08.09.2013 Views

R37 Zakenrecht : hoorcolleges - Quickprinter

R37 Zakenrecht : hoorcolleges - Quickprinter

R37 Zakenrecht : hoorcolleges - Quickprinter

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

<strong>R37</strong><br />

3de Bach Rechten<br />

<strong>Zakenrecht</strong><br />

Hoorcolleges<br />

Q uickprinter<br />

Koningstraat 13<br />

2000 Antwerpen<br />

www.quickprinter.be<br />

5.00 EUR


ZAKENRECHT<br />

les 1: 15 februari 2012<br />

Situering zakenrecht<br />

Zaken<br />

= lichamelijke goederen, goed dat vatbaar is voor zintuiglijke waarneming. (je kan het<br />

voelen, zien, horen, ruiken..)<br />

Goed<br />

= omvat niet enkel de zaken (lichamelijke goederen) maar ook onlichamelijke goederen,<br />

goederen die niet vatbaar zijn voor zintuiglijke waarneming (subjectieve rechten en<br />

rechtsvorderingen , subjectieve rechten die kunnen ingesteld worden om naar de<br />

rechter te gaan).<br />

Wat is belangrijk voor het zakenrecht?<br />

--> Het BW, 3 boeken.<br />

1. personen<br />

2. goederen en beperkingen van eigendom<br />

3. op welke wijze eigendom kan worden verkregen<br />

kernartikel Art. 544 BW: Omschrijft eigendomsrecht als zodanig. Het behoort tot hitlijst<br />

top 3. 1e plaats: 1382, 2e plaats: 1134, 3e plaats: 544.<br />

Boek 2 is helemaal opgebouwd vanuit dit artikel. Ook boek 3 koppelt hieraan terug. Wie<br />

kan titularis zijn van een eigendomsrecht.<br />

Het belang van het eigendomsrecht is een politieke keuze. BW als reactie op het Ancien<br />

Régime (goldt voor Franse Revolutie, was een feodaal systeem waar enkele mensen<br />

onroerende goederen hebben en andere erop moeten werken en niets hebben. Zowel<br />

Economisch als politiek). Om vrijheid te garanderen is het essentieel dat ieder individu<br />

een stuk eigendom kan hebben. Dit is een garantie om vrij te zijn. Anders TE veel<br />

1


afhankelijk van anderen.<br />

19e Eeuw, eigendomsrecht wordt als maar belangrijker tot op magisch niveau. Begin<br />

20e Eeuw, door sociale welvaartmaatschappij, absolute focus op individualisme<br />

verschuift naar het socialisme. In die beweging spreekt men van socialisering van het<br />

eigendomsrecht.<br />

Het grootst van de wettelijke regelingen van zakenrecht dateren van 1804, deze oude<br />

bepalingen moeten worden geactualiseerd en aangepast worden.<br />

zakenrecht staat niet op zichzelf, heeft onnoemelijk veel linken. Het wordt in<br />

praktijk vaak onmisbaar.<br />

Enkele voorbeelden:<br />

vb: fiscaal rechtelijk vraag: is onroerende voorheffing verschuldig, voorafgaande vraag is<br />

dus: is het wel een onroerend goed? --> dit is <strong>Zakenrecht</strong>!<br />

vb: netwerkprovider wil netwerk verkopen, op dergelijke overdracht heb je<br />

registratierechten nodig ten belove van 10%. Men kan er erfpacht op zetten.<br />

Registratierechten bij erfpact is 0,2%.<br />

vb: familiaal vermogensrecht: erfrecht, recht van vruchtgebruik voor langstlevende<br />

echtgenoot. Vruchtgebruik is zakenrecht<br />

vb. vader wil huis schenken aan kind maar wil er blijven wonen. Hij kan het schenken<br />

(vermogensrecht) met voorbehoud van vruchtgebruik (=zakenrecht)<br />

vb: link met mensenrecht. Eigendom is mensenrecht beschermd door grondrecht en<br />

EVRM.<br />

vb. Verbintenissenrecht. Zakelijke rechten kunnen worden gecreeërd op grond van<br />

overeenkomst.<br />

2


structuur van de cursus<br />

3 delen<br />

1. Algemene Deel,<br />

--> vermogen + principes en algemeen zakelijke rechten.<br />

--> onderscheid der goederen<br />

2. analyse van de respectievelijk zakelijke rechten<br />

--> eigendom, mede eigendom, appartementsrecht, erfdienstbaarheden<br />

3. verkrijging van zakelijke rechten<br />

--> hoe titularis worden van een zakelijk recht (oorspronkelijke wijze +<br />

afgeleide wijze)<br />

te kennen leerstof: Cursus Professor Sagaert + wat in de les gezegd is. recente<br />

