de</strong>rlands gevoerd en kon<br />

ik <strong>de</strong>rhalve niet verstaan. Omdat <strong>de</strong> ’’Östrand’’ nog steeds on<strong>de</strong>r een hoek van 45°<br />

op ons af kwam varen en nu zeer dichtbij kwam, gaf ik een zeer lange stoot op <strong>de</strong><br />

scheepshoorn, tenein<strong>de</strong> <strong>de</strong> ’’Östrand’’ te waarschuwen. Tevens gaf ik <strong>de</strong> roerganger<br />

opdracht om hard bakboord te sturen, tenein<strong>de</strong> te trachtten parallel met <strong>de</strong> ’’Östrand’’<br />

te komen en haar vrij te varen. Kort hierna voer <strong>de</strong> ’’Östrand’’ met <strong>de</strong> bakboordboeg<br />

tegen <strong>de</strong> bakboordzij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’, ter hoogte van <strong>de</strong> achterste portaalkraan.<br />

Vervolgens zag ik dat <strong>de</strong> ’’Östrand’’ naar stuurboord doorzwaai<strong>de</strong> en met <strong>de</strong><br />

bakboordsteven, <strong>de</strong> bakboordsteven van <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ raakte. Door onze<br />

stuurcorrecties en <strong>de</strong> aanvaring met <strong>de</strong> ’’Östrand’’ zwaai<strong>de</strong>n wij teveel naar<br />

bakboord, waarbij wij met het achterschip <strong>de</strong> bo<strong>de</strong>m raakten. Hierbij kwamen wij op<br />

aanvaringskoers met een an<strong>de</strong>r uitgaand zeeschip, <strong>de</strong> ’’Teng He’’. Door hard<br />

stuurboordroer te geven, kon<strong>de</strong>n wij het schip weer op koers krijgen en een<br />

aanvaring met <strong>de</strong> ’’Teng He’’ <strong>voor</strong>komen. Op het moment van <strong>de</strong> aanvaring bedroeg<br />

het zicht ter plaatse ongeveer 350 meter. Ten gevolge van <strong>de</strong> aanvaring werd <strong>de</strong><br />

’’Star Fraser’’ zwaar beschadigd. De achterste portaalkraan werd meer dan een meter<br />

naar stuurboord weggedrukt en <strong>de</strong> opbouw werd eveneens zwaar beschadigd. Nadat<br />

was vastgesteld dat <strong>de</strong> scha<strong>de</strong> niet zodanig was, dat wij niet door kon<strong>de</strong>n varen,<br />

hebben wij <strong>de</strong> reis naar Roterdam <strong>voor</strong>tgezet, waar wij omstreeks 19.30 uur<br />

afmeer<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> Alexan<strong>de</strong>rhaven aan het terrein van ECT noordzij<strong>de</strong>.<br />

Eerste stuurman J. Sanchez (’’Star Fraser’’):<br />

Ik vaar al ongeveer 17 jaar aan boord van zeeschepen. De laatste drie jaar in <strong>de</strong> rang<br />

van eerste stuurman.<br />

Op zondag 8 <strong>de</strong>cember 1996 had ik vanaf 16.00 uur dienst op <strong>de</strong> brug van <strong>de</strong> ’’Star<br />

Fraser’’. Op dat tijdstip na<strong>de</strong>r<strong>de</strong>n wij Maas Center. Het zicht bedroeg daar ter plaatse<br />

ongeveer 1à2zeemijl.<br />

Omstreeks 16.17 uur die dag kwam bij ons <strong>de</strong> loods aan boord. Op <strong>de</strong> brug van <strong>de</strong><br />

’’Star Fraser’’ bevon<strong>de</strong>n zich toen <strong>de</strong> kapitein, <strong>de</strong> loods, <strong>de</strong> roerganger en ikzelf.<br />

Omstreeks 16.45 uur voeren wij in <strong>de</strong> Maasmond. Het zicht werd steeds min<strong>de</strong>r en<br />

bedroeg op <strong>de</strong> Nieuwe Waterweg ongeveer 1à2kabels (300 à 400 meter). Ons<br />

schip lag een koers <strong>voor</strong> van ongeveer 120° en <strong>de</strong> vaarsnelheid bedroeg ongeveer 7<br />

knopen. Bei<strong>de</strong> zeeradars ston<strong>de</strong>n aan. De kapitein stond achter <strong>de</strong> radar met een<br />

ingesteld bereik van 1,5 zeemijl. De loods stond achter <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re radar met een<br />

ingesteld bereik van 3 zeemijl. Matroos Perez bedien<strong>de</strong> het roer van <strong>de</strong> ’’Star<br />

Fraser’’. Ikzelf bedien<strong>de</strong> <strong>de</strong> telegraaf van <strong>de</strong> hoofdmotor. De loods verzorg<strong>de</strong> <strong>de</strong><br />

communicatie via <strong>de</strong> marifoon met <strong>de</strong> walradarstations en overige scheepvaart. Dit<br />

5<br />

U5


U5<br />

gebeur<strong>de</strong> vermoe<strong>de</strong>lijk in <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse taal. Van <strong>de</strong>ze gesprekken heb ik niets<br />

verstaan. Op <strong>de</strong> Nieuwe Waterweg was het niet druk met in- en uitgaan<strong>de</strong><br />

scheepvaart. Tot aan <strong>de</strong> aanvaring bleef het zicht nagenoeg onveran<strong>de</strong>rlijk, zo’n 500<br />

à 600 meter. Tot aan <strong>de</strong> aanvaring gebeur<strong>de</strong> er niets bijzon<strong>de</strong>rs. Alles verliep zoals<br />

gewoonlijk bij het binnenvaren van een haven. Wij stuur<strong>de</strong>n nog steeds een koers<br />

van ongeveer 120°. In verband met <strong>de</strong> diepgang, zijn<strong>de</strong> 10,98 meter, was <strong>de</strong> positie<br />

van ons schip in het vaarwater, even bezui<strong>de</strong>n midvaarwaters van <strong>de</strong> Nieuwe<br />

Waterweg. Ik hoor<strong>de</strong> op een gegeven moment van <strong>de</strong> kapitein en nagenoeg<br />

gelijktijdig van <strong>de</strong> loods, dat zij tegen elkaar zei<strong>de</strong>n: ’’Wat is dat schip aan het<br />

doen?’’. Zij had<strong>de</strong>n even te voren <strong>de</strong> roerganger en mij me<strong>de</strong>ge<strong>de</strong>eld, dat zij op het<br />

radarscherm, uitgaan<strong>de</strong> zeevaart had<strong>de</strong>n waargenomen. Hierop keken <strong>de</strong> loods en <strong>de</strong><br />

kapitein naar buiten. Ik <strong>de</strong>ed dit ook. Ik zag op een afstand van ongeveer 3 kabels<br />

(ongeveer 500 à 600 meter) vanaf onze brug, het stuurboordlicht en bei<strong>de</strong> toplichten<br />

van een zeeschip. Dit zeeschip lag een koers <strong>voor</strong> alsof het <strong>voor</strong> onze boeg wil<strong>de</strong><br />

oversteken, richting <strong>de</strong> zuidoever. De afstand tussen bei<strong>de</strong> schepen bedroeg toen nog<br />

maar twee kabels (300 à 400 meter). Ook zag ik dat het <strong>voor</strong>schip van dat zeeschip<br />

naar stuurboord draai<strong>de</strong>. Ik zag en hoor<strong>de</strong> dat <strong>de</strong> kapitein met <strong>de</strong> scheepshoorn van<br />

ons schip een geluidssein gaf. Welk geluidssein dit was, weet ik niet meer. Hierop<br />

gaven <strong>de</strong> kapitein en <strong>de</strong> loods gelijktijdig aan <strong>de</strong> roerganger <strong>de</strong> opdracht hard<br />

bakboord te sturen, om zodoen<strong>de</strong> een aanvaring met dit zeeschip te <strong>voor</strong>komen. De<br />

snelheid van ons schip bedroeg ongeveer 7 knopen. Ik zag dat ons <strong>voor</strong>schip<br />

bakboorduit ging. Ik dacht eerst nog dat wij dit zeeschip kon<strong>de</strong>n ontwijken. Echter<br />

het zeeschip bleef in <strong>de</strong> richting van ons schip varen. Ik zag wel dat het <strong>voor</strong>schip<br />

van dat schip nog steeds stuurboorduit ging. De loods gaf mij opdracht, <strong>de</strong> machine<br />

te stoppen. Vervolgens gaf hij opdracht halve kracht <strong>voor</strong>uit. Ik voer<strong>de</strong> <strong>de</strong>ze<br />

opdrachten uit. Kort <strong>voor</strong> <strong>de</strong> aanvaring kreeg ik van <strong>de</strong> loods we<strong>de</strong>rom opdracht <strong>de</strong><br />

machine te stoppen. Vervolgens zag en hoor<strong>de</strong> ik dat dit zeeschip tegen ons schip<br />

aanvoer. Dit an<strong>de</strong>re schip raakte met bakboordboeg ons schip aan bakboordzij<strong>de</strong>, ter<br />

hoogte van <strong>de</strong> achterste portaalkraan. Door <strong>de</strong> <strong>voor</strong>waartse beweging van ons en van<br />

dat an<strong>de</strong>re schip, dat nog steeds stuurboorduit ging, raakte dit schip met <strong>de</strong><br />

bakboordachterzij<strong>de</strong> ons schip ook nog aan bakboordachterzij<strong>de</strong>, ter hoogte van <strong>de</strong><br />

opbouw. Na <strong>de</strong> aanvaring gaf <strong>de</strong> kapitein aan <strong>de</strong> bemanning opdracht <strong>de</strong> scha<strong>de</strong> te<br />

on<strong>de</strong>rzoeken. Ik zag dat <strong>de</strong> loods via <strong>de</strong> marifoon sprak, kennelijk om <strong>de</strong>ze<br />

aanvaring te mel<strong>de</strong>n. Na <strong>de</strong> scha<strong>de</strong>rapportage zijn wij ver<strong>de</strong>r gevaren richting onze<br />

ligplaats in <strong>de</strong> Alexan<strong>de</strong>rhaven te Rotterdam.<br />

Registerloods A.W. Snoeck (’’Östrand’’):<br />

Ik ben sinds 1989 als loods werkzaam bij <strong>de</strong> Regionale Loodsencorporatie Rotterdam<br />

Rijnmond.<br />

Op zondag 8 <strong>de</strong>cember 1996, omstreeks 16.15 uur, bevond ik mij aan boord van het<br />

on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> Zweedse vlag varen<strong>de</strong> zeeschip ’’Östrand’’, liggen<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> ka<strong>de</strong> van het<br />

overslagbedrijf Interforest in <strong>de</strong> Eemhaven te Rotterdam, tenein<strong>de</strong> dit schip naar zee<br />

te beloodsen.<br />

Omstreeks 16.55 uur die dag vertrok het schip van genoem<strong>de</strong> locatie. Het tijdstip<br />

weet ik niet meer exact, omdat <strong>de</strong> ’’Östrand’’ problemen had met <strong>de</strong> <strong>voor</strong>tstuwing en<br />

zodoen<strong>de</strong> later vertrok. Welke problemen dit waren is mij niet bekend gewor<strong>de</strong>n. De<br />

6


kapitein <strong>de</strong>el<strong>de</strong> mij op een gegeven moment me<strong>de</strong> dat alles weer functioneer<strong>de</strong>. Wij<br />

bleven nog even wachten in verband met vertrekken<strong>de</strong> zeevaart uit <strong>de</strong> Eemhaven.<br />

De ver<strong>de</strong>ling op <strong>de</strong> brug tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> afvaart was: <strong>de</strong> kapitein stond op <strong>de</strong> stuurboordbrugvleugel<br />

en bedien<strong>de</strong> zowel <strong>de</strong> <strong>voor</strong>tstuwing, <strong>de</strong> boegschroef als het roer. De<br />

twee<strong>de</strong> stuurman was ook op <strong>de</strong> brug aanwezig en verzorg<strong>de</strong> <strong>de</strong> communicatie met<br />

het <strong>voor</strong>- en achterschip. Voordat ik met <strong>de</strong> ’’Östrand’’ vertrok richting zee, had ik<br />

informatie gekregen met betrekking tot inkomen<strong>de</strong> zeevaart en een containerlichter.<br />

Bei<strong>de</strong> zou<strong>de</strong>n ligplaats nemen in het Eemhavengebied. Omstreeks 16.55 uur die dag<br />

draai<strong>de</strong>n wij vanuit <strong>de</strong> Eemhaven <strong>de</strong> rivier <strong>de</strong> Nieuwe Maas op, richting zee. Een<br />

zeeschip genaamd ’’Teng He’’ voer ongeveer één zeemijl <strong>voor</strong> ons uit, richting zee.<br />

Het zicht op <strong>de</strong> rivier bedroeg ongeveer 1000 meter. Het brugpersoneel was qua<br />

samenstelling hetzelf<strong>de</strong> als tij<strong>de</strong>ns het ontmeren. Ik nam <strong>de</strong> navigatie op mij. Ik gaf<br />

or<strong>de</strong>rs met betrekking tot snelheid, koers en communicatie. Het zeeschip ’’Östrand’’<br />

werd bestuurd door een roerganger. De twee<strong>de</strong> officier controleer<strong>de</strong> <strong>de</strong> roerganger,<br />

wat ik zelf ook <strong>de</strong>ed. Het schip is uitgerust met twee zeeradars. Een zeeradar stond<br />

ingesteld op een bereik van 1,5 zeemijl, <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re stond ingesteld op een bereik van<br />

0,75 zeemijl. Ik bedien<strong>de</strong> en keek op <strong>de</strong> radar die op 0,75 mijl stond ingesteld. De<br />

kapitein stond achter <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re zeeradar. Ik verzorg<strong>de</strong> tevens <strong>de</strong> communicatie via <strong>de</strong><br />

marifoon met <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> sectoren van het verkeersbegeleidingssysteem.<br />

Op <strong>de</strong> rivier, na het uitvaren van <strong>de</strong> Eemshaven, bedroeg <strong>de</strong> vaarsnelheid van <strong>de</strong><br />

’’Östrand’’ ongeveer 10 knopen. Even <strong>voor</strong> <strong>de</strong> passage van <strong>de</strong> V.O.T.T. te Vlaardingen<br />

werd <strong>de</strong> snelheid teruggebracht tot ongeveer 7 knopen in verband met <strong>de</strong><br />

toestand van <strong>de</strong> vaarweg ter plaatse, met name ter beperking van zuiging en golfslag.<br />

Wij voeren nog steeds achter het eveneens uitgaan<strong>de</strong> zeeschip ’’Teng He’’, op een<br />

afstand van ongeveer 1 zeemijl. Dit zag ik op <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re radar, die ingesteld stond op<br />

een bereik van 1,5 zeemijl. Ter hoogte van <strong>de</strong> Botlek werd <strong>de</strong> snelheid van <strong>de</strong><br />

’’Östrand’’ weer opgevoerd tot tien knopen. Tussen <strong>de</strong> Botlek en Maassluis varend<br />

besloot ik achter het zeeschip ’’Teng He’’ te blijven varen. De vaarsnelheid van <strong>de</strong><br />

’’Östrand’’ werd gereduceerd tot 8 knopen. De afstand tussen <strong>de</strong> ’’Östrand’’ en <strong>de</strong><br />

’’Teng He’’ bedroeg ongeveer driekwart zeemijl. Het zicht ter plaatse bedroeg<br />

ongeveer 1000 meter. Ter hoogte van rood 16 heb ik, via <strong>de</strong> marifoon op kanaal 80,<br />

contact opgenomen met <strong>de</strong> sector Maassluis. Ik <strong>de</strong>el<strong>de</strong> <strong>de</strong> radarwaarnemer van sector<br />

Maassluis me<strong>de</strong> dat ik <strong>voor</strong>nemens was het zeeschip <strong>de</strong> ’’Teng He’’ over bakboord<br />

op te lopen. Van mijn collega-loods aan boord van <strong>de</strong> ’’Teng He’’ kreeg ik <strong>de</strong><br />

me<strong>de</strong><strong>de</strong>ling dat hij me<strong>de</strong>werking zou verlenen bij mijn oploopmanoeuvre. Ik kreeg<br />

van <strong>de</strong> radarwaarnemer van <strong>de</strong> sector Maassluis te horen dat er grote zeevaart<br />

inkomend was bij groen 4. Wij voeren op dat moment, ter hoogte van rood 14, nog<br />

steeds op driekwart zeemijl achter <strong>de</strong> ’’Teng He’’. Het zicht ter plaatse bedroeg<br />

ongeveer 800 meter en er liep ebstroom. Wij lagen een koers <strong>voor</strong> van 302°. Toen<br />

wij Maassluis waren gepasseerd, werd <strong>de</strong> snelheid van <strong>de</strong> ’’Östrand’’ opgevoerd tot<br />

ongeveer 15 knopen. Dit is op <strong>de</strong> telegraaf vol <strong>voor</strong>uit. Ter hoogte van rood 12 werd<br />

een aanvang gemaakt met het daadwerkelijk oplopen van <strong>de</strong> ’’Teng He’’. De<br />

me<strong>de</strong>werking van mijn collega-loods aan boord van <strong>de</strong> ’’Teng He’’ bestond uit<br />

vaartvermin<strong>de</strong>ring en een koerswijziging richting noordoever. Het zicht bedroeg<br />

onveran<strong>de</strong>rd ongeveer 800 tot 1000 meter. Toen wij op gelijke hoogte bakboord naast<br />

<strong>de</strong> ’’Teng He’’ voeren, hoor<strong>de</strong> ik via <strong>de</strong> marifoon op kanaal 80, dat mijn collegaloods<br />

aan boord van <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ zich meld<strong>de</strong>, binnenkomend ter hoogte van<br />

7<br />

U5


U5<br />

groen 6. De ’’Östrand’’ voer toen tussen rood 12 en 11. Ik wil niet ver<strong>de</strong>r uitwei<strong>de</strong>n<br />

met betrekking tot uw vraag over <strong>de</strong> exacte positie van <strong>de</strong> ’’Östrand’’ op <strong>de</strong> vaarweg.<br />

Toen het achterschip van <strong>de</strong> ’’Östrand’’ na passage van <strong>de</strong> ’’Teng He’’ ruim vrij was,<br />

ongeveer 200 meter, voer <strong>de</strong> ’’Östrand’’ in <strong>de</strong> bocht naar bakboord van <strong>de</strong> rivier <strong>de</strong><br />

Nieuwe Waterweg. Ik gaf daarop koerscorrecties op naar bakboord. Ik wil u geen<br />

antwoord geven op uw vraag of ik gecontroleerd heb of <strong>de</strong> roerstandaanwijzer van<br />

<strong>de</strong> ’’Östrand’’ daadwerkelijk aan bakboord lag. Ik heb geen stuurcorrecties naar<br />

stuurboord gegeven. Ik zag vervolgens op mijn radarscherm, dat wij in genoem<strong>de</strong><br />

bocht, in <strong>de</strong> richting van <strong>de</strong> noordoever wer<strong>de</strong>n weggezet. Ik gaf vervolgens direct<br />

opdracht aan <strong>de</strong> roerganger hard bakboord te sturen. Ik voel<strong>de</strong> vervolgens dat het<br />

zeeschip ’’Östrand’’ met het vlak aan stuurboordzij<strong>de</strong> over een (zand)bank schuur<strong>de</strong>.<br />

Op dat moment voeren wij nog steeds met een snelheid van ongeveer 15 knopen. Ik<br />

heb dit niet goed kunnen controleren. Hierop greep <strong>de</strong> kapitein van <strong>de</strong> ’’Östrand’’ in.<br />

Op uw vraag, welke or<strong>de</strong>rs door <strong>de</strong> kapitein tij<strong>de</strong>ns dit ingrijpen wer<strong>de</strong>n gegeven,<br />

wil ik geen antwoord geven. Op uw vraag of <strong>de</strong> or<strong>de</strong>rs van <strong>de</strong> kapitein tegen <strong>de</strong> door<br />

mij gegeven or<strong>de</strong>rs ingingen, wil ik geen antwoord geven. In <strong>de</strong> bocht werd het<br />

achterschip van <strong>de</strong> ’’Östrand’’ door het effect van <strong>de</strong> ebstroom naar stuurboord<br />

weggezet, waardoor het <strong>voor</strong>schip teveel bakboorduit ging. Ik kan u nog me<strong>de</strong><strong>de</strong>len,<br />

dat op het moment dat wij onze oploopmanoeuvre inzetten, <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ ter<br />

hoogte van groen 4 voer. Toen wij dwars van <strong>de</strong> ’’Teng He’’ voeren zat <strong>de</strong> ’’Star<br />

Fraser’’ bij groen 6.<br />

Op uw vraag wat <strong>de</strong> afstand was tussen het inkomen<strong>de</strong> zeeschip ’’Star Fraser’’ en het<br />

zeeschip ’’Östrand’’ wil ik geen antwoord geven. Op uw vraag of ik contact heb<br />

opgenomen via <strong>de</strong> handmarifoon, die eveneens op kanaal 80 stond, met mijn collega<br />

op <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’, wil ik geen antwoord geven. Ik wil eigenlijk niets verklaren<br />

vanaf het moment dat het zeeschip <strong>de</strong> ’’Östrand’’, het zeeschip ’’Teng He’’ opliep, tot<br />

aan <strong>de</strong> aanvaring met het zeeschip <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’. Dit in relatie tot koers, snelheid<br />

en communicatie op <strong>de</strong> brug van <strong>de</strong> ’’Östrand’’. De on<strong>de</strong>rlinge communicatie en<br />

samenwerking tussen het brugpersoneel en mij, was goed te noemen. Ik wil u ook<br />

geen antwoord geven op uw vraag met betrekking tot <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rlinge samenwerking<br />

en communicatie met <strong>de</strong> loods van <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’. Voor <strong>de</strong> aanvaring heb ik geen<br />

geluidsseinen gegeven, noch gehoord. Doordat <strong>de</strong> ’’Östrand’’ kort <strong>voor</strong> <strong>de</strong> aanvaring<br />

te weinig stuurboorduit ging, voer <strong>de</strong> ’’Östrand’’ omstreeks 17.30 uur, met <strong>de</strong><br />

bakboord<strong>voor</strong>zij<strong>de</strong> tegen <strong>de</strong> bakboordzij<strong>de</strong>, ter hoogte van <strong>de</strong> brug van het zeeschip<br />

’’Star Fraser’’. Direct na <strong>de</strong> aanvaring gaf <strong>de</strong> kapitein van <strong>de</strong> ’’Östrand’’ <strong>de</strong><br />

roerganger opdracht tot een stuurcorrectie. Welke <strong>de</strong>ze stuurcorrecties waren, wens ik<br />

niet te verklaren.<br />

Kort na <strong>de</strong> aanvaring bedien<strong>de</strong> <strong>de</strong> kapitein <strong>de</strong> telegraaf. Welke han<strong>de</strong>lingen hij<br />

verrichtte ook daarover wens ik niets te verklaren. Ik wil u nog wel verklaren dat<br />

toen <strong>de</strong> ’’Östrand’’ op <strong>de</strong> zandbank voer, ik dit heb gemeld op kanaal 80. Na <strong>de</strong><br />

aanvaring werd <strong>de</strong> machine gestopt en wer<strong>de</strong>n bei<strong>de</strong> <strong>voor</strong>ankers gepresenteerd.<br />

