You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
1 Veel feitelijke informatie uit dit hoofdstuk, over onder meer<br />
werkervaring en diploma’s, komt uit een brief van Toon Weevers<br />
d.d. 17 juni 1947 aan de Directie van de Wieringermeer<br />
(Noordoostpolderwerken), waarin hij inlichtingen geeft om<br />
zich als “ernstige candidaat” voor een smederij onder de aandacht<br />
te brengen (zie p. 16).<br />
2 Voor dit hoofdstuk is dankbaar gebruik gemaakt van het<br />
boekje dat Kees en Aly Weevers hebben samengesteld ter gelegenheid<br />
van hun 40-jarig huwelijk over de achtergronden<br />
van hun families. Het gaat hier met name om de passages<br />
over (leef)omstandigheden en specifieke gebeurtenissen.<br />
3 Truus Ernest is geboren in Heijningen, maar groeide op bij<br />
een oom en tante, die een kleine boerderij hadden in Klundert.<br />
4 Rentmeester Roebroek was eind 1929 door de regering benoemd<br />
in een commissie met onder meer als opdracht een<br />
ontwerpregeling te maken voor de ontginningsdienst van de<br />
Wieringermeer. Roebroek schreef het organisatierapport dat<br />
de basis was voor de Directie Wieringermeer. In mei 1930<br />
werd hij samen met de heren Smeding en Mesu benoemd in<br />
de Voorlopige Directie van de Wieringermeer. In de Voorlopige<br />
Directie was hij belast met de sociaal economische afdeling<br />
(maatschappelijke ontwikkeling van de Wieringermeer)<br />
en het beheer van de administratie.<br />
A.M.C. van Dissel, 59 <strong>jaar</strong> eigengereide doeners in Flevoland,<br />
Noordoostpolder en Wieringermeer. Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders<br />
1930 – 1989, Walburg Pers, 1991, p. 38-44 en 61.<br />
BraBant<br />
De geschiedenis van zestig <strong>jaar</strong> Weevers begint feitelijk in 1920 in Zevenbergschen Hoek in het<br />
noordwesten van de provincie Brabant. 1 Toon Weevers wilde eigenlijk, net als zijn vader en broer,<br />
gaan werken bij de Nederlandse Spoorwegen (een veilige Rijksbetrekking), maar was daarvoor nog<br />
te jong. 2 Hij koos er voor bij een smid te gaan werken, omdat dat een goede basis was om later<br />
machinist te worden. Direct na de lagere school is Toon Weevers op 13-jarige leeftijd als leerling<br />
gaan werken op de landbouwsmederij van Krijnen in Zevenbergschen Hoek, waar hij 4,5 <strong>jaar</strong> heeft<br />
gewerkt. Daarna is hij als 1e knecht in dienst getreden bij Lourense, landbouwsmid te Klundert,<br />
waar hij drie <strong>jaar</strong> heeft gewerkt. Hij heeft al die jaren hard moeten werken en heeft veel geleerd,<br />
zoals smeedwerk, paarden beslaan en hoepels om wielen leggen.<br />
In de periode dat Toon Weevers werkte voor Lourense, kwam er elke dag een meisje langs de<br />
smederij met een melkkar om melk uit te venten. Het meisje, Truus Ernest 3 , maakte met<br />
iedereen een praatje en dus ook met de knecht van de smid. Toon Weevers had wel oog voor<br />
Truus Ernest en de vele gesprekjes leidden uiteindelijk tot verkering.<br />
Na Lourense ging Toon Weevers werken bij zijn oom, landbouwsmid Dingeman Weevers in<br />
Langeweg, die hem ongeveer een <strong>jaar</strong> later als bedrijfsleider plaatste bij de landbouwsmederij<br />
Wed. de Jong te Zevenbergen, waar hij 2 <strong>jaar</strong> werkzaam was.<br />
In die periode komt, als gevolg van het melkventen van Truus Ernest, de Wieringermeer in beeld.<br />
Een van haar adressen bij het melkventen was namelijk het huis van de heer Roebroek, rentmeester<br />
van de Domeinen te Klundert. Zoals ze met iedereen een praatje maakte, deed ze dat natuurlijk ook<br />
met de rentmeester. 4<br />
Toen ze weer een keer aanbelde, kwam de rentmeester zelf aan de deur en begon een praatje,<br />
waarin hij aan Truus Ernest vroeg of haar verloofde bij de smid werkte. Na haar bevestigende<br />
antwoord vroeg hij of ze er voor zouden voelen om naar de Wieringermeerpolder te gaan. Truus<br />
Ernest vroeg waar dat lag en vond dat nogal wat, maar ondanks de afstand hield ze de boot<br />
niet af. De rentmeester nodigde hen uit voor een gesprek, waar ze netjes aangekleed en met<br />
knikkende knieën naar toe gingen. Het gesprek en het perspectief van een grote werkplaats met<br />
meer machines, maakte hen enthousiast en ze besloten de stap te wagen.<br />
Toon Weevers, inmiddels werkzaam als smid-vuurwerker bij de “firma A. Verhagen en firma A.<br />
Rovers & Co” (aannemers te Made), stuurt op 22 september 1930 een sollicitatiebrief en diverse<br />
getuigschriften naar de “Voorlopige Directie van den Wieringermeerpolder” voor een baan als