rechtspraak, voorbeelden, toepassingen,<br />

examen: schriftelijk waarbij 3 competenties worden afgetoetst (kennis, inzicht &<br />

toepassing)<br />

Codex gebruiken: kleuren, onderlijnen, niets schrijven of toevoegen.<br />

3


Les 2: 22 Februari 2012<br />

Het algemene deel : over zakelijke rechten en het vermogen<br />

Vermogen = het juridische geheel/universaliteit van alle in geld waardeerbare ( niet de<br />

extrapatrimoniale rechten maar de patrimoniale rechten en dat zijn de<br />

vermogensrechten nl de zakelijke rechten, intellectuele rechten en persoonlijke rechten)<br />

rechten en plichten van een persoon.<br />

Een vermogen heeft zowel een actieve als een passieve component. Bv. de garagist zijn<br />

vermogen? Hij heeft een woning, een garagecomplex, een auto,.. Dat zijn allemaal<br />

zakelijke recht nl. eigendom.<br />

Ook bezit hij de schuldvordering tov zijn klanten dus dit zijn allemaal vorderingsrechten<br />

of persoonlijke rechten.<br />

Het vermogen is de emanatie van de persoon. Een persoon is een titularis of drager van<br />

rechten. Een wezen waaraan het objectieve recht rechten en plicht geeft en oplegt.<br />

3 principes die hieruit volgen ;<br />

1. Elke persoon heeft een vermogen<br />

2. Enkel personen als zijnde mensen kunnen rechtssubject zijn dus enkel personen<br />

kunnen een vermogen hebben<br />

3. Een persoon is 1 en ondeelbaar bijgevolg heeft hij slechts 1 vermogen dat 1 en<br />

ondeelbaar is (staat in art. 7-8 Hypotheekwet)<br />

sluipweg om vermogen af te zonderen is een rechtspersoon oprichten zoals<br />

een BVBA, een stichting. Als het een rechtspersoon is dan heeft men een persoon<br />

en die kan een vermogen hebben. Een andere mogelijkheid is een wettelijke<br />

bepaling die afwijkt van de artikelen 7, 8 & 9 Hypotheekwet en die zijn er ook!<br />

Die gaan een aantal vermogensbestanddelen afzonderen, die enkel gelden voor<br />

bepaalde bestemmelingen (schuldenaar/schuldeiser).<br />

4


Bv. iets niet beslagbaar laten verklaren of de bankrekening ( dit is een vordering<br />

dat de titularis van die bankrekening heeft tov die bank en dit maakt deel uit van<br />

zijn vermogen. Dit geldt voor alle gelden die op die bankrekening staan en<br />

schuldeisers kunnen zich dus op die gelden verhalen MAAR er is 1 uitzondering<br />

op nl. de theorie van de kwaliteitrekening : dit is een bankrekening met de<br />

bijzonderheid dat de titularis bij de opening van de rekening duidelijk zegt da hij<br />

deze in een bepaalde hoedanigheid houdt Bv. rekening van de curator, de<br />

kantoorrekening van de notaris, een derde rekening van de advocaat dit zijn<br />

gelden die bestemd zijn voor iemand anders Bv. uw cliënt heeft recht op een<br />

bepaald bedrag, de tegenstrever betaalt aan de advocaat en de advocaat stort<br />

door naar de cliënt)<br />

Verschil tss zakenrecht en personenrecht ?<br />

1. Traditionele theorie : het verschil moet je zoeken in de inwendige structuur van het<br />

recht zelf<br />

een zakelijk recht is een rechtstreekse heerschappij op een goed zondr tussenkomst<br />

van een persoon maw het is een rechtsverhouding tss een persoon en een goed.<br />

een persoonlijk recht is een recht rechtstreeks op een bepaald gedrag van een<br />

persoon, iets doen, iets niet doen of iets geven maw daar waar een zakelijk recht een<br />

rechtsverhouding is tssen 2 personen waarin de ene recht heeft op de andere. Voor de<br />

schuleiser is dat een actief post, voor de schuldenaar is dit recht passief.<br />

GELDT NOG STEEDS ALS UITGANGSPUNT maar er is wel kritiek op gekomen nl.<br />

Eigenlijk maak je de zaken te gemakkelijk want enerzijds doe je alsof persoonlijke<br />

rechten niets met goederen te maken hebben terwijl het zo is da een aantal van die<br />

rechten minstens indirect betrekking hebben op die goederen zoals bruiklening, huur,..<br />