Direct hierop wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> ballasttanks gepeild en <strong>de</strong> scha<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> ’’Östrand’’<br />

on<strong>de</strong>rzocht. Na dit on<strong>de</strong>rzoek zijn wij doorgevaren richting zee, om daar te zwaaien<br />

en terug te keren naar Rotterdam, in verband met <strong>de</strong> scha<strong>de</strong>. Ik heb <strong>voor</strong>, danwel<br />

tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> reis geen alcoholhou<strong>de</strong>n<strong>de</strong> drank genuttigd. Voorzover ik dit kon<br />

waarnemen had<strong>de</strong>n het brugpersoneel en <strong>de</strong> kapitein van het zeeschip <strong>de</strong> ’’Östrand’’<br />

geen alcoholhou<strong>de</strong>n<strong>de</strong> drank genuttigd.<br />

8


En aanvullend:<br />

In aanvulling op mijn eer<strong>de</strong>r afgeleg<strong>de</strong> verklaring wens ik nog het volgen<strong>de</strong> te<br />

verklaren.<br />

Tij<strong>de</strong>ns het oplopen van <strong>de</strong> ’’Teng He’’ door <strong>de</strong> ’’Östrand’’, bevond <strong>de</strong> ’’Östrand’’<br />

zich links van het mid<strong>de</strong>n van het vaarwater, ongeveer 2 ⁄ 3 van <strong>de</strong> rechteroever. Ik kan<br />

mij niet herinneren dat <strong>de</strong> kapitein geduren<strong>de</strong> <strong>de</strong> passage van <strong>de</strong> brug af is geweest.<br />

Als dit wel zo is, dan heb ik dit niet gemerkt. Ik weet wel dat ik het <strong>voor</strong>nemen tot<br />

oplopen aan <strong>de</strong> kapitein heb me<strong>de</strong>ge<strong>de</strong>eld. Op het moment dat <strong>de</strong>ze manoeuvre werd<br />

ingezet, moet hij dus wel op <strong>de</strong> brug geweest zijn.<br />

Kapitein E.H. Westlin (’’Östrand’’):<br />

Ik versta en begrijp <strong>de</strong> Engelse taal goed. Ik vaar sinds augustus 1977 als kapitein op<br />

zeeschepen. Ik ben sinds 7 september 1996 kapitein op het zeeschip ’’Östrand’’. Dit<br />

zeeschip is op 30 augustus 1996 nieuw opgeleverd. Dit is mijn vijf<strong>de</strong> reis met dit<br />

schip.<br />

Op 8 <strong>de</strong>cember 1996 lagen wij gemeerd aan het terrein van Interforest aan <strong>de</strong><br />

Eemshaven te Rotterdam. Het schip lag met <strong>de</strong> stuurboordzij<strong>de</strong> <strong>voor</strong> <strong>de</strong> wal. Om<br />

16.15 uur die dag zou<strong>de</strong>n wij naar zee vertrekken. Omstreeks 16.10 uur die dag<br />

kwam <strong>de</strong> loods aan boord. Omdat er een storing met betrekking tot <strong>de</strong><br />

<strong>voor</strong>tstuwingsinstallatie was, vlak <strong>voor</strong> vertrek en ook omdat wij moesten wachten<br />

op an<strong>de</strong>re vertrekken<strong>de</strong> zeevaart uit <strong>de</strong> Eemhaven, had<strong>de</strong>n wij enige vertraging.<br />

Nadat <strong>de</strong> storing met betrekking tot <strong>de</strong> <strong>voor</strong>tstuwingsinstallatie door het<br />

machinekamerpersoneel was verholpen, vertrokken wij omstreeks 16.35 uur met het<br />

zeeschip ’’Östrand’’ richting zee. Op <strong>de</strong> brug van <strong>de</strong> ’’Östrand’’ bevon<strong>de</strong>n zich bij<br />

vertrek, ikzelf en <strong>de</strong> loods. Ik navigeer<strong>de</strong> het zeeschip bij vertrek en <strong>de</strong> loods<br />

verzorg<strong>de</strong> <strong>de</strong> communicatie en informeer<strong>de</strong> mij met betrekking tot <strong>de</strong> overige<br />

scheepvaart ter plaatse. Nadat ik het schip in <strong>de</strong> Eemhaven had gezwaaid, met het<br />

<strong>voor</strong>schip in <strong>de</strong> richting van <strong>de</strong> monding, nam <strong>de</strong> roerganger. matroos T. Berg plaats<br />

achter het roer. De loods nam <strong>de</strong> navigatie van mij over. Ook kwam twee<strong>de</strong> officier<br />

Y. Bexell op <strong>de</strong> brug. Het zeeschip ’’Östrand’’ voer met een snelheid van ongeveer<br />

vier knopen per uur richting <strong>de</strong> monding van <strong>de</strong> Eemhaven. De loods informeer<strong>de</strong><br />

via <strong>de</strong> marifoon naar <strong>de</strong> verkeerssituatie op <strong>de</strong> rivier <strong>de</strong> Nieuwe Maas. Daar alles vrij<br />

was, voeren wij <strong>de</strong> Eemhaven uit, richting zee en verhoog<strong>de</strong>n <strong>de</strong> snelheid van het<br />

zeeschip tot 7 knopen. Het zicht ter plaatse bedroeg ongeveer 2 tot 1 zeemijl. Op <strong>de</strong><br />

brug hebben wij <strong>de</strong> beschikking over drie zeeradars en twee Arpa’s. Eén van <strong>de</strong>ze<br />

radars wordt alleen maar gebruikt tij<strong>de</strong>ns het afmeren van het zeeschip. De an<strong>de</strong>re<br />

twee radars zijn <strong>voor</strong> <strong>de</strong> daadwerkelijke navigatie. Deze bei<strong>de</strong> radars ston<strong>de</strong>n aan en<br />

waren respectievelijk ingesteld op een bereik van 0,75 en 1,5 zeemijl. Het<br />

mid<strong>de</strong>lpunt van bei<strong>de</strong> radars stond ge<strong>de</strong>centreerd. Dit is ongeveer 2 ⁄ 3 op <strong>voor</strong>uit en<br />

ongeveer 1 ⁄ 3 op achteruit. Ik heb het bereik van <strong>de</strong> radar waar ik mij achter bevond,<br />

tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> reis niet meer gewijzigd. Het zeeschip dat <strong>voor</strong> ons <strong>de</strong> Eemhaven was<br />

uitgevaren, was zowel op het radarscherm waarachter <strong>de</strong> loods stond en op mijn<br />

radarscherm niet zichtbaar. Nadat het zeeschip ’’Östrand’’ op <strong>de</strong> rivier <strong>de</strong> Nieuwe<br />

Maas goed op koers lag, adviseer<strong>de</strong> <strong>de</strong> loods een snelheid van 10 knopen. Op <strong>de</strong><br />

rivier <strong>de</strong> Nieuwe Maas liep ebstroom. Om 17.00 uur werd roerganger Berg afgelost<br />

door matroos C. Jonsson. Ver<strong>de</strong>r waren er tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> reis geen wijzigingen met<br />

9<br />

U5


U5<br />

betrekking tot <strong>de</strong> bezetting op <strong>de</strong> brug van <strong>de</strong> ’’Östrand’’. Tussen 17.10 uur en 17.15<br />

uur verliet ik <strong>de</strong> brug om te gaan eten. Ik vond dit verantwoord omdat <strong>de</strong><br />

verkeerssituatie op <strong>de</strong> rivier rustig was en ik door <strong>de</strong> loods niet was geïnformeerd<br />

aangaan<strong>de</strong> bijzon<strong>de</strong>re manoeuvres. Bovendien was ik per portofoon bereikbaar en<br />

kon indien nodig binnen 20 secon<strong>de</strong>n terug zijn op <strong>de</strong> brug. Tij<strong>de</strong>ns het eten heb ik<br />

niet gemerkt of er veran<strong>de</strong>ringen in koers en snelheid van <strong>de</strong> ’’Östrand’’ plaatsvon<strong>de</strong>n.<br />

Na ongeveer 10 minuten keer<strong>de</strong> ik terug op <strong>de</strong> brug. Ik zag aan <strong>de</strong> stand<br />

van <strong>de</strong> telegraaf, dat wij op dat moment volaan voeren. Dit betekent dat het zeeschip<br />

met een snelheid van ongeveer 15 knopen per uur door het water voer. Vanaf <strong>de</strong> brug<br />

naar buiten kijkend zag ik <strong>voor</strong> ons een schip varen. Ik keek vervolgens met een<br />

verrekijker, om het beter te observeren. Op mijn radarscherm zag ik een echo van<br />

een zeeschip, dat op een afstand van ongeveer 500 meter <strong>voor</strong> ons uit voer, eveneens<br />

richting zee. Met behulp van een verrekijker zag ik het heklicht en <strong>de</strong> accommodatielichten<br />

van dit schip. De positie van dit zeeschip ten opzichte van <strong>de</strong> ’’Östrand’’ was<br />

iets over stuurboord. De loods vertel<strong>de</strong> mij, dat dit het containerschip ’’Teng He’’<br />

was en dat hij met <strong>de</strong> loods daarvan afspraken had gemaakt, dat <strong>de</strong> ’’Östrand’’ <strong>de</strong><br />

’’Teng He’’ over bakboord zou op- en <strong>voor</strong>bijlopen. De loods van <strong>de</strong> ’’Teng He’’ zou<br />

me<strong>de</strong>werking verlenen door vaart te vermin<strong>de</strong>ren en <strong>de</strong> koers te wijzigen. Ik nam aan<br />

dat <strong>de</strong> radarpost ook was geïnformeerd. Op dat moment zag ik op mijn radarscherm,<br />

dat nog steeds op 0,75 zeemijl stond ingesteld, geen tegemoetkomen<strong>de</strong> scheepvaart.<br />

Ik maakte geen bezwaar tegen <strong>de</strong> reeds door <strong>de</strong> loods ingezette op- en <strong>voor</strong>bijloop<br />

manoeuvre van het zeeschip ’’Östrand’’. Het <strong>voor</strong>bijlopen van <strong>de</strong> ’’Teng He’’ duur<strong>de</strong><br />

2 à 3 minuten. Nadat wij het zeeschip ’’Teng He’’ waren <strong>voor</strong>bijgelopen en <strong>de</strong><br />

afstand tussen bei<strong>de</strong> schepen ongeveer 200 meter bedroeg van boeg tot steven, gaf <strong>de</strong><br />

loods opdracht <strong>de</strong> koers van <strong>de</strong> ’’Östrand’’ naar stuurboord te verleggen. Ik weet niet<br />

meer hoeveel gra<strong>de</strong>n dit bedroeg. Op dat moment zag ik op het radarscherm, met een<br />

ingesteld bereik van 1,5 zeemijl, <strong>de</strong> echo van een binnenkomend schip. Wij voeren<br />

op dat moment in een flauwe bocht naar bakboord van <strong>de</strong> Nieuwe Waterweg. Door<br />

<strong>de</strong> koerswijziging naar stuurboord en me<strong>de</strong> gelet op <strong>de</strong> bakboordbocht, dreig<strong>de</strong>n wij<br />

met ons schip te dicht on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> noordoever te komen. Toen ik zowel naar buiten<br />

keek als weer op het radarscherm, zag ik dat wij te dicht on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> noordoever van <strong>de</strong><br />

Nieuwe Waterweg kwamen. Ik vertel<strong>de</strong> dit aan <strong>de</strong> loods. De loods gaf hierop<br />

opdracht 10° bakboord te sturen. Ik gaf <strong>de</strong> roerganger opdracht om 15° bakboord te<br />

sturen, omdat ik <strong>de</strong> or<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> loods onvoldoen<strong>de</strong> achtte. Mijn bevel werd door <strong>de</strong><br />

roerganger uitgevoerd. Onmid<strong>de</strong>llijk hierna, gaf <strong>de</strong> loods opdracht aan <strong>de</strong> roerganger<br />

hard bakboord te sturen, kennelijk zag hij ook, hoe dicht het zeeschip ’’Östrand’’ bij<br />

<strong>de</strong> noordoever kwam. Ik corrigeer<strong>de</strong> <strong>de</strong>ze opdracht onmid<strong>de</strong>llijk tot een stuurcorrectie<br />

naar bakboord van 35° omdat het zeeschip ’’Östrand’’ is uitgerust met een<br />

shillingroer, dat een maximale uitslag heeft van 70°. Als wij <strong>de</strong> opdracht van <strong>de</strong><br />

loods, hard bakboord, zou<strong>de</strong>n hebben uitgevoerd dan zou ons achterschip een<br />

extreme zwaai naar stuurboord hebben gemaakt. Voor vertrek uit <strong>de</strong> Eemhaven had<br />

<strong>de</strong> loods mij nog me<strong>de</strong>ge<strong>de</strong>eld, dat hij bekend was met dit soort type schepen, omdat<br />

hij al eer<strong>de</strong>r een zeeschip van het type ’’Östrand’’ naar zee had beloodst. Vervolgens<br />

voel<strong>de</strong> ik dat het schip even naar stuurboord overhel<strong>de</strong>. Volgens mij werd dit<br />

veroorzaakt door het zogeheten bankeffect (oeverzuiging). Door <strong>de</strong> oeverzuiging<br />

werd <strong>de</strong> snelheid van ons schip afgeremd. Hierdoor begon het zeeschip ’’Östrand’’<br />

naar bakboord te draaien. De echo van een opvarend schip, dat ik zojuist op mijn<br />

10


adarscherm had waargenomen, was nu zeer dichtbij. Ik kan u niets vertellen over <strong>de</strong><br />

afstand tot dit schip. Ik kon dit schip vanaf <strong>de</strong> brug zien. Ik zag <strong>de</strong> navigatielichten<br />

van dit schip aan <strong>de</strong> stuurboordzij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> ’’Östrand’’. Ik corrigeer<strong>de</strong> dit direct naar<br />

stuurboord 35, in verband met eer<strong>de</strong>r genoem<strong>de</strong> roerwerking. Ik had <strong>de</strong> indruk dat <strong>de</strong><br />

loods <strong>de</strong> situatie niet geheel meer on<strong>de</strong>r controle had en ik vond het ook noodzakelijk<br />

zijn commando’s te corrigeren. De stuurcorrectie naar stuurboord had, naar ik<br />

zag, geen effect. Omdat er gevaar dreig<strong>de</strong> om met dat opvaren<strong>de</strong> zeeschip in<br />

aanvaring te komen, plaatste ik direct <strong>de</strong> telegraaf op vol achteruit. Direct nadat ik<br />

dit had gedaan, hoor<strong>de</strong> ik dat <strong>de</strong> loods eveneens het commando vol achteruit gaf. Ik<br />

vertel<strong>de</strong> hem dat ik dit al gedaan had. Een aanvaring tussen ons zeeschip ’’Östrand’’<br />

en het opvaren<strong>de</strong> zeeschip was niet meer te <strong>voor</strong>komen. De ’’Östrand’’ voer met <strong>de</strong><br />

bakboordzij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> boeg tegen <strong>de</strong> bakboordzij<strong>de</strong>, even <strong>voor</strong> <strong>de</strong> opbouw, van dat<br />

an<strong>de</strong>re schip. Later bleek mij dat <strong>de</strong> naam van dit zeeschip ’’Star Fraser’’ was. Door<br />

<strong>de</strong> aanvaring, een stuiter effect, zwaai<strong>de</strong> het <strong>voor</strong>schip van <strong>de</strong> ’’Östrand’’ naar<br />

stuurboord, waardoor wij met <strong>de</strong> bakboordachtersteven, we<strong>de</strong>rom <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’<br />

raakten. Ditmaal ter hoogte van diens bakboordsteven. Ik stond ten tij<strong>de</strong> van <strong>de</strong><br />

aanvaring aan stuurboordzij<strong>de</strong> op <strong>de</strong> brug van <strong>de</strong> ’’Östrand’’. Ik weet niet wat <strong>de</strong><br />

snelheid van ons schip was ten tij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> aanvaring. De snelheid was wel aan het<br />

afnemen. Vlak na <strong>de</strong> aanvaring ging <strong>de</strong> ’’Östrand’’ <strong>voor</strong> anker. Ik presenteer<strong>de</strong> zelf<br />

het <strong>voor</strong>anker, dit is bedienbaar vanaf <strong>de</strong> brug. Ik gaf <strong>de</strong> loods <strong>de</strong> opdracht, <strong>de</strong><br />

verkeersbegelei<strong>de</strong>r te informeren, tenein<strong>de</strong> <strong>de</strong> overige scheepvaart te waarschuwen.<br />

Vervolgens liet ik <strong>de</strong> scha<strong>de</strong> aan het zeeschip <strong>de</strong> ’’Östrand’’ vaststellen. Toen ik<br />

daarover werd geïnformeerd door <strong>de</strong> bemanning en bleek dat wij kon<strong>de</strong>n varen,<br />

probeer<strong>de</strong>n wij op <strong>de</strong> Nieuwe Waterweg direct rond te gaan. Dit was echter door <strong>de</strong><br />

ebstroom niet mogelijk en wij zijn vervolgens richting zee doorgevaren. Op zee<br />

hebben wij gezwaaid. Nadat er een an<strong>de</strong>re loods aan boord van het zeeschip<br />

’’Östrand’’ was gekomen zijn wij terug naar Rotterdam gevaren. Ik wil u nog<br />

verklaren, dat <strong>de</strong> aanvaring niet het gevolg is van een technische storing. Vlak <strong>voor</strong><br />

<strong>de</strong> aanvaring heb ik nog getracht door mid<strong>de</strong>l van vol vermogen van <strong>de</strong> boegschroef<br />

naar stuurboord, het <strong>voor</strong>schip van <strong>de</strong> ’’Östrand’’ vrij te varen. Ik noch <strong>de</strong> loods<br />

hebben <strong>voor</strong> <strong>de</strong> aanvaring geluidsseinen gegeven. Ik heb ook geen geluidsseinen<br />

gehoord. De vragen die u mij heeft gesteld in <strong>de</strong> Engelse taal, met betrekking tot <strong>de</strong><br />

aanvaring, heb ik goed begrepen.<br />

En aanvullend:<br />

Naar aanleiding van en in aanvulling op mijn eer<strong>de</strong>r gedane verklaring op 9<br />

<strong>de</strong>cember 1996, kan ik u nog het volgen<strong>de</strong> verklaren. In verband met <strong>de</strong> heersen<strong>de</strong><br />

weersomstandighe<strong>de</strong>n, navigeer<strong>de</strong>n wij op radar. Het zicht geduren<strong>de</strong> <strong>de</strong> reis vanaf<br />

<strong>de</strong> Eemhaven tot aan <strong>de</strong> aanvaring op <strong>de</strong> Nieuwe Waterweg, varieer<strong>de</strong> tussen 0,5 en<br />

1 zeemijl. Twee<strong>de</strong> officier Y. Bexell is sinds 3 <strong>de</strong>cember 1996 aan boord van het<br />

zeeschip ’’Östrand’’. Dit is <strong>de</strong> eerste maal dat ik met haar samenwerk. Zij werkt<br />

sinds 1993 als twee<strong>de</strong> officier <strong>voor</strong> <strong>de</strong>ze re<strong>de</strong>rij. Ik informeer<strong>de</strong> bij een kapitein van<br />

onze re<strong>de</strong>rij, waarbij twee<strong>de</strong> officier Y. Bexell eer<strong>de</strong>r had gevaren, over haar<br />

functioneren. Zijn mening over haar was positief. Als ik een officier aan boord krijg<br />

die ik nog niet ken, probeer ik altijd informatie over het functioneren van zo’n<br />

officier te krijgen. Ik accepteer geen officieren aan boord, die met betrekking tot<br />

kennis en kun<strong>de</strong> niet aan mijn maatstaven voldoen. Hiervan is <strong>de</strong> re<strong>de</strong>rij op <strong>de</strong><br />

11<br />

U5


U5<br />

hoogte. De twee<strong>de</strong> officier heeft geduren<strong>de</strong> <strong>de</strong>ze reis regelmatig brugdiensten<br />

gelopen. Bij het binnenlopen van havens stond zij meestal op <strong>de</strong> brug. Zij is<br />

leergierig en stond elke dag op <strong>de</strong> brug, ook als zij geen dienst had. De twee<strong>de</strong><br />

officier is bekend met <strong>de</strong> werking en <strong>de</strong> bediening van alle navigatie-apparatuur op<br />

dit schip. Zij is me<strong>de</strong> in het bezit van een radar- en Arpacertificaat. Toen wij te dicht<br />

on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> stuurboordoever dreig<strong>de</strong>n te komen, heb ik instinctief <strong>de</strong> pitch control op<br />

achteruit gezet. Toen ik zag dat wij vrij van <strong>de</strong> stuurboordoever bleven en naar<br />

bakboord scheer<strong>de</strong>n, moest ik <strong>voor</strong>uit geven, om druk op het roer te hou<strong>de</strong>n, zodat<br />

het schip bestuurbaar blijft. De reactietijd van veran<strong>de</strong>ring van <strong>de</strong> stand van <strong>de</strong><br />

schroefbla<strong>de</strong>n van vol <strong>voor</strong>uit naar een schroefstand op achteruit, bedraagt ongeveer<br />

30 secon<strong>de</strong>n. Om plotseling van vol <strong>voor</strong>uit op vol achteruit te gaan is niet effectief,<br />

omdat zich dan rondom <strong>de</strong> schroef luchtbellen vormen (cavitatie), waardoor <strong>de</strong><br />

schroefwerking na<strong>de</strong>lig wordt beïnvloed, door het ontstaan van een vacuüm. Als je<br />

<strong>de</strong> snelheid gelei<strong>de</strong>lijk vermin<strong>de</strong>rd, heeft dit meer effect dan een noodstop. Op <strong>de</strong><br />

brug kan men vanaf een monitor <strong>de</strong> bladstand van <strong>de</strong> schroef aflezen. Toen ik <strong>de</strong><br />

brug verliet om te gaan eten, heb ik niet met zoveel woor<strong>de</strong>n het commando aan<br />

mijn twee<strong>de</strong> officier overgedragen. Dit is iets vanzelfsprekends. Ik heb tegen <strong>de</strong><br />

twee<strong>de</strong> officier gezegd dat ik even ging eten en dat ik per portofoon bereikbaar was<br />

en zo terug zou zijn. Ik had van <strong>de</strong> loods een goe<strong>de</strong> indruk, ik vond hem niet nalatig<br />

of incompetent. Op het moment dat ik <strong>de</strong> brug verliet was ik niet op <strong>de</strong> hoogte<br />

aangaan<strong>de</strong> eventuele bijzon<strong>de</strong>re manoeuvres. Mocht ik daarvan wel op <strong>de</strong> hoogte zijn<br />

geweest dan was ik op <strong>de</strong> brug gebleven. Ik heb van mijn twee<strong>de</strong> officier vernomen,<br />

dat het <strong>voor</strong>nemen van <strong>de</strong> loods met betrekking tot het oplopen en <strong>de</strong> daarover per<br />

marifoon gemaakte afspraken, niet direct door <strong>de</strong> loods aan mijn twee<strong>de</strong> officier zijn<br />

me<strong>de</strong>ge<strong>de</strong>eld. Ik vind <strong>de</strong>ze wijze van han<strong>de</strong>len van <strong>de</strong> loods niet correct. De loods<br />

had mijns inziens eerst met haar <strong>de</strong>ze situatie moeten bespreken dan wel haar direct<br />

hierover moeten informeren.<br />

Twee<strong>de</strong> stuurman Y. Bexell (’’Östrand’’):<br />

Ik ben vanaf 1984 werkzaam op zeeschepen. Ik ben begonnen als matroos. In 1988<br />

heb ik het diploma nautisch officier kleine han<strong>de</strong>lsvaart behaald. Na drie jaar<br />

vaarervaring kreeg ik <strong>de</strong> bevoegdheid als stuurman, kleine vaart. Sinds 1992 heb ik<br />

het diploma stuurman grote han<strong>de</strong>lsvaart behaald. Sinds november 1996 ben ik<br />

bevoegd om als stuurman te werken op alle schepen. Op 3 <strong>de</strong>cember 1996 monster<strong>de</strong><br />

ik als twee<strong>de</strong> stuurman op het zeeschip ’’Östrand’’ aan. Dit is mijn eerste reis met dit<br />

schip. Ik heb als twee<strong>de</strong> stuurman ervaring opgedaan op soortgelijke schepen. Ik heb<br />

ongeveer zes weken als twee<strong>de</strong> officier gevaren op het zeeschip ’’Bremon’’ en<br />

daar<strong>voor</strong> op een ro-ro-schip. Ik acht mij zelf in staat om on<strong>de</strong>r alle omstandighe<strong>de</strong>n<br />

met het zeeschip ’’Östrand’’ te navigeren. Op 8 <strong>de</strong>cember 1996 stond ik tij<strong>de</strong>ns het<br />

ontmeren op <strong>de</strong> bak (<strong>voor</strong>schip). Het schip had over stuurboord afgemeerd gelegen.<br />

