13.09.2013 Views

Lopikerweg 74 (HASCO, DE KROM) beschikking - Omgevingsdienst ...

Lopikerweg 74 (HASCO, DE KROM) beschikking - Omgevingsdienst ...

Lopikerweg 74 (HASCO, DE KROM) beschikking - Omgevingsdienst ...

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

ODMH<br />

<strong>Omgevingsdienst</strong> Midden-Holland<br />

VERZON<strong>DE</strong>N 1 4 JÜNI 2013<br />

Wet bodembescherming. Beschikking evaluatieverslag en nazorgplan voor de locatie <strong>Lopikerweg</strong><br />

G <strong>74</strong> (<strong>HASCO</strong>, <strong>DE</strong> <strong>KROM</strong>) te Schoonhoven.<br />

BESCHIKKING<br />

Onderwerp<br />

Op 18 maart 2013 hebben wij een melding ontvangen van de provincie Zuid-Holland. De melding<br />

betreft het verzoek om instemming met het evaluatieverslag op grond van artikel 39c van de Wet<br />

bodembescherming (Wbb) en het verzoek om instemming met het nazorgplan op grond van<br />

artikel 39d van de Wbb. Uit de melding blijkt dat van 18 april 2012 tot 6 juli 2012 een sanering van<br />

een geval van bodemverontreiniging heeft plaatsgevonden. Het gesaneerde geval van<br />

bodemverontreiniging is gelegen op de locatie <strong>Lopikerweg</strong> G <strong>74</strong> (<strong>HASCO</strong>, <strong>DE</strong> <strong>KROM</strong>) te<br />

Schoonhoven.<br />

Wij hebben de locatie en procedure geregistreerd onder code ZH060800007 met kenmerk<br />

2013048538.<br />

Ingediende stukken<br />

Bij bovengenoemde melding is ter beoordeling ingediend:<br />

Evaluatieverslag <strong>Lopikerweg</strong> <strong>74</strong> Schoonhoven, opgesteld door ATKB adviesbureau voor<br />

bodem, water en ecologie, rapportnummer 20120297/rapOI versie 2, de dato 27 februari 2013;<br />

Mailbericht van de Provincie Zuid-Holland met aanvullende informatie van het adviesbureau<br />

ATKB, de dato 11 juni 2013.<br />

Procedure<br />

Ter voorbereiding van de <strong>beschikking</strong> hebben wij de procedure van afdeling 4.1.2 van de Algemene<br />

wet bestuursrecht (Awb) gevolgd.<br />

Toetsingskader<br />

Wij hebben de melding getoetst aan de relevante bepalingen van hoofdstuk 4 van de Wet<br />

bodembescherming (Wbb), hoofdstuk 6 van de Provinciale Milieuverordening Zuid-Holland en<br />

ons beleid zoals verwoord in de Beleidsvisie Duurzaamheid en Milieu 2013-2017 en de nota<br />

Gezamenlijk Bodemsaneringsbeleid voor de provincie Zuid-Holland (BOBEL).<br />

Het evaluatieverslag wordt met name getoetst aan de eisen die in artikel 39c van de Wbb zijn gesteld.<br />

Instemming met het evaluatieverslag is slechts mogelijk als de sanering voldoet aan de<br />

saneringsdoelstelling van artikel 38 Wbb. Voor wat betreft de getroffen saneringsmaatregelen wordt<br />

getoetst aan het saneringsplan waarmee is ingestemd.