En anderzijds aan de kant van het zakelijke recht wordt er ook gesimplifieerd, ook<br />

zakelijke rechten hebben vaak iets tussen personen.<br />

5


2. Op grond van die kritiek is er een 2e stroming gekomen nl de leer van het<br />

personalisme<br />

Er kan geen rechtsverhouding bestaan tussen een persoon en een goed, enkel tussen<br />

personen. Men peronaliseert de rechten. Maw is ook een zakelijk recht hier<br />

verbintenisrechtelijk nl een rechtsverhouding tussen personen.<br />

Het onderscheid zit zich niet zozeer in de bevoegdheden maar op het niveau van de<br />

werking tegenover derden want men zegt dat een persoonlijk recht niet werkt tov<br />

derden, enkel tussen de partijen zelf. Enkel de betrokken schuldenaar heeft verbintenis.<br />

Een zakelijk recht impliceert een onthoudingsplicht van eenieder, ze doet een universele<br />

passieve verbintenis ontstaan. Het is dus een absoluut recht en geldt tov iedereen. Je<br />

hebt het in de mate van de grenzen van het buitencontractuele aansprakelijkheidsrecht.<br />

Waardoor een gradueel verschil tussen de tegenwerpbaarheid van een zakelijk recht en<br />

een persoonlijk recht? Ook een persoonlijk recht is in bepaalde maten tegenwerpbaar en<br />

daarom wordt de theorie van het personalisme afgekeurd.<br />

3. Als reactie hierop ontikkelde men de theorie van het neo-personalisme. Men<br />

verfijnt de redenering van het personalisme. Men zegt dat het eigendomsrecht ter zijde<br />

moet gezet worden want dit is een transcendentrecht maar de overige<br />

vermogensrechten (de beperkt zakelijke rechten en de verbintenissen)…<br />

Algemene rechtsopvolgers : die krijgt alles of een abstract breukdeel bv. Een erfgenaam<br />

kan alles erven of als er 2 zijn krijgen ze allebei de abstracte helft<br />

Ook op deze leer kwam kritiek maar dat was nog niet zo erg omdat de theorien die we<br />

gezien hebben zijn niet normatief.<br />

Numerus Clausus : het systeem van de zakelijke rechten is gesloten, kan enkel sprake<br />

van zijn als de wet het bepaald. Men is gebonden door het wettelijk kader. Inzake<br />

persoonlijke rechten daarentegen geldt contractvrijheid. (art.543BW, niet limitatief<br />

maar exemplatief)<br />

6


2 categorieen zakelijke rechten :<br />

1. Zakelijke hoofdrechten : bestaan zelfstandig, men kan ze overdragen (boek II<br />

BW) eigedom, mede-eigendom, vruchtgebruik, gebruik en woning en<br />

erfdienstbaarheid enerzijds en anderzijds erfpacht en opstal in bijzondere<br />

wetten;<br />

2. Accessoire zakelijke rechten (ondergeschikte zakelijke recht of zakelijke<br />

zekerheidsrechten) : zaken die gelden tot zekerheid van een persoonlijk recht?.<br />

Ze zijn slechts beperkt tot zekerheid van een persoonlijk recht. Er zijn er 3 nl.<br />

Pand op een roerend, hypotheek op een onroerend goed en voorrechten (art. 12<br />

ev hyptheekwet)<br />

Wat is de ratio? Waarom geldt in het Belgisch recht het numerus clausus beginsel? Dat<br />

hangt samen met de afkeer tegen he feodale systeem. We wouden breken met de<br />

wantoestanden in het AR en men wil vermijden dat mensen gebonden zijn aan andere<br />

mensen hun goederen, eigendommen,.. Men mag niet gebonden zijn en zeker niet over<br />

generaties heen. Gelet op de politieke keuze is men zeer streng voor de<br />

erfdienstbaarheden.<br />

Kritiek op NC : Is dat eigenlijk wel nodig? Het volgt misschien uit art. 7&8<br />

hypotheekwet maar in het BW staat dat niet uitdrukkelijk en eigenlijk schiet het zijn<br />

doel voorbij. Men moet zien dat men niet terug in het feodale systeem terechtkomt maar<br />

in sommige takken is het risico niet zo groot.<br />

Kenmerken van zakelijke en persoonlijke rechten<br />

Verjaringstermijn verschilt! De rechtsvordering gekoppeld aan een persoonlijk recht<br />

verjaart na 10jaar. Een zakelijke rechtsvordering verjaart pas na 30jaar. Bij burenhinder<br />

zegt men dat het een zakelijk vordering is maar toch is hier soms nog twijfel over; 20<br />

januari 2011 heeft Cassatie beslist dat een vordering uit burenhinder een persoonlijke<br />