Ik bleef daar tot het schip in <strong>de</strong> haven was rondgegaan. Vervolgens, omstreeks 16.50<br />

uur ging ik naar <strong>de</strong> brug omdat ik daar dienst had, van 16.00 uur tot 20.00 uur.<br />

Ik ben weleens eer<strong>de</strong>r met een schip in Rotterdam geweest. Ik kan mij echter niet<br />

meer herinneren wanneer ik <strong>voor</strong> het laatst brugdienst heb gedaan op een schip, in <strong>de</strong><br />

haven dan wel op <strong>de</strong> rivier te Rotterdam. Op <strong>de</strong> brug bevon<strong>de</strong>n zich reeds <strong>de</strong><br />

kapitein, een loods en <strong>de</strong> roerganger, matroos Berg. De eerste stuurman was ook op<br />

12


<strong>de</strong> brug, hij had echter an<strong>de</strong>re bezighe<strong>de</strong>n en was niet belast met <strong>de</strong> navigatie. Voor<br />

of tij<strong>de</strong>ns mijn dienst heb ik geen alcoholhou<strong>de</strong>n<strong>de</strong> drank genuttigd. Toen ik op <strong>de</strong><br />

brug kwam, werd ik niet geïnformeerd door <strong>de</strong> kapitein en ook niet door <strong>de</strong> loods,<br />

over <strong>de</strong> positie, snelheid en koers van ons schip. Ik heb er ook niet om gevraagd. De<br />

kapitein en <strong>de</strong> loods ston<strong>de</strong>n bij <strong>de</strong> navigatieconsole, welke staat opgesteld aan<br />

stuurboordzij<strong>de</strong> op <strong>de</strong> brug. In dit console bevin<strong>de</strong>n zich on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re twee zeeradars<br />

en ver<strong>de</strong>r alle apparatuur die <strong>voor</strong> <strong>de</strong> navigatie van het schip nodig is. Ik wist op dat<br />

moment niet precies wat <strong>de</strong> positie van het schip was. Het zicht bedroeg ongeveer<br />

één zeemijl. Ik zag dat <strong>de</strong> pitch-controlehan<strong>de</strong>l op <strong>voor</strong>uit op nummer 8 stond. Bij<br />

<strong>de</strong>ze stand vaart het schip met een snelheid van 12 à 13 knopen door het water. De<br />

kapitein stond achter <strong>de</strong> stuurboordradar en bedien<strong>de</strong> <strong>de</strong> pitch-controle (instelling<br />

verstelbare schroef). De loods stond links van <strong>de</strong> kapitein achter <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re zeeradar.<br />

Vanaf mijn positie controleer<strong>de</strong> ik <strong>de</strong> roerganger met betrekking tot uitvoering van <strong>de</strong><br />

commando’s van <strong>de</strong> loods. Deze commando’s wer<strong>de</strong>n direct door <strong>de</strong> loods aan <strong>de</strong><br />

roerganger gegeven.<br />

Omstreeks 17.00 uur werd roerganger Berg afgelost door matroos Jonsson. Vanaf<br />

<strong>de</strong>ze positie had ik tevens zicht op <strong>de</strong> roerstandaanwijzer, kompas en koers van ons<br />

schip. Ik had geen zicht op <strong>de</strong> door <strong>de</strong> kapitein bedien<strong>de</strong> pitch-controle. Ik kan mij<br />

niet meer herinneren of er tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> vaart snelheidscorrecties wer<strong>de</strong>n uitgevoerd. Ik<br />

heb <strong>de</strong> loods geen snelheidscorrecties horen geven. Op <strong>de</strong> rivier zag ik dat het zicht<br />

ongeveer één zeemijl bedroeg. Ik kon bei<strong>de</strong> oevers re<strong>de</strong>lijk on<strong>de</strong>rschei<strong>de</strong>n. Kort na<br />

vijf uur, omstreeks 17.10 uur, verlieten <strong>de</strong> kapitein en <strong>de</strong> eerste stuurman <strong>de</strong> brug om<br />

te gaan eten. Het is niet ongebruikelijk dat <strong>de</strong> kapitein <strong>de</strong> brug verlaat en dat dan <strong>de</strong><br />

dienstdoen<strong>de</strong> officier <strong>de</strong> navigatie overneemt. Er vindt geen formele overdacht van<br />

het commando plaats. Ik had er geen problemen mee en voel<strong>de</strong> mij daar ook niet<br />

onbehaaglijk on<strong>de</strong>r. Ik wist tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong>ze overdracht precies wat <strong>de</strong> positie van ons<br />

schip was. De kapitein gaf mij geen or<strong>de</strong>rs, maar hij zei wel tegen mij dat hij snel<br />

terug zou zijn. Voordat <strong>de</strong> kapitein naar bene<strong>de</strong>n ging, heb ik geen gesprekken tussen<br />

<strong>de</strong> kapitein en <strong>de</strong> loods gehoord. Ik heb ze wel met elkaar zien praten, maar ik kon<br />

niet horen waarover zij spraken. Ik nam <strong>de</strong> navigatie van <strong>de</strong> ’’Östrand’’ over zon<strong>de</strong>r<br />

dat dit door <strong>de</strong> kapitein nadrukkelijk aan mij werd me<strong>de</strong>ge<strong>de</strong>eld. Op dat moment<br />

bevond ik mij samen met <strong>de</strong> loods en <strong>de</strong> roerganger op <strong>de</strong> brug. Ik nam plaats achter<br />

<strong>de</strong> rechter zeeradar. Ik zag dat <strong>de</strong>ze radar was ingesteld op een bereik van 0,75<br />

zeemijl. Het mid<strong>de</strong>lpunt van <strong>de</strong>ze radar was in geringe mate naar bene<strong>de</strong>n geplaatst,<br />

zogenaamd off-center. Ik zag dat <strong>de</strong> zeeradar waarachter <strong>de</strong> loods zich bevond, stond<br />

ingesteld op een bereik van 1,5 zeemijl. Ik kan mij niet meer herinneren of <strong>de</strong> radar<br />

waarachter <strong>de</strong> loods stond, op off-center stond. Ik zag dat <strong>de</strong> pitch-controle nog<br />

steeds op stand 8 stond, dit komt overeen met een vaarsnelheid van 12 à 13 knopen.<br />

Het zicht bedroeg 1000 à 1100 meter. Ik had geen informatie over an<strong>de</strong>re scheepvaart<br />

in <strong>de</strong> omgeving.<br />

Op een gegeven moment zag ik op het radarscherm van mijn radar, op ongeveer 0,6<br />

zeemijl een echo van een <strong>voor</strong> ons varend schip. Ik zag dat wij dit schip na<strong>de</strong>r<strong>de</strong>n.<br />

Omdat wij op dit schip inliepen, vroeg ik <strong>de</strong> loods om informatie. Ik vroeg hem of<br />

dit het grote containerschip, <strong>de</strong> ’’Teng He’’ was, dat net <strong>voor</strong> ons <strong>de</strong> Eemhaven was<br />

uitgevaren. Hij vertel<strong>de</strong> mij dat dit zo was. Hij vertel<strong>de</strong> mij ook, dat hij via <strong>de</strong><br />

marifoon contact had gehad met <strong>de</strong> loods van dit schip en dat hij daarmee had<br />

afgesproken, dat wij dat schip zou<strong>de</strong>n oplopen. De loods <strong>de</strong>el<strong>de</strong> mij ook mee, dat <strong>de</strong><br />

13<br />

U5


U5<br />

’’Teng He’’ daarmee akkoord ging en daaraan me<strong>de</strong>werking zou verlenen. Wij<br />

zou<strong>de</strong>n met <strong>de</strong>ze manoeuvre echter wachten tot een bre<strong>de</strong>r ge<strong>de</strong>elte van <strong>de</strong> rivier. Ik<br />

weet niet wie <strong>de</strong> beslissing nam omtrent het wachten met het <strong>voor</strong>bijlopen tot op een<br />

bre<strong>de</strong>r ge<strong>de</strong>elte van <strong>de</strong> rivier. Voordat ik <strong>de</strong> ’’Teng He’’ op mijn radarscherm zag,<br />

hoor<strong>de</strong> ik <strong>de</strong> loods via <strong>de</strong> scheepsmarifoon praten. De loods had ook nog een<br />

draagbare marifoon bij zich. Ik heb niet gezien of hij daar ook gebruik van heeft<br />

gemaakt. Ik weet niet met wie <strong>de</strong> loods sprak en waarover het ging. Ik kon dit<br />

gesprek niet volgen omdat dit in een <strong>voor</strong> mij vreem<strong>de</strong> taal werd gevoerd,<br />

vermoe<strong>de</strong>lijk in het Ne<strong>de</strong>rlands. De loods heeft mij die informatie niet direct<br />

doorgegeven. Ik kreeg <strong>de</strong>ze informatie pas, toen ik zelf <strong>de</strong> ’’Teng He’’ op mijn radar<br />

had waargenomen en hem daarover informatie vroeg. Het is gebruikelijk dat <strong>de</strong> loods<br />

beslissingen neemt, zon<strong>de</strong>r <strong>voor</strong>afgaand overleg met <strong>de</strong>gene die het schip voert. Ik<br />

begrijp wel dat ik <strong>de</strong> verantwoor<strong>de</strong>lijkheid blijf voeren over het schip. U vraagt mij<br />

of <strong>de</strong> houding van <strong>de</strong> loods tegenover mij an<strong>de</strong>rs was dan tegen over <strong>de</strong> kapitein. Ik<br />

heb daar niets van gemerkt. De loods was wel min<strong>de</strong>r spraakzaam. Omdat wij<br />

moesten wachten met oplopen, gaf <strong>de</strong> loods aan mij het commando ’’langzaam<br />

<strong>voor</strong>uit’’. Ik plaatste <strong>de</strong> pitch-controle op twee. Ter hoogte van kilometerraai 1020 op<br />

<strong>de</strong> Nieuwe Waterweg gaf <strong>de</strong> loods het commando ’’halve kracht <strong>voor</strong>uit’’. Ik voer<strong>de</strong><br />

<strong>de</strong>ze opdracht uit en veran<strong>de</strong>r<strong>de</strong> <strong>de</strong> instelling van <strong>de</strong> pitch-controle naar vijf. Ik vroeg<br />

aan <strong>de</strong> loods of wij nu <strong>de</strong> ’’Teng He’’ gingen oplopen. De loods vertel<strong>de</strong> mij dat dit<br />

zou gaan gebeuren. Ik had geen bezwaar tegen <strong>de</strong>ze manoeuvre. De ’’Teng He’’ voer<br />

dicht bij <strong>de</strong> stuurboordzij<strong>de</strong> van het vaarwater, on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> noordoever, met een<br />

snelheid van iets meer dan vijf knopen. Dit weet ik omdat tij<strong>de</strong>ns het langzaam<br />

<strong>voor</strong>uit varen van ons schip, <strong>de</strong> ’’Teng He’’ iets op ons uitliep en wij toen een<br />

snelheid voeren van 5 knopen. Het zicht ter plaatse bedroeg iets meer dan een 0,5<br />

zeemijl. Ik vond, gezien <strong>de</strong> weersomstandighe<strong>de</strong>n, het niet onverantwoord <strong>de</strong><br />

oploopmanoeuvre uit te voeren. Ik vertrouw<strong>de</strong> volledig op het inzicht van <strong>de</strong> loods.<br />

Er was geen communicatie meer tussen ons schip en <strong>de</strong> ’’Teng He’’. Aan <strong>de</strong> ’’Teng<br />

He’’ werd niet gemeld dat wij <strong>de</strong> oploopmanoeuvre nu uit zou<strong>de</strong>n gaan voeren. Ik<br />

heb niet meer gezien of gehoord dat <strong>de</strong> loods na het eerste gesprek met <strong>de</strong> ’’Teng<br />

He’’, <strong>de</strong> marifoon nog heeft gebruikt. Wij gingen in opdracht van loods op vol<br />

<strong>voor</strong>uit. Ik plaatste <strong>de</strong> pitch-controle hierop, op stand 10, dit is ongeveer 15 knopen.<br />

Het duurt ongeveer 1,5 tot 2 minuten totdat wij die snelheid bereiken. Ik schatte in<br />

dat <strong>de</strong>ze oploopmanoeuvre ongeveer 5 minuten zou gaan duren. Ik had geen<br />

informatie over an<strong>de</strong>re scheepvaart in <strong>de</strong> omgeving van ons schip. Ik kan mij niet<br />

meer herinneren of wij een koersaanpassing maakten naar bakboord. Mocht dit wel<br />

zo zijn, dan is dit slechts een geringe koerswijziging geweest. Dit, omdat <strong>de</strong> ’’Teng<br />

He’’ goed aan haar stuurboordzij<strong>de</strong> van het vaarwater voer. Ik heb <strong>de</strong> loods niet<br />

gevraagd of er an<strong>de</strong>re schepen in <strong>de</strong> buurt waren. Er wer<strong>de</strong>n geen gesprekken over<br />

<strong>de</strong> marifoon gevoerd. Ik heb het bereik van mijn radar niet gewijzigd. Ook heb ik<br />

niet gezien dat <strong>de</strong> loods <strong>de</strong> instelling van <strong>de</strong> radar waarachter hij stond, wijzig<strong>de</strong>.<br />

Met <strong>de</strong> off-center ingestel<strong>de</strong> radar van <strong>de</strong> loods had<strong>de</strong>n wij een zicht <strong>voor</strong>uit van<br />

ongeveer 2,5 zeemijl. Ik zag op bei<strong>de</strong> radar’s geen echo’s van an<strong>de</strong>re schepen. De<br />

zichtbare vrije ruimte <strong>voor</strong> ons schip was naar mijn mening voldoen<strong>de</strong> om <strong>de</strong><br />

oploopmanoeuvre uit te voeren. Het ingestel<strong>de</strong> bereik van 2,5 zeemijl (off-center)<br />

van <strong>de</strong> radar waarachter <strong>de</strong> loods stond, achtte ik voldoen<strong>de</strong> in relatie tot <strong>de</strong> snelheid<br />

van 15 knopen. Kort nadat ik <strong>de</strong> snelheid van het schip had verhoogd om <strong>de</strong><br />

14


oploopmanoeuvre in te zetten kwam <strong>de</strong> kapitein terug op <strong>de</strong> brug. Wij voeren toen<br />

nog op een afstand van 0,5 zeemijl achter <strong>de</strong> ’’Teng He’’. De kapitein kwam naast<br />

mij staan. De kapitein keek op <strong>de</strong> stuurboordradar, pakte vervolgens een verrekijker<br />

en keek daarmee in <strong>de</strong> richting van het <strong>voor</strong> ons varen<strong>de</strong> zeeschip, dat inmid<strong>de</strong>ls<br />

binnen zichtbereik was. Ik wil<strong>de</strong> hem informeren over onze oploopmanoeuvre. De<br />

loods was mij echter <strong>voor</strong> en vertel<strong>de</strong> <strong>de</strong> kapitein, dat wij <strong>de</strong> ’’Teng He’’ zou<strong>de</strong>n<br />

gaan oplopen en dat dit met <strong>de</strong> ’’Teng He’’ was afgesproken. De kapitein zei hier<br />

niets op. Ik was inmid<strong>de</strong>ls achteruit gestapt en <strong>de</strong> kapitein nam mijn plaats achter <strong>de</strong><br />

radar in. De kapitein gaf mij niet te kennen dat ik door hem was afgelost en dat hij<br />

<strong>de</strong> navigatie weer op zich nam. Ik nam aan dat dit van mij verwacht werd. Ik leid<strong>de</strong><br />

dit af uit het feit dat hij mijn positie achter het radarscherm innam. Op dat moment<br />

voeren wij bijna op volle snelheid. Ik ging schuin achter <strong>de</strong> kapitein staan, aan <strong>de</strong><br />

rechterzij<strong>de</strong> op <strong>de</strong> brug, vanwaar ik ook naar buiten kon kijken. Ik zag dat wij <strong>de</strong><br />

’’Teng He’’ opliepen en <strong>voor</strong>bij voeren. Ik zag tij<strong>de</strong>ns het <strong>voor</strong>bijvaren, dat <strong>de</strong><br />

on<strong>de</strong>rlinge afstand tussen bei<strong>de</strong> zeeschepen niet groot was. De on<strong>de</strong>rlinge afstand<br />

bedroeg niet meer dan 100 meter. Ik noem dit een ’’close passing’’. Het verschil in<br />

snelheid tussen <strong>de</strong> ’’Teng He’’ en ons schip was aanzienlijk en wij liepen hierdoor <strong>de</strong><br />

’’Teng He’’ vlot <strong>voor</strong>bij. De loods gaf dui<strong>de</strong>lijke opdrachten aan <strong>de</strong> roerganger. Ik<br />

vond hem op dat moment heel scherp. Het zicht bedroeg nog steeds ongeveer 0,5<br />

zeemijl. Ik had op dat moment nog steeds geen informatie gehoord over an<strong>de</strong>re<br />

scheepvaart. De koerscorrecties die ik <strong>de</strong> loods hoor<strong>de</strong> geven toen wij naast <strong>de</strong><br />

’’Teng He’’ voeren, waren correcties naar bakboord. Toen wij <strong>de</strong> ’’Teng He’’ bijna<br />

<strong>voor</strong>bij waren, werd door <strong>de</strong> loods een stuurcommando naar stuurboord gegeven. Dit<br />

vond ik niet ongewoon omdat het snelheidsverschil tussen ons schip en <strong>de</strong> ’’Teng<br />

He’’, groot was. Ik weet niet hoe groot <strong>de</strong>ze koerscorrectie was omdat <strong>de</strong> loods dit<br />

commando in gra<strong>de</strong>n gaf en ik daar geen zicht op had. Ik keek door het raam<br />

achterom, om te zien hoeveel <strong>de</strong> afstand was tussen bei<strong>de</strong> schepen. Ik <strong>de</strong>ed dit meer<br />

uit interesse dan uit bezorgdheid, omdat ik wist dat dit een krappe passage was en ik<br />

dit leerzaam vond. Toen hoor<strong>de</strong> ik <strong>de</strong> kapitein tegen <strong>de</strong> loods zeggen, dat wij te dicht<br />

bij <strong>de</strong> stuurboordoever kwamen en dat wij meer naar bakboord moesten sturen. De<br />

kapitein merkte dit tegen <strong>de</strong> loods op, maar voeg<strong>de</strong> daar geen opdracht aan toe. Ik<br />

maakte hier uit op, dat <strong>de</strong> kapitein het initiatief aan <strong>de</strong> loods liet. De loods gaf<br />

hierop onmid<strong>de</strong>llijk het roercommando bakboord 10. Ik hoor<strong>de</strong> dat <strong>de</strong> roerganger dit<br />

commando bevestig<strong>de</strong>. Volgens mij zei <strong>de</strong> kapitein tegen <strong>de</strong> loods, dat <strong>de</strong>ze<br />

stuurcorrectie niet voldoen<strong>de</strong> was en dat er meer naar bakboord moest wor<strong>de</strong>n<br />

gestuurd. Ik zag dat ie<strong>de</strong>reen geconcentreerd bezig was, maar dat er zeker geen<br />

sprake van paniek was. Ik had nog steeds niets vernomen met betrekking tot an<strong>de</strong>re<br />

scheepvaart. De loods gaf vervolgens opdracht bakboord 15. Er wer<strong>de</strong>n, zowel door<br />

<strong>de</strong> kapitein als door <strong>de</strong> loods, verschillen<strong>de</strong> elkaar in hoogte opvolgen<strong>de</strong> koerscorrecties<br />

naar bakboord gegeven. Vervolgens hoor<strong>de</strong> ik <strong>de</strong> loods het commando ’’hard<br />

bakboord’’ geven. De kapitein corrigeer<strong>de</strong> dit tot bakboord 35. Vervolgens hoor<strong>de</strong> ik<br />

dat <strong>de</strong> kapitein tegen <strong>de</strong> loods zei: ’’Je kan het commando hard bakboord niet geven<br />

bij een schillingroer, 35° is met betrekking tot zo’n roer hard bakboord’’. Omdat wij<br />

in een flauwe bocht naar bakboord voeren, zag ik dat het ons niet lukte goed van <strong>de</strong><br />

oever weg te komen. Wij voeren nog steeds volaan. Ik <strong>de</strong>nk ook niet dat vermin<strong>de</strong>ring<br />

van snelheid had geholpen. Vanuit mijn gezichtsveld kon ik <strong>de</strong> beweging van<br />

het schip niet goed beoor<strong>de</strong>len. Ik zag echter dat het achterschip van ’’Östrand’’<br />

15<br />

U5


U5<br />

steeds dichter bij <strong>de</strong> oever kwam. Het was op dat moment even stil op <strong>de</strong> brug<br />

omdat ie<strong>de</strong>reen kennelijk afwachtte of wij <strong>de</strong> oever vrij zou<strong>de</strong>n varen. Dit lukte<br />

echter niet. Het achterschip kwam steeds dichterbij <strong>de</strong> oever en ik zag naar buiten<br />

kijkend dat het water tussen ons schip en <strong>de</strong> oever werd weggezogen. Dit kwam<br />

kennelijk door <strong>de</strong> schroefwerking van ons schip. Ik verwachtte dat wij <strong>de</strong> oever hard<br />

zou<strong>de</strong>n raken, maar dit gebeur<strong>de</strong> niet. Het schip hel<strong>de</strong> kort over naar stuurboord. Het<br />

hellen van het schip was wel zodanig, dat ik zag en hoor<strong>de</strong>, dat er spullen op <strong>de</strong><br />

vloer van <strong>de</strong> brug vielen. Het schip kwam terug en hel<strong>de</strong> vervolgens iets door over<br />

bakboord, waarna het schip weer recht lag. Ik weet niet of wij met het vlak <strong>de</strong><br />

bo<strong>de</strong>m hebben geraakt. Hierna zag ik dat wij vrij van <strong>de</strong> oever kwamen. Ik hoor<strong>de</strong><br />

dat <strong>de</strong> kapitein opdracht aan <strong>de</strong> loods gaf, om via <strong>de</strong> marifoon an<strong>de</strong>re scheepvaart<br />

over <strong>de</strong> situatie waarin wij ons bevon<strong>de</strong>n te informeren. Wat er vervolgens allemaal<br />

gebeur<strong>de</strong> kan ik mij niet meer precies herinneren. De situatie was tamelijk chaotisch.<br />

Ik merkte dat ons schip naar bakboord begon te scheren. Ik had op dat moment nog<br />

steeds niets gehoord over in <strong>de</strong> buurt zijn<strong>de</strong> scheepvaart. Ik hoor<strong>de</strong> <strong>de</strong> kapitein met<br />

