Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
75 jaar ChIro<br />
Chiro ontstaat in 1934 wanneer priester Jos Cleymans de<br />
voorbijgestreefde patronaatswerking nieuw leven inblaast. De<br />
patronaten zijn op dat moment de oudste vorm van georganiseerd<br />
jeugdwerk. De kiem die Cleymans legt, zal uitgroeien tot<br />
een jeugdbeweging die de naam Chirojeugd krijgt.<br />
DE patronatEn<br />
In de negentiende eeuw evolueert België in korte tijd van een<br />
landelijke naar een industriële en stedelijke samenleving. Arbeiders<br />
leven vaak in erbarmelijke omstandigheden. De Kerk en de<br />
burgerij willen zedenverloedering en proletarische opstanden<br />
vermijden en richten daarom vanaf het midden van die eeuw in<br />
verschillende Belgische steden patronaten op. Patronaten zijn<br />
een vorm van parochiale jeugdzorg waar priesters en vrome leken<br />
zich bekommeren om de morele, religieuze en intellectuele<br />
toestand van arbeiders- en volkskinderen. Op zondag vangen<br />
de patronaten die kinderen op om samen met hen te bidden, te<br />
leren en te spelen, om hen zo op te voeden en van het slechte<br />
pad te houden.<br />
De patronaatswerking verspreidt zich in de tweede helft van de<br />
negentiende eeuw over heel België. Het ledenaantal neemt toe<br />
en het activiteitenaanbod breidt uit. Tot en met Wereldoorlog I<br />
zijn de patronaten een groot succes. Na de oorlog gaan ze stilaan<br />
ten onder door interne problemen en nieuwe maatschappelijke<br />
tendensen. Ondertussen is immers het onderwijs beter<br />
uitgebouwd en zijn er meer sociale voorzieningen voor het<br />
volk. Patronaten worden een vorm van vrijetijdsbesteding en ze<br />
krijgen concurrentie van de nieuwe ontspanningsmogelijkheden<br />
voor jongeren, zoals cinema en sportclubs, én van andere<br />
vormen van jeugdwerk.<br />
In 1922 lanceert paus Pius XI de Katholieke Actie, een initiatief<br />
van de katholieke Kerk om ‘de massa’ te stimuleren om actief<br />
deel te nemen aan het katholieke leven. In het kader hiervan<br />
worden voor elke stand in de maatschappij jeugdbewegingen<br />
opgericht. KAJ, de Katholieke Arbeidersjeugd, ontstaat in<br />
1924 en speelt in op de nood aan specifieke vorming voor de<br />
arbeidersjeugd. Voor de studenten is er vanaf 1927 KSA, de<br />
Katholieke Studenten Actie. De Boerenbondjeugd, wat later<br />
KLJ wordt, richt zich tot de boerenjeugd. Scoutisme wakkert<br />
het verantwoordelijkheidsgevoel van jongeren aan en legt de<br />
nadruk op het leven in de natuur.<br />
Die nieuwe jeugdorganisaties zijn minder paternalistisch en<br />
hebben oog voor de groeiende behoefte aan zelfstandigheid bij<br />
04<br />
05