vordering is.<br />

7


Zakelijk recht heeft 4 kenmerken :<br />

1. het volgrecht<br />

Wat? De titularis van een zakelijk recht, dat goed waarop dit rust mag volgen<br />

overal waar het goed zich bevindt, in wiens handen het zich ook bevindt.<br />

Bv. Vruchtgebruik op een huis, de titularis van het zakelijk recht kan dat huis<br />

blijven volgen en kan tegen eender wie dat huis gekocht heeft, dat recht laten<br />

gelden<br />

Het betekent dat uw zakelijk recht kleeft aan het goed. Het gaat over op<br />

iedereen die de hoedanigheid heeft van eigenaar. Nuancering op 3 punten :<br />

het volgrecht vereist dat er een zekere publiciteit is. Bv. Art.1<br />

hypotheekwet<br />

inzake lichamelijke roerende goederen kan art. 2279BW het volgrecht<br />

beperkt of zelfs kan uitsluiten.<br />

Er zijn toch een aantal persoonlijke rechten waaraan een volgrecht<br />

2. recht van voorrang<br />

gehecht wordt. Bv. Huur is in principe een persoonlijk recht. Stel men<br />

verkoopt het verhuurde pand dan zijn er een aantal voorwaarden<br />

waaraan voldaan moet worden en krijgt de huurder toch nog een soort<br />

volgrecht tov de nieuwe eigenaar<br />

Wat? Een zakelijk recht beschermt bij insolvabiliteit in tegenstelling tot een<br />

persoonlijk recht. Voor het vermogen geldt in principe de gelijkheid van elke<br />

schuldeiser. Dit is het gelijkheidsbeginsel of partas creditorumbeginsel. (art. 8<br />

hypotheekwet : samenloop men gaat de pot verdelen tussen alle schuldeisers<br />

in verhouding met hun recht DIT IS HET PRINCIPE BIJ PERSOONLIJKE<br />

SCHULDEISERS)<br />

3. specialiteitsbeginselen<br />

Een zakelijk recht kan enkel rusten op een specifiek goed (lichamelijk of<br />

onlichamelijk) Het vereist een geindividualiseerd onderpand/goed. Als dat goed<br />

teniet gaat of vermengd met een ander goed dan gaat uw zakelijk recht mee<br />

teniet. In geval van tenietgaan van het goed kan men eventiueel nog kunnen<br />

beorpen op de subrogatie. In geval van vermenging ligt het moeilijker. Het vormt<br />

een pot met andere goederen in die zin dat je niet meer ziet waar je goed zat.<br />

8


Bv. A geeft aan B 2 briefjes van 100euro en die steekt die in zijn portefeuille waar<br />

er nog enkelen inzitten. B is eigenaar geworden omdat de briefjes zich hebben<br />

vermengd met zijn goederen, het is 1 pot geworden. A heeft enkel nog een<br />

persoonlijk recht op 200euro maar dat is niet zo sterk in geval van insolvabiliteit.<br />

Ingeval dat enkel die 2 briefjes zich in de portefeuille bevinden, dan kan je ze wel<br />

terugvorderen.<br />

4. zakelijke subrogatie<br />

De rechtsfiguur die zegt dat het zakelijk recht toch kan blijven voortbestaan<br />

ondanks dat het ondepand is teniet gegaan omdat het recht overgaat op een goed<br />

dat in de plaats gekomen is van het tenietgegane goed. Hetgene wat in de plaats<br />

komt, vertegenwoordigd er de waarde van maw het zakelijk recht leeft voort op<br />

het goed dat in de plaats gekomen is. Bv. Een lening met een hypotheek : een<br />

woning brand af dus het onderpand gaat teniet dus in principe gaat het zakelijk<br />

recht ook teniet en heeft de bank geen waarborg meer maar men zegt dat als de<br />

eigenaar verzekert is, dan gaat die som betaalt worden door de verzekeraar en<br />

daarop berust de hypotheek dan verder.<br />

Bv. Een dief (A) steelt een wagen (van B) en iets later ruilt hij die voor een fiets<br />

van iemand (C) en deze laatste is te goeder trouw. Kan B de wagen<br />

terugvorderen? Ogv art. 2279BW kan het zijn dat B zijn wagen niet van C kan<br />

terugvorderen. Zou B kunnen zeggen, het eigendomsrecht van mijn wagen leeft<br />

voort op de fiets? JA! Onder de voorwaarden kan men zeggen dat het<br />

eigendomsrecht voort leeft. De fiets komt in de plaats van de wagen.<br />

9


les 3: 29 februari 2012<br />

het onderscheid der goederen.<br />

zakelijke rechten & onderscheid der goederen.<br />

Roerend en onroerend & de domeingoederen (privaat en openbaar domein)<br />

Roerend en onroerend is een sumadivisio, elk goed is roerend of onroerend. Het<br />