<strong>de</strong> loods overleggen, hoe zij het schip weer on<strong>de</strong>r controle moesten krijgen. Ik<br />

hoor<strong>de</strong> <strong>de</strong> kapitein op indringen<strong>de</strong> toon or<strong>de</strong>rs geven. Voorzover ik mij kan<br />

herinneren betroffen dit stuurcorrecties naar stuurboord. Plotseling zag ik naar buiten<br />

kijkend, <strong>de</strong> navigatielichten van een an<strong>de</strong>r schip, iets over stuurboord <strong>voor</strong> ons langs<br />

gaan. Ik zag <strong>de</strong> toplichten en het bakboordlicht van dit schip. Direct hierop hoor<strong>de</strong> ik<br />

het commando ’’hard achteruit en vol stuurboord’’. Wie dit commando heeft gegeven<br />

kan ik mij niet meer herinneren. Het doel van dit commando was kennelijk om het<br />

scheren van het schip naar bakboord tegen te gaan. In <strong>de</strong>ze situatie merkte ik<br />

dui<strong>de</strong>lijk, dat <strong>de</strong> kapitein het commando voer<strong>de</strong>. Ik kan opmerken, dat er tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong><br />

gehele situatie geen verschil van mening bestond tussen <strong>de</strong> kapitein en <strong>de</strong> loods<br />

omtrent <strong>de</strong> gevoer<strong>de</strong> of <strong>de</strong> nog te voeren navigatie. Ik zag dat <strong>de</strong> kapitein nog alert<br />

was. Naar ik zag had <strong>de</strong> loods zich zelf niet geheel meer on<strong>de</strong>r controle. Ik hoopte<br />

dat wij door <strong>de</strong> stuurcorrecties naar stuurboord het an<strong>de</strong>re schip nog mis zou<strong>de</strong>n<br />

varen. Ik zag hierop dat ons schip met <strong>de</strong> bakboordzij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> boeg het an<strong>de</strong>re<br />

schip aan bakboordzij<strong>de</strong> raakte, net <strong>voor</strong> <strong>de</strong> brug. Ik heb geen geluidsseinen gehoord.<br />

Wat er hierna gebeur<strong>de</strong> kan ik mij niet meer herinneren. Ik weet niet dat wij nog een<br />

keer tegen dat an<strong>de</strong>re schip botsten. Even later gingen wij ten anker. Het anker werd<br />

door <strong>de</strong> kapitein vanaf <strong>de</strong> brug gepresenteerd. Vervolgens hoor<strong>de</strong> ik aan boord van<br />

ons schip het generaal alarm afgaan. Ik <strong>de</strong>nk dat dit door <strong>de</strong> kapitein werd<br />

geactiveerd. In opdracht van <strong>de</strong> kapitein werd vervolgens <strong>de</strong> scha<strong>de</strong> aan het schip<br />

door <strong>de</strong> bemanning on<strong>de</strong>rzocht. Nadat bleek dat wij kon<strong>de</strong>n varen, vroeg <strong>de</strong> kapitein<br />

aan <strong>de</strong> loods een ligplaats te regelen. Dit gebeur<strong>de</strong>. Het anker werd opgehaald en wij<br />

probeer<strong>de</strong>n ter plaatse over stuurboord rond te gaan. Dit lukte echter niet. Hierop<br />

werd besloten om op zee te gaan zwaaien en terug te keren naar Rotterdam. Voor <strong>de</strong><br />

terugreis kwam er een an<strong>de</strong>re loods aan boord en voeren wij weer terug naar onze<br />

ligplaats in <strong>de</strong> Eemhaven.<br />

Chef-machinist J.E. Karlsson (’’Östrand’’):<br />

Ik ben chef-machinist aan boord van <strong>de</strong> ’’Östrand’’. Op 8 <strong>de</strong>cember 1996 zou<strong>de</strong>n wij<br />

omstreeks 16.00 uur vanuit <strong>de</strong> Eemhaven naar zee vertrekken. Wij had<strong>de</strong>n op dat<br />

moment echter een technische storing. Door onbeken<strong>de</strong> oorzaak kon<strong>de</strong>n wij <strong>de</strong> motor<br />

16


niet op toeren krijgen, waardoor het niet mogelijk was om <strong>de</strong> boegschroef te<br />

gebruiken. Na on<strong>de</strong>rzoek bleek het een storing in het elektrische circuit te zijn. Dit<br />

kon door resetten wor<strong>de</strong>n opgelost, waarna wij kon<strong>de</strong>n vertrekken. Hierna zijn er<br />

geen storingen geweest. Ik kan u dan ook verklaren dat <strong>de</strong> aanvaring niet het gevolg<br />

is geweest van een technische storing.<br />

Bootsman C. Jonsson (’’Östrand’’):<br />

Ik vaar sinds 1970 op zeeschepen. Ik ben begonnen als <strong>de</strong>kknecht en door jaren van<br />

ervaring heb ik nu <strong>de</strong> rang van bootsman. Ik kan van mij zelf zeggen dat ik een<br />

ervaren roerganger ben. Ik verricht alle <strong>voor</strong>komen<strong>de</strong> werkzaamhe<strong>de</strong>n, waaron<strong>de</strong>r die<br />

van roerganger. Bij <strong>de</strong> oplevering van dit schip was ik aan boord om het schip te<br />

leren kennen. Tij<strong>de</strong>ns het overvaren van dit schip na <strong>de</strong> oplevering, was ik ook aan<br />

boord van dit schip. Tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong>ze reis heb ik <strong>de</strong> overige matrozen getraind.<br />

Sinds 21 november 1996 ben ik aan boord van het zeeschip ’’Östrand’’. Op 8<br />

<strong>de</strong>cember 1996, kwam ik omstreeks 17.00 uur op <strong>de</strong> brug, omdat ik dienst had als<br />

roerganger. Ik nam het roer over van matroos Berg. Ik kreeg van hem <strong>de</strong> <strong>voor</strong>liggen<strong>de</strong><br />

koers door. Ik meld<strong>de</strong> <strong>de</strong>ze koers aan <strong>de</strong> loods om aan hem kenbaar te maken,<br />

dat er van roerganger was gewisseld. Toen ik op <strong>de</strong> brug kwam, waren daar ver<strong>de</strong>r<br />

nog <strong>de</strong> kapitein, <strong>de</strong> loods en <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> stuurman. Zij ston<strong>de</strong>n vanuit mijn positie<br />

gezien, bij het navigatieconsole aan stuurboordzij<strong>de</strong>, op <strong>de</strong> brug. De kapitein stond<br />

het verst van mij vandaan. Links van <strong>de</strong> kapitein stond <strong>de</strong> loods en daarnaast stond<br />

<strong>de</strong> twee<strong>de</strong> stuurman. Ik zag dat <strong>de</strong> kapitein <strong>de</strong> pitch-controle bedien<strong>de</strong>. Ik kreeg <strong>de</strong><br />

or<strong>de</strong>rs met betrekking tot koerswijzigingen van <strong>de</strong> loods. Deze or<strong>de</strong>rs wer<strong>de</strong>n<br />

gegeven in kompasgra<strong>de</strong>n. De radar, direct naast <strong>de</strong> stuurtafel, stond aan. Ik weet<br />

echter niet op welk bereik <strong>de</strong>ze radar stond ingesteld. De koerslijn stond op 0<br />

gra<strong>de</strong>n. Ik weet niet precies meer hoe <strong>de</strong> radar stond gecentreerd met betrekking tot<br />

het mid<strong>de</strong>lpunt. Ik keek niet veel op <strong>de</strong>ze radar omdat ik mij concentreer<strong>de</strong> op het<br />

kompas, <strong>de</strong> roerstandaanwijzer en <strong>de</strong> omgeving. Ik moest naar buiten kijken om te<br />

zien hoe het schip reageer<strong>de</strong> op <strong>de</strong> koerswijzigingen. Er was weinig scheepvaart op<br />

<strong>de</strong> rivier. Het zicht was goed. Ik kon het heklicht van een op ongeveer 2 mijl <strong>voor</strong><br />

ons uit varend containerschip zien. Ik weet niet precies wat onze vaarsnelheid op dat<br />

moment was. Ik zag wel dat wij op dit schip inliepen. Ik zag en hoor<strong>de</strong> dat <strong>de</strong> loods<br />

via <strong>de</strong> scheepsmarifoon praatte. Ik verstond dit gesprek niet. Ik weet niet of <strong>de</strong> loods<br />

sprak met dat an<strong>de</strong>re schip, tegen een radarstation of tegen an<strong>de</strong>re schepen. Hij<br />

gebruikte <strong>de</strong> marifoon meer<strong>de</strong>re keren. Toen wij het <strong>voor</strong> ons varen<strong>de</strong> containerschip<br />

op ongeveer an<strong>de</strong>rhalve zeemijl waren gena<strong>de</strong>rd, sprak <strong>de</strong> loods weer via <strong>de</strong><br />

scheepsmarifoon. Dit was ongeveer een half uur nadat ik het roer had overgenomen.<br />

Omstreeks 17.10 uur verliet <strong>de</strong> kapitein <strong>de</strong> brug om te gaan eten. De kapitein<br />

vertel<strong>de</strong> dit aan <strong>de</strong> loods. Ik hoor<strong>de</strong> dat <strong>de</strong> kapitein tegen <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> stuurman zei dat<br />

hij ging eten en dat hij snel terug zou zijn. De loods en <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> stuurman aten op<br />

<strong>de</strong> brug. De kapitein had het commando op <strong>de</strong> brug niet formeel aan <strong>de</strong> twee<strong>de</strong><br />

stuurman overgedragen. Als <strong>de</strong> kapitein <strong>de</strong> brug verlaat weet zij dat dat haar taak is,<br />

dit hoeft niet te wor<strong>de</strong>n gezegd. Zij bedien<strong>de</strong> vervolgens <strong>de</strong> pitch-control. Toen <strong>de</strong><br />

kapitein terug was, na ongeveer 10 minuten, nam hij het commando weer op zich en<br />

bedien<strong>de</strong> <strong>de</strong> pitch-control. Ik zag en hoor<strong>de</strong> dat <strong>de</strong> loods we<strong>de</strong>rom <strong>de</strong> marifoon<br />

gebruikte. Ik hoor<strong>de</strong> dat <strong>de</strong> loods hierna tegen <strong>de</strong> kapitein sprak over het oplopen<br />

17<br />

U5


U5<br />

van het <strong>voor</strong> ons varen<strong>de</strong> containerschip. De kapitein ging akkoord met <strong>de</strong><br />

oploopmanoeuvre. Voor het oplopen van dat schip kreeg ik van <strong>de</strong> loods een<br />

koerswijziging van drie kompasgra<strong>de</strong>n naar bakboord. Ik voer<strong>de</strong> <strong>de</strong>ze correctie uit. Ik<br />

weet niet meer welke koers het schip voer, <strong>voor</strong> <strong>de</strong>ze koerscorrectie. Ook werd <strong>de</strong><br />

snelheid van het schip verhoogd. Ik weet niet of <strong>de</strong> pitch-control op vol <strong>voor</strong>uit<br />

stond. Ik zag dat het op te lopen schip dicht on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> stuurboordoever voer. Tij<strong>de</strong>ns<br />

het oplopen voeren wij een koers die parallel was aan <strong>de</strong> koers van dat an<strong>de</strong>re schip.<br />

Ik weet niet wat <strong>de</strong> dwarsafstand tussen bei<strong>de</strong> schepen was. Ik zag <strong>de</strong> opbouw en <strong>de</strong><br />

contourverlichting van dat schip. Aan <strong>de</strong> bakboordoever zag ik ook lichten. Tij<strong>de</strong>ns<br />

het op- en <strong>voor</strong>bijlopen voel<strong>de</strong> ik mij niet onbehaaglijk. Ik concentreer<strong>de</strong> mij op het<br />

sturen van het schip, dat overigens goed en makkelijk bestuurbaar is, en op <strong>de</strong><br />

opdrachten van <strong>de</strong> loods. Binnen een marge van 6° kreeg ik koerswijzigingen van <strong>de</strong><br />

loods door, die zowel correcties naar bakboord als stuurboord betroffen. Om een<br />

bepaal<strong>de</strong> opgegeven koers vast te hou<strong>de</strong>n, moet ik wel zelfstandig kleine correcties<br />

toepassen, met name toen wij <strong>voor</strong>bijliepen, door <strong>de</strong> waterverplaatsing van dat<br />

an<strong>de</strong>re schip. Na het <strong>voor</strong>bijvaren kreeg ik opdracht van <strong>de</strong> loods ongeveer twee<br />

kompasgra<strong>de</strong>n stuurboord te sturen. Volgens mij was dit ongeveer twee minuten<br />

nadat wij dat an<strong>de</strong>re schip waren gepasseerd. Volgens mij werd dit commando even<br />

later door <strong>de</strong> loods gewijzigd in 5° stuurboord. Dit weet ik echter niet meer zeker.<br />

Twee tot drie secon<strong>de</strong>n later hoor<strong>de</strong> ik <strong>de</strong> kapitein met een een lui<strong>de</strong>re stem als<br />

<strong>voor</strong>heen, tegen <strong>de</strong> loods zeggen: ’’Wij komen te ver naar stuurboord’’, althans<br />

woor<strong>de</strong>n van gelijke strekking. Ik kreeg vervolgens van <strong>de</strong> loods het commando 10<br />

bakboord te sturen, waarmee hij <strong>de</strong> roeruitslag bedoel<strong>de</strong>. Direct hierop gaf <strong>de</strong><br />

kapitein mij opdracht bakboord 15 te sturen Ik voer<strong>de</strong> dit uit. Hierna gaf <strong>de</strong> loods het<br />

commando ’’hard bakboord’’. Ik weet dat dit een roeruitslag is van 70°. De loods<br />

schreeuw<strong>de</strong> <strong>de</strong>ze or<strong>de</strong>r. Ik kreeg direct hierop van <strong>de</strong> kapitein het commando 35<br />

bakboord. Dit voer<strong>de</strong> ik onmid<strong>de</strong>llijk uit. Vervolgens merkte ik dat het schip<br />

overhel<strong>de</strong>. Ik weet niet meer naar welke zij<strong>de</strong>. Het was echter niet zodanig dat er iets<br />

op <strong>de</strong> grond viel. Ik zag hierop dat het schip ineens naar bakboord ging scheren. Ik<br />

weet niet hoe snel wij op dat moment voeren. Tij<strong>de</strong>ns het oplopen had ik op <strong>de</strong><br />

bovenzij<strong>de</strong> van het scherm een echo waargenomen. Ik heb daar op dat moment geen<br />

aandacht aan geschonken. Ineens zag ik <strong>voor</strong> mij een an<strong>de</strong>r schip. Wij na<strong>de</strong>r<strong>de</strong>n dit<br />

schip on<strong>de</strong>r een hoek van ongeveer 45°. Dit kan ik niet precies zeggen omdat dat<br />

schip ook bewoog. Ik zag wel dat dit schip zeer dichtbij was. Ik hoor<strong>de</strong> een zeer<br />

lange stoot op een scheepshoorn. Ik weet niet van welk schip dit kwam. De kapitein<br />

gaf mij opdracht 35° stuurboord te sturen. Hierop zag ik het <strong>voor</strong>schip stuurboorduit<br />

gaan. De loods zei met verhoogd stemvolume tegen <strong>de</strong> kapitein ’’vol achteruit’’. Ik<br />

hoor<strong>de</strong> dat <strong>de</strong> kapitein tegen <strong>de</strong> loods zei, ’’hij staat al op vol achteruit’’, althans<br />

woor<strong>de</strong>n van gelijke strekking. Ik zag dat het <strong>voor</strong>schip goed stuurboorduit ging. Dit<br />

werd me<strong>de</strong> veroorzaakt door <strong>de</strong> schroefwerking tij<strong>de</strong>ns het achteruitslaan, waarbij het<br />

achterschip naar bakboord intrekt. Ik dacht dat wij dat schip nog vrij zou<strong>de</strong>n varen.<br />

Ik weet niet of dat schip koerswijzigingen uitvoer<strong>de</strong>. Dit kon ik niet waarnemen. Het<br />

roer lag nog steeds 35° aan stuurboord. Vervolgens raakten wij met <strong>de</strong><br />

bakboordboeg, on<strong>de</strong>r een hoek van ongeveer 20° gra<strong>de</strong>n, <strong>de</strong> bakboordzij<strong>de</strong> van dat<br />

schip, ongeveer 10 meter <strong>voor</strong> <strong>de</strong> brug. Ik zag dat onze boeg langs dat schip<br />

schampte richting <strong>de</strong> steven. Hierdoor ontston<strong>de</strong>n er vonken als gevolg van ijzer op<br />

ijzer. Ik schat <strong>de</strong> snelheid van ons schip op dat moment op 2 tot 3 knopen. Op dat<br />

18


moment zag ik dit schip pas goed. Ik zag dat het een containerschip was. Door <strong>de</strong><br />

stuurboordstuurcorrecties en het achteruitslaan, kwam <strong>de</strong> boeg vrij en draai<strong>de</strong> naar<br />

stuurboord. Wij raakten door <strong>de</strong>ze beweging vervolgens met <strong>de</strong> bakboordachterzij<strong>de</strong><br />

van ons schip, <strong>de</strong> bakboordachterzij<strong>de</strong> van dat an<strong>de</strong>re schip, ter hoogte van <strong>de</strong><br />

opbouw. Het gevolg van <strong>de</strong>ze aanvaring was dat ons schip een sterke helling naar<br />

stuurboord maakte, waardoor er van alles op <strong>de</strong> grond viel. Tevens moest ik achter<br />

het stuurwiel wegstappen omdat er een ongeveer 70 kilo zware stoel <strong>voor</strong>bij kwam<br />

schuiven. Hierna ging het brandalarm af. Ik weet niet of dit automatisch afging of<br />

door iemand werd geactiveerd.<br />

De kapitein was tij<strong>de</strong>ns dit hele gebeuren erg alert. Ik vaar nu zes jaar met hem en<br />

het is <strong>de</strong> meest vakkundige die ik ooit heb meegemaakt. Als hij niet op <strong>de</strong> brug was<br />

geweest, dan <strong>de</strong>nk ik dat <strong>de</strong> gevolgen veel ernstiger zou<strong>de</strong>n zijn geweest. De loods<br />

verkeer<strong>de</strong> kennelijk in een soort van shock. De kapitein vroeg hem of hij <strong>de</strong><br />

radarpost had geïnformeerd met betrekking tot <strong>de</strong> aanvaring. De kapitein moest <strong>de</strong>ze<br />

vraag twee of drie keer herhalen, <strong>voor</strong>dat <strong>de</strong> loods daarop reageer<strong>de</strong> en <strong>de</strong> marifoon<br />

bedien<strong>de</strong>. Vervolgens gingen wij ter plaatse nabij een obstakel, vermoe<strong>de</strong>lijk een krib<br />

met lichtopstand, <strong>voor</strong> anker. Dit was met een boeganker dat door <strong>de</strong> kapitein vanaf<br />

<strong>de</strong> brug werd bediend. Tot op dat moment stond het roer nog steeds op 35°<br />

stuurboord en <strong>de</strong> <strong>voor</strong>tstuwing op vol achteruit. Na het <strong>voor</strong> anker gaan wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong>ze<br />

instellingen gewijzigd in verband met manoeuvreren. Omdat wij <strong>voor</strong> stroom lagen<br />

moest <strong>de</strong> kapitein met <strong>de</strong> <strong>voor</strong>tstuwing en <strong>de</strong> boegschroef manoeuvreren om slaags<br />

in het vaarwater te blijven. Ik zag dat op een bepaald moment het achterschip te ver<br />

naar bakboord dreig<strong>de</strong> te gaan, richting genoemd obstakel. Ik informeer<strong>de</strong> <strong>de</strong> loods<br />

hierover. Ik had niet echt <strong>de</strong> indruk dat <strong>de</strong> loods op dat moment aanspreekbaar was.<br />

Uitein<strong>de</strong>lijk reageer<strong>de</strong> hij en gaf het door aan <strong>de</strong> kapitein. Nadat <strong>de</strong> scha<strong>de</strong> was<br />

vastgesteld en bleek dat er twee gaten in <strong>de</strong> huid waren aan bakboordzij<strong>de</strong>, vond <strong>de</strong><br />

kapitein het niet verantwoord om <strong>de</strong> reis <strong>voor</strong>t te zetten en besloot terug te keren<br />

naar Rotterdam. Inmid<strong>de</strong>ls was <strong>de</strong> rust weer enigszins teruggekeerd op <strong>de</strong> brug. De<br />

kapitein vroeg <strong>de</strong> loods of wij ter plaatse rond kon<strong>de</strong>n gaan. De loods zei dat dit wel<br />

kon. Door <strong>de</strong> sterke ebstroom lukte dit echter niet, waarna het schip doorvoer en op<br />

zee rondging, om terug te keren naar Rotterdam. Hierna vroeg ik <strong>de</strong> kapitein om<br />

afgelost te wor<strong>de</strong>n.<br />

Registerloods J. van <strong>de</strong>r Klooster (’’Teng He’’):<br />

Sinds 1980 ben ik als loods werkzaam bij <strong>de</strong> Loodsen Corporatie Rotterdam-<br />

Rijnmond. Omstreeks 15.50 uur bevond ik mij aan boord van het on<strong>de</strong>r Chinese vlag<br />

varen<strong>de</strong> containerschip ’’Teng He’’. De havenloods was ook aan boord om dit schip<br />

<strong>de</strong> Eemhaven uit te beloodsen. Op <strong>de</strong> rivier <strong>de</strong> Nieuwe Maas nam ik het beloodsen<br />

van dit zeeschip over. Aan boord van <strong>de</strong> ’’Teng He’’ ston<strong>de</strong>n bei<strong>de</strong> zeeradars aan, op<br />

een respectievelijk bereik van 0,75 zeemijl en 1,5 zeemijl. De ’’Teng He’’ had een<br />

diepgang van 11,5 meter en voer<strong>de</strong> <strong>de</strong> daar<strong>voor</strong> <strong>voor</strong>geschreven bijkomen<strong>de</strong><br />

verlichting. Toen wij ter hoogte van <strong>de</strong> boei Botlek voeren, voer het eveneens<br />

uitvaren<strong>de</strong> zeeschip ’’Östrand’’ ongeveer 1,5 zeemijl achter ons, ter hoogte van het<br />

Delta-hotel. Ik zag dat dit schip op ons inliep. Het zicht ter plaatse was goed,<br />

ongeveer 1,5 zeemijl. Er stond een zwakke oostenwind, kracht 2 tot 3 Bft. en er liep<br />

een ebstroom van ongeveer 3,5 zeemijl. De telegraaf van <strong>de</strong> ’’Teng He’’ stond op<br />

19<br />

U5


U5<br />

langzaam <strong>voor</strong>uit en wij liepen een snelheid ten opzichte van <strong>de</strong> grond van ongeveer<br />

12 zeemijl. Bij rood 16 gingen wij terug naar zeer langzaam, in verband met passage<br />

van <strong>de</strong> haven van Maassluis. De ’’Östrand’’ voer op dat moment bij <strong>de</strong> boei Botlek.<br />

Ik zag dat <strong>de</strong> ’’Östrand’’ dichterbij kwam. Ik riep <strong>de</strong> ’’Östrand’’ op, om hem me<strong>de</strong> te<br />

<strong>de</strong>len, dat als hij van plan was na Maassluis op te lopen, ik daaraan mijn<br />

me<strong>de</strong>werking zou verlenen en dat ik dan op zeer langzaam <strong>voor</strong>uit zou blijven varen.<br />

De ’’Östrand’’ meld<strong>de</strong> dat hij dit begrepen had. Ik wist dat dit oplopen niet <strong>voor</strong><br />

Maassluis zou plaatsvin<strong>de</strong>n. Toen wij dwars van Maassluis voeren, meld<strong>de</strong> <strong>de</strong><br />

’’Östrand’’ via kanaal 80, dat hij <strong>de</strong> ’’Teng He’’ wil<strong>de</strong> oplopen. Radar Maassluis gaf<br />

hierop door dat er bij groen 4 een binnenkomer zat van ongeveer 180 meter lengte.<br />

Ver<strong>de</strong>r wer<strong>de</strong>n er door <strong>de</strong> radarpost geen me<strong>de</strong><strong>de</strong>lingen gedaan. Ik vroeg aan <strong>de</strong><br />

’’Östrand’’ of hij daadwerkelijk ging oplopen. Dit werd door <strong>de</strong> loods van <strong>de</strong><br />

