Rapportage onderdeel slootkant - Clm
Rapportage onderdeel slootkant - Clm
Rapportage onderdeel slootkant - Clm
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
omdat de uitspoeling van nutriënten uit maaisel een bijdrage levert aan de totale emissie<br />
van nutriënten naar het oppervlaktewater. De nutriënten komen vrij als het maaisel<br />
langzaam vergaat, waarna ze met de regen de sloot in spoelen. Over hoeveel nutriënten<br />
precies afspoelen is nog weinig bekend. Dit is lastig te bepalen. Een deel zal in het<br />
plantmateriaal achterblijven, een deel zal de grond in spoelen en deel vastgelegd worden<br />
aan organisch materiaal en een deel zal over de grond afspoelen richting de sloot.<br />
Omdat het vaak maaisel betreft uit het najaar zullen nutriënten die ondiep in de grond<br />
spoelen ook weer voor een groot deel uitspoelen: planten nemen geen of nauwelijks<br />
nutriënten op buiten het groeiseizoen.<br />
Het snel afvoeren van maaisel uit de sloot(kant) biedt kansen om nutriënten te onttrekken<br />
aan de sloot. En het biedt kansen om de emissie van fosfor en nitraat (en ook zware<br />
metalen) naar het oppervlaktewater te beperken (Hulst, 2008; Munters en Coppelmans,<br />
2008).<br />
Slootkanten op korte afstand van natuurgebieden hebben een hoge urgentie; dit geldt<br />
ook voor <strong>slootkant</strong>en waar verschraling gewenst is. Om een optimale afspoelingsreductie<br />
te verkrijgen moet een duidelijke termijn worden afgesproken waarbinnen het maaisel<br />
moet worden afgevoerd. De belangrijkste richtlijn is om het maaisel binnen een<br />
week af te voeren (Spielmann, 2001). Binnen twee weken zijn de meeste nutriënten al<br />
uitgespoeld; bij geklepeld materiaal is dat al binnen een week het geval (STOWA,<br />
1996). Dit wordt ook bevestigd in een studie naar maaisel langs wegen (bermmaaisel):<br />
het maaisel moet binnen een of twee weken worden verwijderd als men verrijking wil<br />
voorkomen (Schaffers et al, 1998). Ook rietmaaisel vergaat snel en zal binnen een week<br />
de nutriënten verliezen (Meulemans, 1989). De afbraak is ook afhankelijk van de temperatuur.<br />
Gehalten nutriënten in maaisel<br />
De onderzoeken naar nutriëntgehaltes in maaisel zijn schaars. Daarnaast zijn de gevonden<br />
gehalten en verschillen niet significant aantoonbaar. Dit vanwege het lage aantal<br />
monsters of de proefopzet. In dit project hebben we de verschillende onderzoeken naast<br />
elkaar gezet. Allereerst de metingen aan vers tot verweerd maaisel en daarna de metingen<br />
aan droge stof van verschillende soorten materiaal uit de sloot en de <strong>slootkant</strong>.<br />
Het Louis Bolk Instituut (Smeding, 2006) heeft een kleine bepaling gedaan van gehalten<br />
aan nutriënten in maaisel. In tabel 2.2 staan de gevonden gehalten voor verschillende<br />
typen maaisels in gram per kilogram versproduct.<br />
Tabel 2.2 Gehalten aan nutriënten in maaisel uit natuurgebieden in gram per kilogram<br />
versproduct.<br />
N<br />
(g/kg vp)<br />
4<br />
P<br />
(g/kg vp)<br />
Bron<br />
Riet 5,8 0,5 Smeding, 2006<br />
Verweerd riet 9,2 0,8 Smeding, 2006<br />
Bladriet 7,3 1,0 Smeding, 2006<br />
Hooi 12,5 2,5 Smeding, 2006<br />
De onderzoeken aan droge stof van verschillende soorten materiaal blijken verschillende<br />
resultaten op te leveren. Deze zijn weergegeven in tabel 2.3.