Burgerlijk Wetboek hanteert een dubbel criterium, dat historisch te verklaren is. Het<br />

fysieke criterium van de verplaatsbaarheid.<br />

verplaatsbaar = roerend<br />

niet verplaatsbaar= onroerend<br />

--> dit oude criterium is vertroebeld geraakt, in de feodale periode (waar personen zelfs<br />

gekoppeld zijn aan onroerende goederend)<br />

Nieuw criterium: men hanteert een economisch criterium<br />

waardevol= onroerend<br />

niet waardevol= roerend<br />

==> nu zijn deze twee gecombineerd: onroerend uit aard of door bestemming,<br />

onroerende goederen door het voorwerp waarom ze betrekking hebben. Art 517 BW.<br />

Aandacht vooral gericht op de onroerende goederen. Roerende goederen zijn maar<br />

beperkt geregeld.<br />

Het zakenrechtelijk statuur van die goederen verschilt in belangrijke maten. vb:<br />

verjaring: verschil roerend en onroerend. Art 1 hypotheekwet... Belangrijk dat u inziet<br />

dat dit onderscheid van groot belang is.<br />

10


ONROERENDE GOEDEREN<br />

-uit de aard<br />

-uit de bestemming<br />

-door het voorwerp waarom het goed betrekking heeft.<br />

1. Onroerend uit de aard<br />

--> fysieke criterium. Diegene die niet verplaatsbaar zijn. Wat is niet verplaatsbaar? De<br />

grond en alles wat hiermee samenhangt. Alles wat in of aan die grond is geïncorporeerd.<br />

Art 518: Het grondoppervlak met de vaste aardlagen eronder met inbegrip van minerale<br />

rijkdommen. Minerale rijkdommen worden vaak geregeld door andere wetten. Alles wat<br />

daarin geïncorporeerd is. (gebouwen, werken, beplanting)<br />

Art: 518-519: gebouwen, 520 ev: planten. Die gebouwen zijn ruim te interpreteren, vb<br />

ook kelders, spoorwegrails.<br />

Criterium om te spreken van een gebouw is om te vragen of het geïncorporeerd is.<br />

Noodzakelijk: is het goed niet geïncorporeerd kan het geen gebouw zijn. Het is ook<br />

voldoende: wie dan ook die goederen geïncorporeerd maakt niet uit. Incorporatie<br />

betekent dat het goed met de grond moet zijn verbonden.<br />

Verbondenheid met de grond. (3 criteria)<br />

Oorspronkelijk: objectief, materieel. Dat het vastzet en dat je het met geen stokken<br />

afkrijgt. Het kan niet worden verwijderd of verplaatst zonder beschadiging of<br />

breekwerk. Zelfs al hebben ze een sterke band met de grond kunnen ze toch worden<br />

losgemaakt. vb: benzinepompen, standbeelden, prefab woningen. Het is niet makkelijk<br />

deze te verplaatsen maar het bestaat wel door technologische ontwikkelingen.<br />

Arrest: 15 sept 1988: Het criterium van de incorporatie: of het gaat om onroerend uit de<br />

aard uitgebreid. Ging over benzinestation met benzinepompen. Fiscus wilde op die<br />

benzinepompen onroerende voorheffing. Dit geld enkel voor onroerende goederen. Dus<br />

men past civielrechtelijke kwalificatie toepassen. Ze zitten inderdaad wel vast met<br />

bouten in de grond, maar je kan die bouten los maken zonder schade of breekwerk dus<br />

roerend. HvCass heeft de fiscus gelijk gegeven, incorporatie moet ruimer worden<br />

11


gezegd; Alles wat duurzaam en gewoonlijk met de grond is verbonden of erin vastzet.<br />

Criterium niet meer breekwerk of schade maar kijken of het duurzaam met de grond is<br />

verbonden. Het oorspronkelijke criterium word verruimd, niet opgeheven. In<br />

administratief recht is dit wettelijk bekrachtigd. Door het criterium te verruimen kwam<br />

er meer eenheid tussen privaat recht en administratief recht<br />

14/02/2008: criterium verder uitgebreid, versoepeld. Fiscus die onroerende<br />

voorheffing wilde. Rolkranen in een haven. Haven van Zee- Brugge. een rolkraan is<br />

beperkt verplaatsbaar en die gebruikt word om schepen te laden en te lossen. Is zo'n<br />

rolkraan nu roerend of onroerend. De rechtspraak was tegenstrijdig (HvB van<br />