’’Östrand’’ bevestigd. Ik ging hierop iets meer naar stuurboord en handhaaf<strong>de</strong> <strong>de</strong><br />

snelheid. Ter hoogte van rood 11 liep <strong>de</strong> ’’Östrand’’ <strong>de</strong> ’’Teng He’’ <strong>voor</strong>bij. De<br />

ruimte tussen bei<strong>de</strong> schepen bedroeg ongeveer 100 meter. Ik zag dat <strong>de</strong> ’’Östrand’’<br />

ongeveer midvaarwaters voer. Op dat moment was <strong>de</strong> binnenkomen<strong>de</strong> zeevaart nog<br />

niet te zien op <strong>de</strong> 1,5 zeemijl radar. Het oplopen ging vlot en er waren op dat<br />

moment geen bijzon<strong>de</strong>rhe<strong>de</strong>n. Ik gaf opdracht om <strong>de</strong> snelheid van <strong>de</strong> ’’Teng He’’ te<br />

verhogen naar langzaam <strong>voor</strong>uit. Net na Maassluis maakt <strong>de</strong> rivier een flauwe bocht<br />

naar bakboord en moest <strong>de</strong> koers van <strong>de</strong> ’’Teng He’’ wor<strong>de</strong>n verlegd van 325° naar<br />

300°. Ik lette op dat moment meer op <strong>de</strong> navigatie van mijn schip dan op <strong>de</strong><br />

’’Östrand’’. Even later hoor<strong>de</strong> ik dat <strong>de</strong> ’’Östrand’’ meld<strong>de</strong> dat zij aan <strong>de</strong> noordoever<br />

aan <strong>de</strong> grond zat. Waar dit precies was weet ik niet. Ik zag <strong>de</strong> ’’Östrand’’ op dat<br />

moment niet op <strong>de</strong> 0,75 zeemijl radar. Op <strong>de</strong> radar ingesteld op 1,5 zeemijl, zag ik<br />

dat <strong>de</strong> ’’Östrand’’ nog wel voer. Ik gaf hierop opdracht tot zeer langzaam <strong>voor</strong>uit. Ik<br />

heb niet gezien dat er tussen het binnenkomen<strong>de</strong> zeeschip en <strong>de</strong> ’’Östrand’’ een<br />

aanvaring had plaats gevon<strong>de</strong>n. Ik hoor<strong>de</strong> dat <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ meld<strong>de</strong> dat hij<br />

geraakt was. De ’’Östrand’’ meld<strong>de</strong> eveneens dat hij in aanvaring was gekomen met<br />

dat binnenkomen<strong>de</strong> zeeschip. Ik gaf hierop opdracht vol achteruit en <strong>de</strong> boegschroef<br />

vol naar stuurboord om een aanvaring met <strong>de</strong> ’’Östrand’’ te <strong>voor</strong>komen, omdat <strong>de</strong><br />

’’Östrand’’ meld<strong>de</strong> dat hij, ter hoogte van groen 8, iets bezui<strong>de</strong>n midvaarwaters zijn<br />

anker(s) had laten vallen. Vervolgens ben ik om <strong>de</strong> noord <strong>de</strong> ’’Östrand’’ gepasseerd.<br />

3. Het on<strong>de</strong>rzoek ter zitting<br />

Ter zitting van <strong>de</strong> <strong>Raad</strong> hebben aanvullend verklaard:<br />

Registerloods A.W. Snoeck (’’Östrand’’):<br />

De kapitein heeft zelf ontmeerd, toen wij slaags waren heb ik <strong>de</strong> navigatie<br />

overgenomen. De ’’Östrand’’ had geen haast.<br />

Bij <strong>de</strong> informatie-uitwisseling tussen <strong>de</strong> kapitein en mij is met betrekking tot <strong>de</strong><br />

gegevens van het schip niet specifiek over het roer gesproken. Ik wist wat <strong>voor</strong> roer<br />

<strong>de</strong> ’’Östrand’’ had.<br />

Ik gaf koersor<strong>de</strong>rs in gra<strong>de</strong>n. Deze wer<strong>de</strong>n herhaald. Ik kon dit controleren op <strong>de</strong><br />

radar. Ik hield zelf <strong>de</strong> positie bij. Ik weet niet of er een uitkijk was.<br />

20


Ik ken<strong>de</strong> <strong>de</strong> ’’Teng He’’ en was op <strong>de</strong> hoogte van haar aanwezigheid. Zodra <strong>de</strong><br />

mogelijkheid zich zou <strong>voor</strong>doen was ik van plan haar te passeren.<br />

Ik was op <strong>de</strong> hoogte dat <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ eraan kwam. Ik ken<strong>de</strong> dit schip goed.<br />

De ’’Östrand’’ liep tot <strong>de</strong> Botlek tien mijl per uur, bij Maassluis acht mijl per uur en<br />

daarna vijftien mijl per uur. Deze snelhe<strong>de</strong>n zijn door het water. De vijftien mijl per<br />

uur was <strong>de</strong> maximale vaart van <strong>de</strong> ’’Östrand’’, maar als zij sneller had gekund, zou<br />

ik toch niet sneller gevaren hebben.<br />

Ik vond het niet vreemd dat <strong>de</strong> kapitein naar bene<strong>de</strong>n ging om te eten.<br />

Toen ik <strong>de</strong> mist invoer, was er sprake van permanente mist en niet van mistbanken.<br />

Toen ik <strong>de</strong> oploopmanoeuvre begon, zat <strong>de</strong> ’’Teng He’’ volgens mij midvaarwaters.<br />

Ik ben <strong>de</strong> passeermanoeuvre begonnen toen het zicht circa 1 à 3 ⁄ 4: mijl was. Volgens<br />

mij was het zicht bij Maassluis 3 ⁄ 4 mijl. Ik voer toen én op <strong>de</strong> radar én visueel. Bij<br />

het oplopen kon ik <strong>de</strong> oevers nog zien.<br />

Ik ben zo veel aan <strong>de</strong> zuidkant van het vaarwater gekomen, omdat ik hem ruim<br />

wil<strong>de</strong> passeren. Daarna, toen ik <strong>de</strong> ’’Teng He’’ <strong>voor</strong>bij was, vermin<strong>de</strong>r<strong>de</strong> het zicht tot<br />

circa 300 meter. Ik zie <strong>de</strong> vermin<strong>de</strong>ring van het zicht als belangrijkste oorzaak van<br />

dit ongeval; als ik had geweten dat het zicht zo drastisch zou vermin<strong>de</strong>ren was ik<br />

nooit aan <strong>de</strong> oploopmanoeuvre begonnen.<br />

Varen<strong>de</strong> naast <strong>de</strong> ’’Teng He’’ moest ik <strong>de</strong> passeermanoeuvre wel doorzetten, dit in<br />

verband met het tijdverloop in combinatie met <strong>de</strong> na<strong>de</strong>ren<strong>de</strong> ’’Star Fraser’’. Ik heb<br />

dus niet overwogen af te slacken. Dat had namelijk meer tijd gekost dan doorzetten<br />

van het oplopen.<br />

Het zou kunnen zijn dat ik na <strong>de</strong> passage van <strong>de</strong> ’’Teng He’’ twee gra<strong>de</strong>n naar<br />

stuurboord ben gegaan, omdat wij vrij zui<strong>de</strong>lijk in het vaarwater zaten.<br />

In <strong>de</strong>ze bocht moet je bij ebstroom goed uitkijken dat je niet naar <strong>de</strong> noordoever<br />

wordt weggezet. Ik was van <strong>de</strong>ze situatie op <strong>de</strong> hoogte.<br />

Ik ben op <strong>de</strong> hoogte van het feit dat als je <strong>voor</strong> een opgelopen schip komt, er een<br />

kritiek moment ontstaat als gevolg van een drukgolf van zijn boeg.<br />

Het zou kunnen dat wij na het oplopen last hebben gehad van zuiging.<br />

Toen ik <strong>de</strong> ’’Teng He’’ was gepasseerd en wij daarvan vrij waren, heb ik op <strong>de</strong> radar<br />

ver<strong>de</strong>r gemanoeuvreerd. Na het passeren van <strong>de</strong> ’’Teng He’’ is het radarbereik niet op<br />

drie mijl gezet. Ik heb <strong>de</strong> roermanoeuvre 10° bakboord gegeven toen wij al 200<br />

meter met ons achterschip <strong>voor</strong>bij <strong>de</strong> ’’Teng He’’ waren. De kapitein greep in op<br />

mijn bakboord roeror<strong>de</strong>r in verband met het schillingroer. De kapitein heeft mij<br />

absoluut niet tegengewerkt bij mijn manoeuvre. Ik constateer<strong>de</strong> dat <strong>de</strong> ’’Östrand’’<br />

niet goed reageer<strong>de</strong> op <strong>de</strong> bakboordmanoeuvre en ik zag toen dat het niet goed zou<br />

gaan. Ik constateer<strong>de</strong> dit bijna gelijktijdig met <strong>de</strong> kapitein. Ik zag dat wij te dicht<br />

on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> noordoever kwamen.<br />

De kapitein heeft volle kracht achteruit geslagen. Ik weet niet wat er met <strong>de</strong> telegraaf<br />

is gebeurd.<br />

Ik heb nog een volle kracht <strong>voor</strong>uit or<strong>de</strong>r gegeven, maar ik weet niet of dit is<br />

uitgevoerd.<br />

Vlak <strong>voor</strong> het aan <strong>de</strong> grond lopen raakte ik het overzicht kwijt. Zo heb ik na het aan<br />

<strong>de</strong> grond lopen niet gezien welke machinemanoeuvres door <strong>de</strong> kapitein wer<strong>de</strong>n<br />

uitgevoerd.<br />

Toen wij aan <strong>de</strong> grond zaten heb ik gevraagd <strong>de</strong> machines te stoppen, ik weet niet of<br />

dit is uitgevoerd.<br />

21<br />

U5


U5<br />

De stroomgegevens op bladzij<strong>de</strong> 138 tot en met 141 van uw dossier zijn in die zin<br />

niet correct, dat er eb stond in plaats van vloed.<br />

Tij<strong>de</strong>ns mijn opleiding ben ik er op gewezen dat met een sterke uitgaan<strong>de</strong> stroom<br />

een schip in <strong>de</strong> buitenbocht naar <strong>de</strong> oever zal wor<strong>de</strong>n gezet.<br />

Ik heb achteraf van collega’s gehoord dat ook zij problemen had<strong>de</strong>n gehad met het<br />

stuurgedrag van <strong>de</strong> ’’Östrand’’, met name bij het invaren van een haven.<br />

Ik ben van mening dat <strong>de</strong> verkeerscentrale voldoen<strong>de</strong> info had verschaft.<br />

Tot nu toe ben ik niet bena<strong>de</strong>rd in verband met een strafrechtelijk on<strong>de</strong>rzoek.<br />

Registerloods H. <strong>de</strong>n Ou<strong>de</strong>n (’’Star Fraser’’):<br />

De ’’Star Fraser’’ had een diepgang van 11 meter. De vaart bedroeg 7à8mijl per<br />

uur over <strong>de</strong> grond.<br />

Het zicht bedroeg aanvankelijk, van zee tot aan <strong>de</strong> stormvloedkering, 1 1 ⁄ 2 mijl,<br />

daarna 300 à 400 meter. Er was sprake van permanente mist en niet van mistbanken.<br />

Ik heb zelf gemanoeuvreerd. Ik vaar altijd met noord boven op mijn radar.<br />

Wij waren beperkt manoeuvreerbaar in verband met <strong>de</strong> diepgang. Wij kon<strong>de</strong>n<br />

hierdoor niet te dicht bij <strong>de</strong> oevers in <strong>de</strong> buurt komen. Wij voeren drie ro<strong>de</strong> lichten.<br />

Ik wist dat <strong>de</strong> ’’Teng He’’ eraan kwam, dat had ik op <strong>de</strong> telex van <strong>de</strong> loodsboot<br />

gezien.<br />

Toen ik overschakel<strong>de</strong> naar sector Maassluis, hoor<strong>de</strong> ik dat <strong>de</strong> ’’Teng He’’ werd<br />

opgelopen door een an<strong>de</strong>r schip. Ik wist dat dit een groot schip was. Ik heb vaart<br />

gemin<strong>de</strong>rd toen ik op <strong>de</strong> hoogte was gebracht dat <strong>de</strong> ’’Teng He’’ werd opgelopen.<br />

Onze vaart was toen halve kracht, circa 6 mijl per uur; dit is een schatting.<br />

Als er een twee<strong>de</strong> VHF op <strong>de</strong> brug is, wil ik ook wel eens op dat apparaat<br />

uitluisteren op het blokkanaal van Maassluis. Nu had ik al eer<strong>de</strong>r op mijn eigen VHF<br />

overgeschakeld naar het kanaal van Maassluis. Ik heb op dit apparaat niet veel<br />

gehoord omdat dit stoor<strong>de</strong>.<br />

Ik zag dat het mis zou gaan, toen <strong>de</strong> ’’Östrand’’ een oversteken<strong>de</strong> beweging ging<br />

maken van <strong>de</strong> noord- naar <strong>de</strong> zuidoever. Ik wist dat hij aan <strong>de</strong> grond was gelopen. Ik<br />

heb niet rechtstreeks contact opgenomen met <strong>de</strong> ’’Östrand’’, omdat ik volledig<br />

overzicht had van <strong>de</strong> situatie.<br />

Toen ik <strong>de</strong> ’’Östrand’’ met het blote oog zag, heb ik <strong>de</strong> machine gestopt.<br />

Op het allerlaatst heb ik nog hard bakboord gegeven om van het schip weg te<br />

draaien. Ik heb toen geen machinemanoeuvre uitgevoerd in verband met <strong>de</strong><br />

na<strong>de</strong>ren<strong>de</strong> ’’Teng He’’.<br />

Ik heb nog wel overwogen achteruit te slaan, maar ik heb dit niet gedaan, omdat ik<br />

bang was om met mijn achterschip naar <strong>de</strong> ’’Östrand’’ te draaien en bovendien was<br />

ik bang <strong>de</strong> oever in te draaien.<br />

Ik ken <strong>de</strong> uitspraak van <strong>de</strong> <strong>Raad</strong> <strong>voor</strong> <strong>de</strong> <strong>Scheepvaart</strong> d.d. 1992, welke gaat over<br />

slecht zichtsituaties en <strong>de</strong> snelheid van <strong>de</strong> scheepvaart, niet.<br />

Er was nu geen aanleiding om <strong>de</strong> snelheid drastisch te vermin<strong>de</strong>ren. Ik heb alleen<br />

vaart vermin<strong>de</strong>rd om me<strong>de</strong>werking te verlenen aan <strong>de</strong> oploopmanoeuvre.<br />

Ik heb mij bij <strong>de</strong> verkeerscentrale gemeld uit bezorgdheid, omdat ik niet wist of men<br />

22


op <strong>de</strong> hoogte was van onze beperkte manoeuvreerbaarheid in verband met <strong>de</strong><br />

diepgang.<br />

VTS-operator G.J. Doorn:<br />

Ik ben VTS-operator ’’binnen’’ op <strong>de</strong> verkeerscentrale Botlek. Ik zit circa vijf jaar op<br />

<strong>de</strong>ze post. Ik had betreffen<strong>de</strong> dag tij<strong>de</strong>ns het ongeval <strong>de</strong> wacht. Ik heb een ge<strong>de</strong>elte<br />

van <strong>de</strong> gesprekken gevoerd, daarna heeft een collega het van mij overgenomen.<br />

Het zicht was 300 à 400 meter in banken. Er was geen mistregeling van kracht, <strong>de</strong><br />

zichtberichtendienst was wel van kracht.<br />

Deze passeersituatie was niet ongebruikelijk, on<strong>de</strong>r <strong>de</strong>ze mistomstandighe<strong>de</strong>n wordt<br />

wel meer gepasseerd. In principe was er geen bezwaar tegen. De tegemoetkomen<strong>de</strong><br />

vaart was nog op ruime afstand. De vaart van 15 mijl door het water was evenmin<br />

een bezwaar.<br />

Er liep ebstroom, <strong>de</strong> opkomen<strong>de</strong> vaart liep dus tegen <strong>de</strong> ebstroom op.<br />

De ’’Teng He’’ moest in verband met <strong>de</strong> diepgang mid<strong>de</strong>n vaarwater aanhou<strong>de</strong>n,<br />

vandaar dat <strong>de</strong> ’’Östrand’’ links van het vaarwater moest passeren.<br />

Er was een groot verschil in vaart tussen het oplopen<strong>de</strong> schip en het schip dat<br />

opgelopen werd.<br />

Ik heb <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ aanvankelijk niet opgeroepen met betrekking tot <strong>de</strong><br />

passeersituatie tussen <strong>de</strong> ’’Östrand’’ en <strong>de</strong> ’’Teng He’’, toen <strong>de</strong> ’’Östrand’’ meld<strong>de</strong> dat<br />

hij <strong>voor</strong>nemens was op te lopen. Ik heb wel <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ aan <strong>de</strong> ’’Östrand’’<br />

doorgegeven, toen <strong>de</strong> ’’Östrand’’ met het <strong>voor</strong>schip bij het achterschip van <strong>de</strong> ’’Teng<br />

He’’ zat.<br />

De vaart die <strong>de</strong> computeruitdraai aangeeft zou iets aan <strong>de</strong> hoge kant zijn geweest,<br />

hoger dan <strong>de</strong> actuele snelheid. Het komt wel vaker <strong>voor</strong> dat <strong>de</strong> computer een iets te<br />

hoge snelheid aangeeft. Dit heb ik niet uit eigen waarneming, maar dat heb ik van<br />

collega’s gehoord.<br />

Wij mogen aan een loods doorgeven wat zijn vaart over <strong>de</strong> grond bedraagt. Dit geldt<br />

louter en alleen als informatie.<br />

Met dit radarsysteem kwam het vaker <strong>voor</strong> dat <strong>de</strong> echo’s van <strong>de</strong> schepen in <strong>de</strong>ze<br />

positie samen vielen op het synthetische systeem. Bij het nieuwe systeem gebeurt dit<br />

min<strong>de</strong>r. Ik heb nog vrij lang het ruwe beeld van <strong>de</strong> radar kunnen volgen. Pas toen <strong>de</strong><br />

echo’s van het synthetische beeld samenvielen, vielen <strong>de</strong> echo’s van het ruwe beeld<br />

ook samen.<br />

In dit soort situaties wordt <strong>de</strong> afkomen<strong>de</strong> vaart gewaarschuwd door persoonlijk op te<br />

roepen.<br />

VTS-operator R.W. Wielaard:<br />

Ik werk al elf jaar als VTS-operator bij <strong>de</strong> verkeerscentrale Botlek.<br />

Het zicht was circa 300 meter in banken. Als het zicht min<strong>de</strong>r is dan 2000 meter,<br />

wordt <strong>de</strong> zichtberichtendienst van kracht. Er wordt dan door ons meer info aan <strong>de</strong><br />

scheepvaart gegeven. Ik ben niet op <strong>de</strong> hoogte van een mistregeling.<br />

Ik heb <strong>de</strong> communicatie overgenomen toen <strong>de</strong> ’’Östrand’’ naast <strong>de</strong> ’’Teng He’’ zat.<br />

Dit was in verband met het tijdstip van <strong>de</strong> wachtwisseling. Er was geen re<strong>de</strong>n om <strong>de</strong><br />

23<br />

U5


U5<br />

wacht nog niet over te nemen. Ik heb <strong>de</strong> ’’Östrand’’ niet geïnformeerd over ver<strong>de</strong>rop<br />

liggen<strong>de</strong> mistbanken.<br />

Dit soort passeersituaties ter plaatse is gebruikelijk. De vaart van 18 mijl over <strong>de</strong><br />

grond is geen belemmering.<br />

Toen het ruwe beeld zich weer splitste en <strong>de</strong> ’’Östrand’’ circa 100 meter uit <strong>de</strong> wal<br />

zat, zag ik dat het niet goed zou gaan, namelijk dat hij <strong>de</strong> wal in zou lopen. Met die<br />

vaart en afstand kon het eigenlijk niet meer goed gaan. Toen <strong>de</strong> echo’s van elkaar<br />

kwamen zat <strong>de</strong> ’’Östrand’’ al een heel stuk <strong>voor</strong> <strong>de</strong> ’’Teng He’’. Ik vond het niet<br />

opportuun om <strong>de</strong> ’’Östrand’’ op te roepen in verband met het na<strong>de</strong>ren van <strong>de</strong><br />

noordoever.<br />

Op een gegeven moment zag ik dat hij weer halverwege op <strong>de</strong> rivier zat en op <strong>de</strong><br />

’’Star Fraser’’ aanliep. De ’’Östrand’’ had niet gemeld dat hij weer los was gekomen.<br />

Het radarsysteem is ongeveer een half jaar gele<strong>de</strong>n vervangen. Met het nieuwe<br />

radarsysteem is het samenvallen van <strong>de</strong> echo’s stukken min<strong>de</strong>r gewor<strong>de</strong>n. Het<br />

samenvallen van <strong>de</strong> echo’s werd als niet prettig door ons ervaren.<br />

Het is wel vaker gebeurd dat schepen daar uit <strong>de</strong> bocht zijn gevlogen, ik heb dit één<br />

keer meegemaakt met een binnenvaartschip.<br />

Adviseur B.A. Smalt:<br />

Ik ben adviseur nautiek bij het Gemeentelijk Havenbedrijf Rotterdam.<br />

De mistregeling wordt van kracht bij een zicht van min<strong>de</strong>r dan 500 meter.<br />

Binnenkomen<strong>de</strong> en vertrekken<strong>de</strong> schepen wor<strong>de</strong>n doorgesproken door: <strong>de</strong> centrale<br />

wachtchef van <strong>de</strong> HCC, <strong>de</strong> loodsdienstlei<strong>de</strong>r NSC en <strong>de</strong> sleepbootcentrale.<br />

Een en an<strong>de</strong>r is een samenwerkingsafspraak en komt erop neer dat er wordt<br />

vastgesteld of een bepaald schip mag vertrekken of aankomen.<br />

Deze mistregeling heeft <strong>voor</strong> <strong>de</strong> verkeersleiding geen consequenties.<br />

4. Het standpunt van <strong>de</strong> Inspecteur<br />

De on<strong>de</strong>rhavige scheepsramp was opmerkelijk omdat <strong>de</strong> betrokken schepen mo<strong>de</strong>rn,<br />

goed uitgerust en bemand waren, bovendien beloodst wer<strong>de</strong>n en er verkeersbegeleiding<br />

was.<br />

Voorafgaand aan <strong>de</strong> aanvaring had het ms. ’’Östrand’’ het ms. ’’Teng He’’ opgelopen.<br />

Uit het on<strong>de</strong>rzoek blijkt dat loods Snoeck had besloten tot die manoeuvre; zowel<br />

kapitein Westlin als zijn stuurman verklaar<strong>de</strong>n <strong>voor</strong>af niet voldoen<strong>de</strong> te zijn<br />

geïnformeerd. Die manoeuvre was goed verlopen. De vaart van het ms. ’’Östrand’’<br />

was circa 15 tot 18 mijl/uur. Circa 1 minuut later ging het fout. Nadat <strong>voor</strong> het ms.<br />

’’Teng He’’ was overgelopen, verdaag<strong>de</strong> het ms. ’’Östrand’’ on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> stuurboord<br />

oever en stootte tegen het talud. Een roer- en een achteruitmanoeuvre had weinig<br />

effect. Het schip scheer<strong>de</strong> naar bakboord en geraakte op kort bestek op een kruisen<strong>de</strong><br />

koers met het vrachtschip ’’Star Fraser’’. Bei<strong>de</strong> schepen kon<strong>de</strong>n <strong>de</strong> aanvaring niet<br />

meer <strong>voor</strong>komen.<br />

24


De oorzaak van <strong>de</strong> gecompliceer<strong>de</strong> scheepsramp was het aan <strong>de</strong> grond raken van het<br />

ms. ’’Östrand’’. Omdat men het schip niet meer on<strong>de</strong>r controle kon krijgen, kwam<br />

het tot <strong>de</strong> aanvaring.<br />

De inci<strong>de</strong>nte<strong>nr</strong>egistratie, ondanks <strong>de</strong> beperkingen daaraan, toont het min of meer<br />

volgen van een rechte koers door het ms. ’’Östrand’’ in <strong>de</strong> richting van <strong>de</strong> stuurboord<br />

oever. Dat het ms. ’’Östrand’’ in een <strong>de</strong>rgelijke situatie kon geraken is slechts te<br />

verklaren als men <strong>de</strong> positie van het schip niet goed bijhoudt. Het effect van <strong>de</strong><br />

oeverzuiging zal, zeker bij het na<strong>de</strong>ren van <strong>de</strong> oever, van invloed zijn geweest.<br />

