Magazine - Anpv

Behandeling Initiatiefwetsvoorstel
Wet normalisering rechtspositie
ambtenaren
Op 29 maart jl. is het initiatiefwetsvoorstel Wet normalisering rechtspositie in eerste termijn
in de Tweede Kamer behandeld. Uit deze behandeling kan worden opgemaakt dat fracties
verschillend denken over het wetsvoorstel. De standpunten lopen uiteen van principieel tegen
tot principieel voor, waarbij de uitersten worden gevormd door de SP-fractie en de D66fractie.
Zo vindt de SP-fractie dat ‘het gelijkstellen van ambtenaren en andere werknemers
een principiële denkfout (is). Immers, de overheid is wetgever en werkgever tegelijk en alleen
al daarom geen normale werkgever.’ De D66- fractie vindt daarentegen dat de essentie van
de arbeidsverhoudingen voor werknemers en ambte- naren gelijk is.
Tijdens de behandeling werden een aantal
vragen gesteld. Zo vraagt de VVD-fractie aan
de initiatief- nemers en aan de minister of
het overeenstem- mingsvereiste nu wel of
niet geldt bij de totstand- koming van de
wet. Deze fractie vraagt verder in hoeverre
waarborgen en spelregels die thans gelden,
opzij mogen worden gezet. De fractie wil
hiervan een uitgebreide onderbouwing, ook
om te voorkomen dat er in een latere fase
problemen door ontstaan. De CDA-fractie is
geïnteresseerd naar de aanpas- singswetgeving
die nodig is om normalisering van de
ambtenarenstatus te effectueren. Volgens
de indieners zijn tot invoering van het wetsvoorstel
per 1 januari 2015 nog een heleboel
aanpassingwetten noodzakelijk. De fractie
vraagt of de indieners een inschatting kunnen
maken van de wetgeving die nodig is
om de beoogde normalisering van de ambtenarenstatus
te effectueren. Dezelfde vraag
stelt de fractie aan de minister. De fractie
vraagt eveneens aan de indieners en aan de
minister of er tot 1 januari 2015 voldoende
tijd is voor een zorg- vuldige aanpassing van
de wetgeving.
Tijdens en voor behandeling zijn ook een
aantal amendementen ingediend. Deze
amendementen dienen er voor een belangrijk
deel toe om naast de door de indieners
van het wetsvoorstel uitgezonder- de
groepen (militairen, rechters, officieren van
24
Samen sterk werkt beter
justitie en ambtenaren aangesteld voor de
uitvoe- ring van de politietaak) ook andere
groepen ambtenaren uit te zonderen van
het wetsvoorstel. Zo wordt onder andere
voorgesteld alle ambtenaren bij de politie,
gemeentelijke en provinciale griffiers, buitengewone
opsporingsambtenaren, burgerperso-
neel bij defensie, en belastingambtenaren
hun publieke aanstelling te laten
behouden. Een volledig overzicht van de
categorieën ambtenaren die een publieke
aanstelling zouden moeten behouden, is te
vinden in het amendement van het Tweede
Kamerlid Ortega-Martijn (ChristenUnie)
Zij noemt de volgende categorieën uit te
zonderen ambtenaren: ambtenaren in een
vertrouwensfunctie; ambtenaren die bij de
uitoefening van hun taak geweld mogen gebruiken
of de bewegingsvrijheid van burgers
mogen beperken; ambtenaren werkzaam
in een politieke omgeving; en ambtenaren
betrokken bij de uitvoering van de belastingwetgeving
of betrokken bij het verlenen
van een vergunning of een uitkering. Naast
categorieën uit te zonderen ambtenaren onderscheidt
de VVD-fractie ook groepen die
niet langer als ambtenaar zouden moeten
worden aangemerkt. Het betreft het personeel
bij het openbaar onderwijs, de academische
ziekenhuizen en de ambulancezorg.
In een amendement, gesteund door de CDAfractie,
doet de VVD-fractie het voorstel om
het openbaar onderwijspersoneel volledig
uit te zonderen van de nieuwe Ambtenarenwet.
Aansluitend op dit amendement is door
beide fracties een amendement ingediend
met het voorstel om personeel in het bijzonder
onderwijs en personeel in het openbaar
onderwijs onder hetzelfde ontslagrecht te laten
vallen (via UWV en niet meer via de Commissies
van Beroep). De PvdA-fractie kan zich
vinden in één rechtspositie- regeling zowel
voor het bijzonder als voor het openbaar onderwijs,
maar vraagt zich af waarom niet het
ontslag geregeld wordt via de Commissies
van Beroep, zoals die naar volle tevredenheid
werken in het bijzonder onderwijs.
De VVD-fractie is ook voorstander van één
– niet- ambtelijke - rechtspositieregeling
voor het personeel van de academische ziekenhuizen
en voor het deel van het ambulancepersoneel
dat nog over een ambtelijke
rechtspositie beschikt. De fractie geeft echter
aan begrepen te hebben dat er nu reeds
gewerkt wordt om in elk geval de status van
het personeel van academische ziekenhuizen
te veranderen.
(bron: www.tweedekamer.nl, 29 maart 2012)
NB. De beantwoording door de initiatiefnemers
en de minister van Binnenlandse Zaken
en Koninkrijks- relaties van de in eerste
termijn gestelde vragen staat in de vergaderagenda
van de Tweede Kamer gepland
in week 17 (24, 25 en 26 april a.s.).