Antwerpen zei dat het roerend was: ze zijn verplaatsbaar) Andere rechtspraak zei:<br />

rolkranen is toch bijzonder, ze zijn verbonden met grond dus geïncorporeerd door groot<br />

gewicht enerzijds en anderzijds omdat ze vasthangen aan de sporen (deze zijn<br />

onmiskenbaar). Hof van Beroep van Gent zei: er is wel incorporatie en dus onroerend.<br />

Bovendien zegt Gent dat rolkranen beweegbaar zijn maar wel functioneel beperkt. Het<br />

hof van Cassatie heeft in 2008 de stelling van Gent gevolgd.<br />

==> Cass herneemt het criterium, verfijnt leest en voegt toe: de beperkte functionele<br />

beweegbaarheid van het voorwerp dat duurzaam op een bepaalde plaats blijft en<br />

verbonden is met de grond blijft onroerend uit de aard, als het uit de aard bedoelt is om<br />

terplaatse te blijven. Als het beperkt functioneel verplaatsbaar of beweegbaar is speelt<br />

geen rol. Me versoepelt het criterium maar laat het niet los. Dat het beperkt functioneel<br />

beweegbaar is doet geen afbreuk aan het feit dat het verbonden is met de grond.<br />

Beperkt: een rolkraan kan 500-600 m beweeg. is dit beperkt? Door verder te gaan in de<br />

subjectivering van het criterium. Trein, tram: hangen aan sporen maar bewegen maar<br />

beperkt, zijn die dan ook onroerend uit hun aard? NEEN. Maar als men consequent dit<br />

criterium van Cass toepast komt er een grijze zone zoals vb: tram en trein etc...<br />

Aan ruime interpretatie voegt men toe: onderdelen van een gebouw, onderdelen die een<br />

geheel vormen met het gebouw en anderzijds uitrusting materiaal die gebruikt worden<br />

om het gebouw te vervullen.<br />

12


2. door bestemming<br />

Als zodanig zijn het roerende goederen die fysiek verplaatsbaar zijn, maar die als<br />

onroerend worden beschouwd omdat ze horen bij een bepaald onroerend goed.<br />

vb: bij een boerderij de tractor. Bij een winkel de toonbank, scooters bij een pizza<br />

bedrijf...<br />

Waarom gaat men roerend als onroerende beschouwen? Voor economische redenen.<br />

Deze reden is dat het geheel een grotere waarde heeft dan de individuele delen. Het<br />

pizzabedrijf zal meer waard zijn met als zonder de scooter. Daarom beschouwt men ze<br />

dus als onroerend.<br />

5 voorwaarden:<br />

1. Onroerend goed uit de aard.<br />

2. Roerend goed uit de aard (enkel lichamelijk roerende goederen)<br />

3. Art 524 BW: Roerend goed uit de aard en onroerend goed uit de aard moet<br />

toebehoren aan dezelfde eigenaar.<br />

Vraag die zich stelt: stel dat een grond in erfpacht is gegeven. Deze erfpachter bouwt een<br />

hotel, hij brengt accommodatie. Is die accommodatie onroerend door bestemming?<br />

Iemand die op grond van erfpact bouwt word geacht eigenaar te zijn. De grond blijft wel<br />

van de erfverpachter. Cass: 12 april 2010: die Accommodatie is niet onroerend door<br />

bestemming, want erfpachter is geen eigenaar van het erf. De voorwerpen die hij<br />

aanbrengt of binnenbrengt kan NIET want geen identiteit tussen eigenaars.<br />

4. Art 524 BW: publiciteit nodig voor bescherming van schuldeisers. Deze<br />

publiciteit kan op 2 manieren.<br />

- nuttig voor de exploitatie van het onroerend goed (nut moet objectief<br />

zijn), moet betrekking hebben met het onroerend goed zelf. Niet louter<br />

een persoonlijk voordeel.<br />

13


Vb: bedrijfswagen, vrachtwagens: onroerend<br />

goed door bestemming van hun fabriek. Een bedrijfswagen niet! Louter<br />

persoonlijk nuttig voor werkgever. Of Brandkast in een huis, niet nuttig<br />

voor het huis zelf. Het goed moet een zekere duurzaamheid hebben. vb:<br />

voorraad cognac. Roerend of onroerend? nuttig voor eigenaar maar geen<br />

objectief nut voor exploitatie. Niet onroerend door bestemming.<br />

- Art 524: dat het roerend goed blijvend verbonden is met het onroerend<br />

goed.<br />

Blijvende verbondenheid met het onroerend goed is voldoende. Blijvend<br />

verbinden in verbinden u een gevoel van herinnering zal geven bij<br />

onroerend door de aard. Er is geen incorporatie vereist, het is voldoende<br />

dat het blijvend verbonden is. Het is wel duidelijk dat hoe ruimer de<br />

incorporatie word opgevat hoe moeilijker het onderscheid is. Blijvend<br />

verbinden betekent in eerste instantie dat de eigenaar dit wil. Schilderij:<br />