De navigatie op het ms. ’’Östrand’’ was opmerkelijk,<br />

– kapitein Westlin gaf het commando over aan loods Snoeck;<br />

– loods Snoeck gaf or<strong>de</strong>rs met betrekking tot <strong>de</strong> snelheid, <strong>de</strong> koersen en <strong>de</strong><br />

communicatie;<br />

– rond 17.10 uur verliet <strong>de</strong> kapitein <strong>de</strong> brug zon<strong>de</strong>r overdracht aan <strong>de</strong> twee<strong>de</strong><br />

stuurman. Toen hij 10 minuten later terug kwam was <strong>de</strong> vaart opgevoerd van 10 mijl<br />

per uur naar vol <strong>voor</strong>uit; <strong>de</strong> kapitein ging akkoord met <strong>de</strong> reeds ingezette oploopmanoeuvre.<br />

Het oplopen en <strong>de</strong> vaartvermeer<strong>de</strong>ring was <strong>voor</strong> <strong>de</strong> stuurman geen re<strong>de</strong>n<br />

<strong>de</strong> kapitein te waarschuwen;<br />

– <strong>de</strong> loods was onvoldoen<strong>de</strong> bekend met <strong>de</strong> roerwerking op het cruciale moment en<br />

<strong>de</strong> ontstane spanning;<br />

– stuurman Bexell zag <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ pas op een zeer laat moment.<br />

Ik maak daaruit op dat er geen sprake was van een goed brugmanagement, Bridge<br />

Resource Management.<br />

De gevolg<strong>de</strong> track van het ms. ’’Östrand’’ is, gezien <strong>de</strong> positie van het ms. ’’Teng<br />

He’’, opmerkelijk; toen loods Van <strong>de</strong>r Klooster meld<strong>de</strong> mee te werken aan <strong>de</strong><br />

passage, zat zijn schip al ruim over <strong>de</strong> as van het vaarwater, en aan <strong>de</strong> verkeer<strong>de</strong><br />

kant. Dit had <strong>voor</strong> <strong>de</strong> verkeersdienstambtenaar als verkeersinformatie gemeld kunnen<br />

wor<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> loodsen Snoeck en Van <strong>de</strong>r Klooster, zeker gezien <strong>de</strong> hoge snelheid<br />

van het ms. ’’Östrand’’ en <strong>de</strong> inkomen<strong>de</strong> ’’Star Fraser’’.<br />

De opmerking van loods Den Ou<strong>de</strong>n (’’Star Fraser’’), ’’dat die oploper eventjes moet<br />

oppassen’’ was niet dui<strong>de</strong>lijk.<br />

Uit het on<strong>de</strong>rzoek blijkt dat loods Snoeck na het passeren van het ms. ’’Teng He’’<br />

een stuurboordkoers heeft gestuurd. Ik sluit niet uit dat <strong>de</strong> koersor<strong>de</strong>rs niet zijn<br />

gehoord, niet juist wer<strong>de</strong>n uitgevoerd en/of niet wer<strong>de</strong>n gecontroleerd.<br />

Uit het on<strong>de</strong>rzoek blijkt dat loods Snoeck tot en met het passeren van het ms. ’’Teng<br />

He’’ alert functioneer<strong>de</strong>. Daarna controleer<strong>de</strong> hij visueel zijn afstand tot het ms.<br />

’’Teng He’’. In die tijd raakte het schip te dicht on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> oever; zowel <strong>de</strong> kapitein als<br />

<strong>de</strong> loods constateer<strong>de</strong>n dat. Omdat het schip op <strong>de</strong> stuurboord oever aanlag, in ie<strong>de</strong>r<br />

geval niet <strong>de</strong> algemene richting van het vaarwater volg<strong>de</strong> en dat te laat werd<br />

opgemerkt, kom ik tot <strong>de</strong> conclusie dat loods Snoeck zich op dat moment niet<br />

volledig bewust was van zijn omgeving (situational awareness). Het niet optimaal<br />

functioneren van het brug-team heeft daar zeker aan bijgedragen.<br />

An<strong>de</strong>re bepalen<strong>de</strong> factoren waren <strong>de</strong> beperkte zichtomstandighe<strong>de</strong>n, <strong>de</strong> aanwezigheid<br />

van twee grote schepen die door hun diepgang beperkt waren in hun manoeuvreer-<br />

25<br />

U5


U5<br />

baarheid, het optre<strong>de</strong>n van oeverzuiging en het niet kunnen volgen van <strong>de</strong> in <strong>de</strong><br />

Ne<strong>de</strong>rlandse taal gesproken verkeersinformatie door <strong>de</strong> betrokken scheepsofficieren.<br />

5. Het oor<strong>de</strong>el van <strong>de</strong> <strong>Raad</strong><br />

Toedracht<br />

Het was in <strong>de</strong> namiddag van 8 <strong>de</strong>cember 1997 nevelig weer. Het zicht op <strong>de</strong> Nieuwe<br />

Waterweg was bij Hoek van Holland circa 1 mijl en naar binnen gaan<strong>de</strong> na <strong>de</strong><br />

stormvloedkering 300 à 400 meter. Vanuit Rotterdam komend was het zicht<br />

aanvankelijk 1 à 1,5 zeemijl, na Maassluis afnemend naar 300 à 400 meter. Er stond<br />

een zwakke noordoosten wind en <strong>de</strong> stroom was om circa 17.00 uur uitgaand met<br />

een kracht van circa 3 knopen. Het was rustig wat betreft inkomen<strong>de</strong> scheepvaart.<br />

Voor Hoek van Holland bevond zich in <strong>de</strong> monding van <strong>de</strong> Nieuwe Waterweg, ter<br />

hoogte van <strong>de</strong> ’’pad<strong>de</strong>stoelen’’, om circa 16.45 uur het inkomen<strong>de</strong> schip ’’Star<br />

Fraser’’, 187 meter lang en een diepgang van 11 meter. Het schip had een loods aan<br />

boord en voer volgens <strong>de</strong> loods op <strong>de</strong> Nieuwe Waterweg met een snelheid van 7à8<br />

knopen. Volgens <strong>de</strong> inci<strong>de</strong>ntregistratie van het VBS was <strong>de</strong> vaart van <strong>de</strong> ’’Star<br />

Fraser’’ 8 à 9 knopen over <strong>de</strong> grond. Op <strong>de</strong> brug bevon<strong>de</strong>n zich <strong>de</strong> loods, <strong>de</strong><br />

kapitein, <strong>de</strong> eerste stuurman en een matroos als roerganger. De kapitein en <strong>de</strong> loods<br />

ston<strong>de</strong>n ie<strong>de</strong>r achter een zeeradar en <strong>de</strong> stuurman achter <strong>de</strong> telegraaf. De loods<br />

navigeer<strong>de</strong> het schip en voer<strong>de</strong> <strong>de</strong> communicatie over <strong>de</strong> marifoon van het schip.<br />

Zijn eigen draagbare marifoon had een slechte ontvangst. De boegschroef van het<br />

schip was <strong>de</strong>fect.<br />

Het was <strong>de</strong> loods aan boord van <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ bekend dat er een groot schip, <strong>de</strong><br />

’’Teng He’’, naar buiten zou komen. Het radarbereik had hij op 1 1 ⁄ 2 mijl staan en hij<br />

schakel<strong>de</strong> af en toe naar 3 mijl of 0,75 mijl. Na het passeren van <strong>de</strong> stormvloedkering<br />

begon het zicht te vermin<strong>de</strong>ren. Omdat hij nog niets van het grote schip had<br />

gezien of gehoord, schakel<strong>de</strong> hij reeds bij het groene baken <strong>nr</strong>. 6, in plaats van bij <strong>nr</strong>.<br />

7, over naar het marifoonkanaal van <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> sector van het verkeersbegeleidingssysteem,<br />

te weten sector Maassluis. Hij meld<strong>de</strong> zich om 17.26.24 uur op dit<br />

kanaal 80 bij <strong>de</strong> sectorpost Maassluis en kreeg van <strong>de</strong> verkeerslei<strong>de</strong>r door dat er een<br />

grote tegenligger bij baken <strong>nr</strong>. 10 zat en dat dit schip werd opgelopen door zeevaart.<br />

De loods gaf hierop bezorgd aan <strong>de</strong> sectorpost door dat die oploper wel op moest<br />

passen. Uit <strong>voor</strong>zorg min<strong>de</strong>r<strong>de</strong> hij circa één knoop vaart en ging, <strong>voor</strong>zover zijn<br />

diepgang dat toeliet, wat meer naar <strong>de</strong> stuurboordzij<strong>de</strong> van het vaarwater. De afstand<br />

tot <strong>de</strong> ’’Teng He’’ was op dat moment circa 1,4 mijl.<br />

Afvarend was on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re het grote zeeschip ’’Teng He’’, met een bruto tonnage<br />

van 48.311 ton en een diepgang van 11,5 meter. Bei<strong>de</strong> zeeradars ston<strong>de</strong>n bij en <strong>de</strong><br />

loods navigeer<strong>de</strong> het schip. De vaart over <strong>de</strong> grond was circa 12 knopen. Voor <strong>de</strong><br />

passage van Maassluis nam <strong>de</strong> loods bij baken <strong>nr</strong>. 16 <strong>de</strong> vaart terug naar zeer<br />

langzaam, circa 5 knopen door het water. Achter zich zag <strong>de</strong> loods dat er een schip,<br />

<strong>de</strong> strand, dichterbij kwam en hij <strong>de</strong>el<strong>de</strong> <strong>de</strong> loods van dat schip me<strong>de</strong>, dat als <strong>de</strong><br />

’’Östrand’’ van plan was om op te gaan lopen hij zijn me<strong>de</strong>werking zou verlenen en<br />

zeer langzaam zou blijven varen. Dwars van Maassluis meld<strong>de</strong> <strong>de</strong> strand op kanaal<br />

80 aan <strong>de</strong> sectorpost dat hij <strong>de</strong> ’’Teng He’’ zou gaan oplopen. De sectorpost gaf<br />

26


hierop door dat er zich een binnenkomer van 180 meter lengte bij groen 4 bevond.<br />

Dit was <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’.<br />

Nadat <strong>de</strong> loods van <strong>de</strong> ’’Teng He’’ aan <strong>de</strong> ’’Östrand’’ had gevraagd of hij daadwerkelijk<br />

ging oplopen en <strong>de</strong> loods aan boord van <strong>de</strong> ’’Östrand’’ dit had bevestigd, vond<br />

<strong>de</strong> oploopmanoeuvre plaats.<br />

Om circa 16.35 uur was <strong>de</strong> ’’Östrand’’ on<strong>de</strong>r loodsaanwijzingen uit <strong>de</strong> Eemhaven<br />

vertrokken met bestemming zee. Op <strong>de</strong> brug bevon<strong>de</strong>n zich <strong>de</strong> kapitein, <strong>de</strong> twee<strong>de</strong><br />

stuurman, <strong>de</strong> loods en een bootsman aan het roer. Na het ontmeren en zwaaien in <strong>de</strong><br />

haven had <strong>de</strong> loods <strong>de</strong> navigatie overgenomen van <strong>de</strong> kapitein. Het schip beschikte<br />

over twee zeeradars waarvan <strong>de</strong> schermen zich bevon<strong>de</strong>n in het navigatie- en<br />

manoeuvreerconsole aan stuurboord op <strong>de</strong> brug. Bei<strong>de</strong> radars waren uitgerust met<br />

ARPA. De kapitein stond achter het scherm dat zich het meest aan stuurboord<br />

bevond en hij bedien<strong>de</strong> tevens <strong>de</strong> pitch van <strong>de</strong> schroef. Zijn radar stond op een<br />

bereik van 0,75 mijl. De loods stond achter het scherm links daarnaast. Zijn radar<br />

stond op een bereik van 1,5 mijl. Hij voer<strong>de</strong> tevens <strong>de</strong> communicatie over <strong>de</strong><br />

marifoon en gaf or<strong>de</strong>rs betreffen<strong>de</strong> <strong>de</strong> vaart aan <strong>de</strong> kapitein en koersen in gra<strong>de</strong>n<br />

rechtstreeks aan <strong>de</strong> roerganger. De roerganger sprak en verstond goed Engels. De<br />

stuurpositie bevond zich in het mid<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> brug. De twee<strong>de</strong> stuurman stond<br />

schuin achter <strong>de</strong> stuurpositie en controleer<strong>de</strong> <strong>de</strong> roerganger. Het roer was een zo<br />

genoemd Schillingroer dat ten behoeve van manoeuvreren tot 70° aan boord kon<br />

wor<strong>de</strong>n gelegd. Tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> vaart komen er bij een te grote roeruitslag zeer grote<br />

krachten op het roer en krijgt het schip een grote slagzij, re<strong>de</strong>n waarom <strong>de</strong><br />

roeruitslag tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> vaart beperkt dient te wor<strong>de</strong>n, in dit geval tot maximaal 35°;<br />

hierboven neemt het stuureffect weer af. De loods had <strong>voor</strong> vertrek <strong>de</strong> kapitein<br />

verteld dat hij bekend was met het schip en dat hij al eer<strong>de</strong>r een schip van het type<br />

’’Östrand’’ naar zee had beloodst. Er was niet specifiek over het roer gesproken, doch<br />

<strong>de</strong> loods wist dat het schip een Shillingroer had. Eenmaal op <strong>de</strong> Waterweg<br />

adviseer<strong>de</strong> <strong>de</strong> loods een vaart van 10 knopen. Om circa 17.10 uur ging <strong>de</strong> kapitein<br />

van <strong>de</strong> brug om te eten. Hij was van <strong>de</strong> brug gegaan zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> loods hiervan in te<br />

lichten. De loods bleek later ook niet gemerkt te hebben dat <strong>de</strong> kapitein circa 10<br />

minuten van <strong>de</strong> brug was geweest. ’’Ik ben zo weer terug’’, was het enige wat <strong>de</strong><br />

kapitein tegen <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> stuurman had gezegd. Deze had hierop automatisch zijn<br />

plaats achter <strong>de</strong> radar en <strong>de</strong> pitchbediening overgenomen. De pitch stond toen<br />

volgens haar op stand 8, overeenkomen<strong>de</strong> met een vaart van 12 à 13 knopen.<br />

Op haar radar kreeg <strong>de</strong> stuurman op circa 0,65 mijl een grote echo <strong>voor</strong>uit en toen<br />

ze <strong>de</strong> loods vroeg of dit <strong>de</strong> ’’Teng He’’ was die <strong>voor</strong> <strong>de</strong> ’’Östrand’’ uit <strong>de</strong> Eemhaven<br />

was vertrokken, antwoord<strong>de</strong> <strong>de</strong>ze bevestigend. Ook vertel<strong>de</strong> hij haar met <strong>de</strong> loods<br />

van <strong>de</strong> ’’Teng He’’ te hebben afgesproken dat ze dat schip zou<strong>de</strong>n gaan oplopen, dat<br />

<strong>de</strong> loods van <strong>de</strong> ’’Teng He’’ daarmee akkoord ging en daaraan me<strong>de</strong>werking zou<br />

verlenen. Ze zou<strong>de</strong>n echter wachten met het <strong>voor</strong>bijlopen tot een bre<strong>de</strong>r ge<strong>de</strong>elte van<br />

<strong>de</strong> rivier. Om nog achter <strong>de</strong> ’’Teng He’’ te blijven moest <strong>de</strong> vaart enige tijd<br />

teruggebracht wor<strong>de</strong>n tot circa 5 knopen. De ’’Östrand’’ bevond zich toen circa 0,5<br />

mijl achter <strong>de</strong> ’’Teng He’’ en kon men dit schip zien.<br />

Nadat Maassluis was gepasseerd, vroeg <strong>de</strong> loods volgens zijn verklaring ter hoogte<br />

van baken <strong>nr</strong>. 12 volle kracht <strong>voor</strong>uit en werd met <strong>de</strong> oploopmanoeuvre begonnen.<br />

Volle kracht beteken<strong>de</strong> <strong>voor</strong> <strong>de</strong> ’’Östrand’’ een vaart van circa 15 knopen. Daar<strong>voor</strong><br />

27<br />

U5


U5<br />

had <strong>de</strong> loods zijn <strong>voor</strong>nemen om op te lopen aan <strong>de</strong> sectorpost gemeld en had<br />

vernomen dat er een binnenkomend schip bij baken <strong>nr</strong>. 4 zat. Dit was <strong>de</strong> ’’Star<br />

Fraser’’. De ’’Östrand’’ bevond zich toen ter hoogte van baken <strong>nr</strong>. 14 en het zicht<br />

was terplaatse nog 800 à 1000 meter. De gesprekken over <strong>de</strong> marifoon wer<strong>de</strong>n in het<br />

Ne<strong>de</strong>rlands gevoerd. De loods had <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> stuurman niet ingelicht over <strong>de</strong><br />

tegemoetkomen<strong>de</strong> ’’Star Fraser’’. De stuurman zag op <strong>de</strong> radar in off center tot een<br />

afstand van circa 22 mijl <strong>voor</strong>uit niets en vond <strong>de</strong> oploopmanoeuvre niet onverantwoord.<br />

Zij ging geheel af op <strong>de</strong> loods.<br />

Even later kwam <strong>de</strong> kapitein weer terug op <strong>de</strong> brug. Deze zag dat <strong>de</strong> pitch op volle<br />

kracht <strong>voor</strong>uit stond en <strong>de</strong> loods vertel<strong>de</strong> hem dat ze <strong>de</strong> ’’Teng He’’ gingen oplopen.<br />

Door zijn kijker kon <strong>de</strong> kapitein op dat moment <strong>de</strong> ’’Teng He’’ zien, dit was op een<br />

afstand van circa 500 meter. Op zijn radarscherm, dat op 0,75 mijl bereik stond zag<br />

hij geen tegenliggers. Hij maakte geen bezwaar tegen <strong>de</strong> oploopmanoeuvre.<br />

Volgens <strong>de</strong> loods bevond <strong>de</strong> ’’Östrand’’ zich tussen <strong>de</strong> bakens rood 12 en 11 op<br />

gelijke hoogte naast <strong>de</strong> ’’Teng He’’, toen <strong>de</strong> loods aan boord van <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’<br />

zich bij <strong>de</strong> sectorpost Maassluis meld<strong>de</strong> op kanaal 80 en me<strong>de</strong><strong>de</strong>el<strong>de</strong> dat <strong>de</strong> ’’Star<br />

Fraser’’ zich bij baken <strong>nr</strong>. 6 bevond. De afstand zou dan op dat moment circa 2 mijl<br />

zijn geweest. De vi<strong>de</strong>oregistratie van het radarbeeld van <strong>de</strong> sectorpost met <strong>de</strong><br />

marifoongesprekken geeft aan dat toen <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ zich meld<strong>de</strong> bij baken <strong>nr</strong>. 6,<br />

<strong>de</strong> ’’Teng He’’ reeds het ro<strong>de</strong> baken <strong>nr</strong>. 10 was gepasseerd, <strong>de</strong> ’’Östrand’’ daar circa<br />

500 meter achter zat en halverwege rood 10 en 9 <strong>de</strong> ’’Östrand’’ op gelijke hoogte<br />

naast <strong>de</strong> ’’Teng He’’ voer. De afstand tot <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ was op dat moment<br />

volgens <strong>de</strong> vi<strong>de</strong>oregistratie circa 1,4 mijl.<br />

De oploopmanoeuvre vond plaats vlak <strong>voor</strong> dan wel in een flauwe bocht in het<br />

vaarwater naar bakboord. Er moest daar koers wor<strong>de</strong>n veran<strong>de</strong>rd over bakboord van<br />

circa 325° naar een koers van circa 302°.<br />

Toen <strong>de</strong> strand <strong>de</strong> ’’Teng He’’ circa 200 meter <strong>voor</strong>bij was, gaf <strong>de</strong> loods naar zijn<br />

zeggen koerscorrecties op naar bakboord. Volgens <strong>de</strong> kapitein, <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> stuurman<br />

en <strong>de</strong> roerganger waren dit echter correcties naar stuurboord geweest. Volgens <strong>de</strong><br />

roerganger eerst 2° en daarna 5° naar stuurboord.<br />

De loods zag hierna op zijn radarscherm dat het schip teveel naar <strong>de</strong> noordoever<br />

werd gezet en gaf hard bakboordroer, hetgeen door <strong>de</strong> kapitein werd gecorrigeerd in<br />

bakboord 35°. Volgens <strong>de</strong> kapitein en <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> stuurman had <strong>de</strong> kapitein <strong>de</strong> loods<br />

er eerst op gewezen dat het schip te dicht bij <strong>de</strong> noordoever dreig<strong>de</strong> te komen,<br />

waarop <strong>de</strong> loods bakboord 10° zou hebben gegeven, daarna bakboord 15° en<br />

vervolgens hard bakboordroer, dat <strong>de</strong> kapitein corrigeer<strong>de</strong> naar bakboord 35°.<br />

Door <strong>de</strong> kapitein was <strong>de</strong> pitch bij het na<strong>de</strong>ren van <strong>de</strong> noordoever instinctief op<br />

achteruit gezet. De loods had hij daarover niet geïnformeerd.<br />

De ’’Östrand’’ draai<strong>de</strong> inmid<strong>de</strong>ls naar bakboord, doch er kon niet wor<strong>de</strong>n <strong>voor</strong>komen<br />

dat het achterschip steeds dichter naar <strong>de</strong> kant bewoog. De oever werd echter net niet<br />

geraakt omdat het schip kennelijk langs het talud door <strong>de</strong> mod<strong>de</strong>r schuur<strong>de</strong>, werd<br />

afgeremd, overhel<strong>de</strong> naar stuurboord en daarna weer terugkwam, vervolgens naar<br />

bakboord doordraai<strong>de</strong> en weer het vaarwater invoer, nog steeds met een vrij hoge<br />

vaart. De loods meld<strong>de</strong> op kanaal 80 aan <strong>de</strong> sectorpost dat <strong>de</strong> ’’Östrand’’ aan <strong>de</strong><br />

noordoever aan <strong>de</strong> grond had gezeten.<br />

Toen <strong>de</strong> kapitein zag dat het schip vrij bleef van <strong>de</strong> oever had hij weer volle kracht<br />

28


<strong>voor</strong>uit gegeven tenein<strong>de</strong> druk op het roer te krijgen om het schip weer naar<br />

stuurboord te kunnen sturen. Ook hiervan werd <strong>de</strong> loods niet op <strong>de</strong> hoogte gebracht.<br />

Nadat <strong>de</strong> ’’Östrand’’ los was gekomen van <strong>de</strong> noordoever zag men over<br />

stuurboordboeg <strong>de</strong> toplichten van <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ en <strong>de</strong> loods gaf hard stuurboord,<br />

we<strong>de</strong>rom gecorrigeerd door <strong>de</strong> kapitein naar stuurboord 35°. De kapitein nam het<br />

manoeuvreren hierna over en toen hij zag dat <strong>de</strong> schepen niet vrij zou<strong>de</strong>n varen gaf<br />

hij volle kracht achteruit. Een aanvaring vond plaats en <strong>de</strong> ’’Östrand’’ raakte met zijn<br />

bakboordboeg <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ aan bakboord <strong>voor</strong> <strong>de</strong> opbouw. Het <strong>voor</strong>schip van <strong>de</strong><br />

’’Östrand’’ stuiter<strong>de</strong> weg en door <strong>de</strong> stuurboorddraai raakte vervolgens het<br />

bakboordachterschip het bakboordachterschip van <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’.<br />