Kenmerk 2013048538<br />

Pagina 2<br />

Eerdere besluitvorming<br />

Met ons besluit van 21 juli 1999 (kenmerk DWM/175069) hebben wij vastgesteld dat er ingevolge<br />

artikel 29 juncto 37 van de Wbb op eerdergenoemde locatie sprake is van een geval van ernstige<br />

bodemverontreiniging en dat de geconstateerde verontreiniging voor het huidige dan wel<br />

voorgenomen gebruik van de bodem of de mogelijke verspreiding van de verontreiniging leidt tot<br />

zodanige risico's voor mens, plant of dier dat spoedige sanering noodzakelijk is.<br />

Met ons besluit van 14 oktober 2011 (kenmerk PZH-2011-307588344) hebben wij vastgesteld dat er<br />

ingevolge artikel 29 juncto 37 van de Wbb op eerdergenoemde locatie weliswaar sprake is van een<br />

geval van ernstige bodemverontreiniging, maar dat deze uitsluitend in de grond aanwezig is en dat de<br />

geconstateerde verontreiniging voor het huidige dan wel voorgenomen gebruik van de bodem leidt<br />

tot zodanige risico's voor mens, plant of dier (ecologische en humane risico's) dat spoedige sanering<br />

noodzakelijk is. Van verspreidingsrisico's is geen sprake meer. Op grond van deze vaststelling dient<br />

binnen 4 jaar na datum van de <strong>beschikking</strong> moet zijn begonnen met de sanering.<br />

Tevens hebben wij met ons besluit van 14 oktober 2011 (kenmerk PZH-2011-307588344) ingevolge<br />

artikel 39 Wbb ingestemd met het saneringsplan..<br />

Inhoud<br />

Uit de aangeboden informatie blijkt het volgende.<br />

Ten aanzien van het evaluatieverslag:<br />

De doelstelling van de sanering is het functioneel en kosteneffectief saneren van de<br />

verontreinigingen, zodanig dat de locatie geschikt is voor het beoogde gebruik (weiland).<br />

De saneringsvariant voor het bedrijfsterrein betreft het isoleren van de verontreinigingen in de<br />

bodem door het aanbrengen van een leeflaag (kwaliteitsklasse Wonen) met een dikte van 1 meter<br />

(deels) op de te handhaven verhardingen van het bedrijfsterrein. Omdat de vloeren/verhardingen<br />

ter plaatse van het bedrijfsterrein zijn gehandhaafd, bestond het gevaar dat ter plaatse van de<br />

vloeren mogelijk ophoping van inzijgend regenwater ontstaat. Dit is ondervangen door het<br />

aanbrengen van een goed doorlatende zandlaag in de onderste helft van de leeflaag. Het voordeel<br />

van het intact houden van de vloeren is dat de leeflaag op zijn plaats blijft, het maaiveld ter plaatse<br />

is dan niet gevoelig voor inklinking.<br />

Ter plaatse van het voormalige bedrijfsterrein is circa 20 cm zand aangebracht voor de egalisatie<br />

van het terrein en het realiseren van gewenst maaiveldverschil (midden terrein ligt nu ongeveer 40<br />

cm hoger dan grond ter hoogte van sloten). Na egalisatie en aanbrengen bolling is circa 50 cm<br />

zand ter bevordering van de drainage op het bedrijfsterrein aangebracht. Hiervoor is in totaal circa.<br />

9.027 m^ zand aangevoerd. Hierna is het terrein opgehoogd met circa 40 cm grond. Hiervoor is ca.<br />

4.067 m^ grond (kwaliteitsklasse Wonen) aangevoerd. Op deze wijze is op het voormalige<br />

bedrijfsterrein een leeflaag aangebracht met een dikte van circa 1,1 meter, bestaande uit 70 cm<br />

zand en 40 cm grond.


y>4<br />

^ Kenmerk 2013048538<br />

ODMH<br />

<strong>Omgevingsdienst</strong> Midden-Holland<br />

De leeflaagdikte is geverifieerd middels controleboringen en inmetingen. Omdat er voor is<br />

gekozen om het terrein eerst te egaliseren met zand is er uiteindelijk circa 2.000 m^ minder grond<br />

aangebracht en circa 3.340 meer zand dan aangegeven in het saneringsplan.<br />

Op 27 april 2012 is een wijzigingsverzoek bij ons ingediend. De wijziging op het saneringsplan<br />

betrof het verzoek de minimale kwaliteit van de toe te passen aanvulgrond te verruimen van<br />

achtergrondkwaliteit naar kwaliteitsklasse Wonen. De Milieudienst Midden Holland (per 1 juli<br />