als het met een nagel aan de muur hangt: roerend, als het helemaal is<br />

ingewerkt in de muur en onmogelijk los te krijgen: onroerend!<br />

5. onroerend goed moet ingericht of aangepast zijn.<br />

Word het onroerend verkocht dan gaan in principe de roerende goederen die onroerend<br />

zijn geworden door bestemming mee verkocht worden, wil je dit niet dan moet je dit<br />

vermelden in verkoopakte.<br />

Hypotheek: deze strekt zich automatisch uit tot de bijzaken: roerend die onroerend zijn<br />

geworden door bestemming<br />

Beslag: Hierbij ook de roerende goederen die onroerend zijn geworden door<br />

bestemming.<br />

--> Discussie: lang ene kant kunnen we dit begrijpen maar kan u ook beslag leggen op<br />

roerende goederen die onroerende goederen zijn geworden door bestemming. Hiervoor<br />

was stroming in de rechtsleer die zei dat dit mogelijk was. Kan zijn dat u als winkel een<br />

factuur niet kan betalen €1000, moet hiervoor heel de winkel sluiten? Neen dit zou toch<br />

rechtsmisbruik zijn? ...<br />

14


Cassatie heeft geoordeeld dat je enkel beslag kan leggen op geheel niet op een deel. weer<br />

een ECONOMISCHE RATIO: het is alles of niets. Of je legt beslag op alles of je legt geen<br />

beslag.<br />

Onroerend goed is roerend goed dat onroerend word behandeld. Deze fictie is niet<br />

absoluut!<br />

vb: erfdienstbaarheid: kan maar worden gevestigd op onroerende goederen, gaat niet op<br />

onroerend goed door bestemming.<br />

Verdedigd dat artikel 2279 wel geldt voor onroerende goederen door bestemming.<br />

3. onroerend door het voorwerp waarom het betrekking heeft<br />

evidente categorie van onroerende zakelijk rechten<br />

en dan nog categorie van onroerende persoonlijk recht<br />

--> aanspraak op menselijk gedrag. doen, niet doen of geven.<br />

Persoonlijk recht is in principe roerend, het maakt immers aanspraak op iemand gedrag.<br />

of dit gedrag op zijn beurt onroerend is, is irrelevant.<br />

vb: huur van onroerend goed: roerend. Het voorwerp van u menselijk gedrag, daar gaat<br />

het om.<br />

1 uitzondering: verbintenis tot geven: als dit gaat over onroerend zakelijk recht maw<br />

verbintenis tot overdracht van onroerend zakelijk recht is onroerend.<br />

Consensuele systeem van overdracht: verbintenis tot geven die geldt meteen, die komt<br />

tot stand en terwijl word ze al geacht uitgevoerd te zijn. Verbintenis wordt consensueel<br />

uitgevoerd, louter wilsovereenstemming van de partijen. Vb: Koop.<br />

traditionalistische systeem: verbintenis moet uitgevoerd worden door een levering.<br />

Zijn de onroerende rechtsvorderingen: ius agendi: het recht om u subjectief recht,<br />

materieel recht uit te oefenen. Welke rechtsvorderingen zijn onroerend? alle zakelijke<br />

rechtsvorderingen mbt onroerend goederen en 1 persoonlijke rechtsvordering:<br />

rechtsvordering die verbonden is aan de daarmee verbintenis tot overdracht van<br />

onroerende zaken.<br />

15


ROERENDE GOEDEREN<br />

--> alles wat niet onroerend is, is roerend. Hierbij ook 3 categorieën<br />

1. lichamelijke roerende goederen<br />

2. onlichamelijke roerende goederen<br />

3. vervroegd roerende goederen<br />

1. Lichamelijke roerende goederen<br />

Alles wat verplaatsbaar is, maakt niet uit of je een hulpmiddel nodig hebt om dit te doen.<br />

Art 528: Stoel, fiets, wagen... Men kan die ook negatief omschrijven. Elke lichamelijk<br />

goed dat niet onroerend is uit de aard of door bestemming. Als een goed zijn<br />

incorporatie verliest, dan word het goed ook roerend.<br />

2. onlichamelijke roerende goederen<br />

Zakelijk rechten en rechtsvorderingen mbt roerende goederen. Een vruchtgebruik op<br />

een roerend goed is roerend.<br />

In principe ook alle persoonlijke rechten, verbintenissen behalve de verbintenis mbt<br />

onroerend goed.<br />

Er zijn ook nog de intellectuele rechten en juridische en feitelijke algemeenheden. Een<br />

juridische universaliteit: een hoopje, een geheel van goederen. Ofwel is ie feitelijk (vb.<br />