Na <strong>de</strong> aanvaring had <strong>de</strong> kapitein <strong>de</strong> vaart uit het schip gehaald en was in het mid<strong>de</strong>n<br />

van het vaarwater <strong>voor</strong> anker gegaan.<br />

Aan boord van <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ had <strong>de</strong> loods op zijn radarscherm <strong>de</strong> oploopmanoeuvre<br />

van <strong>de</strong> ’’Östrand’’ gevolgd en zag hoe <strong>de</strong> echo van dit schip los kwam uit<br />

<strong>de</strong> grote echo van <strong>de</strong> ’’Teng He’’ en door bleef liggen richting noordoever. Hij zag<br />

aankomen dat het niet goed ging en hoor<strong>de</strong> even later <strong>de</strong> loods van <strong>de</strong> ’’Östrand’’<br />

mel<strong>de</strong>n dat het schip aan <strong>de</strong> grond zat. Hij zag <strong>de</strong> echo vervolgens weer loskomen<br />

van <strong>de</strong> wal en naar het mid<strong>de</strong>n van het vaarwater toe bewegen. Vrijwel tezelf<strong>de</strong>rtijd<br />

zag hij bei<strong>de</strong> toplichten van <strong>de</strong> ’’Östrand’’ en het stuurboordlicht opdoemen. Hierop<br />

stopte hij <strong>de</strong> machines van <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’. De kapitein van <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ gaf<br />

hard bakboord om te trachten zijn schip parallel aan <strong>de</strong> ’’Östrand’’ te krijgen. Een<br />

aanvaring was echter niet meer te vermij<strong>de</strong>n. Deze vond om circa 17.31 uur plaats.<br />

Door <strong>de</strong> draai naar bakboord zou het achterschip van <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ langs het<br />

talud zijn geschoven. De loods had na <strong>de</strong> aanvaring onmid<strong>de</strong>llijk halve kracht <strong>voor</strong>uit<br />

en hard stuurboord gegeven tenein<strong>de</strong> het schip weer recht in het vaarwater te krijgen<br />

en om een aanvaring met <strong>de</strong> na<strong>de</strong>ren<strong>de</strong> ’’Teng He’’ te vermij<strong>de</strong>n, hetgeen hem lukte.<br />

Nadat <strong>de</strong> ’’Östrand’’ <strong>voor</strong>bij was gelopen had <strong>de</strong> loods van <strong>de</strong> ’’Teng He’’<br />

aanvankelijk weer vaart aangezet. Hij had op dat moment al zijn aandacht nodig om<br />

<strong>de</strong> ’’Teng He’’ <strong>de</strong> bocht naar bakboord te doen maken en had <strong>de</strong> ’’Östrand’’ niet<br />

ver<strong>de</strong>r gevolgd op zijn radar. Even later hoor<strong>de</strong> hij dat <strong>de</strong> loods van <strong>de</strong> ’’Östrand’’<br />

meld<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> grond te zijn gelopen, doch zag dit schip niet meer op zijn radar, die<br />

op 0,75 mijl bereik stond. Op een bereik van 1,5 mijl zag hij even later <strong>de</strong><br />

’’Östrand’’ wel, hoor<strong>de</strong> vervolgens over <strong>de</strong> marifoon dat er een aanvaring was<br />

geweest met <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ en dat <strong>de</strong> ’’Östrand’’ in het mid<strong>de</strong>n van het vaarwater<br />

ten anker zou gaan. Hierna had hij met vol achteruit en <strong>de</strong> boegschroef vol naar<br />

stuurboord moeten manoeuvreren om een aanvaring met <strong>de</strong> gestopt in het vaarwater<br />

liggen<strong>de</strong> ’’Östrand’’ te <strong>voor</strong>komen. Uitein<strong>de</strong>lijk kon <strong>de</strong> ’’Teng He’’ <strong>de</strong> ’’Östrand’’ om<br />

<strong>de</strong> noord passeren en zijn weg naar zee vervolgen.<br />

Na opneming van <strong>de</strong> scha<strong>de</strong> voer <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ ver<strong>de</strong>r naar Rotterdam, terwijl <strong>de</strong><br />

’’Östrand’’ eerst naar buiten voer, daar rondging en vervolgens terugkeer<strong>de</strong> naar<br />

Rotterdam. Bei<strong>de</strong> schepen moesten <strong>voor</strong> herstel van <strong>de</strong> scha<strong>de</strong> naar <strong>de</strong> werf.<br />

29<br />

U5


U5<br />

Beschouwing<br />

De <strong>Raad</strong> <strong>de</strong>elt <strong>de</strong> mening van <strong>de</strong> Inspecteur dat on<strong>de</strong>rhavige scheepsramp<br />

opmerkelijk was omdat <strong>de</strong> betrokken schepen mo<strong>de</strong>rn, goed uitgerust en bemand<br />

waren, een loods aan boord had<strong>de</strong>n en in een verkeersbegeleidingsgebied voeren.<br />

Het was beperkt zicht en dat vergt omzichtig varen. Eén van <strong>de</strong> belangrijkste<br />

maatregelen daarbij is het aanpassen van <strong>de</strong> vaart aan <strong>de</strong> mate van beperking van het<br />

zicht, <strong>de</strong> aanwezigheid en bewegingen van an<strong>de</strong>re schepen en aan <strong>de</strong> plaatselijke<br />

omstandighe<strong>de</strong>n. Dit is niet alleen uit hoof<strong>de</strong> van goed zeemanschap aangewezen, het<br />

is ook dwingend <strong>voor</strong>geschreven in het Binnenvaartpolitiereglement. Meer nog dan<br />

bij goed zicht, dient op <strong>de</strong> brug van een schip dat in beperkt zicht vaart, een<br />

optimaal gebruik te wor<strong>de</strong>n gemaakt van <strong>de</strong> beschikbare mid<strong>de</strong>len en dient, in het<br />

geval dat er een loods aan boord is, het gebruik en <strong>de</strong> inzet van <strong>de</strong> beschikbare<br />

mid<strong>de</strong>len, <strong>de</strong> brugorganisatie, en <strong>de</strong> bijzon<strong>de</strong>rhe<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> reis door <strong>de</strong> kapitein en<br />

<strong>de</strong> loods te wor<strong>de</strong>n besproken.<br />

Een <strong>voor</strong> <strong>de</strong> omstandighe<strong>de</strong>n veel te hoge vaart, een onvoldoen<strong>de</strong> zorgvuldige<br />

navigatie, een slechte brugorganisatie en onvoldoen<strong>de</strong> overleg tussen loods en<br />

kapitein aan boord van <strong>de</strong> ’’Östrand’’ en een te hoge vaart aan boord van <strong>de</strong> ’’Star<br />

Fraser’’ vormen <strong>de</strong> oorzaak van <strong>de</strong> aanvaring tussen <strong>de</strong> ’’Östrand’’ en <strong>de</strong> tegemoetkomen<strong>de</strong><br />

’’Star Fraser’’. De <strong>Raad</strong> zal hier achtereenvolgens na<strong>de</strong>r op in gaan, alsme<strong>de</strong><br />

op <strong>de</strong> rol van <strong>de</strong> verkeersbegeleiding.<br />

De vaart<br />

’’Star Fraser’’<br />

De ’’Star Fraser’’ passeer<strong>de</strong> om circa 16.45 uur <strong>de</strong> pad<strong>de</strong>stoelen bij <strong>de</strong> Maasmond.<br />

Tot <strong>de</strong> positie van <strong>de</strong> aanvaring om circa 17.31 uur was een afstand van 6,8 mijl. Er<br />

stond een stroom tegen van circa 3 knopen. Berekening leert dat <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’<br />

dan een vaart van circa 11 1 ⁄ 4 knopen door het water zou hebben moeten behou<strong>de</strong>n<br />

vanaf het binnenvaren van <strong>de</strong> Maasmond tot <strong>de</strong> positie van <strong>de</strong> aanvaring. Eigenlijk<br />

nog iets meer, omdat <strong>de</strong> loods <strong>voor</strong> <strong>de</strong> passage van Hoek van Holland enige tijd<br />

vaart vermin<strong>de</strong>rd zou hebben tot 6 knopen. De inci<strong>de</strong>ntregistratie van <strong>de</strong> sectorpost<br />

gaf een vaart aan <strong>voor</strong> <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ van 8à9knopen, hetgeen 11 à 12 knopen<br />

door het water zou betekenen. Een vaart die overeenkomt met bovengenoem<strong>de</strong><br />

behou<strong>de</strong>n vaart.<br />

De <strong>Raad</strong> vindt het dan ook merkwaardig dat <strong>de</strong> loods en <strong>de</strong> kapitein verklaren dat<br />

het schip met een ’’vaarsnelheid’’ van 7 of 8 knopen zou hebben gevaren. Mogelijk<br />

bedoel<strong>de</strong>n ze toch <strong>de</strong> snelheid over <strong>de</strong> grond en was het log ingevoerd en <strong>de</strong><br />

aanwijzing geschakeld op <strong>de</strong> GPS.<br />

Toen <strong>de</strong> loods van <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ zich op kanaal 80 meld<strong>de</strong> bij baken <strong>nr</strong>. 6 en<br />

hoor<strong>de</strong> van <strong>de</strong> oploper, nam hij circa één knoop vaart terug. Op zijn radar op circa 3<br />

km zag hij <strong>de</strong> grote echo van <strong>de</strong> ’’Teng He’’ en even later zag hij <strong>de</strong> echo van <strong>de</strong><br />

’’Östrand’’ loskomen van <strong>de</strong>ze grote echo. Vervolgens zag hij hoe <strong>de</strong> echo van <strong>de</strong><br />

’’Östrand’’ doorzette naar <strong>de</strong> noordoever en dacht hij: ’’dit gaat niet goed’’.<br />

De loods had er, naar het oor<strong>de</strong>el van <strong>de</strong> <strong>Raad</strong>, op dat moment verstandig aan<br />

gedaan om <strong>de</strong> vaart van <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’, zover als veilig mogelijk in verband met<br />

<strong>de</strong> <strong>de</strong>fecte boegschroef, te vermin<strong>de</strong>ren en <strong>de</strong> gebeurtenissen <strong>voor</strong>uit af te wachten,<br />

30


me<strong>de</strong> ook gelet op het na<strong>de</strong>ren<strong>de</strong> grote schip, <strong>de</strong> ’’Teng He’’, en het feit dat <strong>de</strong> ’’Star<br />

Fraser’’ tegenstrooms voer.<br />

’’Teng He’’<br />

De vaart van <strong>de</strong> ’’Teng He’’ over <strong>de</strong> grond was volgens <strong>de</strong> loods circa 12 knopen,<br />

circa 9 knopen door het water. Voor het passeren van Maassluis en daarna het<br />

oplopen van <strong>de</strong> ’’Östrand’’ had <strong>de</strong> loods vaart vermin<strong>de</strong>rd tot zeer langzaam <strong>voor</strong>uit,<br />

circa 5 knopen door het water. Nadat <strong>de</strong> ’’Östrand’’ was gepasseerd en waarschijnlijk<br />

ook om <strong>de</strong> bocht naar bakboord te kunnen nemen, waar hij al zijn aandacht bij nodig<br />

had, had <strong>de</strong> loods weer aangezet tot langzaam <strong>voor</strong>uit. Toen hij even later over <strong>de</strong><br />

marifoon hoor<strong>de</strong> dat <strong>de</strong> ’’Östrand’’ aan <strong>de</strong> noordoever aan <strong>de</strong> grond zat en hij <strong>de</strong><br />

echo van dit schip <strong>voor</strong>uit op zijn radar in het vaarwater zag, nam hij <strong>de</strong> vaart weer<br />

terug naar zeer langzaam <strong>voor</strong>uit, gevolgd door vol achteruit en <strong>de</strong> boegschroef vol<br />

naar stuurboord om een aanvaring met <strong>de</strong> ’’Östrand’’ te vermij<strong>de</strong>n.<br />

De ’’Teng He’’ heeft naar het oor<strong>de</strong>el van <strong>de</strong> <strong>Raad</strong> gevaren zoals het hoort on<strong>de</strong>r<br />

<strong>de</strong>ze omstandighe<strong>de</strong>n. De vaart van het schip was zodanig dat een aanvaring met <strong>de</strong><br />

’’Östrand’’ door achteruitslaan en ver<strong>de</strong>r manoeuvreren kon wor<strong>de</strong>n verme<strong>de</strong>n.<br />

’’Östrand’’<br />

De ’’Östrand’’ was met 156 meter lengte geen klein schip. Na vertrek uit <strong>de</strong><br />

Eemhaven in Rotterdam was <strong>de</strong> vaarsnelheid van <strong>de</strong> ’’Östrand’’ op <strong>de</strong> Nieuwe<br />

Waterweg volgens <strong>de</strong> loods circa 10 knopen. Toen <strong>de</strong> kapitein om circa 17.10 uur<br />

van <strong>de</strong> brug ging en <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> stuurman achter <strong>de</strong> pitchcontrol ging staan, stond<br />

<strong>de</strong>ze ingesteld op pitch 8, overeenkomend met een vaart van 12 à 13 knopen. De<br />

eer<strong>de</strong>r vertrokken en circa 9 knopen varen<strong>de</strong> ’’Teng He’’ werd in ie<strong>de</strong>r geval<br />

langzaam opgelopen en vlak <strong>voor</strong> Maassluis zat <strong>de</strong> ’’Östrand’’ circa 2 mijl achter dit<br />

schip.<br />

Indien er, zoals <strong>de</strong> loods verklaar<strong>de</strong>, met een vaart van 10 knopen werd gevaren, zou<br />

er gelet op het relatief geringe vaartverschil van circa één knoop, waar het nog circa<br />

8 mijl was tot <strong>de</strong> pieren en gelet op het feit dat <strong>de</strong> kapitein op geen enkele wijze had<br />

aangeduid haast te hebben, <strong>voor</strong> <strong>de</strong> loods bij <strong>de</strong> toch beperkte zichtomstandighe<strong>de</strong>n<br />

eigenlijk onvoldoen<strong>de</strong> re<strong>de</strong>n zijn om <strong>de</strong> ’’Teng He’’ <strong>voor</strong>bij te gaan lopen, an<strong>de</strong>rs dan<br />

om circa 5 minuten eer<strong>de</strong>r buitengaats te zijn.<br />

De loods besloot echter om dit schip <strong>voor</strong>bij te gaan varen. De tegemoetkomen<strong>de</strong><br />

’’Star Fraser’’, over wiens positie <strong>de</strong> sectorpost hem had ingelicht en waarvan hij<br />

wist dat het ook een groot schip was, <strong>de</strong>ed hem niet an<strong>de</strong>rs besluiten. Over <strong>de</strong> vaart<br />

van dit schip was hij door <strong>de</strong> verkeerspost niet op <strong>de</strong> hoogte gebracht en <strong>de</strong> loods<br />

vond het zelf kennelijk ook niet belangrijk om daarnaar te informeren.<br />

De <strong>Raad</strong> is van oor<strong>de</strong>el dat <strong>de</strong> sectorpost <strong>de</strong> ’’Östrand’’ had kunnen inlichten over <strong>de</strong><br />

vaart van <strong>de</strong> tegenligger en <strong>de</strong> loods had zich daarvan in ie<strong>de</strong>r geval op <strong>de</strong> hoogte<br />

moeten stellen. Hij begon immers een oploopmanoeuvre met een groot schip, wist<br />

dat er een an<strong>de</strong>r groot schip na<strong>de</strong>r<strong>de</strong> en hij had zeker moeten stellen dat er geen<br />

problemen zou<strong>de</strong>n kunnen ontstaan met dit schip. Mogelijk had hij dan ont<strong>de</strong>kt dat<br />

het an<strong>de</strong>re schip dichterbij zat dan hij dacht, omdat hij zich <strong>voor</strong> wat betreft zijn<br />

eigen navigatie in ie<strong>de</strong>r geval één, doch waarschijnlijk twee bakens vergiste. Dat<br />

an<strong>de</strong>re schip, <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ maakte zich wel zorgen en min<strong>de</strong>r<strong>de</strong> vaart, zij het<br />

slechts weinig.<br />

31<br />

U5


U5<br />

Na het passeren van Maassluis begon <strong>de</strong> loods met <strong>de</strong> oploopmanoeuvre en liet volle<br />

kracht <strong>voor</strong>uit instellen. Dit was een vaart van circa 15 knopen door het water en ten<br />

opzichte van <strong>de</strong> grond, en dus ook <strong>de</strong> oever, bewoog het schip toen met een vaart<br />

van circa 18 knopen. De breedte van het vaarwater ter plaatse is circa 360 meter.<br />

Vooruit bevond zich een bocht naar bakboord die, gelet op <strong>de</strong> ebstroom, tijdig<br />

ingezet moest wor<strong>de</strong>n. Het zicht was bij het begin van <strong>de</strong> oploopmanoeuvre circa<br />

800 à 1000 meter en het begon donker te wor<strong>de</strong>n, waardoor <strong>de</strong> wal slechter te zien<br />

moet zijn geweest. Tij<strong>de</strong>ns het <strong>voor</strong>bij varen liep het zicht echter terug naar 300 à<br />

400 meter. Op <strong>de</strong> sectorpost wist men dat het zicht vanaf Maassluis 300 à 400 meter<br />

was.<br />

De <strong>Raad</strong> is van oor<strong>de</strong>el dat het verstandiger was geweest <strong>de</strong> oploopmanoeuvre on<strong>de</strong>r<br />

bovengenoem<strong>de</strong> omstandighe<strong>de</strong>n, ook als het zicht 800 à 1000 meter zou zijn<br />

gebleven, en <strong>voor</strong>al ook gelet op <strong>de</strong> grootte van <strong>de</strong> betrokken schepen, niet uit te<br />

voeren.<br />

Waarschijnlijk om <strong>de</strong> manoeuvre snel uit te voeren, werd volle kracht gevaren,<br />

resulterend in een vaart van 18 knopen over <strong>de</strong> grond. Bij dit zicht naar het oor<strong>de</strong>el<br />

van <strong>de</strong> <strong>Raad</strong> veel te hoog. Bij een <strong>de</strong>rgelijke hoge vaart moet er scherp wor<strong>de</strong>n<br />

gevaren en indien er ook maar iets mis gaat, kunnen <strong>de</strong> gevolgen fataal zijn.<br />

De navigatie<br />

De loods aan boord van <strong>de</strong> ’’Östrand’’ moest zelf <strong>de</strong> navigatie bijhou<strong>de</strong>n. Bij goed<br />

zicht vormt dit meestal geen probleem, doch bij beperkt zicht en duisternis kunnen er<br />

gemakkelijk vergissingen wor<strong>de</strong>n gemaakt en is het verstandig om <strong>de</strong> navigatie te<br />

dubbelen. Door het schip werd echter geen enkele positie bijgehou<strong>de</strong>n en hierop kon<br />

<strong>de</strong> loods dus niet terugvallen. Hij had er natuurlijk wel om kunnen vragen.<br />

De loods verklaar<strong>de</strong> zijn oploopmanoeuvre te zijn begonnen bij het ro<strong>de</strong> baken <strong>nr</strong>. 12<br />

en dat <strong>de</strong> ’’Östrand’’ op gelijke hoogte naast <strong>de</strong> ’’Teng He’’ zat, toen hij hoor<strong>de</strong> dat<br />

zijn collega aan boord van <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ zich meld<strong>de</strong> bij groen 6. De ’’Östrand’’<br />

voer toen volgens hem tussen rood 12 en 11.<br />

Blijkens <strong>de</strong> vi<strong>de</strong>oregistratie (woord en beeld) heeft <strong>de</strong> loods zich hier één of twee<br />

bakens vergist. Volgens <strong>de</strong> vi<strong>de</strong>oregistratie van het radarbeeld van <strong>de</strong> sectorpost<br />

begon <strong>de</strong> ’’Östrand’’ zijn oploopmanoeuvre tussen rood 11 en 10 en niet bij rood 12.<br />

Het schip zat in ie<strong>de</strong>r geval tussen rood 10 en 9 toen het naast <strong>de</strong> ’’Teng He’’ voer<br />

en niet tussen rood 12 en 11.<br />

Als <strong>de</strong> loods had meegeluisterd naar wat <strong>de</strong> sectorpost over <strong>de</strong> marifoon aan zijn<br />

collega aan boord van <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ antwoord<strong>de</strong> op diens melding, had hij<br />

kunnen horen dat <strong>de</strong> ’’Teng He’’ bij <strong>de</strong> 10 werd gegeven. De vi<strong>de</strong>oband van het<br />

radarbeeld van <strong>de</strong> sectorpost toont dat <strong>de</strong> ’’Teng He’’ dwars van <strong>de</strong> groen 10 was en<br />

net <strong>voor</strong>bij rood 10 toen <strong>de</strong> loods van <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ opriep. De ’’Östrand’’ zat<br />

daar op dat moment circa 500 meter achter en zat circa halverwege rood 11 en 10.<br />

De gronding<br />

Het zicht liep tij<strong>de</strong>ns het <strong>voor</strong>bij varen van <strong>de</strong> ’’Teng He’’ door <strong>de</strong> ’’Östrand’’ terug<br />

naar 300 à 400 meter en <strong>de</strong> loods van <strong>de</strong> ’’Östrand’’ werd hierdoor volkomen verrast.<br />

Mogelijk heeft ook het invallen van <strong>de</strong> duisternis hierbij een rol gespeeld. Ter zitting<br />

32


verklaar<strong>de</strong> hij nooit aan <strong>de</strong> manoeuvre te zijn begonnen als hij had geweten dat het<br />

zicht zou vermin<strong>de</strong>ren. Informatie die hij bij <strong>de</strong> sectorpost had kunnen verkrijgen.<br />

Tij<strong>de</strong>ns het <strong>voor</strong>bijvaren was <strong>de</strong> afstand tot <strong>de</strong> ’’Teng He’’ circa 100 meter. Het is<br />

aannemelijk dat tij<strong>de</strong>ns het <strong>voor</strong>bijvaren door <strong>de</strong> loods van <strong>de</strong> ’’Östrand’’ weinig op<br />

<strong>de</strong> radar werd gekeken; toen het zicht terugliep was <strong>de</strong> loods hoe dan ook het<br />

overzicht kwijt. Circa 200 meter <strong>voor</strong>bij <strong>de</strong> ’’Teng He’’ wil<strong>de</strong> <strong>de</strong> loods naar bakboord<br />

koers gaan veran<strong>de</strong>ren en gaf daartoe koerscorrecties op aan <strong>de</strong> roerganger. Op dat<br />

moment liep <strong>de</strong> ’’Östrand’’ nog steeds volle kracht en was eigenlijk al ruim <strong>voor</strong>bij<br />

het punt in <strong>de</strong> vaarweg waar normaal koers naar bakboord had moeten wor<strong>de</strong>n<br />

veran<strong>de</strong>rd. Volgens <strong>de</strong> roerganger, <strong>de</strong> kapitein zowel als <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> stuurman, die <strong>de</strong><br />

roerganger controleer<strong>de</strong>, gaf <strong>de</strong> loods op dat moment echter koerscorrecties naar<br />

stuurboord op, volgens <strong>de</strong> roerganger eerst 2° en daarna 5° naar stuurboord. De <strong>Raad</strong><br />

gaat hier <strong>de</strong>rhalve van uit. Op <strong>de</strong> radar van <strong>de</strong> sectorpost bleef <strong>de</strong> ’’Östrand’’ min of<br />

meer rechtdoor varen naar <strong>de</strong> noordoever toe. Pas nadat <strong>de</strong> kapitein tot tweemaal toe<br />

had opgemerkt dat ze te dicht bij <strong>de</strong> oever kwamen, gaf <strong>de</strong> loods bakboord 10°,<br />

gevolgd door bakboord 15° en hard bakboord. Dit hard bakboord werd door <strong>de</strong><br />

kapitein weer gecorrigeerd naar bakboord 35°. Er kon echter niet meer wor<strong>de</strong>n<br />

verme<strong>de</strong>n dat het schip langs of over het talud schoof, over stuurboord hel<strong>de</strong> en weer<br />

terugkwam.<br />

Indien <strong>de</strong> loods dacht enkele bakens terug te zitten, zou dit zijn han<strong>de</strong>len kunnen<br />

verklaren. Hierdoor moet hij gedacht hebben nog voldoen<strong>de</strong> ruimte te hebben<br />

alvorens het punt van <strong>de</strong> koersveran<strong>de</strong>ring naar bakboord zou wor<strong>de</strong>n bereikt en<br />

werd hij waarschijnlijk verrast toen hij na <strong>de</strong> oploopmanoeuvre, die hij <strong>voor</strong>namelijk<br />

visueel gedaan moet hebben, op <strong>de</strong> radar keek en zag dat hij al ver<strong>de</strong>r was.<br />