<strong>Omgevingsdienst</strong> Midden-Holland) en de Provincie Zuid-Holland zijn hiermee akkoord gegaan.<br />

Op de gehele locatie zijn immobiele verontreinigingen achtergebleven onder de leeflaag,<br />

hiervoor gelden gebruiksbeperkingen.<br />

Ten aanzien van het nazorgplan<br />

Overwegingen<br />

Op de locatie zijn sterke restverontreinigingen aanwezig onder de leeflaag, waarvoor nazorg van<br />

toepassing is. De nazorg bestaat uit het in stand houden van de leeflaag.<br />

Zodra ter plaatse van de leeflaag handelingen plaatsvinden, dient een melding bij het<br />

bevoegd gezag te worden gedaan. De locatie kent passieve nazorg.<br />

De verstrekte gegevens zijn voldoende om het evaluatieverslag inhoudelijk te beoordelen.<br />

Met de getroffen sanerende maatregelen is voldaan aan de saheringsdoelstelling. De matige en<br />

sterke verontreinigingen ter plaatse van het bedrijfsterrein zijn geheel afgedekt met een leeflaag van<br />

minimaal één meter, waardoor de contactmogelijkheden zijn weggenomen. Op de locatie zijn onder<br />

de leeflaag sterke verontreinigingen achtergebleven. Op een groot deel van het bedrijfsterrein zijn<br />

verhardingen (beton/klinkers) achtergebleven in de ondergrond onder de leeflaag (vanaf 1,0 m-mv).<br />

De leeflaag bestaat uit grond van kwaliteitsklasse Wonen in plaats van achtergrondkwaliteit.<br />

Als gevolg van de saneringsvariant (isolatie) is passieve nazorg van toepassing is. De nazorg bestaat<br />

uit het in stand houden van de leeflaag. Handelingen in de verontreinigde grond of die de<br />

isolerende voorziening betreft dienen gemeld te worden bij het bevoegde gezag.<br />

Ten aanzien van het evaluatieverslag concluderen wij dat de saneringsdoelstelling volgens het<br />

saneringsplan, inclusief de gemelde afwijking waarmee wij hebben ingestemd, is bereikt en dat<br />

gesaneerd is overeenkomstig artikel 38 Wbb. Aangezien er restverontreinigingen zijn achtergebleven<br />

behoeft deze locatie gebruiksbeperkingen en passieve nazorg.<br />

De beschreven maatregelen zijn voldoende om er voor te zorgen dat de verontreiniging die na de<br />

sanering is achtergebleven niet zal leiden tot vermindering van de kwaliteit van de bodem zoals<br />

beschreven in het evaluatieverslag. De eigenaar, erfpachter en/of gebruiker zijn verantwoordelijk voor<br />

het in acht nemen van de beperkingen in het gebruik.<br />

Besluit<br />

Gelet op het voorgaande, het bepaalde in artikel 39c en 39d van de Wet bodembescherming<br />

en artikel 6.6 respectievelijk 6.7 van de Provinciale Milieuverordening Zuid-Holland stemmen<br />

wij in met het evaluatieverslag en het nazorgplan. Wij beschouwen de sanering als afgerond.<br />

FSC


Kenmerk 2013048538<br />

Pagina 4<br />

Wijzigingen in gebruik van de bodem of omstandigheden op de locatie die van invloed kunnen zijn op<br />

de getroffen nazorgmaatregelen, moeten zo spoedig mogelijk, aan ons ter kennis worden gebracht.<br />

Het gaat dan vooral om wijzigingen die de contactmogelijkheden met de verontreiniging doen<br />

toenemen dan wel functiewijzigingen welke aanvullende saneringsmaatregelen noodzakelijk maken.<br />