Een handelszaak beschouwd men niet als een geheel)ofwel is die juridisch (vb.<br />

Vermogen wordt wel beschouwd als een geheel.<br />

3. Vervroegd roerende goederen<br />

Roerende goederen door anticipatie, zijn goederen noch geïncorporeerd zijn. Het zijn<br />

onroerende goederen uit hun aard. Maar behandeld worden alsof ze niet meer<br />

geïncorporeerd zijn. Ze lopen vooruit op het feit dat ze roerend zullen worden bij gebrek<br />

aan incorporatie. In die zin anticiperen op de roerend wording. Dat door de partijen als<br />

roerend word beschouw. Men moet ook kijken in welke mate buitenstaanders er<br />

rekening mee moeten houden, er is kenbaarheid vereist.<br />

16


Het moet duidelijk blijken uit wat er gebeurd is dat partijen die als roerend hebben<br />

beschouwt niet tegenstaande dat ze vooralsnog geïncorporeerd waren.<br />

vb:<br />

-veevoeder bedrijf verkopen suikerbieten die nog in de grond zitten. Suikerbieten in de<br />

grond: onroerend uit hun aard. Maar als ze verkocht worden, worden ze uit te grond<br />

getrokken en dus roerend. Het is dus een roerende verkoop.<br />

- oude woning verkopen, afbreken en nieuwe woning opzetten. Men kan doen woning<br />

verkopen aan de ene die het zal afbreken etc en de grond aan iemand anders. 10%<br />

registratierecht.<br />

Cassatie zegt: niveau van de vooruitwendiging, Zelfs als u verkoopt aan dezelfde persoon<br />

en zegt €300 000 voor alles. 150 000 voor huis en 150 000 voor grond. Enkel 10% voor<br />

registratierecht.<br />

- zandgrond. Zand is drie miljoen euro (roerend) en 1 miljoen als voor de grond als<br />

zodanig, weer een groot fiscaal voordeel.<br />

Lichamelijk en onlichamelijk, zaak en een goed<br />

DOMEINGOEDEREN<br />

--> alle goederen die toebehoren aan een publiekrechtelijk rechtspersoon.<br />

roerende, onroerende, lichamelijke, onroerende...<br />

Als een goed een domeingoed is, toebehoort aan publiekrechtelijk rechtspersoon nog<br />

verder specifiëren.<br />

-openbaar domeingoed<br />

-privaat domeingoed<br />

17


Openbaar Domeingoed<br />

= goed dat bestemd is tot gebruik van allen. In de rechtsleer is hier kritiek op te komen.<br />

Vb: gevangenis, militaire domeinen, u mag hier niet gaan wandelen dus niet bestemd<br />

voor gebruik van allen. Men bedoeld eigenlijk: heeft het goed een openbare bestemming.<br />

Op zich zijn deze 2 stellingen wel te verzoenen. Een gevangenis is in principe wel<br />

bestemd voor allen, maar omwille van veiligheidsredenen is dit gemodaliseerd. Maar het<br />

blijft wel bestemd tot het gebruikt van allen. Nuttig voor allen, waarbij men eigenlijk<br />

komt tot criteria van rechtsleer.<br />

Cassatie lijkt een restrictieve definitie te geven, maar eigenlijk maakt dit niet uit want<br />

cassatie bedoeld wat de rechtsleer eigenlijk wil.<br />

vb: Strand, openbare weg, spoorweg, gevangenis, bibliotheek, markt...<br />

Bestemming tot gebruik van allen ofwel door aard ofwel door beslissing van de<br />

overheid.<br />

aard: strand, of haven: uit aard bestemd door gebruik van allen. = natuurlijk openbaar<br />

domein.<br />

beslissing van overheid: affectatie, uitdrukkelijk of stilzwijgen, het loutere feit dat een<br />

goed door vele mensen publiek word gebruikt is niet voldoende.<br />

vb: goed dat word onteigend hoort eerst tot privaatdomein van overheid, het is maar als<br />

overheid impliciet of expliciet affecteert tot het openbaar domein dat het hiertoe<br />

behoort.<br />

Desaffectatie: kunstmatig openbaar domein goed kan terug uit het openbaar domein<br />

worden gehaald door beslissing van de overheid.<br />

opmerking: Art 538 ev BW.<br />

18

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!