Bij het na<strong>de</strong>ren van <strong>de</strong> oever had <strong>de</strong> kapitein, die achter <strong>de</strong> pitchcontrol stond,<br />

instinctief <strong>de</strong> pitch een aantal secon<strong>de</strong>n op bijna vol achteruit gezet. Nog <strong>voor</strong> <strong>de</strong><br />

pitch helemaal had kunnen volgen, had hij weer vol <strong>voor</strong>uit gegeven omdat het schip<br />

inmid<strong>de</strong>ls weer vrij was gekomen van het talud, naar bakboord draai<strong>de</strong> en hij meer<br />

druk op het roer wil<strong>de</strong> hebben om naar stuurboord te kunnen sturen.<br />

De loods gaf ter zitting te kennen dat hij vlak <strong>voor</strong> het aan <strong>de</strong> grond lopen het<br />

overzicht was kwijtgeraakt. Toen het schip over het talud schoof, had hij gevraagd <strong>de</strong><br />

machines te stoppen. Of dit was uitgevoerd wist hij niet meer. Het zou naar het<br />

oor<strong>de</strong>el van <strong>de</strong> <strong>Raad</strong> een goe<strong>de</strong> han<strong>de</strong>ling zijn geweest, doch waarschijnlijk werd er<br />

op dat moment niet meer naar hem geluisterd.<br />

Of en in hoeverre het schip net wel zou zijn vrijgevaren van het talud indien <strong>de</strong><br />

kapitein <strong>de</strong> pitch niet had teruggenomen en <strong>de</strong> druk op het roer was gebleven is<br />

moeilijk te zeggen. Feit blijft dat het schip nooit in een <strong>de</strong>rgelijke positie zo dicht bij<br />

<strong>de</strong> oever had moeten komen.<br />

Het is verwachtbaar dat met een sterke uitgaan<strong>de</strong> stroom een schip in <strong>de</strong> buitenbocht<br />

naar <strong>de</strong> oever gezet zal wor<strong>de</strong>n.<br />

De aanvaring<br />

Net toen <strong>de</strong> ’’Östrand’’ <strong>de</strong> ’’Teng He’’ <strong>voor</strong>bij was, had <strong>de</strong> kapitein op zijn radar op<br />

een bereik van 1 1 ⁄ 2 mijl <strong>de</strong> echo van een binnenkomend schip gezien. De lichten van<br />

dit schip kwamen op het moment dat <strong>de</strong> ’’Östrand’’ loskwam van <strong>de</strong> noordoever in<br />

zicht over stuurboordboeg op een afstand van circa 350 meter. De loods gaf hard<br />

33<br />

U5


U5<br />

stuurboord, hetgeen weer door <strong>de</strong> kapitein werd verbeterd naar stuurboord 35°,<br />

waarna <strong>de</strong> kapitein zelf ver<strong>de</strong>r manoeuvreer<strong>de</strong>. De stuurboorddraai bleek onvoldoen<strong>de</strong><br />

om een aanvaring te vermij<strong>de</strong>n en <strong>de</strong> kapitein sloeg volle kracht achteruit.<br />

Door <strong>de</strong> hoge vaart die het schip nog liep kon hij niet meer <strong>voor</strong>komen dat <strong>de</strong><br />

’’Östrand’’ met zijn bakboordboeg en daarna met het bakboordachterschip <strong>de</strong> ’’Star<br />

Fraser’’ raakte.<br />

Aan boord van <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ had men over bakboordboeg <strong>de</strong> lichten van <strong>de</strong><br />

’’Östrand’’ in zicht gekregen op 300 à 400 meter en zag men dat schip naar<br />

stuurboord draaien. Met bakboordroer probeer<strong>de</strong> <strong>de</strong> kapitein nog om zijn schip<br />

parallel aan <strong>de</strong> ’’Östrand’’ te krijgen en hij gaf een aangehou<strong>de</strong>n stoot op <strong>de</strong><br />

scheepshoorn, terwijl <strong>de</strong> loods <strong>de</strong> <strong>voor</strong>tstuwing op stop zette. De aanvaring met <strong>de</strong><br />

’’Östrand’’ kon echter niet meer wor<strong>de</strong>n verme<strong>de</strong>n.<br />

Door het draaien naar bakboord lag <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ na <strong>de</strong> aanvaring op aanvaringskoers<br />

met <strong>de</strong> ’’Teng He’’. Door hard stuurboord en halve kracht <strong>voor</strong>uit te geven kon<br />

het dit schip vrijvaren.<br />

Door <strong>de</strong> hoge vaart had men aan boord van <strong>de</strong> ’’Östrand’’ het overzicht van <strong>de</strong><br />

navigatie en <strong>de</strong> controle over het schip verloren, schoof het schip met hoge vaart<br />

langs of over het talud en vervolgens naar het mid<strong>de</strong>n van het vaarwater waar het in<br />

aanvaring kwam met <strong>de</strong> tegemoetkomen<strong>de</strong> ’’Star Fraser’’. Aan boord van dit schip<br />

had men gezien dat op circa 1200 meter afstand <strong>de</strong> ’’Östrand’’ met hoge vaart <strong>de</strong><br />

kant in voer en dat er iets niet goed ging. Alhoewel <strong>de</strong> ’’Östrand’’ aan <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re<br />

zij<strong>de</strong> van het vaarwater <strong>de</strong> oever inliep, was het verstandig geweest om <strong>voor</strong>zichtigheidshalve<br />

aan boord van <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ op dat moment <strong>de</strong> vaart er zo goed als<br />

veilig mogelijk was geweest uit te halen en <strong>voor</strong>zichtig ver<strong>de</strong>r te manoeuvreren. Nu<br />

werd op bei<strong>de</strong> schepen pas kort <strong>voor</strong> <strong>de</strong> aanvaring <strong>de</strong> vaart teruggenomen en was<br />

een aanvaring niet meer te vermij<strong>de</strong>n.<br />

De brugorganisatie<br />

Aan boord van <strong>de</strong> ’’Östrand’’ waren <strong>de</strong> bijzon<strong>de</strong>rhe<strong>de</strong>n van het schip en <strong>de</strong> reis<br />

onvoldoen<strong>de</strong> besproken. De loods bleek op cruciale momenten niet op <strong>de</strong> hoogte van<br />

<strong>de</strong> beperking van het Shillingroer, terwijl <strong>de</strong> kapitein niets wist van <strong>de</strong> tegemoetkomen<strong>de</strong><br />

en diepsteken<strong>de</strong> ’’Star Fraser’’. Er stond een roerganger op post, <strong>de</strong> kapitein<br />

bedien<strong>de</strong> <strong>de</strong> pitch en keek op <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> radar en ver<strong>de</strong>r moest <strong>de</strong> loods alles zelf<br />

doen. Van het schip controleer<strong>de</strong> misschien <strong>de</strong> kapitein <strong>de</strong> navigatie enigszins, maar<br />

niet echt ter on<strong>de</strong>rsteuning van <strong>de</strong> loods. Hij kon in ie<strong>de</strong>r geval onopgemerkt <strong>voor</strong> <strong>de</strong><br />

loods circa 10 minuten van <strong>de</strong> brug verdwijnen, terwijl het <strong>voor</strong> <strong>de</strong> loods ondui<strong>de</strong>lijk<br />

was of <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> stuurman nu zijn plaats had ingenomen. De twee<strong>de</strong> stuurman zag<br />

dit wel zo en was achter <strong>de</strong> radar van <strong>de</strong> kapitein en <strong>de</strong> pitchbediening gaan staan.<br />

Enig overleg tussen loods en schip over het oplopen van <strong>de</strong> ’’Teng He’’ vond niet<br />

plaats. De kapitein werd van <strong>de</strong> manoeuvre pas op <strong>de</strong> hoogte gebracht toen <strong>de</strong>ze al<br />

begonnen was. De na<strong>de</strong>ren<strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ kwam daarbij niet ter sprake.<br />

Bovenstaan<strong>de</strong> situatie is naar het oor<strong>de</strong>el van <strong>de</strong> <strong>Raad</strong> niet alleen te wijten aan <strong>de</strong><br />

loods, doch met name ook aan <strong>de</strong> kapitein van het schip. Noch <strong>de</strong> kapitein noch <strong>de</strong><br />

loods waren in dit geval kennelijk op <strong>de</strong> hoogte van een goe<strong>de</strong> ’’bridge resource<br />

management’’.<br />

34


Het is <strong>de</strong> <strong>Raad</strong> bekend dat loodsen vaker dit soort situaties aantreffen, waarbij <strong>de</strong><br />

navigatie van het schip geheel aan <strong>de</strong> loods wordt overgelaten. Hij kan zich echter<br />

ook niet aan <strong>de</strong> indruk onttrekken dat een aantal loodsen dit niet zo erg vindt. Deze<br />

realiseren zich kennelijk onvoldoen<strong>de</strong> dat op cruciale momenten, met name indien er<br />

dingen mis dreigen te gaan of er een inschattingsfout is gemaakt, zij ogen en oren<br />

tekort komen en <strong>de</strong> kans dan groot is het overzicht van <strong>de</strong> situatie alsme<strong>de</strong> <strong>de</strong><br />

controle over het schip te verliezen. Het gebeuren aan boord van <strong>de</strong> ’’Östrand’’ is<br />

hiervan een sprekend <strong>voor</strong>beeld.<br />

In dit verband juicht <strong>de</strong> <strong>Raad</strong> het toe dat <strong>de</strong> Loodsenorganisatie het volgen van een<br />

’’bridge resource management’’ cursus door loodsen entameert. Het is aan <strong>de</strong> loodsen<br />

zelf om daar uitvoering aan te geven.<br />

Aan boord van <strong>de</strong> ’’Östrand’’ was sprake van slecht ’’bridge resource management’’.<br />

De loods kreeg weinig on<strong>de</strong>rsteuning van het schip en het ging uitein<strong>de</strong>lijk dan ook<br />

goed mis.<br />

Het overleg loods – kapitein<br />

Zoals <strong>voor</strong>gaand on<strong>de</strong>r ’’brugorganisatie’’ reeds aangegeven, was er aan boord van <strong>de</strong><br />

’’Östrand’’ onvoldoen<strong>de</strong> overleg geweest tussen <strong>de</strong> loods en <strong>de</strong> kapitein van het schip<br />

over <strong>de</strong> bijzon<strong>de</strong>rhe<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> reis en van het schip. Ook tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> reis zelf werd er<br />

geen tot weinig overleg gevoerd, niet over <strong>de</strong> oploopmanoeuvre, noch over het zicht<br />

dan wel <strong>de</strong> te lopen vaart.<br />

Ook <strong>de</strong> informatie van <strong>de</strong> sectorpost werd aan boord van <strong>de</strong> ’’Östrand’’ niet<br />

doorgegeven of besproken met het schip. Of dit aan boord van <strong>de</strong> ’’Teng He’’<br />

gebeur<strong>de</strong> is niet bekend, aan boord van <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ gebeur<strong>de</strong> het, <strong>voor</strong>zover <strong>de</strong><br />

<strong>Raad</strong> kon nagaan, ook niet. Pas toen <strong>de</strong> kapitein <strong>de</strong> ’’Östrand’’ op korte afstand op<br />

zijn radar gevaarlijk zag na<strong>de</strong>ren en hij <strong>de</strong> loods hiernaar vroeg, kreeg hij van <strong>de</strong>ze<br />

te horen dat dit <strong>de</strong> ’’Östrand’’ was, dat dit schip zojuist een an<strong>de</strong>r schip had<br />

opgelopen en aan <strong>de</strong> grond had gezeten.<br />

Vooral omdat <strong>de</strong> voertaal op <strong>de</strong> marifoonkanalen op <strong>de</strong> binnenwateren Ne<strong>de</strong>rlands is,<br />

is een belangrijke taak van <strong>de</strong> loods om het schip waarop hij zich bevindt, goed op<br />

<strong>de</strong> hoogte te hou<strong>de</strong>n. Zowel <strong>de</strong> kapitein van <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ als <strong>de</strong> kapitein en <strong>de</strong><br />

twee<strong>de</strong> stuurman van <strong>de</strong> ’’Östrand’’ maken er melding van dat ze niet wisten wat er<br />

over <strong>de</strong> marifoon was besproken of gemeld was.<br />

Een goe<strong>de</strong> kapitein zal het bijzon<strong>de</strong>r storen indien een loods in een <strong>voor</strong> <strong>de</strong> kapitein<br />

onbeken<strong>de</strong> taal over <strong>de</strong> marifoon spreekt over zaken van belang <strong>voor</strong> zijn schip,<br />

zon<strong>de</strong>r dat hij daarover wordt ingelicht. Het ontneemt hem <strong>de</strong> mogelijkheid om zijn<br />

schip goed te kunnen voeren, hetgeen ontegenzeggelijk zijn taak is.<br />

De verkeersbegeleiding<br />

Bij een aanvaring in een verkeersbegeleidingsgebied is <strong>de</strong> verkeersbegeleiding altijd<br />

betrokken. Ook al ligt <strong>de</strong> directe oorzaak van <strong>de</strong> aanvaring in dit geval aanwijsbaar<br />

niet bij <strong>de</strong> verkeerspost, dan blijft het toch altijd zinvol en noodzakelijk om te bezien<br />

of er lessen getrokken kunnen wor<strong>de</strong>n. Omdat <strong>de</strong> veilige vaart op <strong>de</strong> Nieuwe<br />

Waterweg een nauw samenspel tussen loodsen en verkeerslei<strong>de</strong>rs vergt en<br />

aanpassingen van procedures naar aanleiding van getrokken lessen, naar het oor<strong>de</strong>el<br />

35<br />

U5


U5<br />

van <strong>de</strong> <strong>Raad</strong>, in eerste instantie in een overleg tussen <strong>de</strong>ze bei<strong>de</strong> groepen tot stand<br />

behoort te komen, volstaat <strong>de</strong> <strong>Raad</strong> hierna slechts met een aantal constateringen ten<br />

behoeve van dit overleg.<br />

– In <strong>de</strong> berichtgeving wordt on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re gesproken over zeevaart, oploper en grote<br />

tegenligger, zon<strong>de</strong>r naamsaanduiding. Bij beperkt zicht zal het <strong>voor</strong> <strong>de</strong> verkeers<strong>de</strong>elnemers<br />

niet altijd dui<strong>de</strong>lijk zijn welke zeevaart bedoeld wordt, terwijl indien direct<br />

contact noodzakelijk zou zijn dit een beperking vormt, omdat men niet weet welke<br />

naam op te roepen.<br />

– Het zicht was in dit geval vanaf <strong>de</strong> stormvloedkering tot bij Maassluis 300 à 400<br />

meter en el<strong>de</strong>rs op <strong>de</strong> Nieuwe Waterweg 1000 meter of meer. Indien hij geweten had<br />

dat het zicht zou teruglopen, zou <strong>de</strong> loods in dit geval <strong>de</strong> oploopmanoeuvre niet<br />

hebben uitgevoerd. Dit roept <strong>de</strong> vraag op of <strong>de</strong> verkeerspost hierover geen informatie<br />

dient te verstrekken.<br />

– Twee grote door hun diepgang beperkte schepen na<strong>de</strong>r<strong>de</strong>n elkaar bij beperkt zicht<br />

als tegenliggers. Daartussendoor wil<strong>de</strong> <strong>de</strong> toch ook grote ’’Östrand’’ één van <strong>de</strong>ze<br />

schepen gaan <strong>voor</strong>bijvaren. Theoretisch paste het allemaal, me<strong>de</strong> dankzij <strong>de</strong><br />

me<strong>de</strong>werking van <strong>de</strong> bei<strong>de</strong> schepen en <strong>de</strong> hoge vaart van <strong>de</strong> ’’Östrand’’, terwijl <strong>de</strong><br />

verkeerslei<strong>de</strong>r ook geen probleem zag. Toen <strong>de</strong> ’’Östrand’’ meld<strong>de</strong> <strong>de</strong> ’’Teng He’’<br />

<strong>voor</strong>bij te gaan varen, han<strong>de</strong>l<strong>de</strong> <strong>de</strong> verkeerslei<strong>de</strong>r zeer juist en gaf onmid<strong>de</strong>llijk <strong>de</strong><br />

positie van <strong>de</strong> tegenligger door; het was vervolgens <strong>de</strong> verantwoording van <strong>de</strong> loods<br />

om te gaan oplopen. Deze vergiste zich in zijn eigen positie, waardoor hij <strong>de</strong> afstand<br />

tot <strong>de</strong> tegenligger groter moet hebben ingeschat dan in werkelijkheid het geval was.<br />

De <strong>Raad</strong> constateert dat er on<strong>de</strong>r <strong>de</strong>ze omstandighe<strong>de</strong>n een aanvaring ontstaat en<br />

twee bijna aanvaringen en vraagt zich af, in hoeverre verkeerslei<strong>de</strong>rs on<strong>de</strong>r <strong>de</strong>ze<br />

omstandighe<strong>de</strong>n kunnen bijdragen aan het <strong>voor</strong>komen van een ramp, variërend van<br />

het geven van een verkeersaanwijzing om niet op te lopen tot het nbg indringen<strong>de</strong>r<br />

geven van <strong>de</strong> positie van <strong>de</strong> tegenligger en <strong>de</strong> eigen positie van <strong>de</strong> loods.<br />

Bij <strong>de</strong> bestu<strong>de</strong>ring van <strong>de</strong> vi<strong>de</strong>oband van <strong>de</strong> radarbeel<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> sectorpost<br />

constateert <strong>de</strong> <strong>Raad</strong> met enige zorg het toch vrij snel samensmelten van <strong>de</strong><br />

synthetische contacten en labels tij<strong>de</strong>ns het passeren. De verkeerslei<strong>de</strong>rs meld<strong>de</strong>n ter<br />

zitting dat het radarsysteem een half jaar gele<strong>de</strong>n was vervangen en dat dit nu<br />

min<strong>de</strong>r het geval was. Bij een goed en mo<strong>de</strong>rn systeem mogen dit soort verschijnselen,<br />

naar het oor<strong>de</strong>el van <strong>de</strong> <strong>Raad</strong>, niet <strong>voor</strong> komen.<br />

Conclusies<br />

De aanvaring van <strong>de</strong> ’’Östrand’’ met <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ werd veroorzaakt door <strong>de</strong><br />

’’Östrand’’, welk schip, na no<strong>de</strong>loos stuurboorduit te zijn gegaan, te laat <strong>de</strong> bocht<br />

naar bakboord inzette, langs het talud van <strong>de</strong> noordoever schoof, daarna naar en<br />

vervolgens over het mid<strong>de</strong>n van het vaarwater kwam en daar tegen <strong>de</strong> tegemoetkomen<strong>de</strong><br />

’’Star Fraser’’ aanvoer.<br />

De ’’Östrand’’ was, gelet op het beperkte zicht, met een veel te hoge vaart een an<strong>de</strong>r<br />

schip gaan oplopen en werd verrast toen tij<strong>de</strong>ns het oplopen het zicht nog ver<strong>de</strong>r<br />

36


terugviel. Hierdoor verloor <strong>de</strong> navigeren<strong>de</strong> loods het overzicht en <strong>de</strong> controle over<br />

het schip en geraakte het schip, me<strong>de</strong> door <strong>de</strong> sterke stroom, te dicht bij <strong>de</strong> oever en<br />

raakte het talud. Het overzicht werd verloren omdat <strong>de</strong> loods zich in zijn navigatie<br />

had vergist en dacht nog niet bij <strong>de</strong> bocht naar bakboord te zijn. Me<strong>de</strong> een rol van<br />

betekenis hierbij speel<strong>de</strong> dat <strong>de</strong> loods weinig on<strong>de</strong>rsteuning van het schip kreeg, <strong>de</strong><br />

beschikbare mid<strong>de</strong>len en expertise onvoldoen<strong>de</strong> wer<strong>de</strong>n gebruikt en er onvoldoen<strong>de</strong><br />

overleg tussen kapitein en loods plaatsvond. De loods had hier ook niet op<br />

aangedrongen. Voorts speel<strong>de</strong> een rol dat <strong>de</strong> kapitein <strong>de</strong> pitch op vol achteruit zette,<br />

waardoor <strong>de</strong> bocht naar bakboord min<strong>de</strong>r werd doorgezet. In <strong>de</strong>ze situatie was het<br />

ook mogelijk dat <strong>de</strong> kapitein zon<strong>de</strong>r dat <strong>de</strong> loods ervan op <strong>de</strong> hoogte was circa 10<br />

minuten van <strong>de</strong> brug afwezig was.<br />

Aan boord van <strong>de</strong> ’’Star Fraser’’ had men in <strong>de</strong> gaten dat het mis ging met <strong>de</strong><br />

’’Östrand’’, doch er werd pas in een vrij laat stadium vaart teruggenomen.<br />

Lering<br />

1. Door een te hoge en niet aan <strong>de</strong> plaatselijke omstandighe<strong>de</strong>n en het zicht<br />

aangepaste vaart, was er te weinig tijd om <strong>de</strong> situatie goed te kunnen overzien en<br />

werd het overzicht en <strong>de</strong> controle over het schip verloren.<br />

2. Oplopen van en door grote schepen in een nauw vaarwater bij beperkt zicht dient<br />

zo mogelijk te wor<strong>de</strong>n verme<strong>de</strong>n en, indien noodzakelijk, met <strong>de</strong> nodige omzichtigheid<br />

te wor<strong>de</strong>n uitgevoerd.<br />

3. Bij een goe<strong>de</strong> brugorganisatie en overleg tussen <strong>de</strong> kapitein en <strong>de</strong> loods had <strong>de</strong>ze<br />

aanvaring mogelijk niet plaatsgevon<strong>de</strong>n.<br />

4. Waar vanwege <strong>de</strong> binnenvaart het marifoonverkeer in het Ne<strong>de</strong>rlands plaatsvindt,<br />

dienen loodsen zich te realiseren dat buitenlandse kapiteins/stuurlie<strong>de</strong>n dit niet<br />

verstaan en zich in te spannen hen op <strong>de</strong> hoogte te hou<strong>de</strong>n.<br />

Aanbeveling<br />

1. Het doen volgen door kapiteins en loodsen van een ’’bridge resource management’’<br />

cursus.<br />

2. Het bezien door <strong>de</strong> Loodsenorganisatie en <strong>de</strong> autoriteit belast met <strong>de</strong> verkeersbegeleiding<br />

op <strong>de</strong> Nieuwe Waterweg, of en hoe <strong>de</strong> verkeersbegeleiding zou kunnen<br />

bijdragen aan het <strong>voor</strong>komen van aanvaringen als <strong>de</strong>ze.<br />

Aldus gedaan door mr. D. Roemers, plv. <strong>voor</strong>zitter, E. Bakker, P.H. Schiller, H.<br />

Reijne en J.L. Schot, le<strong>de</strong>n, in tegenwoordigheid van ’s <strong>Raad</strong>s secretaris mr. D.J.<br />

Pimentel, en uitgesproken door <strong>de</strong> <strong>voor</strong>zitter mr. U.W. baron Bentinck, ter openbare<br />

zitting van <strong>de</strong> <strong>Raad</strong> van 5 maart <strong>1999</strong>.<br />

(get.) D. Roemers, D.J. Pimentel<br />

37<br />

U5

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!