Beperkingen in de zin van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken<br />

Op grond van deze <strong>beschikking</strong> vervallen de publiekrechtelijke beperkingen zoals bedoeld in de Wet<br />

kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken (Wkpb), het Aanwijzingsbesluit Wkpb<br />

en artikel 2, lid 1 van de Ministeriële regeling Wkpb voortvloeiend uit de <strong>beschikking</strong> ernst en risico<br />

van 21 juli 1999, kenmerk DGWM/175069, voor het volgende kadastrale perceel:<br />

Kadastrale gemeente : Schoonhoven<br />

Sectie : G<br />

Nummer: 20<br />

Bij het Kadaster is het voorgaande geregistreerd onder depotnummer 20090907000108 en deel<br />

nummer 0Z4 57168/93.<br />

Nieuwe beperkingen<br />

Uit deze <strong>beschikking</strong> vloeien nieuwe publiekrechtelijke beperkingen (in stand houden van de leeflaag)<br />

zoals bedoeld in Wkpb op grond van artikel 55 Wbb voort voorde volgende kadastrale percelen,<br />

zoals weergegeven op bijgaande kadastrale kaart:<br />

Kadastrale gemeente : Schoonhoven<br />

Sectie : G .<br />

Nummer: 20<br />

Voor meer informatie over bodemsituatie en de publiekrechtelijke beperkingen kan men bij het<br />

bevoegd gezag terecht.<br />

Bezwaar<br />

Ingevolge artikel 7.1 van de Algemene wet bestuursrecht kan door belanghebbende(n) een<br />

gemotiveerd bezwaarschrift worden ingediend tegen deze <strong>beschikking</strong>. Dit moet geschieden binnen<br />

zes weken na de dag van de dagtekening van het besluit, onder vermelding van "Awb-bezwaar" in de<br />

linkerbovenhoek van enveloppe en bezwaarschrift. Dit bezwaar dient te worden gericht aan<br />

Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, t.a.v. secretariaat bezwarencommissie. Postbus 90602, 2509<br />

LP Den Haag.


A ODMH<br />

<strong>Omgevingsdienst</strong> Midden-Holland<br />

Kenmerk 2013048538<br />

Pagina 5<br />

Tevens kan een voorlopige voorziening ingevolge artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht<br />

juncto hoofdstuk 20 Wet milieubeheer juncto artikel 36 Wet op de Raad van State worden gevraagd<br />

bij de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, Postbus 20019, 2500<br />

EA Den Haag.<br />

Hoogachtend,<br />

Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland<br />

namens dezen.<br />

Hoofd Afdeling Expertise <strong>Omgevingsdienst</strong> Midden-Holland,<br />

Mevr. drs. A.D. Wiersema<br />

cc<br />

Kadaster Zuid-Holland, gevestigd te Arnhem;<br />

Burgemeester en Wethouders van Schoonhoven;<br />

Hasco Beheer B.V., Scheepmakershaven 5, 2871 CE Schoonhoven;<br />

Hasco Lakfabrieken B.V., Scheepmakershaven 11, 2871 CE Schoonhoven;<br />

La Gro Advocaten t.a.v. de heer P.M. Frinking, Postbus 155, 2800 AD Gouda;<br />

De Heer A.J. de Wit, <strong>Lopikerweg</strong> 3, 2871 AT Schoonhoven;<br />

De heer L.E.M. de Boer en mevrouw J. de Boer-van der Vlist, <strong>Lopikerweg</strong> 72a, 2871 AW<br />

Schoonhoven;<br />

De bewoner(s) van het adres, <strong>Lopikerweg</strong> 76, 2871 AW Schoonhoven;<br />

De heer E. van der Vlist, Lopikenweg 68, 2871 AW Schoonhoven;<br />

ATKB adviesbureau voor bodem, water en ecologie, Groeneweg 2-d, 2718 AA Zoetermeer.<br />

S G S ric-c«u*i

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!